Aflossing van de wacht
in Iripoli
Bodega in t wijnvat
„Een gevangenis,
dat is hef toch,
een schip'
MET DE FEESTDAGEN
ACHT MAANDEN EENZAAMHEID
IN HET VOORUITZICHT
FAULNA Vi
LLiuatn DAubLAJ
De bagage gaat op de sleep
boot. Eon ladingmeester geeft
aanwijzingen.
„Als bootsman zit Je tussen twee
vuren. Je staat tussen de officie
ren en de bemanning. Dat valt niet
mee. 't Zijn vaak beste jongens,
die matrozen, maar soms krijg je
ze moeilijk aan het werk. Als ze
een punthoofd hebben bijvoor
beeld. Punthoofd eh, hoe noe
men ze dat ook weer aan de wal.
Als je te veel gedronken hebt
oh. ja een kater". Bootsman
Erf zit op zijn praatstoel.
„Je kunt de vrede niet altijd met
woorden bewaren. Soms gaan ze
met je op de vuist. Het enige wat
je dan kunt doen, is terugslaan.
Toevallig sla ik vrij hard. Op de
vorige reis verspeelde ik een tand.
Maar de kerel die me aanvloog,
moest een heel nieuw gebit heb
ben".
,,'t Is niet zo eenvoudig, meneer.
Maar wat wilt u? Acht maanden
op een schip. Niks te beleven. Je
kunt ze het niet kwalijk nemen dat
ze zo nu en dan flink aan de zuip
gaan".
WAARDELOOS
„Kerstmis aan boord is waarde
loos. We werken in drie ploegen. Als
de ene ploeg werkt, is de tweede
vrij. De derde slaapt. Met Kerst
mis ook. Sfeer is er niet."
„Mijn vrouw zit met Kerstmis
thuis. Met m'n twee dochters. Grote
dochters van zestien en twintig,
't Is niet makkelijk voor een vrouw
om alleen de kinderen op te voe
den. Ik heb een goede vrouw. Ze
doet haar best".
De stewardessen brengen pla-
teatjes met eten rond. Plas
tic weggooibes-tek in een plastic
zakje. Koffie, boterhammen. Leuk
tijdverdrijf.
De Convair vliegt met de wind
mee. Het gaat hard. Onder ons lig
gen de Alpen.
Heel wat passagiers sukkelen in
slaap. De lichtjes beneden wijzen
de weg.
KUKJE NEMEN
Ex-stuurman A. Bakker, chef
van de civiele dienst van de Stoom
vaartmaatschappij Nederland,
tuurt uit het raampje. „Genua'
en hy kan het weten. Vaak
opnieuw met voedsel rond.
„Alweer eten?". „Ja", zegt Bak
ker. „En eet het maar allemaal op,
want in Tripoli krijgt u voorlopig
niks meer".
Sicilië, Malta, het einde van de
tocht nadert. De Convair vliegt als
een razende. Een tussenlanding is
niet nodig. Het gaat veel vlotter
dan verwacht.
De dag vóór het vertrek zei R.
Gerharts van de afdeling verkoop
van Martin's Air Charters: „Het is
een zware bak. Veel bagage en 29
passagiers. Er moet een tussenlan
ding worden gemaakt. Het is up
to the captain waar dat gebeurt.
Ik denk Genua. Heen zal het zo'n
■,even uur en drie kwartier duren
en terug zes uur en een kwartier".
't Pakt anders uit. Na ruim vijf
uur zijn we boven de haven Tri
poli. „De Bengkalis" is er nog niet",
zegt iemand. Later blijkt dat hij
gelijk heeft. Het schip loopt pas
om zeven uur de haven binnen.
We zijn twee uur voor op het
schema. Goed werk.
NIET OPWEKKEND
Geen feestvreugde echter. ,.'t Zal
mij benieuwen, hoe laat we van
dat vliegveld af zijn", zegt Bakker.
„Je weet het hier nooit".
Afrika tweehonderd meter, hon
derd meter, vijftig meter onder ons.
Ie voelt het haast niet. Doorrollen
tot dichtbij de aankomsthal, die
weinig fris blijkt te ruiken. Geen
joed woord over voor Arabieren.
>lechte koffie, hangen in stoelen,
kijken naar het eerste leven op het
vliegveld.
Eindelijk, na bijna drie uur, is
het zover. In de bus naar Tripoli,
dertig kilometer. De weg is smal,
1e bus oud en de chauffeur on-
verveerd. Langs de route geen op
wekkend beeld. Mensen in hutten
van golfplaten en oud hout, veel
werklozen.
