Analyse van een dodelijk kat en muisspel DE SLAG IN DE JAVAZEE lommandant 'Kortenaeroverste Kroese: sJYlijn vrouw gooide voor ons de tros los! WeetaeffMfbffTage Leidsch Dagblad wv - ft ".i'iM De Blitzkrieg, waarmee Hitler 1939 en 1940 een groot deel van uropa onderwierp, vond! een jndant in de snelle verovering in Zuidoost-Azië eind 1941-begin 142 door Japan. Thans, na 25 r, achterhaalden de historici de archieven van beide partij- de ware toedracht van de ge- ïurtemssen die een dramatisch ieptepunt vonden in de slag in Javazee. Daar werd een wan- >pige poging van de geallieerde m de Japanse transport- diepen, op weg naar Java, aan vallen, door een Japanse over- acht verijdeld. De volgende dag ndden de Japanners op Java; ra week later was het pleit be- ecbt. In 3 maanden tijd ea met inimale verliezen, had Japan de ti'lippijnen, Hongkong, Mailakka Nederlandsoh Oost-Indië ver- erd. Evenals Hitler in Europa, wist ipan dit succes te bereiken door rrass ingsaaiwa Heny gevolgd tor snelle, agressieve operaties, e de geallieerden ,in grote ver- arring brachten en :ot een zo lelie terugtocht lei dien, dat de «""allers allerlei mü'itaire instal- Tijwel onbeschadigd in iden kregen en onmiddellijk ten gen bate konden gebruiken, Be- men dit alles in, dan moet worden geanstateerd, dat tgeen de geallieerden m dat van de o»riog presteer- n, weinig indrukwekkend was. hier vgn geallieerden ■reken, dan moe-en we wel be uken, dat de \èrenigde Staten aan de oorlof gingen deelne- op 7 december 1941 (tin Oost- l de andr-e kant van de ■turn grens, was het toen al 8 ember). Dp de dag werd een aantal scheien van de Ame- jikaanse Pacific-T.'oot, in de basis feanl Harbor, dotr Japanse vlieg- iiigen vernietigd Deze verrader- Ij ke aanval heeft veel meer be- endheid gekreun dan een aantal inde re, die op dezelfde dag jlaatsvonden. Ie Japanners vie- en alle vl'iegvlden binnen hun ereik aan. Me name op de Phi- ppijnen datpas kort onafhan- elijk was en waar de Amerika- nog waren bel ast m et de de le werdn de meeste Ame- ikaanse vliegt.ig-en op de grond erniebigd. Vo<r het verloop van strijd in dit Jeel van de wereld s deze catasrofe veel ernstiger die m Pari Harbor. Deze eerste klap, die voor de apannens vel, vele daalders aard was, k één van de oorza- ran het alen van de geall ieerde verdediging. Een andere qq orza<ak was het ontbreken van i)amenwerkii? bij de geallieerden, doeltrefende verdediging zou Heen mogcijk zijn geweest in interna tonale defensie-organi satie. Wij, tie leven in de tijd! - de NAVD en andere defensie pacten, zijn met deze gedachte zo vertrouwd, dat het nu onvoorstel baar lijkt, dat bij het uitbreken van de oorlog in het Verre Oosten van enige internationale samen werking nauwelijks sprake was. Men had de Japanse dreiging waarlijk wel onderkend, maar men was bang dat samenwerking als provocatie zou worden uitge legd. Achteraf gezien is dit een onvergeeflijke fout en met name zou er aanleiding geweest zijn voor Britten en Nederlanders. die immers sinds de mei-dagen van '40 bondgenoten waren, om een gezamenlijk commando te stichten. Er was wel enige samenwerking met de Britten in Singapore, maar er waren geen gecombi neerde operationele plannen, Iaat staan dat er ooit werd geoefend. De Amerikanen werden gehan dicapt, doordat er hoegenaamd geen coördinatie bestond tussen de marinecommandant, admiraal Hart, enerzijds en de comman dant van de land- en luchtmacht op de Philippijnen anderzijds. Deze laatste was generaal Dou glas Mac Arthur, beroemd gewor den als de overwinnaar van Ja pan en later als commandant van de strijdkrachten der Verenigde Naties in de Koreaanse oorlog. Mac Arthur was een groot leider maar hij duldde niemand naast zich. Kort na het u-itbreken van de oorlog m de Stille Oceaan