Vijf jaar strijd in
internationaal verband
voor natuurbescherming
Kom er ACHT-
Kom er
ACHT-er
SATERDAG 22 OKTOBER 1966
LEIDSCH DAGBLAD
ld-exte
De cheetah (jachtluipaard)
In Azië vrijioel uitgestorven, in
Afrika steeds zeldzamer wor
dend. Overigens zal men bij
nauwkeurige bestudering zien,
dat hier niet één, mao.r twee
jachtluipaarden zijn gefotogra
feerd.
Bijna misprijzend kijkt deze
orang oetan. Naar wie? Naar de
mens die zijn soortgenoten be
dreigt?
Zek®r vijfhonderd diersoorten
worden bedreigd of staan op uit
aterven. Dat heeft de mens op z'n
geweten. Hjj heeft ze vernietigd.
Door de kogel, de strik of de bull
dozer. Door onfrisse politieke ma
nipulatie* dan wel door volslagen
onoordeelkundig gebruik van de
bodem. Maar altijd weer zijn het
de dieren, die het slachtoffer moe
ten worden. De ene diersoort na de
andere wordt van de aardbodem
het zwaard van Damocles boven
hun koppen. Het zijn waarachtig
niet slechte dieren die alleen een
handjevol deskundigen kent. Wie
kent niet de blauwe vinvis, de
tyib«er, het Jachtluipaard, de go-
rffit, de orang oetan, het Przewals-
1. Gordijn rechte
t. schoorsteen
I. nam huis links
4. hand vrouw achter stuur
0. hoed wandelende dame
0. wandelstok man op trottoir
T. deurknop garage
vogel in de luoht
kipaard, de reuzenpanda, de sa
belantiloop of de Spaanse lynx?
Zeker, ze zijn er nog. Maar voor
hoe lang nog, als niet diezelfde
mens, die zo destructief te werk
is gegaan, ingrijpt?
We kunnen overigens dichter bij
huis blijven. Het aantal Lepelaars
in ons land krimpt jaarlijks in.
De roofvogelstand krijgt geweldi
ge klappen te incasseren. Een
uiterst gering aantal havikken
wiekt nog maar over de bossen van
de Veluwe en de Utrechtse heuvel
rug.
Het Wereld Natuur Fonds is er
bovenop gesprongen. Op de Velu
we schijnt het al niet veel meer
geholpen te hebben. Kortgeleden
is er nog een havik gevon
den. Dood. Sectie wees uit dat
de vorstelijke vogel aan landbouw
gif was gestorven.
Het met ondergang be
dreigde gebied van Coto Donana
aan de monding van de Guadal
quivir kon mede dank zij de
steun van de Nederlandse afde
ling worden opgekocht.
Maar de Nederlandse afdeling
van het World Wildlife Fund steekt
haar neus ook over grenzen en
oceanen heen. Natuurbescher
ming is niet puur een nationale
zaak. Alleen een internationa
le aanpak heeft zin. We kunnen
in Nederland de vogels bescher
men, wetten uitvaardingen en de
jachttijden aanpassen, maar het
is zinloos als in andere landen de
vogels bij duizenden uit de
lucht worden geknald. Frankrijk
heeft wat dat betreft een slechte
naam om van Italië maar hele
maal te zwijgen. De trekvogels die
in het zomerhalfjaar ons land be
zoeken, zijn hier veilig. De Ne
derlandse wetgeving draagt daar
zorg voor. Maar wat baat, als ze
op hun trekwegen naar het zui
den worden neergehaald?
Cultivering van het landschap,
een groeiende bevolking die ruimte
nodig heeft en een steeds verdere
ontsluiting van de weinige stilte
gebieden die ons land nog kent,
heeft ervoor gezorgd dat in 1924
de laatste raaf in Nederland heeft
gebroed. Weer is het Wereld Na
tuur Fonds in de bres gesprongen
en, zoals bekend, heeft men eigens
op de Veluwe vier jonge raven on
dergebracht, die de basis moeten
vormen van 'n nieuwe kolonie
zwartrokken. Pas in 1968 zijn
de dieren geslachtsrijp. Hoe het
experiment uit zal pakken, is nu
nog een vraagteken. Vast staat dat
de dieren in topconditie zijn. Euro
pa's grootste ravendeskundige, dr.
Eberhard Gwinner uit West-Duits-
land, een man die gepromoveerd
is op een proefschrift over raven,
zal binnenkort de troeteldieren van
ren van het W.N.F. komen be
kijken.