Onze colonne bestaat uit drie
voertuigen. Voorop de agent van de
maatschappij in een Renault, dan
de bus en tenslotte een open
vrachtwagen met bagage.
Tripoli is, vanuit de bus gezien,
een arme Arabische stad met een
internationaal tintje. Wat herinne
ringen aan de tijd dat de Italia
nen er de baas waren, wat Ameri
kaanse invloeden.
TIJD...
De haven ligt vol schepen. In de
verte de „Bengkalis", niet aan de
kade, maar voor anker omdat er
geen' plaats meer was. Een flinke
tegenvaller. Bakker kijkt op zijn
horloge. Het is bij tienen. We heb
ben al heel wat tijd verspeeld.
De agent zal voor een bootje zor
gen. Hij gaat een kantoor binnen,
komt er weer uit, glimlacht, zegt
dat alles snel in orde komt, rijdt
weg, komt terug, glimlacht weer.
rijdt opnieuw weg.
Er is tijd in overvloed om rustig
te kijken, hoe alles in de haven van
Tripoli reilt en zeilit. Er wordt vol
doende gelost, zo te zien. De kaden
liggen vol met kisten en kratten
met machines, ijskasten, werktui
gen, enzovoort. Het opstapelen kon
netter. Sommige kisten met onge
twijfeld kostbare goederen balan
ceren op grote hoogte in een grie
zelig labiel evenwicht.
De agent komt terug. We gaan
opnieuw in de bus. Naar een ander
plekje aan de haven. Een visser
zal ons naar de „Bengkalis" bren
gen. We kunnen niet allemaal tege
lijk mee. Er moet twee keer wor
den gevaren.
De ploeg die moet wachten, mop
pert: „waardeloos", „dit nooit meer"
Honger, dorst en slaap vechten om
voorrang. Het klokje tikt door naar
twaalf uur.
Op de „Bengkalis" <9473 brt.)
schenkt de hofmeester ijskoud Hol
lands bier uit weggooiflesjes. De
nieuwe matrozen zoeken hun hut
ten op.
De vierde stuurman, Gerard ten
Boken, gaat straks mee naar Ne
derland. Pretoogjes dwalen over
een papiertje. De achternaam van
één van de stewardessen is Knol,
leest hij. Hij is goed geïnformeerd.
AFSCHEID
Na een paar uur komt een sleep
boot met de bagage, die aan bak
boord aan boord wordt gehesen.
't Schip heeft een nieuwe kapitein,
een nieuwe hoofdscheepswerktuig -
kundige, een nieuwe eerste en een
nieuwe tweede stuurman gekregen.
Onder 't genot van diverse pilsjes
zijn de nieuwe matrozen door hun
collega's ingelicht over de karak
tereigenschappen van het overge
bleven deel van de staf. 't Viel erg
De sleepboot is langs stuurboord
gekomen en neemt de bagage van
de vertrekkenden over. Het is nog
al wat. Als alle koffers, pakken en
tassen zijn overgeheveld, stapt ook
de afgeloste bemanning over. Het
afscheid is hartelijk. Bootsman Erf
(van het stukje land met de kip
pen) heeft zich verkleed en staat in
een mouwtjeshemd te zwaaien. Aan
z(]n riem hangt een schede met een
(Van een speciale
verslaggever)
TRIPOLI, kort voor Kerst
mis De zon komt op boven
de woestijn van Libië. Op
Idris Airport bij Tripoli hijst
een man in uniform de vlag
Twee stuurlieden van de
„Bengkalis" van de Stoom
vaartmaatschappij Neder
land kijken er naar. Er valt
niets beters te doen.
Vannacht om kwart over
twaalf van Schiphol naar
Indris Airport. Aankomst
half zes. Het is nu half acht
en er is nog niemand die ons
hier weg helpt.
De vlag hangt als een
dweil langs de mast. Het is
windstil, doodstil en koud.
Een graad of vijf boven nul,
meer niet.
In de aankomsthal wordt
lauwe koffie geserveerd. Niet
te drinken. Niemand wil een
tweede kopje. Een stewardess
bestelt cappucino. Zij betaalt
met een dollar en krijgt twee
Duitse marken terug. Ze
neemt één slok en laat de rest
staan.
rp 1
Om acht uur komt de agent van
de Stoomvaartmaatschappij Neder
land. Een Arabier uit Tripoli, 't
leed zal nu snel geleden z(jn, be
looft hij en htf glimlacht ons be
moedigend toe. De zeelui halen hun
schouders op. Ze geloven niet zo
hard in de beloftes van Arabieren.
Ze geloven trouwens helemaal niet
in Arabieren.
