Acht schilderijen (3 Rembrandts) N'iJien Koel en Vries,e(hniek uit Dulwich Art Gallery (Londen) ,Tussen paard en stier" GROOTSTE KUNSTROOF ALLER TIJDEN Ton Lutz: prachtige knecht in Goldini De Gijsbreght weer in de Stadsschouwburg Waarde tussen de 15 en 25 miljoen gulden Première Haagsche Comedie Een dubieus begin MAANDAG 2 JANUARI 1967 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 11 ADVERTENTIE !>ifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^ J wenst zijn klanten een VOORSPOEDIG NIEUWJAAR. j de dieven de buit vakkundig hebben verpakt. Vele museum-directeuren menen dat de beroemdste schilderijen omdat ze na diefstal niet verkocht j kunnen worden, ook onkwetsbaar zijn. j Maar nu het kalf verdronken is, ge- j looft men dat de tijd aangebroken is om, zoals in de Ver. Staten is ge- daan, moderne elektronische beveili- j girogsmdddelen aan te brengen, waar- i door bijvoorbeeld deuren automatisch j sluiten, wanneer een schilderij van j de muur wordt gehaald. Ook huiste- levisie zou als waakhond kunnen dienen. i Tot nu toe is men in Engeland nooit gezwicht voor Ae eis tot beta ling van losgeld. Dit werd ook geëist voor Goya's portret van de Hertog van Wellington, dat v\jf jaar geleden uit de National Gallery werd gesto len, drie weken nadat dit voor 1.4 miljoen gulden door het museum was aangekocht. De dief kon er niets mee uitrichten en bracht het vier jaar - later naar een bagage-depot waar het in ongeschonden staat werd aange- j troffen. Wij danken U voor het gestelde vertrouwen in het ons achterliggende jaar en staan ook in 1967 weer met ons uitgebreid serviceteam voor U klaar. Wij vragen Uw speciale aandacht voor ons nieuw, leveringsprogramma inzake koelmeubel- en vriesinstcd- laties HOGE RIJNDIJK 256 - TELEFOON 33077 - 30430 - LEIDEN l(IIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII!llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllll!Htl!l kunst Ton Lutz heeft Carlo Goldoni's „De knecht van twee mees- i ters" onderhanden genomen en dit 18de eeuwse spel wat meer naar onze tijd gehaald. Helemaal gelukt is dat niet, maar het eindresultaat werd een plezierige voorstelling vol effectvolle pret. „Wie kan er twee heren dienen?" Geheel volgens de traditie is het nieuwe jaar in Amsterdam ingezet met e,en gala-avond in de Stadsschouwburgwaarop Joost van den Vondels Gysbreght van Aemstel" de hoofdschotel vormde, en de „Bruiloft van Kloris en Roosje" met de nieuwjaarswens van Thomas-' vaer en Pieternel het nagerecht. (Van onze Londense correspondent) In de nacht van vrijdag op zaterdag is in Zuid-Londen de groot ste kunstroof aller tijden gepleegd. Op uiterst geraffineerde wijze zijn dieven binnengedrongen in de eenzaam temidden van een prachtig parklandschap gelegen Dulwich Ant Gallery, en haalden drie Rembrandts, drie werken van Rubens, een Gerard Dou en een Elsheimer op vakkundige wijze van de wand. Ze ontkwamen ongemerkt. De waarde van deze unieke kunstbuit wordt op tussen 15 en 25 miljoen gulden geschat. Volgens sommige experts zou het bedrag zelfs het laatstgenoemde getal nog overtreffen. De gestolen werken zijn: Rembrandt: „Portret van Jacob de Gheyn" (ook wel bekend als „Por tret van een jongeman") op hou ten paneel „Meisje aan het raam" en een „Portret van Titus". I Rubens: „Drie nymphen met de I hoorn des overvloeds", „De heilige Barbara" en „De drie gratiën" alle op houten panelen. 1 Gerard Dou: „Dame aan het spinet" op houten paneel. Adam Elsheimer: „Susanna en de ouderlingen" op koper paneel. Enkele van de schilderijen werden uit de lijsten verwijderd, andere wer den compleet «meegenomen. De afme tingen zijn zodanig dat ze gemakke lijk onder de arm kunnen worden gedragen. Losgeld gevraagd Reeds zaterdag kreeg de secretaris van de Royal Academy een anoniem telefoontje waarbij een losgeld van 100.000 pond (een miljoen gulden) werd geëist, gekoppeld aan het drei gement dat indien daaraan niet werd voldaan de schilderijen zouden wor den verbrand. Bij de politie van West-Dulwich kwamen sinds zaterdag honderden telefoontjes binnen met verzoeken om een losgeld, maar wel zeker is dat vele opbellers een oude jaarsavond- of nieuwjaarsgrap heb