Radio-journalistiek bezig volwassen te worden w Charles Lloyd en jazz in Rusland Zuid-Afrika zit steeds zonder nog tv Oud-bokser leidt een bar voor filmsterren BATERDAO 29 MEI lS6f ED.-EXTRA 4 Jan de Visser, 1 J acq Grijpink Philip MEN kan radio en televisie vergelijken met een rijpe, charmante vrouw op middelbare leeftijd, die een heel aantrekkelijke, jonge dochter heeft: wie let er nog op de moeder met al haar verworvenheden? Aller ogen zijn immers gericht op de koketterende jonge dochter. Er zit iets onredelijks in, wellicht. Maar aan de andere kant ook iets begrijpelijks: radio was tot vóór de komst van televisie zachtjes ingedut. Met frisse journalistiek had zij, voorzover die ter sprake kwam, weinig of niets meer te maken. In vele gevallen heeft juist de geboorte van de t.v., het verschijnen van nieuw opgezette actuali teitenprogramma's die gemaakt werden door jonge journalisten afkomstig van dagbladen, de radio uit haar versuffing gehaald. De radio heeft zich opnieuw van haar waarden bewust moeten maken, ze heeft een duidelijke richting moeten kiezen. En die is geworden: het belichten van achtergronden, het commentariëren van nieuws, het geven van het nieuws aanvullende informatie. Over het algemeen heeft men over de luisterdichtheid bepaald geen klagen, al hebben die rubrie ken die in de t.v.-uren vallen, dui delijke terugslag te boeken. Frustre rend werkt dit echter niet: ieder vindt zijn eigen formule om dit ver schijnsel op te vangen. Financieel heeft men niet al te brede armslag. Daar staat echter tegenover dat radio- journalistiek minder duur kan zijn, omdat men met weinig technisch materiaal te maken heeft en over het algemeen één verslaggever vol doende is dit in tegenstelling tot de t.v., waar men zit met de pro blemen van straalzenders, NTS-wa- gens, verslaggevers, belichtingsman, cameraman, kabelsjouwer enz. De personeelsbezetting van de ra dio-actualiteitenprogramma's is over het algemeen genomen te wei nig. Eigen mensen worden vaak overbelast en er moet veel hulp worden ingeroepen van free lance medewerkers en buitenlandse cor respondenten. Met de vijf hoofden van de ra dio-actualiteitenrubrieken hebben wij een gesprek gehad over hun wijze van werken en hun inzichten. De TROS hebben wij in dit over zicht even buiten beschouwing ge laten: men heeft daar nu eenmaal op dit punt nauwelijks nog erva ring. Jacq. Grijpink (KRO) „De sfeer van radio- en televi sie journalistiek loopt parallel, al leen de mogelijkheden zijn totaal anders. Toen, om een voorbeeld te noemen, Sjastri overleed, was uiter aard zowel radio als televisie te laat. De mensen van „Brandpunt" zijn er toch heengegaan: ze maak ten een reportage van de begrafenis en dat werd een dramatisch docu ment van een aparte dimensie. Zo iets kan de radio natuurlijk niet. Wij zitten dichter op de directe actualiteiten en dichter op het com mentaar daarop. In dat opzicht staan wij meer in de buurt van een krant dan de televisie. De radiojournalistiek wordt vol wassen. Pas nu gaat de functionele informatie pas goed van de grond komen en dat is ons sterke punt én ons belang. Vroeger wilden we slechts cultuur bij de mensen bren gen de confessionele omroepen hadden voorts hun verkondigende taak. de niet-confessionele hun verstrooiing. Maar de echte goede informatie is altijd verwaarloosd. Daar komt nu allemaal verande ring in. Lang heeft de radio ach terop gelegen, maar het verschij nen van en de aanpak van de ac tualiteitenrubrieken bij de televisie (zonder