Metrootje spelej onder de Coolsingel Velpse zakenman bouwde uit protest een sporthal in zijn achtertuintje GEEN ADVISEURS MEER HALLEN „LEGAAL" GROTER „SPEELGOED" GROOT WOORD TREINSTELLEN BASI VAREN ZATERDAG 10 DECEMBER 1966 LEIDSCH DAGBLAD Er rijn nog geen rails. De eerste trein zal pas begin 1968 of op zyn vroegst eind volgend jaar zijn pas sagiers komen halen. Maar Rotter dam kan na zes jaar bouwen niet langer meer wachten. De Rotter dammers kunnen nu metrootje spelen. Voor een kwartje. Er wordt druk gebruik van gemaakt. Er niet alleen door Rotterdammers. Er is een hele generatie Rotter dammers opgegroeid in een stad die nog niet klaar is. Sinds 1940 immers is de hele Maas stad één grote bouwplaats. Voor de niet-Rotterdammers geeft de stad sinds jaar en dag de indruk van een grote choas. Wie enkele maanden niet in de Rotterdamse binnenstad is geweest, heeft er geen flauw idee van welke wegen wel en welke niet te berijden zul len zijn. Het is de onvermijdelijk consequentie geweest van een stad die meent dat zij niet buiten een metro kan. LD-EXTJ M Het station stadhuis is wel geopend, maar is nog onoereikbaar voor de metro treinen. Onze foto graaf monteerde daarom een treinstel in het lege station om het beeld te krijgen dat over een jaar werkelijkheid wordt. De Rotterdamse metro-bouw heeft een nieuwe mijlpaal be reikt. Op het eerste deel van de Coolsingel, tussen Hilton- hotel en de Bijenkorf, waar de bouwputten sinds enige tijd weer zijn toegedekt en voor zien van een glad geasfalteerd wegdek, is het eerste metro station in gebruik genomen. Het „station stadhuis" is met rol trappen en gewone trappen bereik baar aan de zijde van het stad huis en aan de overzijde van de Coolsingel. dus aan de kant van de Lijnbaan. Onder de grond strekt zich de stationsruimte uit, die wat vormgeving en praktische indeling betreft alle metro-stations van Hamburg, Londen en Parijs slaat. Aan de muur hangen drie kaar tjes-automaten. Na het inwerpen van een kwartje krijgt men een kaartje, waarmee men een automaatje kan bedienen dat tel kens één persoon tegelijk door een tourniquet laat. Weer een roltrap naar beneden en men staat op het perron. ,HET HOEFT GEEN TE KOSTEN" Wat je al niet met je ach tertuintje kunt doen. Boeren kool planten bijvoorbeeld, an dijvie of rozen kweken. Voor de financieel draagkrachtigen Is er dan nog de mogelijkheid voor een privé-zwembad. De Velpse aannnemer G A. J. Berkhout koos geen van deze mogelijkheden. Hij zal wel de enige Nederlander zijn die een complete sporthal in zijn ach tertuin heeft staan. Waarom bouwde hij deze sporthal? Lou ter en alleen uit liefhebberij? Zo'n hal zet Je er niet voor ei gen gebruik neer. Dat was ook kennelyk niet zijn bedoeling, want sportverenigingen uit Velp en voor al uit Arnhem maken er een dank baar gebruik van. Deed hij het dus uit een soort idealisme om de sport een dienst te bewijzen? Wellicht kan men de heer Berkhout zien als een idealist, maar hij blijft toch ook de aannemer, de zaken man. De waarheid zal hier ergens in het midden liggen. Uit dit oog punt bezien zijn ook zijn beweeg redenen te verklaren. „Ik heb dat ding er aanvanke lijk neergezet als een soort uiting van protest. Een protest tegen de opvatting, dat een sporthal miljoe nen moet kosten. Men hoort on zinnige bedragen noemen, terwijl het toch echt niet zo duur behoeft te zijn". De heer Berkhout is geen man die lang naar woorden be hoeft te zoeken. Moeiteloos bouwt hU aan een fel betoog en het lukt ons nauwelijks er een vraag tus sen te wrikken. „Wanneer je zegt dat het niet zo kostbaar behoeft te zijn', dan moet je dat ook bewijzen en dat heb ik met deze sporthal willen doen. Geen „goedkoop halletje maar een volwassen sporthal" en niet alleen om te bewijzen dat de bouwkosten niet zo hoog behoeven te zijn, ook om te laten zien dat zo'n gebouw te exploiteren is zon der de sportverenigingen het vel over de oren te halen. Daarvoor heb ik van wie dan ook geen cent subsidie nodig". „De narigheid is, dat wanneer er plannen voor een