Veertig jaar in het kle u ter on dertvjs Kb Boerliaavecursus over opleiding van medici Thaiassa" de openbare kleuterschool „De Goudsbloem" aan de Mare- d te Leiden is gistermiddag een bijzonder jubileum gevierd, gebeurt niet vaak'dat iemand veertig jaar verbonden is bij ^kleuteronderwijs en ook nog op hogere leeftijd de drukte een hele massa vrolijke, vaak opgewonden en vaak rumoe- kleuters aan kan. ir het hoofd van de kleuterschool „De Goudsbloem", mej. rouwer, is dit echter niets bijzonders. Zij staat nog iedere - op een leeftijd van zestig jaar van 's ochtends tot aan eind van de middag in het middelpunt van groepen van tot soms nog meer kleuters. En de kinderen adoreren JAN g< i dag JAlf» dst« Haai! dags IIbtt Bloemen «ilve collega's en ouders waren itermiddag op de receptie, die tegenheid van het veertig-jarig did van mej. Brouwer werd ook een paar van „haar" die haar heel parmantig een f kloemen kwamen aanbieden. Er veel bloemen en geschenken middag als blijk van waarde- 'oor de wüze waarop de jubile- kleuterleidster veertig jaar met de kleintjes is omgegaan, niet alleen met de kleuters, mej. Brouwer heeft op haar aal Htn. [EKË 1 •?049!. school ook altijd veel leerlingen van de Leidse kweekschool voor kleuter leidsters in opleiding gehad. De eerste die mej. Brouwer gister middag gelukwenste, was de gemeen telijke inspecteur, de heer J. J. van Riesen, die namens B. en W. van Lei den sprak. Hy vertelde, dat mej. Brouwer haar opleiding volgde in Lei den aan wat toen nog de „School voor bewaarschoolhouderessen" heette. In 1926 haalde zij de hoofdacte. maar ging toen nog even- door om vervol gens ook deacten nuttig handwerken, handenarbeid, kleutergymnastiek en kleuterritmiek te behalen. In 1927 werd zij aangesteld als kleuteronder- De gemeentelijk inspecteur van het onderwijs, de heer J. J. van Riesen, biedt mej. J. Brouwer de jubileumgratificatie van de ge meente aan. (Foto L.D./Holvast) wijzeres in Santpoort. In 1941 kwam zij als hoofdleidster bij de kleuter school in de Gortestraat in Leiden werken. Sinds 1 september 1950 is mej. Brouwer nu al weer hoofd van „De Goudsbloem". Een hoofd „In het begin heb ik het hier wei eens moeiiyk gehad", vertelde zij la ter op de middag. „Er waren dan weieens ouders, die me de wet wilden voorschrijven, maar dan dacht ik maar: er is tenslotte maar één hoofd". En al snel accepteerden de ouders dat mej. Brouwer de school op haar eigen wijze leidde. De heer Van Riesen wees er ver der op, dat mej. Brouwer in die veer tig jaar wel tegen de tweeduizend kinderen juist in deze voor het kind zo ontvankelijke periode heeft bege leid. De heer A. Gaykema. hoofd van de Marnix van St. Aldegondeschool, die Nog geen SER- advies over stakingsrecht (Van onze Haagse correspondent) De Sociaal Economische Raad is het niet eens kunnen worden over het ontwerp-advies over het stakings recht. In de vergadering van giste ren is besloten het advies terug te zenden naar de commissie, die het ontwerp heeft voorbereid. Van donderdagochtend af is in het Leids Academisch Zieken huis een Boerhaavecursus gehouden over medisch onderwijs. Er werd hierbij voornamelijk gesproken over de eisen waaraan de artsen in de toekomst zullen moeten voldoen en over de taak, die de medische faculteit heeft ten aanzien van opleiding van verpleegsters alsook voor de „nascholing" van artsen. Internationaal in hetzelfde gebouw als „De Gouds bloem" is ondergebracht, sprak zijn bewondering uit voor het werk van mej. Brouwer. Hij bood haar mede namens het personeel van zfjn school en namens de oudercommissie een cadeau en een bos bloemen aan. Prestatie Namens .de oudercommissie van „De Goudsbloem" bood vervolgens de heer J. Wiekhart haar een ge schenk aan. Hij noemde het een gro te persoonlijke prestatie om zich zo voor het kleuteronderwijs te geven. Mej. A. K. van Alphen voegde aan deze geschenken en toespraken nog een cadeau en een bos bloemen toe namens alle Leidse hoofdleidsters. Tot slot sprak mej. H. M. ter Beek als directrice van de kweekschool voor kleuterleidsters haar dank uit voor het feit dat mej. Brouwer altijd weer bereid was om kwekelingen in te werken. „U wist over te dragen wat er voor nodig is om de kleuters te begeleiden en toonde bovendien aan de meisjes, die nog in hun oplei ding waren, hoeveel plezier men ook na