Idris Airport ontwaakt. Een Ca-
ravelle van de Kingdom of Libya
Airlines vertrekt naar Bengasi. Rei
zigers naar Kano worden bij de
douane verwacht. Afrika vliegt.
Aflossing in Tripoli van de helft
van de bemanning van de „Beng
kalis". Straks gaat een andere hal
ve bemanning mee terug met de
Convair turbup-prop van Martin's
Air Charter.
De „Bengkalis" vaart tussen
Amerika. Afrika en Azië. Nederlan
wordt nooit aangedaan. Daarom
vliegt M.A.C. elke vier maanden het
schip tegemoet met een nieuwe hal
ve bemanning. Wie nu afgelost
wordt, is met de feestdagen thuis.
Wie nu de wacht overneemt, ziet
Nederland pas in de zomer terug.
Kerstmis aan boord. Oud en Nieuw
aan boord, niet zo'n prettig voor
uitzicht.
PUNTHOOFD
De Convair vliegt ergens boven
Duitsland richting Tripoli. Boots
man J. Erf (46) uit Groningen
zegt: „Ik heb er niet veel zin in.
dat mag u gerust weten. Vanavond
ben ik zo laatm ogelijk naar de
trein gegaan, om half acht. 'k Wou
dat ik rijk was, meneer. Dan kocht
ik een huisje met een stukje land.
'k Wou wat kippen nemen"
„Zou dat niet vervelen?"
„Is dit dan plezierig? Straks zit
je weer zeven, acht maanden in de
gevangenis. Want dat is het toch,
zo'n schip".
vliegt hij met een aflosbemanning
nee om even een schip te zien, even
te kijken hoe de zaken er bij staan.
Twaalf schepen van de maat-
ichappij komen nooit in de thuis-
ïaven Amsterdam. Goed, de kapi-
eins schrijven lange rapporten
ver het wel en wee op hun boot
iver wat er aan vervanging toe is
n wat er gerepareerd moet wor-
en. Maar zo nu en dan wil de
ederijt och wel eens zelf een kijk-
e nemen, zelf even de stemming
>eilen. De chefs van de civiele
iienst, de technische dienst en de
lautische dienst knappen dat kar
weitje bij toerbeurt op.
Bakker heeft nog geen slaap. Hij
aat het dossier zien met de cor-
espondentie die er de afgelopen
maanden tussen het schip en de
rederij is gevoerd. Een uitgebreide
briefwisseling over van alles en nog
wat.
ALLES OPETEN
Bootsman J. Erf.
dolk. Er valt niet met hem te spot
ten.
STEMMING
Op Idris Airport begint het wach
ten opnieuw. Een half uur, een uur,
anderhalf uur, twee uur. De be
manning van 'de Convair had ons
al om twee uur verwacht. Drie
keer hebben de stewardessen van
middag soep warmgemaakt. Drie
keer is de soep koud geworden.
En dan neemt onze agent af
scheid. Na 2V2 uur rondhangen gaan
we naar het vliegtuig. In Nederland
is het nu zeven uur. De stemming,
tijdens het lange wachten aanmer
kelijk gezakt, is onmiddellijk teurg.
Vierde stuurman Ten Boken is in
middels achter de voornaam van
stewardess Knol gekomen. „Voor
Freddie Knol nog éénmaal troela-
la", zingt hij en iedereenz ingt mee.
Op Schipho zei de public rela
tions-man J. Brouwer van Martin's
la", zingt hij en iedereen ingtz mee.
Air Charter: „Er is een hemels
breed verschil tussen de stemming
op de heenreis en op de terugweg.
De stewardessen moeten zich vol
ledig omschakelen. Op de heenreis
is de sfeer nogal somber. Maan
denlang van huis gaan is geen
pretje, zeker niet met de feestda
gen voor de boeg. De passagiers
moeten een beetje opgebeurd wor
den. De mensen die mee terug
gaan, zijn vaak uitgelaten. Dat
mag. maar 't moet geen rotzooi
worden. Gelukkig is dat nog nooit
gebeurd. Dat pleit niet alleen voor
onze stewardessen, maar ook voor
de zeelieden. Op aflossingsvluchten
nemen we altijd meer bier mee.
Naar bier is altijd de grootste
vraag".
TEGENWIND
De Convair vliegt boven Tripoli.
Ten Boken zit omgekeerd op zijn
stoel en spreidt zyn armen uit.
„Kyk", zegt hij, „ik vlieg ach
terstevoren met losse han
den".