hinderlijke tradities) heeft de radio veel goed gedaan. Dat de luisterdichtheid, overdag al leszins redelijk te noemen, 's avonds terugloopt onder invloed van de te levisie, is een zaak die op zeer veel mensen ontmoedigend heeft ge werkt. Ik voor mij: t.v. doet mij geen pijn, ik ga er bepaald niet gebukt onder. De schittering van het „bij de radio werken" is er een beetje af, gelukkig maar: het komt de jour- nalistiekè werkzaamheid echt wel ten goede je hoeft geen mooie stem meer te hebben, het gaat er slechts om wat je te vertellen hebt". Simon Mol (NCRV) „Wij zijn als eerste van alle ra dio-actualiteiten-programma's be zig om te komen tot een verregaan de coördinatie tussen de correspon derende actualiteitenrubrieken in radio en televisie. Wij streven naar een parallel lopende gedach- tengang. Aan het brengen van puur nieuws hebben we weinig behoefte: waarom zouden wij gaan concurre ren met de radio-nieuwsdienst? Vroeger hebben wij teveel gelet-op vormgeving, nu letten we uitsluitend op de inhoud: de problemen op po litiek, sociaal en economisch ter rein in eigen land. De buitenland se politiek heeft wel onze volle aandacht, maar niet al onze be schikbare tijd: de buitenlandse po litiek voltrekt zich nu eenmaal langzamer en de kranten besteden er bovendien zeer veel ruimte aan. Van duidelijk waarneembare in vloed is de televisie op onze radio- journalistiek nooit geweest. Daar voor ls t.v. te langzaam, mist ze te veel continuïteit. Tele visie niet frustrerend" Al zyn wjj dan deel van de NCRV, ons beleid is bepaald niet politiek gebonden. Dat kan niet: in onze groep zyn teveel uiteenlopende gedachten, al beperken zich die thans dan wel tot AR en CHU. Natuurlijk hebben we wel een gro tere interesse voor wat in de CHU gebeurt dan in de VVD plaatsheeft, maar het is bepaald niet zo dat wanneer er iets aan de hand is met vakbonden of organisaties wij meteen naar het CNV of naar Christelijke organisaties hollen. Dat was in het begin wél zo. Daarna hebben we een oecumenische pe riode doorgemaakt, nu komt ieder een aan bod", Jan de Visser (AVRO) „Een tijdlang is televisie een voorbeeld geweest voor de ra dio, die te beperkt was wat jour nalistiek betreft. Lang hebben we ons uitsluitend gehouden aan het binnenlandse nieuws, thans zijn wij noodgedwongen, maar gelukkig overgeschakeld op een ander genre. Het binnenland gaat voornamelijk over sociale en politieke proble matiek. We beogen hierbij geen nieuwsfeiten te brengen, maar we reageren op dat nieuws en lichten het toe. Naast het binnenlandse nieuws hebben we dan het buiten landse, waarbij we gebruik maken van een net van correspondenten. Onze kracht zie ik in de snel heid waarmee wij kunnen werken. Van grote of teruglopende luis terdichtheid trekken wij ons niet veel aan: we werken 's avonds, als de luisterdichtheid het geringste is. niet op een bepaald publiek. We realiseren ons alleen dit: we heb ben een groep trouwe luisteraars en die moeten we onder alle om standigheden service geven, ook al loopt die luisterdichtheid soms te rug tot een minimum, zoals Lijvoor beeld by schaatswedstrijden en ko ninklijke huwelijken die tevens door de televisie worden uitgezon den. Wij vergeten nooit dat er in derdaad nog een grote groep is die uitsluitend op radio is aangewezen en die mensen hebben toch ook hun recht op informatie: je bent nu eenmaal een dienstverlenend be drijf. Objectiviteit is bij ons een eerste vereiste. Wij willen namelijk niet de meningsvorming bevoogden, we dragen slechts