sporthal worden gemaakt, je te maken krijgt met allerlei mensen en instanties die er wijzer van willen worden. Ad viseurs zus en adviseurs zo. Nog Het interieur van de sporthal in de achtertuin. voor Je gaat bouwen, ben je al een kapitaal kwijt. Die adviseurs heb ik niet nodig. Ik heb zo mijn eigen raadgevers en mijn eigen er varing en die kosten me niets". Wanneer de heer Berkhout een maal een plan in zijn hoofd heeft, moet men van goede huize komen om het er weer uit te krijgen. De sporthal, bedoeld als protest, ont ketende in het begin slechts nieu we protesten. Eerst van zijn vrouw, die zo'n gevaarte achter het huis toch wel bezwaarlijk vond („ze is inmiddels van fel anti overtuigd pro geworden"). Toen van de om wonenden, die naarstig de hinder wet raadplegen. En niet in de laat ste plaats uit de ambtelijke wereld, waar men zich het hoofd brak over de vraag, of een sporthal op die plaats wel paste in de uitbrei- dings-, bestemmings-, of wat voor plannen dan ook. Een koetshuis, dat mocht wel, maar er is wel enig verschil tussen een sporthal en een koetshuis. zoek en ook Tweede-Kamerleden bleken interesse te koesteren voor dit Velpse initiatief. Een van de eerste die van het gebouw gebruik ging maken, was het CIOS-2 uit Arnhem. Oorspronkelijk was de heer Berkhout in de eerste plaats de aannemer die iets wilde bewij zen met de sport als bijkomende factor. Per slot van rekening was hij geen sportman en was dat ook booit geweest. „Als het fout loopt kan lk de hal nog altijd als opslagloods gebrui ken", meende de heer Berkhout en zette zijn plannen door. Hij kreeg zijn zin, want intussen is de sport hal een „legaal" bouwwerk gewor den. Aan de periode, dat de sport hal wel eens als zodanig in gebruik was, maar er officieel nog niet stond, herinnert de naam „Het Koesthuis'. Officiële instanties tonen ook op andere manier hun belangstelling voor deze particuliere hal. Zelfs oud-minister Vrolijk kwam op be- „Toen we met de hal gingen draaien, begonnen we het steeds meer als liefhebberij te beschou wen. We kregen er allemaal lol in, mijn vrouw, mijn dochters, mijn zoons en ik. We merkte toen pas goed, welk een grote behoefte de sport aan dergelijke accommoda ties heeft". „Kijk, en dan komen er vanzelf nieuwe plannen. Je besluit er mee door te gaan, om nog meer sport hallen te bouwen met de bedoeling ze in eigen explotatie te nemen. Tenslotte moet je je geld ergens in beleggen, en waarom dan niet in sporthallen? Niet om er veel aan te verdienen, want dat gaat toch maar naar de belasting". Drie nieuwe sporthallen kwamen er op het programma van het inmiddels in het leven geroepen „Velpse bouw- en adviesbureau voor sport en recreatiehallen, Berkhout te staan. „We gingen van het standpunt uit, dat de gemeente ons alleen de grond in erfpacht behoeft te geven en dat wij voor de rest zorgen". De vraag waar hij zou gaan bou- Als de metro gaat rijden, zullen er ruim zeven jaren zyn gebouwd en een kleine 250 miljoen gulden zijn uitgegeven, die door de Rot terdamse gemeenschap zijn op gebracht. Voor die opofferingen be schikt men dan over een stads- spoor van zeseneenhalve kilome ter en zeven stations. Naast de uitgebreide ondergrondse tramnet ten van Parijs, Londen en New York is het Rotterdamse lijntje niet meer dan een speelgoedtrein tje. Er wordt dan ook bijna al tijd buiten de stad zelf vaak ge vraagd, of Rotterdam nu wel zo nodig moest. Ja, het moest. Men kon er zelfs niet meer onderuit. Het grote pro bleem voor Rotterdam is, dat de stad door de kilometers brede nieu we Maas ln tweeën wordt gedeeld. Dagelijks moet alleen al het ste delijke vervoerbedrijf, de RET, een kleine 100.000 mensen 'een vijfde van het totale tram- en busvervoer) van de ene oever naar de andere brengen. Dat ge beurt met bussen via de Maastun nel en met trams via de Willems brug. De tunnel heeft de top van zijn capaoiteit allang bereikt en kent lange files en lange wachttij den. De Willemsbrug, gebouwd in 1878, is aan vervanging toe en zou, om de scheepvaart tevens van een hindernis