reisde Churchill naar Washington voor overleg. Op 2e kerstdag '41 werd' besloten tot een gezamenlijk com mando in Zuidoost-Azië, dat ABDA-command werd genoemd (A American, B British, D Dutch (Nederlands) en A Australian). Als „Supreme com mander*' werd aangewezen de Britse generaal Wavelil, die op 10 januari 1942 arriveerde in Bata via. 15 januari werd het comman do officieel opgericht en bij Ban doeng gevestigd. De Japanners hadden toen de Philippijnen en Malakka al in hun greep en wa ren al diep in de Indische Archi pel doorgedrongen. Het was bijzonder bitter voor de Nederlanders, dat er maar één Nederlandse officier in de staf werd opgenomen, nl. de comman dant van het KNIL. De verdedi ging van de Archipel was aller eerst een maritieme zaak, maar Britse en Amerikaanse officieren kregen het voor het zeggen. Zij waren niet op de hoogte met de omstandigheden in het strijdge bied en de instelling van dit ge allieerd commando heeft in feite de verwarring slechts vergroot. Bovendien werd de funeste beslis sing genomen, dat de Marine Luchtvaartdienst (MLD) werd ge steld onder de (Britse) kicht- machtcom mand ant. M deze omstandigheden droe gen ertoe bij, dat de verdediging van de Indische Archipel al wan kelde, nog vóór de Japanners er binnendrongen. Toch was die verdediging in opzet zo doeltref fend mogelijk, met de beperkte strijdkrachten, die ter beschikking stonden. In alle zeestraten waren patrouilles ingesteld, aan de bui tenrand van de Archipel vlogen vliegboten van da MLD en deze verkenning heeft in het begin goed gewerkt. Er was een nauwe samenwerking en vooral de Ne derlandse onderzeeboten, die op vooruitgeschoven posten lagen, konden een dankbaar gebruik ma ken van verkenningsberichten van de vliegboten. In de maand de cember boekten de onderzeeboten diverse successen onder moeilij ke omstandigheden. Hoe anders werd dit, toen de MLD-vliegtuigen aan oe controle van de marine werden onttrok ken! Als zij de vijand verkenden, moesten zij dat doorgeven aan het hoofdkwartier in Bandoeng, dat via enige schijven de vloot moest inlichten. Vele berichten zijn hierdoor ernstig vertraagd of zelfs hele maal niet ontvangen. Vele vlieg boten gingen ook verloren bij het uitvoeren van -taken, waarvoor zij niet geschikt waren en weer an dere deelden het lot van de vlieg tuigen van de Militaire Luchtvaart van het KNIL, die verloren gingen bij de verdediging van Singapore. Op 15 februari moest Singapore capituleren. De vloot had toen ook al forse verliezen geleden door Japanse bombardementen. Op aandrang van admiraal Helfrich, de Nederlandse marinecomman dant werd de verdediging gecon centreerd op Java. Twee eskaders werden gevormd uit de beschikba re geallieerde schepen, één geba seerd op West-Java, het andere op Soerabaja in het oosten. Op 14 februari droeg de Amerikaanse admiraal Hart zijn functie van ABDA-vlootcommandant over aan admiraal Helfrich. Deze hul digde het standpunt dat de aan val de beste verdediging is, en zond de gecombineerde eskaders herhaaldelijk de vijand tegemoet. Enige malen kwam het tot een treffen. Op 4 februari deed het es kader een uitval naar Straat Ma kassar, maar het werd aangeval len door Japanse bommenwerpers en moest onverrichteirzake terug keren. Eén Amerikaanse kruiser werd voor verdere actie uitgescha keld, doordat de stuurinrichting werd getroffen. In de nacht van 19 op 20 februari deed het eska der een aanval op een Japanse lan- dingsvloot op de oostkust van Ba- li, maar ook deze actie liep stuk op de Japanse overmacht. Hr. Ms. jager „Piet Hein" werd tot zinken gebracht. Hr. Ms. kruiser „Tromp", getroffen door 11 gra naten, moest uitwijken naar Australië. Bij deze acties bleek hoe funest het was. dat de vloot niet kon be schikken over vliegtuigen voor verkenning