4%6%
S C H EEPS_
zarV-
Styles
N. V. GEBR. ROLFF'S
HANDEL MIJ.
Clay toch
in dienst
keuze uit spaarvormen met
fg^ggr
DONDERDAG 30 MAART 1967
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 21
On$ dagelijks
vervolgverhaal MF©
AOATHA CHRISTIE
ADVERTENTIE
Toch kunt IJ
er vijf kilo in wassen
Dat is het „wonder" van de kleine
Zanker E5-automatic. Gemakkelijk ver-
plaatsbaar, dus nooit een sta-ln-de-
weg. Jarenlang ongekend wascomfort
voor slechts 758,-. Roestvrij edelstaal.
Onbeperkt ëantal wasmogelljkheden.
Preclsie-automatiek voor elk wasgoed.
En... blijvende servicel
ZANHER
Se* «spS S ïïffi
af had ik een
hem. en ik vlei mezelf met de ge
dachte dat mijn eerste indrukken
neestal tamelijk juist zijn.
Daarna wendde mevrouw Ingle-
thorp zich tot Evelyn Howard met
enkele instructies over te schrijven
brieven, terwijl haar man het woord
tot mi] richtte op zijn precieze ma-
„Bent u militair van beroep, me
neer Hastings?"
„Nee, voor de oorlog werkte ik bij
Lloyd's".
„Bent u van plan daar na de oor
log wéér te gaan werken?".
Misschien wel, misschien ook ga
ik iets heel anders doen".
Mary Cavendish leunde naar vo
ren.
„Als u nu helemaal mocht doen
vaar u zin in had, wat voor beroep
ou u dan kiezen?"
„Dat ligt eraan".
„Geen heimelijke wensen?" \roeg
e. „Vertelt u mij eens, heeft u he
lemaal geen voorkeur? Iedereen
heeft dat toch wel en meestal voor
iets absurds".
„U zult me uitlachen".
VOOR VOORLICHTING EN
DEMONSTRATIES
nodigen wij u gaarne uit voor eer
bezoek aan de toonzalen van
LEIDERDORP
ELEKTROTECHNISCHE
GROOTHANDEL
SPLINTERLAAN 152
ken zijn. De familie. Die kun je niet
makkelijk misleiden. Zij zouden het
Quadro Amsterdam
„Dus", zei ik voor de grap, „u denkt
dat u, als u betrokken zou raken bij
moord, van het begin af aan in de
gaten zou hebben wie de moorde-
„Natuurlijk. Zou misschien niet in
bij de Kunstkring
Donderdag 6 april vindt in de
Stadsgehoorzaal het vyfde concert in
dit seizoen plaats van de Leidsche
Kunstkring „Voor Allen". Dit kwar-
voelen als hij in m'n buurt kwam".
„Het zou een ,.zy" kunnen zün
Frans Bruggen (fluit en blokfluit),
Jaap Schroder (viool), Anner Bijls-
ma (cello) en Gustav Leonhard (kla-
vecimvel). Uitgevoerd worden wer
ken van Guilleman, Telemann, Cou-
perin. Handel en Vivaldi.
D "^hMld*n geVal Van vergiftiging"'
Bauerstein zei gisteren nog dat er,
als gevolg van het feit dat de me
dische wereld niet bekend was met
waarschijnlijk in ontelbare gevallen
van vergiftiging nooit^ zelfs maar
sprek!" riep mevrouw Inglethorp
uit. „Het is alsof er iemand over
Het ziet er naar uit dat Cassius
Clay, de wereldkampioen in het
zwaargewicht, volgende maand toch
in militaire dienst zal moeten.
Clay, die erop gehoopt had, dat
hij door van woonplaats be verande
mijn graf loopt. O, daar is Cynthia"
Er kwam een jong meisjes in het
uniform van het vrijwillige verpleeg
sterskorps snel over het grasveld
aanlopen.
(Wordt vervolgd)
ren, uitstel en wellicht afstel zou
kunnen krijgen, moet zich op 28 april
bij de militaire autoriteiten melden.
Oorspronkelijk had Clay, dis maan
dag voor onbepaalde tijd uitstel
kreeg, op 11 april op moeten komen.