veertig jaar heeft aan het werk van kleuterleidster". Dit is de tweede cursus, die wordt gewijd aan onderwerpen, welke be trekking hebben op plannen en ver anderingen die eventueel worden doorgevoerd als te zijner tijd in Lei den, Amsterdam en Utrecht nieuwe academische ziekenhuizen worden gebouwd. Aan deze conferentie wordt deelgenomen door 172 medici, studen ten en andere betrokkenen uit ver schillende landen aan beide zijden van het ijzeren gordijn. Hierbij is ge bleken dat enerzijds de problemen overal veel gelijkenis vertonen, maar dat er anderzijds in sommige centra voor deze problemen oplossingen zijn gevonden, waaraan men in Neder land nog moet beginnen. Zo vertellen de Amerikaanse spre kers dr. G. E. Miller en dr. H. Jason, die beiden hoofd zijn van een aan een medische faculteit verbonden bu reau voor onderwijsresearch, iets over hun werkzaamheden bij de planning en beoordeling van het on derwijsprogramma. In de eerste plaats moet men zich I beraden wat voor veranderingen men zou willen gaan doorvoeren en hoe deze veranderingen kunnen worden I ingepast in het reeds bestaande on derwijssysteem. Voorts moet men weten wat de verlangde eindresulta ten zouden moeten zijn om dan ten slotte na het doorvoeren van de ver anderingen het effect van deze ver- I anderingen te toetsen. In Amerika, zo vertelden de sprekers, hebben 12 van de ca. 90 medische faculteiten een bureau voor onderzoek bij weten schappelijk onderwijs ingeschakeld. Ook de Nederlandse universiteiten zijn al begonnen met iets in deze richting. In Lelden is bijvoorbeeld al een bureau voor onderzoek van het onderwijs in oprichting. Het is echter niet waarschijnlijk dat deze voor de gehele universiteit bedoelde diensten op grote schaal werkzaamheden voor de medisch faculteiten zullen kunnen verrichten. V eraiitleriiigen Een belangrijk onderwerp van be spreking was voorts de vraag welke veranderingen in de aard van de me dische wetenschap te verwachten zijn en wat de consequenties daarvan kunnen zijn voor de medische oplei ding. Dr. J. Spaander, directeur voor de gezondheidsbescherming en directeur van het Rijksinstituut voor de Volks gezondheid, bracht o.a. naar voren dat door het succes van de curatieve geneeskunde het begrip ziekte wordt teruggedrongen en dat daardoor de preventieve geneeskunde aan beteke nis zal toenemen. Voor deze nieuwe taken zullen deskundigen van ver schillende aard moeten worden opge leid. De medische faculteiten zullen daarvoor in samenwerking met ande re organisaties, zoals bijvoorbeeld het Nederlands Huisartsen-Genootschap, nieuwe programma's moeten ontwik kelen. Een ander aspect ls de steeds drin gender behoefte aan regelmatige en systematische nascholing voor praktiserende artsen. Verplegend personeel De Amerikaanse art H. T. Clark vermeldde nog een andere taakuit breiding van de medische facultei ten, namelijk het organiseren van wetenschappelijke opleidingen voor verplegend personeel. Deze .studie" duurt ln Amerika vier jaar. Verschil lende colleges lopen de toekomstige verpleegsters, die in Amerika dan ook volledig als studentes worden be schouwd, samen met medische stu denten. Daarnaast blijft men er ver pleegsters houden met een normale driejaar8-opleiding, welke meer prak tisch gericht is. Het ls duidelijk dat voor de Ne derlandse medische faculteiten de vele nieuwe taken een zware belas ting zullen vormen. Vele nieuwe werkzaamheden zullen dan ook alleen door een gezamenlijke inspanning van deze faculteiten aangevat kun nen worden. Een stap in deze richting is al gedaan met het instellen van het Interfacultair Overleg van de Nederlandse Faculteiten der Ge neeskunde, dat als uitgangspunt voor deze samenwerking zou kunnen die nen. Interi ni dividend Aku Algemene Kunstzijde Unie N.V. (AKU) keert over het boekjaar 1967 een interimdividend van f 1.20 (on veranderd) uit op gewone aandelen. Bij het ter perse gaan van dit f nummer waren de dagelijkse J scheepsmeldingen nog niet in f ons bezit. e PAGINA 19 Oorspronkelijke roman door Jan de Hartog 'a de ma,alt«d zette de oude itsman koffie en Bernard zong janse liedjes, die melancholiek Aken ln het maanlicht. De be- nning, een groepje donkere ge- jnten op het middendek, mompel- ,01é, olé" na elk couplet. k volgende dag ging de stuur- terug naar het wrak met zijn lapparaat. om