en voor bescherming tegen Japanse vliegtuigen. Deze hielden de Japanse commandant steeds op de hoogte van de bewe gingen van de geallieerde vloot. Geleidelijk sloot zich het net om Java. Daar wel duidelijk was, dat de belangrijkste invasiemacht was geconcentreerd m Straat Ma kassar, werden enige schepen van het Westelijk eskader overge bracht naar Soerabaja. Dit eskader stond onder bevel van schout-bij nacht K. W. F. M. Doorman. Het bestond uit twee Nederlandse kruisers en «drie jagers; één Ame rikaanse kruiser en vijf jagers; één Engelse kruiser en drie ja gers en één Australische krui ser. Maar nog vóór het tot actie kwam, werden een Nederlandse en een Amerikaanse jager m Soerabaja door bommen getrof- Op 26 februari kwamen ver kenningsberichten binnen, waaruit bleek, dat de Japanse invasie- vloot, gesplitst in enige groepen, op weg was naar Oost-Java. Men verwachtte de landing in de vroege ochtend van 27 februari en Doorman voer met zijn eskader 's nachts langs de Javaanse noordkust om de vijand te onder scheppen. Er werd echter niets ge vonden de Japanse plannen waren 24 uur uitgesteld. Bij het aanbreken van de dag ging Door man terug' naar Soerabaja om olie te laden, maar op de achter middag, vlak vóór het binnenlopen van de haven werd het bericht ontvangen, waarop zo lang was gewacht: een Nederlandse vlieg- boot had de vijandelijke vloot verkend bij Bawean. Direct maakte het eskader rechtsomkeert naar later zou blij ken zijn ondergang tegemoet. De Japanse commandant, nauwkeu rig op de hoogte gehouden door zijn vliegtuigen, plaatste zijn strijdmacht tussen het konvooi en het eskader van Doorman. Om 16 uur 12 kreeg de Britse jager Electra de eerste Japanse sche pen in zicht, en een kwartier la ter was het gevecht in volle gang. Eerst werd de Nederlandse jager „Kortenaer" door een torpedo ge troffen, even later zonk ook de „Electra". Er was voor de geal lieerde schepen tegen de Japanse overmacht geen doorkomen aan. Om 18.00 uur draaide Doorman met z'n vlaggeschip „De Ruy- ter" af en ook de Japanners trok ken terug om de Noord. De bedoeling van Doorman was om bij nacht langs Madoera om de Noord te stomen en zo alsnog het vijandelijke konvooi op te zoe ken. Zijn strijdmacht was op dat moment nog maar klein, immers de Britse kruiser Exeter" had een treffer in de ketel rui men ge kregen en was voor een nood re- pa rati e naar Soerabaja terugge keerd. De vier Amerikaanse ja gers en cie enige overgebleven Nederlandse jager, de „Witte de With" hadden geen olie en geen torpedo's meer en keerden even eens naar Soerabaja terug om bij te laden. Zo ging Doorman met de Ne derlandse kruisers „De Ruyter" en „Java", de Amerikaanse krui ser „Houston" en de Australiër „Perth" en met slechts twee ja gers opnieuw in de aanval, in een desperate poging om de vijande lijke landingsmacht te vernieti gen. Maar het was volle maan en de Japanse verkenners bleven bo ven 't eskader hangen. Om 23 uur ontmoette het handjevol overver moeide dapperen de Japanse vloot opnieuw, een half uur later waren nog slechts oe „Houston" en de „Perth", zwaar bescha digd, in staat zich terug te trek ken. Doorman was met zijn vlag geschip ondergegaan. De „Houston" en de „Perth" trokken terug om de West. Zij kregen opdracht naar Ceylon te gaan. maar toen een bericht opge vangen werd, dat zich ten westen van Batavia een Japanse lan dingsmacht bevond, werd besloten hierop een aanval te doen. De beide kruisers wisten nog twee schepen tot zinken te brengen voordat ook zij door de Japanse vloot werden afgemaakt Van de schepen, die naar Soe rabaja waren teruggekeerd, wis ten vier Amerikaanse jagers, dank zij hun hoge snelheid, de vijand te ontlopen en naaT Austra lië te ontkomen. De „Exeter", be roemd geworden door het gevecht tegen