Het hart van de Nederlandse
afdeling van het World Wild
life Fund klopt in Zeist, op een
rolderkamer van een villa. On
der de dakpannen, temidden
van een chaos van folders, pap-
perassen, kaartsystemen, foto's
en tekeningen zetelt de
enthousiaste en jonge secretaris
van het Wereld Natuur Fonds:
drs. M. F. I. J. Bjjleveld. Een
dagtaak? „Als het er op aan
kohit wel. Het is eigenlijk een
hobby, maar nu zit ik er prak
tisch de gehele dag aan vast".
Dat klinkt overigens bepaald
niet spijtig uit zijn mond .Hij
leeft ervoor, ook al kost hem dat
uren en uren met een admini
stratieve rompslomp, een heen
en weer gerij in zijn rode
autootje, een getelefoneer en
georganiseer.
Waarom toch dit alles? „Ja,
een antwoord hierop wordt na
tuurlijk persoonlijk. Voor mij
gaat het om een behoud van een
wereld van planten en bomen,
dieren en groen. Zonder dat
zou het onvoorstelbaar triest en
troosteloos zijn. Ja, vooral triest.
Steeds weer moet ik een op
komende woede onderdrukken
als ik zie, hoor en lees hoeveel
er in de wereld nutteloos wordt
verknoeid en vernietigd. Ook in
ons eigen land. Neem het reser
vaat De Beer. Foetsie. En dan de
Pietersberg. Stelselmatig wordt
er afgegraven, hoewel er drie,
vier keer is beloofd niet ver
der te gaan. Steeds weer wordt
er een concessie verleend. Een
werkelijk unieke heuvel in
Europa verdwijnt daarmee".
Tweeëneenhalf uur hebben we
gepraat, daar op dat zolderka
mertje. Over ruilverkavelingen
en recreatie en de belangen
daarvan, die vaak tegenstrijdig
schijnen te zijn aan die van de
natuurbescherming, terwijl uit
zonderingen gelukkig aanwijs
baar zijn. Het Staatshertenre-
Over het Garambaproject in
Kongo, dat dank zij steun van
het WWF tot stand is gekomen,
maar waar Soedanezen, Simba's
en huurlingen zo huis heb
ben gehouden, dat van de 1200
zeldzame witte neushoorns 28
overgebleven zijn en van de 5000
olifanten slechts 700. Over Ita
liaanse reservaten, die door ge
raffineerde manipulaties in
handen zyn gevallen van
grondspeculanten die mikken op
het toerisme.
„Vergeet ook niet de strijd te
gen de ontbossing, die de af
schuwelijke erosie ten gevolge
heeft. Ook daartegen strijdt
het WWF. Het Andesgebergte
wordt kaler en kaler. Grondver
schuivingen zoals kortgeleden
in Chili zijn het gevolg. Mis
schien hebben er vogels geleefd,
die we nooit gekend hebben en
wellicht nooit meer zullen ken
nen. Hele bossen worden ver
brand om primitieve landbouw
grond te winnen. Roofbouw is
het. Als het land niets meer op
brengt, zijn opnieuw de bossen
aan de beurt. Hier moet toch
iets aan gedaan worden". Als
hij erover praat lichten de ogen
van drs. Bijleveld bijna fana
tiek op.
We gaan foto's uitzoeken. Uit
een la komt een enormd stapel,
afkomstig van het hoofd
kwartier in Morges, een plaats
tussen Genève en Lausanne,
waar de secretaris-generaal ze
telt. Plaatje na plaatje, prent
na prent gaat door de vingers
van de heer Bijleveld, begeleid
door een eentonig: zeldzaam,
bedreigd, uitgestorven, ernstig
bedreigd, nagenoeg verdwenen.
En toch gaan ze door. Het We
reld Natuur Fonds en het stille
leger van mensen, dat de waar
de Inziet en met nog veel
te weinig geld blijft steunen.
Behalve het feit dat de Neder
landse afdeling, dank zij de gel
den van 6500 donateurs (ln drie
jaar bijeengebracht!), ook in-
projecten kan steunen, is kortge
leden een stuntje uitgehaald,
waardoor men in Griekenland
honderd zwanen rijker is geworden.
In samenleving met Faunabe
heer en Rivon zijn in verschillen
de delen van ons land zwanen ge
vangen, die nu rondzwemmen in
een stuwmeer in Griekenland,
waar men geweldig last had van
waterplanten, die voor de zwanen
een lekkernij vormen. Juist vori
ge week is de heer A. Timmerman
van het Rivon teruggekeerd van
deze expeditie.