naar banden te ten in de ruimen. Zijn flessen tn opnieuw geladen met samen- erste lucht door middel van een tortje op het dek, dat ik nog niet len had omdat het zorgvuldig met üoek bedekt was geweest. Het het enige ding aan boord waar aan besteed werd, want hun j [aan hing ervanaf. Als het ma- ,9 2; rotje defect zou raken zouden zij r Nice of Cannes moeten varen hun flessen te laiten laden. Een had een rendement van onge- twlntig minuten op een diepte twintig meter. Als zij dieper en,- gebruikten zij meer lucht, tag. door mijn masker, de stuur- opnieuw duiken. Het zien van vrak gaf mij opnieuw dat vreem- dromerige gevoel. Het scheen als- mijn hersens nog niet besloten ten hoe op dat schouwspel te eren, met ontzetting of verruk- Dit keer dacht ik aan Hasen- 15 en ik stelde mij voor hoe onze schepen nu lagen op de zan- bodem van de Atlantische Oce- in hun laatste omhelzing. Het tn niet de schepen die mij een #1 van afgrijzen gaven, het was [edachte aan hen die erin lagen, i oude eerste machinist, een wit tt ln de schemering van de ma- Kkamer tussen de stille dode tSTjers en het ijzeren trapje, waar ie vissen zwommen, soms glins- id in het zwakke licht van bo- Terwyi ik naar het wrak lag Ijken en opnieuw het oranje we- zag neerdalen langs de voor dacht ik plotseling, ik weet waarom, aan het sprookje van an die alleen achter werd ge in een leeg huis met de sleu- rnn een kamer, die hij niet openen. Hij opende die deur zag een visioen van schoon- en verrukking, die eindigde in jruwelijke nachtmerrie waaruit en enslotte gered werd door een nr wonder van liefde. Ik voelde mij alsof ik die deur nog niet had ge opend, maar door het sleutelgat gluurde. Terwijl ik het oranje wezentje met de wolkjes zilveren luchtbellen de presenning zag losscheuren en de luiken openen, begon mijn hart weer te bonzen en ik had een gevoel van onveiligheid. Het wonder van de lief de dreef doelloos in mijn gedachten en bracht het vage beeld van twee gezichten. Ze waren zwak, hulpeloos en ver weg; Nicole en June Sim mons. Ik wist dat als ik ooit zou binnendringen in die wildernis van stilte, ik iemand nodig zou hebben die sterker moest zijn dan Stella, om de langzaam afwikkelende draad vast te houden die ik achter mij mee zou trekken bij het afdalen in de duisternis. Zonderlinge sprookjes gedachten; het oranje wezentje had nu twee luiken geopend en verdween in het zwarte rechthoekige gat als in een graf. Dit keer stoven er geen zilveren vissen uit de duisternis; alleen de luchtbelletjes stegen speels in kleine glinsterende wolken naar de gouden mist van de oppervlakte. Alles was stil en vredig, kleine vissen hingen roerloos in het stille water. Mijn adem maakte een hol geluid in de buis; ik hoorde nog steeds het zwak ke geknetter als van een verre brand. Toen, plotseling werd een van de luiken omhoog gestoten door een geweldige slag van onderen en een donker ding schoot wervelend om hoog uit het donker. Pas toen het draaiend opsteeg in het zonlicht zag ik dat het een autowiel was. De luchtbelletjes bleven uit het ruim opstijgen, onregelmatig nu, steeds meer wielen kwamen draaiend uit het gat omhoog. Ik telde er tien voor het oranje wezentje uit het graf gezweefd kwam en langzaam naar de midscheeps zwom. Toen hij de stuurhut binnenging, was er opnieuw de geluidloze ont ploffing van duizenden zilveren vis jes die uit de ramen en de deur flitsten. Daarna gebeurde er niets meer. De luchtbelletjes bleven op stijgen, nu uit de deur, dan uit een a; toen verscheen het oranje we zentje weer, zwom tussen de schoor steen en de omgekeerde sloepen door en daalde neer voor de deur van de 'hu ibileum van mej. J. Brouwer DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 1006. Als we dwars door de postzak zouden kunnen kijken, zouden we Bram zien, die van de berg omlaagstortte met onbe kende bestemming. De valpartij duurde zo lang, dat Bram de tijd had om iets van het geheim rond Knud Humstrum te gaan be grijpen. Dat is het dus..daardoor is de post zo vlug ter plaatse en daardoor zijn er brieven verloren gegaan: hij gooit alles gewoon tlERDAG 16 DECEMBER 1967 de berg af. Alleen begrijp ik dan nog niet, dat hij zélf weer aan wezig kon zijn om nog vóór die andere postbode de bezorging op zich te nemen. Maar ook daarvoor is ongetwij. De rest van zijn gedachten