)oievaar dreigt te verdwijnen tit Nederland LD Extra Geluks vogel Vadertje Langbeen heeft 7000 DM op eigen bankrekening i E ooievaarsstand in Nederland is in gevaar. Er bestaat een grote kans dat I er binnen ajzienbare tijd geen ooievaar meer in ons land is te bespeuren, f Ook in andere Westeuropese landen loopt het aantal ooievaars, dat in de lente en zomer nestelt, aanzienlijk terug. Hier staat echter tegenover dat de ooie- tand in Oost-Europa en Spanje eerder toe- dan afneemt. Ook andere vogelsoor- jm iorden bedreigd. Doordat rustige moerassen, bossen, heidevelden, duingebieden, Iers en bepaalde strandvlakten verdwijnen of al verdwenen zijn worden ook ir nestelende vogels verdreven. Naast een kwantitatieve achteruitgang van de pen, veranderen de kwaliteiten van de milieus. De kwaliteit van de overblijvende pen wordt onder meer aangetast door watervervuiling en bestrijdingsmiddelen. IAAI xd. a rs, die betrekking hebben op de ster- :hteruitgang van de ooievaars, zijn gs gepubliceerd in het tijdschrift vogelstudie en vogelbescherming Vogeljaar. artikel, dat is geschreven in een publikatie Rijksinstituut voor Veldbiologisch Onder- ïmoi n behoeve van het Natuurbehoud, pleit de Wei Rooth voor het behoud van onze avifauna. B st op de ongunstige situatie welke voor de B is ontstaan. Ctoo Iers in „Het Vogeljaar" spreken duidelijke blijkt hieruit, dat in 1967 het aantal door bewoonde nesten ten opzichte van 1966 is van 28 naar 18. In 1939 waren er nog 316 euwl4wen bewoonde nesten. In 1910 waren er Dg in ons land ongeveer 500 bezette nesten, begin van deze eeuw kende de wijde om- C. J. i wellicht verschillende oorzaken de schuld it het met de vogels in het algemeen en de Nd p in t bijzonder bedroevend slecht is ge- L, In de aanhef van dit artikel hebben wij er Bed «aangegeven. /erf! 10 de verliezen is het natuurmonument „De dat nabij de Nieuwe Waterweg geheel is men. Het is opgenomen in de Europoort. Ij «yfeld was dit voor de economie van ons JU in groot belang, maar dat neemt niet weg, dat het verlies van een dergelijke vogelverzamel plaats onherstelbaar is. Bestrijdingsmiddelen welke worden gebruikt tn de landbouw blijken eveneens nadelige invloed op de vogelstand uit te oefenen. Roofvogels zijn bij zonder kwetsbaar voor „doorvergiftiging". Dit houdt in dat zij langzamerhand worden ver giftigd door het geregeld opvreten van hun prooi dieren, welke een geringe dosis van de giftige be strijdingsmiddelen in hun lichaam hebben. Uit on derzoekingen is gebleken, dat onze kustwateren hoeveelheden bestrijdingsmiddelen bevatten, aan gevoerd door de grote rivieren. Zo is bijvoorbeeld de ijsvogel als broedvogel in ons land nagenoeg verdwenen, omdat zijn voedsel door chemicaliën is vernietigd. Met de grote stern staat het er ook al slecht voor. In het Deltagebied, het IJsselmeer en op de Wadden telde men in ons land in de pe riode van 1947 tot 1957 25.000 tot 40.000 broedpa- ren. In 1965 waren er nog maar 600. Ook de ooievaar blijkt steeds meer kopschuw voor ons land te worden. Hoeveel vogelsoorten zullen volgen in deze afgang? Ook het jaargetijde schijnt, wat de ooievaars be treft, hierin mee te spelen. Er wordt wel aange nomen dat de daling sedert 1940 is te wijten aan de late winters en de slechte voorjaren. Zo zag men tussen 1929 en 1940 weer meer ooievaars Oudewater heeft een der achttien bewoon de ooievaarsnesten. Maar elk jaar vraagt men zich af zullen de voaels terugkomen? tn Nederland nestelen wat mogelijk een gevolg was van het feit, dat er toen nagenoeg geen spra ke was van late winters. Nog een andere factor schijnt van belang. De heer S. Braaksma, die lid is van de stafafdeling natuurbehoud van het Staatsbosbeheer heeft in dertijd geschreven, dat de toenemende hoeveel heid bovengrondse kabels een steeds groeiende bedreiging vormt voor de vogelstand. In Duits land bijvoorbeeld, beschouwt een aantal vogelken ners de bovengrondse kabels als een der voor naamste oorzaken van de sterke teruggang van de ooievaar in geheel West-Europa. Ooievaars en andere vogels zouden zich letterlijk tegen de dra den doodvliegen. Jaarlijks zouden 200.000 tot 400.000 vogels door de draden omkomen. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat deze getallen niet op geheel zuivere gegevens berusten. De meeste ooievaars worden aangetroffen in paalde gebieden van Groningen, Friesland, Dren the en Overijssel, alsmede in Zuid-Holland en het noordwesten van Noord-Brabant. Als broedvogel komt hij in Zeeland en Limburg niet voor. Het is gewoon griezelig om te zien hoe het aan tal jonge, in ons land geboren ooievaars tussen 1939 en 1967, met sprongen is achteruitgegaan. In 1939 werden in ons land in totaal 823 jongen geboren, vorig jaar waren er slechts 28. Twintig soorten De betekenis van het woord ooievaar is .gelukbrenger". Volgens het oude volksgeloof brengt hij heil in de wo ning, waarop of waarbij hij zijn nest bouwt. Vandaar dat de bewoner hem een handje helpt met het bouwen van zijn nest. Hij