de „Graf Spee" in de La- Plata-rivier, trachtte met twee ja gers te ontkomen naar Ceylon. De schepen werden opgespoord en gingen kansloos ten onder. Het zelfde lot trof Hr. Ms. jager „Everfcsen", het laatste schip van het aanvankelijke westelijke es kader. Op de voormiddag van 1 maart was er geen enkel geallieerd oor logsschip meer ki de Javazee. Een week later, op 8 maart, gaf de regering van Nederlandsdh-In- dië zaoh onvoorwaardelijk over. Het is een bittere pil geweest voor degenen, die steeds hadden aangedrongen op een voldoende verdediging van de rijke Archipel tegen Japanse expansie, te zien hoe ze gelijk kregen. Uit de be langrijkste fouten die daar 25 jaar geleden zijn gemaakt, heeft men evenwel zijn les geleerd. Tactisch de belangrijkste fout was, dat de Marine Luchtvaart dienst werd gescheiden van de vloot. MLD en vloot waren als een team geoefend en op elkaar ingespeeld In de kritieke fase van de strijd moest Doorman als geblinddoekt de overmachtige vijand te lijf gaan. De vliegtui gen, die samenwerken met de vloot boven de uitgestrektheid van de wereldzeeën, behoren een ge ïntegreerd deei van de marine te zijn. Dat het msteTlen van een inter nationaal commando veel te laart kwam, >s al gememoreerd. We zien het nu gelukkig anders. Een les, die wij Nederlanders uit de nare geschiedenis van *41'42 en de daarna komende jaren hebben geleerd, is dat wanneer men als kleine natie met de gro te heren kersen wil eten, men niet bang moet zijn om zich met de ellebogen van een plaatsje te ver zekeren, waar men zich kan laten gelden. In concrete: in tijden van oorlog otf oorlogsgevaar zijn bet de militaire bevelhebbers, die het voor het zeggen krijgen. Wil men dan de nationale belangen behar tigen, dan kan dat alleen aJs er eigen officieren én de staven zit ten op plaatsen, waar men hier ower kan waken. w't Vo»rspel?" vraagt de 66-jarige oud- mmaniant van de „Kortenaer", overste Anion ie Kroese. „Mijn voorspel. Ge- aal \Iting von Geusau vertelde jaren d< oorlog tijdens een lezing hoe de litserj zouden binnenvallen. Ik sprak na pauze: hoe de Jappen in Indië zouden Als je nuchter was voelde je op Holiandse klompen aan dat we er deze riet buiten zouden blijven. Je hoopte dat het wat langer zou duren en ider mensenlevens zou kosten". schip van overse Kroese was het te dat tijdens de slag in de Javazee onder ging. „Aan boord was het mo- uitstekend. Zowel blanke als bruine enden deden hun werk zonder dat „pep-talk" hoefden houden. We :hten daar zelfs niet aan. Als we bun den mocht de bemanning 's avonds en [nachts passagieren. De Indische jon- ns gingen meestal naar de kampong. Eq„! volgende ochtend (bunkeren gebeurde ?si nachts) waren ze allemaal terug. Nooit di er één bemanningslid gedeserteerd. Ter- jl ze wisten, dat de vloot door de Jappen •ve n worden afgemaakt. )7»De toekangs en koelies van het Marine- >n| iblissement vluchtten zo gauw ze de kans egen. Alleen het kader bleef aan het rk. voorzover dat door de bombarde- enten mogelijk was. De toestand werd rampzalig. Reparaties konden vrijwel niet meer worden uitgevoerd. De Kortenaer be gon zijn laatste rit met een lekke ketel, waardoor de snelheid belangrijk was gere duceerd en een onbetrouwbaar girokompas. De trossen werden losgegooid door..