gegevens en menin gen aan, de luisteraars zelf moe ten hun conclusies trekken. Wij streven ernaar om verschillende meningen naast elkaar te leggen". Vervalt men dan niet in een grauwe, kleurloze quasi-objectivi- teit? „Nee, zover gaat dat nu ook weer niet. Als er in een bepaalde situatie een conclusie getrokken moet wor den, dan schuwen wij die niet. We weigeren echter al bij voorbaat een keuze te maken, door gebonden heid aan partij of confessie". Plu Scheltema (VPRO) „Wij bewegen ons voornamelijk op sociaal politiek gebied. Als jour nalist mis je soms wel het dag bladeffect we hebben per slot weinig zendtyd en van continuïteit is er dus nauwelijks sprake. We hebben gewoon een andere aanpak moeten kiezen. De kracht van een radioactualiteitenprogramma is de achtergrondinformatie. We pik ken er uit het aanbod van nieuws iets uit, en dat rafelen we uiteen. We kunnen niets anders doen dan ons specialiseren; want parallel met de beperking van tyd loopt de beperking van financiën en dus van personeelsbezetting. Ik zit hier in mijn eentje, samen met produktie - assistentie in admi nistratieve zin. Wel heb ik voor al lerlei terreinen figuren aangetrok ken die op een bepaald gebied goed ingevoerd zijn en zo beschikk<_n we hier over mensen die veel weten van communisme, Amerikaanse po litiek, Azië, Afrika, Vietnam enz. Wij zien daardoor kans de gehele politieke ontwikkeling in een bre der vlak te trekken. Ten aanzien van de politieke partijen stellen wij ons geheel on afhankelijk op zonder daarbij „grijs" te zyn. Toch noemt men ons wel eens rood. Maar dat is het Onlangs werd in de Sowjet- Unie het eerste grote inter nationale jazzfestival gehou den. Dat gebeurde in de hoofdstad van de Sowjetrussische republiek Estland, Tallinn, aan de Finse Golf. Daar verschenen de langharigen, de baardigen, de rumoerigen en daar kwam ook Charles Lloyd, lei der van een van de toonaangeven de avant-garde jazzgroepen in de Verenigde Staten. Maar dat is een verhaal apart. Op de tweede dag van het vier dagen durende festival ontketende Kurt Ernberg, een hot-trompettist uit Zweden, een lawine van applaus met een serie New Orleans-ritmen. Daarna had een hoogst merkwaar dige gebeurtenis voor de Sowjet- Unie plaats. De baardige Zweedse jazzpianist Thomas Utterström speelde in een tentoonstellingsge bouw van een jeugdclub. Dat was nog tot daaraantoe, maar de mu- redenen". Men vroeg Llovd een jam-session by te wonen. Dat deed hij, maar tot zijn woede bleek dat hij niet zelf mocht optreden. Lloyd, die een graad in de muziek ver wierf aan de universiteit van Cali- fornië, voerde zijn groep terstond het sportpaleis uit waarin op dat moment zo'n 5000 jazzliefhebbers zaten. „Wij zyn geen tweederangs burgers", zei de Amerikaan. „We zijn hierheen gekomen in de geest van vrede en harmonie en wij wil len niets anders dan onze muziek spelen. Die muziek is universeel en overschrijdt alle politieke grenzen. Het is hier een heel vreemde toe stand: toen we onze instrumenten al hadden uitgepakt, zei de een of andere politieke figuur: „stop, dat gaat niet door" De volgende dag kreeg Lloyd een nieuwe teleurstelling te ver werken. Men had hem ge vraagd met zijn kwartet naar de ren waren bij dit optreden bedekt plaatselijke tv-studio te komen voor steden. De emotionele srubbelingen tus sen Lloyd en het festival-bestuur zijn typerend voor ie pogingen van de Russische autoiteiten om de Russische jazz te beorderen en de Amerikaanse invloeón zoveel mo gelijk te verkleinen. Dit alles