ben willen uithalen. Niettemin moet alles door de politie serieus worden onderzocht. Het afpersen van een losgeld werd al dadelijk als het voornaamste mo tief van de diefstal beschouwd, om dat deze overbekende werken onmo gelijk op de open markt kunnen wor den verkocht. De inbraak geschiedde op korte af - stand van het woonhuis van de hoofdconoierge van het museum. Deze verklaarde dat het zo erg storm de dat hij bijna niet had kunnen sla pen. Maar de storm zal hem waar schijnlijk eveneens verhinderd heb ben onraad te bespeuren. De inbrekers de politie heeft geen idee hoe groot de bende was klommen met een huishoudtrapje over de muur welke het complex om geeft en verschaften zich toegang tot het museum door een weinig ge bruikte, van ijzerbeslag voorziene eikenhouten zijdeur. Deze deur was met een lektrisch alarmsysteem ver bonden met Scotland Yard, maar de Inbrekers wisten deze hindernis te ontgaan, door een smal houten pa neel, linksonder in de deur, weg ie breken. Alleen de zijkanten van de deur konden het alarmsysteem in werking stellen. De dieven waren dus uitstekend met de inwendige situatie in het museum op de hoogte. Het in 1626 opgeriohte museum, dat een voorloper wa3 van de National Gallery, het Britse Rijksmuseum op Trafalgar Square in Londen, behoort tot de bekende jongenskostschool Dulwich College. Het gebouwencom plex bevindt zich in het hart van dc nog ongerepte omgeving van Dulwich Village. Het is omringd door lanen en sportvelden. Om het grote verkeer te weren bestaat daar nog steeds een wegtol. Het is er 's nachts doodstil. Onschatbare waarde Het museum bevat een onschatbare verzameling van 300 schilderijen en Is vooral beroemd wegens z\jn Neder landse en Vlaamse meesters, namelijk drie Rembrandts 'thans alle gesto len), elf werken van Rubens, een Hobbema en tien Albert Cuyps. De meeste van de gestolen werken waren sinds 1811 In het bezit van het mu- j seum. Vier jaar geleden kon een po- i ging om Rembrandts Jacob de Gheyn", waarvan de waarde op f. 650.000.werd geschat, te stelen,1 door een suppoost worden verijdeld. Hij zag het paneel in een zijvertrek zonder lijst op de grond liggen. Toen hij naderbij kwam renden twee jonge mannen weg. Zondagavond tastte de politie, wel- i ke aannam dat de buit Engeland nog 1 niet had verlaten, nog volkomen in het duister. Men werpt in dit st-adium daarom nog geen enkele theorie over boord. Men werpt in dj en en en boord. Er wordt rekening gehouden met hebzucht, jaloezie en zelfs met de internationale politiek als motief. Ook kan de roof een vorm zijn ge- weest van protest. Het is niet uitge sloten dat zij werd gepleegd door le den van een internationale bende.1 welke zich in het stelen van kunst- schatten specialiseert, maar wier I operaties ernstig zijn bemoeilijkt om- I dat die meeste Europese musea, we-1 gens de berovingen der laatste jaren, bijzondere veiligheidsmaatregelen heb ben getroffen. Het museum in Dul- j wich is bijzonder kwetsbaar omdat het temidden van een landelijke om- j geving is gelegen. Het is niet uitgesloten dat twee van J de Rembrandts, namelijk het portret van Titus en het Meisje aan hefc» „De drie gratiën" van Rubens I behoort eveneens tot de gestolen schilderijen. 1 raam, beschadigingen hebben opgelo pen omdiat ze U-vonmig moesten wor den omgebogen, om ze door het gat in de deur te krijgen. Detectives hebben namelijk met be hulp van bordkarton de manier waar op de schilderijen naar bui-ten moe ten zijn gebracht gereconstrueerd. De andere Rembrandt, een paneel, moet door de opening zijn geduwd. De meeste moeite moeten de dieven heb ben gehad metv de werken van Ru bens, welke de grootste afmetingen van de buitgemaakte schilderijen hadden. ,.De drie gratiën" zou diago naal door he tgat in de deur heen zijn gewerkt. Het museum liep In de oorlog bom- schade op. Dr. Johann Heli, di« de schilderijen voor de heropening na de oorlog heeft, gerestaureerd, zei dal Rembrandts „Meisje aan het raam" (waarvan betwist wordt dat dit Hen- drlkje Stoffels zou zijn geweest) een bijzonder mooi werk was en de voor naamste aantrekkingskracht van het museum. Het was een van de vele stu dies die Rembrandt van dit