SARKHAN 5CH EEPS B ERICHTEN FflNTfl ORANGE tDAG 4 NOVEMBER 1967 LETDSCn DAGBLAD PAGINA ADVERTENTIE O JA, EVEN NAAR PRONONCE VOOR EEN WARME OUSTER Hoe is het ontstaan? a Dit woord: MAART Sinds het jaar 153 voor Chris- tus liep het Romeinse kalender- jaar niet meer van maart tot en met februari, maar van ja- nuari tot en met december. Voor die tijd was maart dus de eerste maand van het jaar en het ver- wondert niet dat die werd ge- wijd aan de god Mars. De La- tijnse naam luidde: Martius mensis. Deze Mars was niet al- f leen de god van de oorlog, hij l was ook de vader van Romulus l en Remus, de mythologische stichters van Rome. Hij werd l afgebeeld als een jonge kryger i met helm en lans, soms zittend l op een strijdwagen, nooit als een i mensenverslindend monster. Het grillige weer tijdens maart deed rijmpjes ontstaan als: maart roert zijn staart en: een droge maart is goud waard. RECHTER TIE EN HET RAADSEL VAN DE RING 36—12. „Dat is de man die jij zo wreed vermoord hebt"! zegt Rechter Tie. Seng Kioe springt woedend naar voren, maar twee gerechtsdienaars grijpen hem vast. Dat is een leugen", roept hij uit. „Die ouwe gek was nog springlevend toen ie gisteravond bij ons de deur uitliep". Wie was hij"? vraagt de Rechter streng. Een rijke vent uit de hoofdstad", zegt Seng. ,,Twan Moe-tsai heet te die. Hij was de baas van een grote drogisterij, maar hij kreeg het op z'n heupen van me zus, en sindsdien ivou ie altijd met ons meetrekke. Hij vond 't een grote gein om de zwerver uit te han gen en hij deed alles wat me zus ivou. Ze had hem genoeg poen kenne aftroggele, maar dat wou dat stomme wicht niet. Zelfs die ring wou ze niet van 'm inpikke. Evengoed hadde we een mooi bakkie rijst an 'm, dus ik zou 'm heus nooit van kant hebben ge maakt". Rechter Tie speelt nog steeds met de mogelijkheid dat pandhuishouder Leng gechanteerd werd. „Wanneer heeft Leng je in dienst genomen om kisten te smokkelen"? vraagt hij. Seng Kioe zakt op zijn knieën en roept uit: „Ik in dienst van zo'n uitzuiger! Welnee, mijn baas was Liau de Bakker uit Tsjang-pei. Maar ome Twan heb ons van 'm losgekocht! De Bakker wou ons kisten over de rivier laten zette, maar dat was ons veel te link. En toen hebbe we ons afgescheije. Dat is de eerlijke waarheid Op dinsdag 7 november komt de tuimibouwstudieclub EMM des avonds 8 uur bijeen in de kantine van de veiling in Roelofarendsveen. De heer J. Breebaart van het Ryks- tuinbouwoonsulentschap Amsterdam zal een inleiding houden over de kost prijs van anjers en rozen. DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 970. „Laten we er binnen over praten", stelde Prikkebeen Ju nior voor en hij ging hem voor naar de vreemdste woning, die Bram ooit had gezien. Achteloos wees de eilandbewoner op een groot aquarium: „Hoe vindt u dat stuk van mijn verzameling? Een levende cirkelzaagvis met gave tanding, ongestempeld, een pronkstuk van mijn verzamelingMaar het is nog niets vergeleken bij uw wandelende schip. Dat moet en dat zal ik hebben". „Het is niet te koop", herhaalde Bram ongeduldig. De ander deed of hij het niet had gehoord. Hij was er op uit om indruk te maken, en daartoe wees hij een ander deel van zijn verzameling Zonderlinge Zaken aan: „Dit is het Zwevende Wijnvat. Heel wonderlijk. Als-le vol is, zweeft-ie". „En als-ie leeg is?" vroeg Bram. Dan zweef jij", zei de ander en hij moest er smakelijk om lachen. Maar Bram bleef op zijn hoede. Nederlandse Zeesleepvaart ONS I DAGELIJKS VERVOLGVERHAAL' Oorspronkelijke roman door William J. Lederer en Eugene Burdlck „Sarkhan" is onder de titel „De rode mieren" in boek vorm verschenen bij F. G. Kroonder te Hilversum. documenten aan te nemen en er zorg voor te dragen". „Goed. Stuur ze maar per post". „Dat durf ik niet. Als ze in ver keerde handen raken Ik zal ze graag naar je huis brengen op elk tijdstip dat jou gelegen komt". „Half acht vanavond". Om half acht die avond drukte Cogswell bij DeVoto op de bel. Toen de deur openging overhandigde hij DeVoto de envelop. Zonder een woord te zeggen draaide hij zich om en ging weg. Twee avonden later, om tien voor elven, was Cogswell in zijn werkka mer. Hij bekeek een exemplaar van zijn nieuwe tijdschriften zonder al te grote belangstelling daarvan was hij zich heel goed bewust. Zijn butler kwam binnen. „Mijnheer, daar is iemand om u te spreken". „Op deze tijd? Ik wil niet gestoord worden. Door niemand". „Het is mijnheer DeVoto van het Witte Huis". Cogswell legde het tijdschrift opzij. „Laat hem binnenkomen." Wally DeVoto kwam snel en opge wekt binnen. Alle assistenten van al le presidenten die hy gekend had, waren snel en opgewekt geweest. .Mijnheer Cogswell, ik heb op dracht gekregen u dit persoonlijk ter hand te stellen," zei DeVoto terwijl hij hem een envelop overhandigde. „Niemand anders mag er een oog inslaan". Cogswell nam de