dan twee jaar nadat het Kremlin jazz in de Sowjet-Unie heet toegestaan. Vele Russische jazzliehebbers zien dat gerommel met le(e ogen aan. Vandaar ook de wat mysterieuze wijze waarop Lloyd in Tallinn op dook. Hij gold er aanhankelijk als toerist, maar later bliek dat hy wel degelijk een uitr.odiging had ontvangen. De op twee gedachten hinkende festival-leiters wilden Lloyd wel laten zien kennelijk ter meerdere glorie vin het festi val maar niet laten horen Met dat a: had Lloyd nog altijd niet gespeelc. Hy bleef tot zondag wachten. Intussen traden 26 jazz groepen op, ifkomslig uit Zweden, Polen en verscheidene Russische merkwaardige in dit land: steeds als ergens een harde manier van analyse inzit, komt men hier aan dragen met de dooddoener „rood". Dat is natuurlijk onzin. We willen ook helemaal niet dat de mensen onze analyse klakkeloos overnemen: we willen slechts voldoende gege vens bfj elkaar brengen om de men sen te latén kiezen". Max v. Gijn j (VARA „Zolang de televisie niet de hele dag uitzendt, blijft er vooralsnog voor de radio voldoende ruimte over. Als de t.v. wel uitzendt, moet je gaan werken voor een geselec- teerder publiek. Er luisteren 's avonds al tyd mensen. In de eerste plaats heeft niet iedereen t.v., in de tweede plaats is er een groep die geen bevredigende t.v.- keus kan maken, in de derde plaats is er een groep die wat de t.v. biedt te oppervlakkig vindt. Op de ze groepen kun je je programma richten. Radiojournalistiek moet aansluitend zyn op de feitelijke nieuwsmededelingen wij geven daarop toelichting en commenta ren. ij werken erop vooral kort en informatief te zyn. On ze onderwerpen duren zel den langer dan drie minuten. We proberen zoveel mogelijk afwisse ling te brengen. We hebben bij voorbeeld ook onze „krantekoppen" verwerkt op radiomanier. Moeilijk is dat je natuurlijk altijd sterk af hangt van je nieuwsaanbod. Heb je teveel, dan pas je lastig in he», uit zendschema. Heb je te weinig, dan is er bij ons niet de minste be hoefte de onderwerpen te rekken. Opzouten bij een te groot nieuws aanbod is er bij ons niet bij wat niet meekan, wordt weggegooid. Doe je dat niet, dan raak je je voor spong van snel informeren kwijt." met moderne, abstracte afbeeldin gen en dat kan in Rusland nu net niet? Want abstracte kunst is daar nog steeds taboe. Eerder dit jaar hadden de autoriteiten in Moskou een tentoonstelling van abstracte en moderne schilders anderhalf uur na de opening gesloten Op de tweede dag was voor de Russische jazzliefhebbers de grote vraag: „Waar is Lloyd?" en „Waar gaat hij spelen". Critici hebben deze Amerikaanse jazzleider bijzonder geprezen tijdens zijn optreden op de belangrijkste Europese en Ame rikaanse festivals. En het Lloyd- kwartet wès in Tallinn, zy het zo heette het officieel als toerist. Maar waar? Jeugdige jazzliefheb bers gingen op zoek en vonden de Amerikanen, maar de autoriteiten lieten doorschemeren dat Lloyd niet zou mogen optreden „om politieke het maken van opnamen, die later zouden worden uitgezonden. Men bracht de Amerikanen echter niet naar de studio, doch naar het lege sportpaleis. Lloyd zei toen: „Nu voor de laatste keer: we zijn hier gekomen om Amerikaanse jazz voor Russisch publiek te spelen. Ik wei ger voor een zaal met lege stoelen te spelen en op een podium waar van ik gisteren ben geweerd. In zo'n sfeer kan ik onmogelijk inspi ratie vinden". Hij speelde niet, maar dat wilde in het geheel niet zeggen dat hij de strijd met de autoritei ten nu maar opgaf. Want