PANDA EN DE MEESTER LOODGIETER
4692. Er bleef voor Joris Goedbloed niets anders over dan
plaats te nemen in de politie-auto. En toen hij en zijn assistent ge
zeten waren, bracht de agent het voertuig op gang en reed al
spoedig in volle vaart voort. „Tjonge, Joris wordt dus opgebracht
mompelde Panda in zichzelf. „Er is iemand andersdie zijn op
lichterij ook door heeft! Dan is hij dus tóch een schurk! Ik dacht
het al! Vergeef me een kleine stoornis!" zei Joris, zich zorgelijk
het zweet ivissend. „Kunt U me ook zeggen naar welke gevangenis
U me voert? Ik ben erg op gemak gesteld en ik kan me herinne
ren dat de Westerpoortstraat vochtige cellen had: terwijl het
strobed van Gevangenismeneer?" vroeg de agent verbaasd.
„We gaan naar de nieuwe stuwdam! Ik had opdracht van de bur
gemeester om U op te sporen en daarheen te brengen voor Uw
inspectie!" „Zoals ik reeds dacht!" prevelde de meester-loodgieter
opgelucht in zichzelf. „Een stuwdam! Maar dan moet ik mijn assis
tentie zien kwijt te raken anders zou hij met zijn wrekende
druppels dit waterwerk voortijdig kunnen beschadigen Op dat
moment liep de politiewagen vol, zeer tot opluchting van Joris.
„Zo raak ik hem én die hinderlijke speurder kwijt!" vervolgde hij
zijn gedachtengang. „Hoe aardig is dit toch geregeld!"
RECHTER TIE EN HET GESTOLEN HALSSNOER
II96. Te laat heeft Rechter Tie bemerkt dat de Opper eunuch
de innoud van het bergkristallen kruikje opdrinkt. Hevige krampen
varen nu door het lichaam van de oude man en zijn gezicht is
smartelijk vertrokken. Met een laatste krachtsinspanning prevelt
hij: „Ge hebt mijn toestemming om de Gouden Brug over te
gaan." Dan ontspant zijn lichaam zich en hij zakt slap achterover.
De Oppereunuch heeft de konsekwenties getrokken uit zijn neder
laag en zich van het leven beroofd. Hij heeft daarmee een lange
gerechtelijke procedure voorkomen, de rest is een zaak tussen hem
en de Andere Wereld. Rechter Tie loopt de gang op waar de Opper
kamerheer en de kolonel nog steeds staan te wachten. Hij geeft dê
envelop aan de Opperkamerheer en zegt: „Hierin vindt U alle fei
ten betreffende de samenzwering. Ga terug naar uw kantoor en
laat de voornaamste schuldigen terstond arresteren. Stel daarna
een diepgaand onderzoek in en schenk speciale aandacht aan de
rol van een zekere Hoe, de tussenpersoon tussen de paleisintrigan
ten en de gangsters in Rivierstad." Als de Opperkamerheer zich
haastig verwijderd heeft, richt Rechter Tie zich tot de kolonel en
zegt: „U zult mij vergezellen naar de Prinses." Tot de dikke eunuch,
die nog steeds op de grond ligt, snauwt hij: „Vooruit, man, ga ons
voor naar de vertrekken van Hare Hoogheid!"
ADVERTENTIE
.|B NEDERLANDSCHE
riO MIDDENSTANDSBANK
De bank waar u zich thuis voelt!
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK
786. Zodra hij over de bergrug heen was zag Bram, dat zijn
vermoedens juist waren geweest. Daar lag het Spookgaljoen
maar het was een heel ander schip dan dat, wat in een striemende
storm over de stad was getrokken. De zeilen hingen slap, het water
werd niet opgezweept door ruisende riemen en, het belangrijkste
van alles je kon er niet meer doorheen kijken. Als Bram niet
met eigen ogen precies ditzelfde schip in de lucht had zien zweven,
zou hij gemeend hebben met een doodgewone vrachtvaarder te
doen te hebben.
Karo verbaasde zich zeer. „Er is niets spookachtigs meer aan.
Bram", zei hij. „Zouden we het ons allemaal misschien maar ver
beeld hebben?" „En de Kokanje dan?" vroeg Bram, terwijl hij
achter zich wees. „Denk je, dat die vanzelf ondersteboven is ge
raakt?" Nee, dat moest Karo toegeven, dat was te gek. „Maar wat
dan?" wilde hij loeten. „Dat zullen we aan boord wel horen", zei
Bram en prompt verslikte de scheepskat zich van schrik. Wat was
Brammetje nu weer van plan?
Posities Nederlandse
schepen
■Sr—-
Tyeha 27 Br*m«n t« Londen
Gorlnchtm p 28 I