brak of door de smak, waarmee hij op een helling belandde. In duizelingwekkende vaart gleden de postzakken door, totdat ze tegen het geboomte vóór het besteldorp tot stilstand kwamen met een smak, die de sneeuw van de takken wierp. „Au", zei de ene postzak. leeg en er was geen muntstukje meer te vinden. „U hebt ons zelf opdracht gegeven om alles naar de vliegende schotel te dra gen!" verklaarde een van de huisknechten. „M-maar dat was ik niet.wierp Joris tegen. „D-dat was mijn eh gefalderde ik. Die is met een fnuk gemaakt!" De bediende begrepen niet veel van die verklaring, maar het was duidelijk, dat ze geen loon zouden krijgen. „Smoesjes!" riepen ze dan ook, Joris de voordeur uit gooiend. „Oplichterspraat! Maar we nemen dit niet! We zullen ons bekla gen bij het Arbeidsbureau'" radiohut. Hij scheen moeite te heb ben om de deur te openen; hij slaag de er pas in nadat hij zijn voeten tegen de muur had gezet en met zijn volle kracht aan de deurknop was gaan hangen. Toen de deur opensprong viel hij achterover. Hij maakte een langzame, sierlijke bui teling met een cirkel van zilveren bellen; toen zwom hij terug naar de deur en verdween in de hut. De luchtbellen bleven opstijgen. Iets grijs kwam naar buiten geslopen, he lemaal bovenaan, draaide om en steeg dobberend naar de opper vlakte. Eerst dacht ik dat het leef de, toen herkende ik het. Het was een tropenhelm. Plotseling stopten de luchtbellen, ik wist dat dit iets betekende: het oranje wezentje hield de adem in. Toen schoot het achteruit naar bui ten, vechtend met iets in een wolk. Het was een vreemde, donkere wolk, bijna zwart, als rook. Ik zag slang achtige armen graaien en iets dat op een kale schedel leek. Toen spoot een nieuwe wolk uit de eerste, breid de zich langzaam uit en onttrok het oranje wezentje dat trappelde met de voeten, aan het gezicht. Plotse ling zag ik onder uit de wolk een heel kluwen ingewanden omlaag zin ken, zilveren darmen, glanzend in het zonlicht, die kronkelend achter de omgekeerde boten verdwenen als of zij nog leefden. Ik tilde mijn hoofd op en mijn mond vulde zich opnieuw met zeewater; dit keer blies ik het uit de pijp en zwom terug naar de sloep zo vlug als ik kon. Ber nard dreef langszij, met één hand aan de rand. en keek naar beneden. RECHTER TIE EN DE VOSSEMOORDEN 2113. Na zijn gesprek met Lo heeft Rechter Tie een korte siësta gehouden. Geheel verfrist besluit hij wat in de stad te gaan kij ken. Hij heeft trouwens nog een speciaal doel, namelijk het raad plegen van een deskundige over Soengs muziekboek. Wie weet kan hij uit de liederen in het oude notenschrift iets meer over de stu dent te weten komen. En wie weet zijn het geen melodieën, maar geheime notities in code. Het is vergezocht, maar waard om na te gaan. Op straat is het al tamelijk druk en er klinkt een vrolijk geroezemoes. Heel de stad is met lampions versierd voor het ko mende Maanfeest. De uitgelaten stemming van de voorbijgangers werkt aanstekelijk, en neuriënd slaat Rechter Tie de weg in naar de hoofdstraat. Vanavond geeft zijn collega een diner dat een feestelijk evenement belooft te worden, en voor morgen staat er een excursie op het programma naar de Smaragden Rots, een berg plateau niet ver van de stad, dat beroemd is om het weergaloze uitzicht. Als Rechter Tie een muziekwinkel ziet, denkt hij weer aan het doel van zijn wandeling. Hij haalt het muziekboek tevoorschijn en loopt naar binnen. Een oorverdovend lawaai klinkt hem tege moet. Vele klanten ivillen op het laatste moment nog een fluit tamboerijn of tweesnarige viool kopen voor het feest, en de in strumenten moeten natuurlijk eerst geprobeerd worden. Achter in ziet Rechter Tie een man, die haastig een kom rijst naar bin nen werkt. Kennelijk de eigenaar. Bij hem zal hij zijn licht maar eens gaan opsteken. (Wordt vervolgd) blijf de feestdrukte voor 1 5995. Er zat voor Joris niet veel anders op dan zijn land goed binnen te gaan om de salarissen voor zijn bedienden te gaan verzorgen. „Wat lastig komt mij dit nu toch uit.mompelde shij. „De fnuk is mij ontstolen, zodat ik geen geld kan falderen en bo vendien ben ik bang, dat mijn namaaksels behalve mijn meubels ook mijn brandkast hebben weggehaald!" Zijn vrees was terecht. Alle kamers van het buitenhuis waren

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 19