De bemoeienis van de Neder
landse afdeling is niet altijd zo
direct. Doorgaans blijft het bij een
financiële bijdrage, minder sterk
aansprekend wellicht dan een zwa-
nentransport, maar niet minder
belangrijk. Per slot van rekening
ia de belangrijkste doelstelling van
het W.W.F. het bijeenbrengen van
gelden om steun te verlenen aan
organisaties, instellingen of rege
ringen. Het W.W.F. concurreert
derhalve met geen enkele natuur
beschermingsorganisatie. Het i«
staat ze juist ten dienste. Daar
naast is er een coördinerende taak
en een educatieve. De laatste is
bij lange na niet de gemakkelijk-
steeds zijn er niet uit te bannen
misverstanden en vooroordelen.
Nog steeds wordt er een bekrom
penheid gesignaleerd. Ook in ons
land. Natuurbescherming is geen
liefhebberij van een handvol
een verrekijkertje, de bossen
vreemde lieden die, gewapend met
intrekken. Hoewel ook in die krin
gen mensen rondlopen, die niet
van sentimentaliteit gespeend zijn,
bestaat er toch voldoende nuch
terheid.
Hoe zeer in talrijke landen df
gedachte baanbreekt dat het zin
vol, nuttig, ja noodzakelijk is om
natuurbescherming krachtdadig
aan te pakken, nog steeds heerst
er een ontstellend onbegrip. Nog
Met dit alles is men er niet.
Natuurbescherming vraagt een
grote deskundigheid. Een voorval
in de dertiger jaren in Kaibab in
Arizona illustreert dat. Om de her
tenstand op te voeren meende men
dat het uitroeien van alle roof
dieren in dit gebied de aangewe
zen weg was. Zulks geschiedde en
het resultaat was een enorme
aanwas van de herten, die by hon
derdduizenden rondliepen in een
gebied dat plots te klein bleek te
zyn. Hongersnood, verval, ziekt i
en algehele uitputting was het re
sultaat. Op een kaalgevreten vlak
te bleven minder herten over, dan
er ooit waren geweest.
Het is het bekende cirkel
tje. Evenwicht in de natuur kan
Het World Wildlife Fund bestaat nog maar net vijf jaar. Om
precies te zijn sinds 11 september 1961. Het eerste lustrum is
dus vorige maand gevierd. Nochtans zou er nu reeds een boek
te schrijven zijn over de activiteiten van deze instelling, die in
zulk een korte spannende tijd reeds een wereldomvattende actie
heeft ontketend. In talrijke landen, zowel in als buiten Europa,
heeft 't alarmsignaal, geblazen voor een planten- en dieren
wereld in nood, geklonken. En het heeft weerklank gevonden,
ook in Nederland. Nog geen twee jaar na de oprichting van het
Worl Wildlife Fund in Londen kwam er een Nederlandse af
deling, die opereert onder de naam Wereld Natuur Fonds. Het
vignetje van het grappige pandabeertje is het symbool, dat nu
reeds duizenden kennen.
Het World Wildlife Fund is opgericht naar aanleiding van
een brief, die een zekere heer Victor Stolan schreef aan de ver
maarde Engelse bioloog en wijsgeer Sir Julian Huxleen. In die
brief zette hij uiteen dat er snel geld op tafel diende te komen
om de natuur in nood te redden. Tijdens een vergadering van
vooraanstaande Engelse natuurbeschermers in Londen werd tot
oprichting besloten. Prins Philip werd president van de Engelse
afdeling. Hij benaderde prins Bernhard, die het voorzitterschap
van de mondiale organisatie op zich nam.
Kunt u de acht afwijkingen in de belde bovenstaande teken®
vinden? De Juiste oplossing vindt U elders op deze pagina
vallen van roofvogels ln ons land
werkt een toename van het aantal
Vlaamse gaaien b.v. in de hand.
Meer Vlaamse gaaien houdt in
grotere bedreiging van eitjes en
jonge vogels van zangvogeltjes en
kleine zaadeters.
Waar de mens dat evenwicht
verstoort, moedwillig of noodge
dwongen, moet ook de noodzake-
1
ltfke compensatie toegepai i
den. In wereldwijd verband d
het Wereld Natuur Fonl
steentje bij te dragen, opd»
kinderen en kindskinderen jj
niet achtergelaten worden i 3
barre woestenij van b<
asfalt. li
M
di