onder werp had gemaakt. De geschiedenis van de moeilijk heden welke drie huwelijken in de weg staan is doorspekt met opmer kingen als „Je kunt je personeel niet slaan. Die tijd is voorbij" en vooral de aankledin g van Nicolaas Wijnberg, waarin hij een groot aan tal technische vondsten heeft ver- v/erkt, halen dit stuk uit de sfeer van de voorstellingen die er eerder van werden gegeven. De situaties zijn echter niet ver anderd, die zijn tekenend voor de achttiende eeuwer die Goldoni was, en daardoor gaat het geheel een beetje zweven: de verhoudingen tus sen de figuren zijn die van twee eeuwen geleden, verscheidene van hen zijn gekleed alsof ze in de ja ren rond de eeuwwisseling thuishoren en stekelige uitlatingen als die over de vrije zaterdag geven er een zekere actualiteit aan. Verdronken kalf De gestolen kleinere schilderijen kan men volgens de heer Heil „bijna in de zak" steken. Maar hy hoopte dat diit niet was gebeurd, want door het canvas op fc® rollen zou dit kun nen beschadigen. Men neemt aan dat Onderscheiding voor Jewtoesjenko De Sow jet-dichter Jewgeny Jew toesjenko, die kort geleden van een reis uit Amerika terugkeerde, is op genomen op de hjat van prijswinnaars dlie aangekondigd werd door het po pulaire Sowjet-weekblad „Ogonyok". Het blad kende 37 prijzen toe voor de beste bijdragen aan het blad in 1966. Zes ervan werden toegekend aan dichters. Jewtoesjenko werd genoemd voor zijn „Zeven verzen". Manchester uit ziekenhuis De schrijver William Manchester is uit het ziekenhuis te Middletown (Connecticut) ontslagen, zes dagen nadat hij met longontsteking was opgenomen. De 44-jarige sohrijver heeft het omstreden boek .Death ot a pre sident" op zijn naam. Hans Boswinkel naar Theater De acteur Hans Boswinkel verlaat de Ned. Comedie en zal in het sei zoen '67—'68 deel uitmaken van toneelgroep Theater. De bemoeienissen van Ton Lutz en Nicolaa Wijnberg hebben deson danks Luc Lutz de gelegenheid ge boden een vaak prachtig type „knecht" neer te zetten en daarvan heeft hij dankbaar gebruik gemaakt. Hij is de dominerende figuur, die juist door zijn onhandige schuchter heid voortdurend de aandacht op zich gevestigd houdt. Annet Nieuwenhuyzen, Eric Schnei der, Martine Crefcoeur en Slmone Rooskens dwarrelden speels om hem heen in dit bonte spel van verwis telingen en onschuldige intriges. Het Nieuw Rotterdams Toneel heeft het repertoire uitgebreid met kleurig, pretentieloos amusement. De première in Rotterdam is wel in de smaak gevallen Beroemd vioolpedagoog in New York overleden De Amerikaanse violist Louis Persinger is zaterdag op 80- jarige leeftijd in New York overleden. Persinger was de leermeester van verscheidene I beroemd geworden violisten, zoals Yehudi Menuhin, Isaac l Stern, Ruggiero Ricci en Ca- i jnilla Wicks. Vrede en recht in 1967 Paus Paul us heeft de wereld ge lukkig niewjaar gewenst en gebeden dat in 1967 vrede en recht zullen heersen. De paus verscheen voorh et raam van zijn studio boven het St. Pie tersplein en opende een korte toe spraak met de woorden: „Gelukkig j nieuwjaar". Sprekend voor een menigte van 15.000 mensen, die zich verzameld hadden op het. plein dat in zon baadde, zei de Paus dat „wfj ons al tijd de grote idealen voor ogen moe ten houden waarvoor wij bidden recht en vrede. De Paus sprak niet over de oor log in Vietnam. Verleden jaar c»eed hij op nieuwjaarsdag een dramati sche beroep op de leiders van com munistisch China, de Sowjet Unie en Noord en Zuid-Vietnam om mee te helpen aan het beëindigen van de oorlog in Vietnam. Ellen Vogel (Badeloch) en André van den Heuvel (Gijsbregt). D© Nieuwjaarswens was verzorgd door de journalist Evert Werkman. De voorstelling van de Ned. Comedie werd geregiseerd door Henk Rigters, die zelf de rol van Gozewijn van Aemstel speelde. Er was wederom tradltloneel-gestreefd naar een eigen visie op Vondels drama waarbij Rig ters duidelijk geprobeerd heeft alle eer aan de tekst te bewijzen, met name door een sobere aankleding. De belangrijkste rollen werden gespeeld door André van den Heuvel (Gys breght), Jan Hundling (Wlllebrord), Julia N. Schoenaerts (Arend van Aemstel), Jules Croiset (Vosmeer de Spie), Ellen Vogel (Badeloch), Wlm van den Brink (De bode) en Huis Broos (Rafael). door Willem Nyholt, de rel van Cla- De rei van edelingen werd gezegd rissen door Mar ja Habraken en de rel van Burghzaten door HanBentz van den Berg. De zaal was geheel vol met vel» vooraanstaande gasten, zoals de mi nisters Struycken en Bot, de Com missaris van de Koningin in Noord- Holland mr. F. J. Kranenburg, bur gemeester Van Hall, vele wethouders en hoge ambtenaren en v oor a an- den uit de kringen van handel, niJ- verheid en scheepvaart, j „De bruiloft van Kloris en Roosje" j was geregisseerd door Jack Bow, die de onverkorte tekst van de schrijver I Diedrick Buysero aanhield. Hij heeft er ook verder naar gestreefd deoor- I spronkelijke uitvoering de eerste j opvoering dateert van 1688 en sinds 1720 zijn de Gysbreght en Kloris en Roosje gezamenlijk opgevoerd zo- I veel mogelijk te benaderen. De wens, door Wim van den Brink en Nel j Koppen gebracht, culmineerde In het I herstel van het verbleekte gezag in I Amsterdam. (Van onze kunstredactie) De Haagsche Comedie heeft voor de gebruikelijke Nieuw jaarspremière het oog laten vallen op een Amerikaanse come- j die van Maurice Valency, van wie weinig meer bekend is dan I dat hij Giraudoux en Anouilh voor de Ver. Staten vertaalde. In zijn „The thracian horse" uit 1961 is vooral de verwant schap met de schepper van „Amphitryon 38" te herkennen. „Meisje bij het raam" van Rembrandt is het meest waardevolle van de schilderijen, die uit het Dulwich-museum zijn gestolen. Ook Valency gebruikte de oudheid als voertuig voor zijn visie op men selijke hebbelijkheden en hij vond daartoe het verhaal van Euripides, die Alkestis. Koningin van Pherae, zich laat opofferen voor haai1 echt genoot Admetus, die door de dood wordt gehaald tenzfj iemand anders I zich beschikbaar stelt. Hercules haalt I haar terug uit de onderwereld en verenigt Koning en Koningin weer. I Daar houdt Euripides op en gaat Valency nog even verder, want de motieven van Alkestis blijken hele- l maal niet zo nobel. Met haar daad I van doodsverachting zou zij slechts de eeuwige roem gezocht hebben. De opwekking daarna komt de Koningin j niet zo plezierig uit, want die plaatst haar slechts op het lijstje van Her cules' krachtpatserijen. Tussen het vellen van een stier en een paard door heeft de potige zoon van Zeus gelegenheid zich voor hare hoogheid in te zetten en dat zint haar bepaald niet van de man, die volgens haar zeggen zich slechts heeft te bepalen tot „dieren en hun afvalprodukten". Middelmatig Van het procédé om klassieke ver halen in een modern Ironisch jasje te steken en de hedendaagse filosofie te vermengen met grappige ana chronismen is de voornaamste aar digheid wel af. Zo is het ook bfj Va lency zolang hy Euripides illustreert. ZUn wijsheden over het huwelijk, zijn demonstratie hoe ijdele mensjes aan I hun klassiekheid bouwen, evenseer als I zijn ontmaskeren van helden blijkt j van hoogst middelmatig karakter. Als het Koninklijke gezin echter In een ferme ruzie uitbarst raakt Va lency beter In zijn element. Met dit stuk, dat laat aan wat j vuurwerk toekwam, balanceerde Dt Haagsche Comedie op het randje van een dubieus nieuwjaarsbegin. Overtui gingskracht ontbrak eerst. Aan Joris Diels was het te danken dat er om de lang niet altijd sprankelende tekst, I die zich wat te uitvoerig met het verschil tussen de ongewisse en be paalde dood bezig hield, de regiever sieringen ontstonden, die een spaar zaam leven gaven aan „Tussen paard en stier" tot het moment van de grote koninklijke ruzie natuurlijk. Voordien had men Anne-Marle Heyligers, Gul- do de Moor en Leo de Hartogh be kwaam de auteur partij zien geven. Hoe goed zij dit deden werd In het uitstekende vierde tafreel duidelijk. Anne-Marie Heyligers toonde zich bewonderenswaardig in de omzwaai van een minzaam vrouwtje, dat uit haar rol valt als haar roem geklei neerd dreigt te worden, Guldo de Moor was de knappe held met een bibberkarakter ten voeten uit, pri mitieve kracht en hartelijkheid om straalde een succesvolle rol van Leo de Hartogh. De overige „kleine" rol len waren goed verzorgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 11