als hy vertrok, zo zei de kennelijk in alle politieke wateren gewassen Ameri kaan, dan zouden de Russen later zeggen dat hij een aanbod om op een later tijdstip op te treden had afgewezen. Lloyd wenste het zijn te genstrevers zo ongemakkelijk mo gelijk te maken. Tenslotte gngen de autoriteiten toch maai overstag en gaf men Lloyd toestemming op te treden. Het werddie zondag in Tal linn een grandioo. hoogtepunt in de korte jazzhistorie van de Sowjet- Unie. Het optrede bracht de 5000 in oppeste verrukking. Het applaus, geroep gefluit en ge stamp na afloop beioeg meer dan acht minuten. ie Russische jazzmusici waren ht er unaniem over eens dat Llyod en fenomeen, een genie is. Het kwaiet van Lloyd was de eerste Amerikanse groep, die op een Russisch fstival heeft gespeeld. En dan no, wel met Amerikaanse avant-garc> jazz. Het viel zeer in de smaak bj de Rus sische jazzliefhebbers. i[aar het festival-bestuur zal er d^ondanks wel een nachtje slecht dor gesla pen hebben /N het Zuidafrikaanse parlement is onlangs weer eens gediscus sieerd over het televisie-vraagstuk. Zuid-Afrika heeft nog altijd geen tv en de schuld daarvan geven alle vooruitstrevenden in het land aan de bejaarde en conservatieve minister voor PTT-zaken, Herzog. Deze heeft het ook dit keer weer bont gemaakt door in het parlement te vertellen, dat onlangs uit Engeland teruggekeerde vrienden van hem hadden verteld, dat daar geen tv-programma kan worden vertoond zonder dat men blank en bruin ziet samen leven. Zo'n opmerking zal in het „boeren - milieu" wel inslaan, maar het wer kelijke probleem is veel gecompli ceerder. Juist op het culturele ter rein is de scheiding tussen „boer" en „Brit" in het land nog altijd zeer scherp. Voor een Afrikaans sprekende „boer" zal een Engels talig programma met Afrikaanse ondertiteling onverteerbaar zijn. Voor de blanke Zuidafrikanen zul len er dan ook programma's moe ten komen, waarin beide talen even sterk vertegenwoordigd zijn. Omdat niet mag worden gediscrimineerd zal echter ook onmiddellijk een pro gramma voor het niet-blanke deel van de bevolking moeten worden uitgezonden. Er zijn aoht ver schillende bantoe-talen, waarvan er twee het meest als voertaal worden gebruikt. Waarschijnlijk zal dus naast de beide „blanke" talen in twee bantoe-talen moeten worden gewerkt. Deze gecompliceerde situatie en het feit dat Zuid-Afrika een gewel dig groot land is, waar de commu nicatie al gauw moeilijkheden op levert, zijn door de vele tegenstan ders van de invoering van televi sie voortdurend ten tonele gevoerd in de vele discussies, welke de laatste jaren over het onderwerp zyn gevoerd. Men krijgt bovendien de indruk dat de immigranten erin zyn geslaagd een schrikbeeld te vormen van de altyd aan zijn beeld buis gekluisterde Europeaan, die de deur niet meer uitkomt en wiens kinderen thuis geen schoolboek meer in handen nemen. Oadanks die stemming hebben progresaeve Z.Afrikaanse blan ken echter hun voorbereidin gen getroffen om snel verandering in de bestaande situatie te brengen als minister Herzog van het toneel is verdwenen. Prof. Engelen, een Belgische dramaturg die aan de universiteit van Steilenbosch do ceert, beschikt sinds enkele jaren over een imponerende schouwburg, met uitgebreide mogelijkheden voor opleiding ook in de technische fa cetten van het toneel-bedrijf. In deze schouwburg zyn alle noodzake lijke voorbereidingen getroffen om onmiddellijk na een fiat van de re gering te kunnen beginnen aan de opleiding van tv-personeel, zowel presentators als technici. De schouwburg is bovendien zo inge richt, dat er verschillende mogelijk heden zijn om tv-opnamen te ma ken. Voorts heeft Zuid-Afrika sinds kort een FM.