te bevrijden, de bouw van een nieuwe verkeerstun- nel vragen. De tunnel die de Willemsbrug moet vervangen, zal een zo grote capaciteit voor het gemoto riseerde verkeer moeten heb ben, dat de tram er geen plaats in zal kunnen vinden. Een aparte tram-tunnel dus. Maar dat be tekent bij op- en afritten hinder lijke kruisingen met het wegver keer. Het logische gevolg is, dat de tramtunnel in de stad wordt voortgezet en dan kan men im mers spreken van een metro. D« Rotterdamss metro is geen uiting van grootheidswaan. De metro is noodzakelijk om het openbaar vervoer tussen noord en zuidoever veilig to stellen. Toch is „metro" een wat groot woord. In feite zullen de stadstrei- nen het traject slechts voor de helft ondergronds afleggen. Het kopstation komt ondergronds bij het Centraal Station. Op de Cool singel zal men straks kunnen in- en uitstappen op de stations stad huis en beurs en alvorens de trein door de 1050 meter lange buis on der de Maas schiet, wordt er nog gestopt op station Leuvehaven. Op de zuidoever is er geen spra ke meer van metro. Daar rijdt de stadstrein op een viaduct hoog boven de straat. Er zijn drie sta tions gebouwd: Rijnhaven, Maas haven en Zuidplein, welke laatste het voorlopige eindpunt zal bete kenen. Als Rotterdam in de toe komst een mogelijkheid ziet om de lijn door te trekken naar de sa tellietstad Hoogvliet, zal het Rijk een aansluiting tussen Hoogvliet en Hellevoetsluis tot stand bren gen. Dat alles zal zich bovengronds afspelen. Het grootste probleem van de metro-bouw vormde uiteraard de aanleg van het ondergrondse ge deelte, dat bovendien in het drukste deel van de binnenstad plaatshad en nog plaats heeft. Afgezien van de verkeerschaos die de bouw zou uitlokken, kreeg men te maken met de slappe bodem en met een hoge grondwaterstand die het werken in open bouwput vrijwel onmogelijk maakte. rivier op dezelfde wijze aangelegd; een spectaculair karwei, waarbij de tunnelbuis op sommige plaat sen op twintig meter diepte moest worden gebracht, rustend op jukken die steun vinden op betonnen pa len. De viaduct-bouw op de zuidelij ke oever gaf minder proble men. Het is een zeer geperfectio neerde bouw geworden, waarbij de betonnen onderdelen in een fa briek werden vervaardigd en la ter op de bouwplaats aan el kaar werden gepast. Een viaduct draagt zelden bij tot verfraaiing van een stadsdeel. De vormgeving van de treinbaan die op kolommen rust, die 48 meter uit elkaar staan, mag zeer geslaagd worden ge noemd. Niettemin zijn de be won- ners van de Maashaven en de Mijnsherenlaan die het gevaarte voor hun huis kregen, weinig enthousiast. 3LINBB De treinstellen staan reeds te wachten in de nieuwe remise aan de Hilledijk. Werkspoor-Utrecht bouwde de wagens, die smaakvol en praktisch zijn ingedeeld en van veel brede, automatisch sluitende deuren zijn voorzien. Op het via duct dat reeds van rails is voor zien, wordt al proef gereden en tot voldoening van de RET en de be woners langs de route is het lawaai van de rijdende wagens minder dan werd verwacht. Nieuwe attractie in Rotterdam kost een kwartje in een rustig tempo geweri van de redenen hiervoor gedurende de bouw nog tal tails werden uitgewerkt, welk?1 cedure zjjn tijd vroeg. Voort| een continu-arbeid vele klaj van de omwonenden hebben ven. Om de gasten van de p aan de Coolsingel te gerieveii_ men op bepaalde plaatsen bij beeld nooit voor 's morgens I uur *met het werk beginne!}""" wen, bleef niet lang een vraag. De gemeente Nijmegen stond als eer ste by de heer Berkhout in Velp op de stoep en zo gaan in deze da gen op het sportpark „Grootstal' aan de Nieuwe Mollenhutseweg de spanten voor de eerste hal omhoog. Ook de tweede is al „verkocht". Die komt eveneens in Nymegen, in Neerbosch, of in een ander stads deel, dat is nog geen uitgemaakte zaak. Voor de derde sporthal heeft zich ook reeds een gemeente als gegadigde gemeld. Ir. O. Planteman (82), chef af deling tunnelbouw, heeft een ande re weg gevolgd. Hy heeft het sy steem van afzinken van „tunnel moten", zoals by