Freddie Knol en haar collega
doen enorm hun best. Geweldige
stewardessen. Omdat het de ver
wachting was. dat we al 's mid
dags zouden vertrekken, zijn ze niet
naar een hotel gegaan. In het
vliegtuig hebben ze op Indris Air-
port een paar uur geslapen. Afge
zien van (jat tukje zijn ze nu een
uur of 36 \op.
Er is tegenwind en de wind
neemt toe. Freddie Knol deelt mee.
dat er een tussenlanding in Stutt
gart moet worden gemaakt. „De
vlucht naar Stuttgart zal ongeveer
vijf uur en 22 minuten duren".
Het maakt Ten Boken niets uit.
De grote stemmingmaker zet het
lied „ouwe taaie" in. De taaie koop
vaardij-rakkers volgen.
Maar als vrijwel het hele reper
toire van bekende Nederlandse
chansons is doorgenomen, zijn we
nog steeds boven de Middellandse
Zee. De vierde stuurman raakt uit
geput. Klaas Vaak waart rond.
Tweede stuurman K. van Leeu
wen uit Utrecht drinkt een whisky-
puur. Hij gaat in zijn verlof iets
heel belangrijks doen: trouwen.
Daarna weer naar zee. Liefst lan
ge reizen. „Mijn verloofde weet het.
Zij vind het goed. Tenminste, dat
neem ik aan. Anders zou ze niet
met me trouwen".
Terwijl Ten Boken met de moed
der wanhoop het „Er is nog nooit
een vrijgezel gestorven aan verdriet
of chagrijn" aanheft, vertelt Van
Leeuwen dat hij ondanks de feest
dagen verlof in de zomer prefe
reert. „Ik hou niet van winter, ik
heb een hekel aan kou. Maar voor
mijn familie en natuurlijk voor
mijn verloofde vind ik het wel leuk,
dat ik nu met Kerstmis thuis ben".
Boven de Alpen moeten de rie
men worden vastgemaakt. We vlie
gen door dikke wolkenpakketten.
De Convair gaat behoorlijk te keer.
De zeelieden laten niets merken,
maar de stewardessen geven toe
dat ze het verre van leuk vinden.
Wat witjes zitten ze naast elkaar,
een heel klein beetje luchtziek. Ver
moeidheid speelt hen zonder twijfel
parten.
NAAR HUIS
Boven zuid-Duitsland breken de
wolken. Freddie Knol en collega
komen weer in actie. Meegedeeld
wordt dat het op Schiphol wind
kracht 10 is. Er is een wijziging in
het programma: Niet in Stuttgart
zal een tussenlanding worden ge
maakt, maar in Frankfort.
De gesprekken zijn verstomd. De
onvermoeibaren kijken uit de
raampjes naar de ontelbare licht
jes beneden. Vanuit de lucht lijkt
West-Europa 's nachts één grote
stad.
De storm tegemoet. Na de tus
senlanding is het nog maar ruim
een uur. De vrouw van hoofd-
machinist Korving voorspelt dat
het wel een moeilijkel andlng zal
worden.
We dwalen, een beetje rukkerig.
Je voelt de storm aan de vleugels
trekken. Amsterdam, de nieuwe
RAI. Schiphol. Veilig geland. Ap
plausje voor de piloten. Familie bij
de uitgang. Tientallen mensen, om
kwart voor drie 's nachts, 't Is
enorm. Omhelzingen, hier en daar
een traantje. En dan, als de doua
ne klaar is, wegwezen. Naar huis,
naar huis, naar huis.
Buiten, in de storm, staat de
Convair van de MAC. 't Heeft aan
die bak niet gelegen dat het een
beetje lang duurde. Het was maar
een kwestie van Arabieren en van
tegenwind.
ie Met een vissersbootje naar de „Bengkalis".
De stewardessen sloven zich uit.
Ze dragen drankjes aan en komen
Het plaatsje
Flein bij de
Duitse stad
Heilbronn is
tegenwoordig
een trekpleister
voor toeristen,
die wijn uit het
vat in het vat
willen genieten
De kastelein
van dit
buitennissige
wijnlokaal
ontdekte het
rijk versierde
exemplaar in
een van de oud
wijnkelders van
Heilbronn.
Hij betaalde
contant, maar
kon het vat nie
meteen
meenemen,
omdat er nog
20.000 liter
kostbare
druivesap in lai
te rijpen.
Voordat hij hel
vat als attractie
in zijn tuin kon
opstellen, moest
er ook nog
300 kilogram
wijnsteen van
de zeventig jaa
oude eikehouten
wand worden
gekrabd.
Nu kunnen er
twintig gasten
in de buik van
het vat
plaatsnemen.