plant een lange paal in de grond met daarop een groot wiel met soms tak kenbossen. Uit dankbaarheid voor de hulp werpt de ooievaar het eerste jaar een veer, het tweede een ei en het derde jaar komt er een jong uit. Over de ooievaar gaat het fabeltje, dat hij de mensen de kindertjes brengt. Het werd althans de kinderen verteld om hen op een dwaalspoor te brengen. Toch schijnt volgens het oude volksgeloof de ooievaar eigenlijk veeleer de vervoerder van de zielen te zijn geweest. Hij haalde ze uit de Wolkenzee, waarvan de meren en de bronnen op de aarde slechts de af spiegelingen zijn. De klepperende snavel en de rode poten zijn de tekenen van de dondergod. De ooievaar is het dier van de hemelse en aardse wateren. Het is niet verwonderlijk dat over een vogel, die in het volksgeloof in verbinding stond met „de andere wereld" vreemde, „bovennatuurlijke" verhalen de ronde de den. Zo is de geschiedenis opgetekend van een man uit Struokhausen in Oldenburg op wiens huis een ooievaarsnest was. „Op een keer", vertelde de man die bij een kade stond, „hoorde ik mij toeroepen: „Goeie dag, Jan". Ik verwonderde mij erover, omdat nie mand mij na de dood van mijn vrouw bij mijn voornaam noemde. Op een schip zag ik een langbenige zwarte staan. ,Hü kent mij niet", voer de vogel voort. Toen de man duidelijk zijn verwonde ring liet blijken zei de ooievaar: „Laat ik het u zeggen, 's Zomers nestel ik op uw huis, daarna ga ik naar Afrika en word voor enige dagen weer mens". Dit verhaal steunt op het zeer oude ge loof, dat de ooievaars in het land, waar zij overwinteren mensen zijn. Er bestaan ongeveer twintig soorten ooievaars en vogels, die tot de ooievaarachtigen behoren. Zij vertoeven in de gematigde klimaten, zoals in ons land en in de tropische gebieden. De ooievaars, die in de koudere gebieden verblijven zijn de „trek kers" De ooievaars maken met hun snavels klepperende geluiden. Hiermee compenseren ze het feit, dat zij met hun zangstrottehoofd geen geluid kunnen voortbrengen. Zij zijn dus „stom". Zij zoeken wa terrijke gebieden op, omdat zij daar hun meeste voedsel vinden, zoals muizen, hagedissen, aal tjes en vogels. Er zijn ook soorten die van kada vers leven. De ooievaar bouwt zijn nest hoog in de bomen, op woonhuizen of op een boven op een paal ge plaatst wagenwiel. Het mannetje sleept meestal het materiaal aan en knutselt de buitenkant in el kaar, terwijl het vrouwtje de binnenkant van het nest voor haar rekening neemt. Het paar broedt om beurten de eieren in 30 tot 38 dagen uit. Typisch is dat de ooievaars in Nederland nooit ko lonies vormen, maar dit in andere landen wel doen. In ons land komt het wel voor of lie- Ooievaarsfarm Er bestaan plannen om in ons land te ko men tot het stichten van een ooievaars- farm, zoals die ook in Zwitserland en Bel gië bestaan. Dit werd onlangs meege deeld op de jaarvergadering van de Ne derlands Vereniging tot Bescherming van Vogels. Het plan is afkomstig van de adviseur der vereniging, de heer H. van Dongen uit Den Haag. Er wordt thans ge- zooht naar een geschikte plaats voor een dergelijke farm. Voorwaarden zijn om.: weinig verkeer en geen hoogspannings draden. De bedoeling is daarop dertig ooievaars samen te brengen en die zo te kortwieken, dat ze niet weg kunnen vlie gen. Daardoor worden de vogels gedwon gen ter plaatse te broeden. Om de kosten te bestrijden is een „Kring van vrienden van de ooievaar" opgericht. Voorts is de mogelijkheid geschapen ooievaars te adopteren. Dat kost f 50. Scholen kunnen aan de actie meedoen voor f 100 per vogel. ver gezegd kwam het wel voor dat de ooievaars slaande ruzie met elkaar kregen als hun nesten te dicht bi) elkaar in de buurt lagen. De eieren liepen dan het risico over de rand van het nest te worden gewipt en kapot te vallen. Deze charmante vogel, die ook in ons volksgeloof een belangrijke plaats heeft ingenomen is in Ne derland altijd bijzonder populair geweest. Vandaar dat het verschrikkelijk jammer zou zijn als we hem straks moeten missen. FRANS KEIJSPER Weekeindbijlage Leidsch Dagblad zaterdag 16 maart 1968 r\e ooievaar in een kleine Westduitse stad f in het zuidwesten van de Bondsrepubliek is een van de weinige dieren ter wereld die een eigen bankrekening bezit. In de safe van de spaarbank ligt op het ogenblik een bedrag van 7.000 mark gereed voor het ir stand houden van de vaste nestelplaats var de ooievaars familie op een niet meer gebruik te schoorsteen van een kunst stof fabriek in het centrum van de stad. De jboorsteen zou het vorige jaar afgebroken worden, maar door het vormen van een fonds werd dit voor komen. Ook bij onze oosterburen staat de ooievaar in hoog aanzien. Tot grote spijt van bevol king en ornithologen is ook het aantal aan de in Duitsland nestelende ooievaars in de loop van de afgelopen dertig jaar sterk afgeno men en wel met tweederde. Aantal ooievaars van 1939 tot 1967 (Ontleend aan „Het Vogeljaar").

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1968 | | pagina 7