- mijn Overste Kroese vertelt over het kat- en muisspelletje in de Javazee: „Ik heb er niet veel van gezien. Bij het eerste tref fen met de Jappen lagen we aan vuurlijn achter de kruisers. De Exeter werd getrof fen. Men een man of vijftien stonden we in een stalen kuip, de bovenbrug, gespan nen te kijken naar de uitwijkmanoeuvre van het schip. Plotseling hoorde ik een ge weldige klap. De Kortenaer schudde en kapseisde meteen plat op stuurboordzijde. Wij vielen in een kluit tegen het wind scherm. Ik was bang, dat het schip zou kantelen en ons meesleuren. Maar de Kor tenaer bleef heel even op z'n zij liggen en de hele kluit mensen liet zich in zee rol len. Op dat moment schoot de kop onder een enorm lawaai omhoog. Een uitsteeksel aan de bovenbrug pakte m'n zwemvest en sleurde me naar beneden. Onder water heb ik me losgevochten. Mijn rechterschouder bloedde. In een luchtbel liet ik me naar boven stuwen. Het water was zwart van de stookolie, die gelukkig niet brandde. Ik keek om naar andere drenkelingen en zag de Kortenaer. Als twee kathedraaltorens staken het voor- en achterschip boven wa ter. Ik voelde me moe.... Van de 160 opvarenden vond ik er 135 terug. Het machinekamerpersoneel was met de Kortenaer verdwenen. De uitkijk in het kraaiennest was door de explosie in zee geblazen. Die hebben we nooit te rug gezien. De mensen stierven op 27 fe bruari om ongeveer vijf uur. Ik hield ap pèl te water. De meeste mannen hingen aan vlotjes, die door de explosie van dek waren geslingerd. We bonden de zaak bij elkaar. Ik overlegde wat er moest gebeu ren, de zaak bij elkaar houden of versprei- i het i vermeende i bleven". ervan overtuigd, dat en Japanse onderzee- gebracht. „We weten den. We Japanse wreedheden i Overste Kroese wa de Kortenaer door boot tot zinken wai nu, dat we zijn getroffen door dwaalde torpedo die bestemd was voor de kruiser Houston. Het projectiel was afge vuurd door de Haguro, een Japans opper vlakteschip. Iedereen dacht trouwens, dat het in de Javazee stikte van de Japanse U-boten. We keken naar ze uit. Inmiddels overleed een van de twee jon gens, die tijdens de explosie gewond raak ten. Het was een inheemse telegrafist. Hij kreeg een geïmproviseerde zeemansbegra fenis: een, twee, drie in Godsnaam van het vlotje in zee. De dokter en een ver pleger hielden zich bezig met matroos Ha- gendijk. Zijn voet was verbrijzeld. Het werd nacht. Plotseling zagen we vier Japanse jagers recht op ons afkomen. Ze stoomden met grote snelheid langs ons vlotjeseiland. Ik weet zeker, dat we door talloze Japanse ogen begluurd zijn. Ze heb ben geen schot gelost. Een paar uur later trilde het water weer. Er is weer wat aan de hand. We hoorden ook een vaag geluid. Branding of zo. Natuurlijk zag je niet veel. Aan de ho rizon verschenen 4 stippen, later silhouet ten. Tot m'n enorme verbazing waren het vier geallieerde kruisers. De Ruyter voor op. De jongens kankerden ook in die omstandigheid kunnen de Hollanders dat „De zee is zo groot, moeten ze nu precies over ons heen?" maar aan boord van de De Ruyter zagen ze ons ook. Ze gingen er langs, maar zo dicht, dat je je pet aan het schip kon hangen. Schout-bij-nacht Karei Doorman liet een lichtboei uitwerpen op de plaats waar we lagen. We schreeuw den tegen de mannen aan dek. Ze herken den ons... en voeren verder. We konden er geen touw aan vastkno pen. De volgende dag wist ik, dat dh de laatste rk van de Doorman was. Een uur later lag de bemanning van de De Ruyter ook in de Javazee. Wij waren inmiddels opgepikt door de Encounter, de laatste tor- pedobootjager van de geallieerde vloot. Doorman had het schip geofferd om ons te redden. Onderweg naar Soerabaja stierf Hagendijk". De bemanning van de Kortenaer had on geveer vijf uur in het water gelegen. Nor maal is dat niet mogelijk vanwege de haaien, maar die waren door het oorlogs- lawaai verdreven. In Soerabaja, na de be grafenis van Hagendijk, namen ze afscheid van elkaar. Overste Kroese werd op een schip naar Australië gezet. De vrachtboot ontsnapte aan de Japanse blokkade ten zui den van Java en bereikte Port Darwin. De Encounter probeerde met de opgelapte Exeter en de Pope te ontsnappen. Deze schepen zijn door de Jappen in de grond geboord. i rk'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 9