-radiozendsysteem, waarvoor op verschillende plaatsen in het land hoge masten zijn ge bouwd, die ook onmiddellijk voor het relayeren van televisie-bealden gebruikt zullen kunnen worden. De voorbereidingen zijn dus getroffen. Het wachten is, vinden velen in het land, op het aftreden van de 08- jarige minister Her zog. Gisteravond dineerde ik met Anita Ekberg ze is erg veranderd en haar man Rik van Nutter, vanmiddag had ik een lunch met Edi Chapman en Joseph Levine Schijnbaar achteloos en in bijna onverstaanbaar cockney-Engels vertelt Dave Crowley zyn bezighe den van de laatste vierentwintig uur. Voor hem is het de gewoonste zaak ter wereld dagelijks in het gezelschap van filmberoemdheden te verkeren. Hij is nl. eigenaar van een der befaamdste bars in Rome: „The Dave's Dive", een als oude Engelse pub ingerichte bar in de gewelven van het Savoy hotel. Beroemdheden uit de internatio nale filmwereld beschouwen deze plaats min of meer als hun eigen dom. Hier kunnen ze ongestoord hun laatste roddels uitwisselen en ondertussen ook nog naar het voor al by Amerikaanse filmdiva's zeer in de smaak vallende cockney-en tertainment van Dave luisteren. „Het kan vreemd gaan in de we reld", zegt Dave, een goede vyfti- ger, „twintig jaar geleden was ik bokskampioen lichtgewicht in En geland en nu de vriend van de internationale filmbusiness". Het is tien jaar geleden dat Dave naar Rome kwam met een intro ductie van de acteur Errol Flynn in zyn zak om te figureren in knokfilms en kleine rolletjes te spe- „Na myn kampioenschap werkte ik al als stand-in voor Errol Flynn, we werden dikke vrienden en hy raadde me aan naar Rome te gaan, waar meer werk voor me was dan in Londen. Errols introductie opende de deuren van de filmstudio voor mij en ik had al gauw volop werk". Het goed betaalde werk stelde hem in staat geld te sparen „Ik wilde altyd graag een bar hebben, en na enkele jaren heel hard gewerkt te hebben, was ik zo ver dat ik een bar over kon nemen, The Colony. Ook had ik geleerd, dat het uitgaande Romeinse pu bliek steeds voor iets origineels, iets nieuws, openstaat. Ik introduceerde hier verder als eerste hotdogs, ham burgers, tegen een voor Romaanse begrippen bespottelyk lage prys". De Colony werd al snel populair. Dave's naam was gevestigd in Ro me. hetgeen ook de directie van het Savoy hotel niet ontging en aan gezien dit hotel regelmatig beroem de sterren herbergt, voelde de di rectie er veel voor de bar over te doen aan de kleine succesvolle En gelsman. «Na veel wikken en wegen heb Ik Dave Crowley met Dalia Lavi werpen pijltjes. het aanbod aangenomen. Eigeniyk had ik niets te verliezen, want myn werk als acteur bleef ik doen". Dave's Dive", zegt de eigenaar, „moet je als een wereld in een wereld zien, zoals trou wens de hele filmwereld een schijn wereld is, maar ook een wereld met eigen kenmerken* problemen* driestheid, geluk en show. Ik heb èr myn hart aan verpand en niet alleen uit zakelyke overweging. En", voegt hy er peinzend aan toe, „de sfeer, de vryheid en het ge voel dat men onder ons is, is toch wel de eerste vereiste voor een bar als deze. Dat weet iedereen en hier kunnen de beroemdste sterren zich zelf zijn. Dacht je dat Peter O'Toole en de Burtons hier kwa men als ze niet met rust gelaten werden—

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 12