envelop aan, draaide die om en was er zich van bewust dat zijn vingers trilden. Hij was op de nieuwe slag voorbereid. Hij keek DeVoto aan, maar de jon geman was aandachtig bezig de boe ken op de plank te bekijken. Cogswell maakte de envelop open. De brief was met de hand geschre ven, ongedateerd, maar op het brief papier van het Witte Huis. „Beste Adolph, Ik zou graag persoonlijk naar je zijn toegekomen. Maar ik weet zeker dat je begrijpen zult dat dat niet verstandig zou zyn. Ik heb de docu menten die Je me gestuurd hebt, aandachtig doorgelezen. Het was een pijnlijke ervaring, maar lk heb er iets uit geleerd. Ik kan je twee vrienden niet de eer geven die hun toekomt. Ik kan jou niet in je functie herstellen. Dat spijt me heel erg. De communisten kunnen verslagen worden maar alleen met nieuwe middelen en frisse denkbeelden zoals de door Je vrien den en jou voorgestelde. Ik zal je in de toekomst nog om raad vragen, Adolph, al zal het niet in het openbaar zijn. En ik weet dat ik op je stilzwijgen kan vertrou wen. Mijn innige dank". Cogswell liet zich achterover in zijn stoel vallen en zuchtte terwijl hy naar de kriebelige handtekening van de president keek. Hy hoorde pa pier ritselen en herinnerde zich dat DeVoto nog in de kamer was. .Wally," vroeg Cogswell hees, maar met de vroegere kracht en zelfverzekerdheid weer in zyn stem, „wacht je om te kyken dat ik deze brief verbrand?" „Nee, mynheer". De president heeft me niet opgedragen te wach- Hy aarzelde even. „Maar ik dacht dat ik misschien een antwoord mee zou krygen." „Er is geen antwoord, Wally". DeVoto liep langzaam, met kenne- lyke tegenzin naar de deur. Hy keek nog eens naar de brief in de hand van de oude man. „Welterusten, mynheer." Hy ver trok. Cogswell las de brief over. Hy bleef by de laatste zin steken. „Ik weet dat ik op je stilzwygen kan vertrouwen". Hy ging naar de haard, haalde een lange houten lucifer uit een doos, streek die aan en bukte zich. Hy stak het papier aan en liet het bran den tot het vuur byna zyn vingers bereikt had. Toen liet hy het ver koolde papier op het rooster vallen. 2395. Agent Blaf straten besloot, om een strenge bekeuring uit te schrijven. Het komt nu eenmaal niet van pas dat men zo maar een voertuig parkeert, dat de hele rijweg beslaat, nietwaar? „Mag ik uw rijbewijs zien?" vroeg hij daarom zakelijk. „Rijbewijs?" herhaalde het wezentje verrast. „Niet nodig, nee? Hoeft niet, hè?" Die woorden brachten de politieman tot woede. En die werd er niet minder op, toen Astral onverstoorbaar een knopje op een doosje indrukte. ,fZo!" riep Blafstraten kwaad. „Hoeft dat niet? Hebt u geen rij bewijs nodig? Dat zullen we nog eens even zien!" „Goed hoor!" zei de schoteleigenaar. „Kijk maar! Mijn tuig rijdt niet! Geen wieltjes, zie? Daarom hoeft bewijs niet!" De getergde agent keerde zich om naar de plek, waar het voertuig zoeven nog had gestaan maar tot zijn ontzetting merkte hij dat het was verdwenen. Alsof het in de lucht was opgegaan en dat was natuuurlijk ook zo Haifa fa Antalya Tilly 1 fa Kopmansholmen Tiibantjat 2 v Mombasa n Tan - Yokkalchi v Negoya fa Kol Tiitjalengka 2 *20 m NO Mai. Tjiwangl 3 fa Sydnay breek niet af voor je ge- hebt. Ik heb enkele docu- die ongelooflyk belangryk de toekomst van de Verenig- Het is van het hoogste de president deze docu- uim krygc. Ik ben de enige in dojnde man die weet wat die te aten inhouden. Als de presi- n„ .(heeft, ben ik van myn ver- ontheven. Ik hoef te hebben, jy die papieren aan de I p geeft". 11 |ieer Cogswell, de president erg druk". J"3als gunst aan my, Wally", opell, „maar als een plicht vir Amerika, vraag ik je de De heer Th. Blijenberg, St. Anna Kapelstr. 6, Culemborg, gaat naar Grenoble. Met zijn echtgenote! Wéér viel er een hoofdprijs! Een reis naar Grenoble èn f 3000 honorarium voor de heer Blij en- berg. Proficiat Spaar óók kroonkur- ken met Coca-Cola, Fanta en Sprite en win! Coke, Fanta en Sprite, geweldig lekker! ell dacht vaak aan Coldstream Jauley. Hy vroeg zich af waar raven zouden zyn. Niemand t. Hy voelde zich in zeker op- mtrantwoordeiyk voor hun dood, 5j kon niets doen. Hy deed ïfcxpogingen met hun families in [ng te komen, maar McCauley een verre neven en men kon iten dat de gewezen vrouw Idstream niet veel belangstel- U tonen. En toen pas drong Cogswell door hoe volkomen earn en McCauley verdwenen O*. Men zou zich hen nog een iar herinneren als verraders ■iministen en dan zouden de verdwynen met uitzondering gevallen waarin een of an- nog een exemplaar reven had staan van Duizend bkhan, door McCauley Thad- iets gedaan worden met envelop. Hy tobde erover IG knaagde aan hem. Hy ver- adsw nooit uit het oog. Hy had 1 Heren zak steeds in de zak o jas; 's nachts lag ze on- d. Ihoofdkussen. belde hy Wally DeVou», assistent van de pre-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 19