riviertunnels ge- bruikelyk is, ook toegepast in de binnenstad. Dat wil zeggen dat hy eerst grachten liet graven, waarin de tevoren in bouwdokken vervaar digde tunnelstukken naar hun plaats werden gevaren, gevaarten van 75 meter lang, tien meter breed en zes meter hoog. Zelfs de stations werden kant en klaar naar hun plaats gevaren. Vanzelfsprekend werd het tunnelgedeelte onder de De signalering is al tot in details uitgedokterd. De metro-treinen zyn vol-automatisch en kunnen worden bestuurd in het sein huis aan de Hilledyk. Toch zal de RET voorlopig de wagens be mannen met bestuurders. De treinen zullen hun elektrische stroom niet via een bovenleiding krygen via een derde rail. Dit sy steem is fraaier en goedkoper, al zal men natuurhjk met zyn handen van die rail moeten af- biy'ven. De toegangen van het via duct zyn dan ook beveiligd door hekken en waarschuwingsborden. Een voorlichtingsactie onder de Rotterdamse jeugd zal moeten voorkomen, dat baldadige knapen over de hekken klimmen. De metro-iyn nadert zyn vol tooiing. Op het ogenblik moeten op de noordeiyke oever nog enige verbindingen tot stand worden ge bracht en is het station Beurs nog in wording. Zeven jaar mag een lange bouwtyd lyken voor het be- trekkeiyk korte traject, maar er is De metro betekent niet lossing van alle vervoersprobjj in Rotterdam. Het wordt ee! sis-iyn, waarop andere vq van openbaar vervoer zullenj sluiten. De trams op de nooró— blyven normaal ryden, maai; metro-tram en bus zullen de[_ tarieven en overstap-bevoei den gelden. Het station Beurs] zelfs uitgerust met een <p grondse tramhalte, die in dW komst eventueel kan worden fj bouwd tot een overstapstation «en oost-west-metrolyn. Rotterdam-Zuid wordt 1 van zyn huidige trams. Er echter wel een sneltram, 1 voor in de plaats, die van lois naar Lombar dye rydt station Maashaven aansl geeft op de metro. Voorts bussen van de metro-station zwermen om de bewoners wyken te brengen. Het station plein wordt zelfs voorzien va»s| compleet busstation, waarbta aankomende passagiers met c tot op het viaduct worden gebat d< Als omstreeks de jaarwi^el 1967-'68 de metro gaat rijdef" dat gebeuren met een freq'^ van één trein per drie mi buiten de spitsuren om d minuten en kunnen er Q mensen per uur in één rit worden vervoerd. De rytyd v» Centraal-Station naar het plein, die thans drie kwartiy draagt, zal dan zyn teruggefct' tot tien minuten! m In het station stadshuis fa de neon-verlichting en de red vitrines zyn alle bezet. Het dini is compleet op het voorJIW ste element, de trein, na, maf is een bezoek alleszins t Fraaie tegelvloeren, geharde' we glaswanden, een plafond perforeerde alluminium-platJ tonen dat Rotterdam onderj even vooruitstrevend bouwmethoden als boven de i Het station is tevens een grondse oversteekplaats vooife gangers, er zyn telefooncel) bagagekluizen en kiosken letten. Metrootje «pelen voor kwartje. Er wordt eeni gebruik van gemaakt. Rottf is nu reeds een attractie rjj „De hallen die we nu bouwen worden aanmerkelyk groter dan die in Velp. Myn tuin was nu een maal niet groter. Het worden vol waardige sporthallen van alle ge makken voorzien. Misschien niet zo vorsteiyk als men zich in een gro te stad zou wensen, maar toch wel voldoende als wykhal of voor een middelgrote plaats". Na deze drie hallen stopt de Velpenaar er voor lopig mee. Dat wil zeggen, met het in exploitatie nemen van sporthal len, niet met het bouwen ervan. Dan wordt de heer Berkhout weer de aannemer, die voor andermans rekening gaat bouwen. „Gemeenten die interessen heb ben, kunnen dan byvoorbeeld in Nymegen zien wat voor hal ze voor hun geld kunnen krygen. Boven dien kunnen we dan uit eigen er varing voorbeelden geven van een sluitende exploitatie, zonder dat men met grote tekorten komt te zitten en zonder dat de sportlieden zich al te grote offers behoeven t« getroosten". De Rotterdamse metro is slechts voor de helft van het traject ondergronds. Op den de treinen straks op een viaduct.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 12