Vliegende schotels
e
Heksen op bezemstelen
kregen
moderne stroomlijn:
JBF/r the fly big saucers
russian-own
yyeekeindbijlage Leidsch Dagblad
{(terdag 23 juli 1966
3
toel fan
D«
onze redacteur ruimtevaart)
heksen op de bezemste-
hjjjen van enige eeuwen geleden
na de tweede wereldoorlog
gestroomlijnde vorm terug-
jekeerd en ze hebben
ieuwe naam gekregen: vlie
:nde schotels. Verder is er
iet zo heel veel veranderd
Heen dit: de wetenschappe
jke en technische vooruitgang
ft het mogelijk gemaakt,
:1e vroeger onbegrepen ver-
:hijnselen te verklaren, zodat
pen voor griezelige fantasiën
de aard van nog niet be-
:epen verschijnselen verder
tn huis moet gaan zoeken,
pijvoorbeeld op andere we
Jden,
ntd
Waaruit men dan alweer de
trekken,
Clteeds onverklaarde (hetgeen
jetzelfde is als onverklaarbare
[verschijningen" worden gesigna
:rd, die de serieuze aandach
igen welke zij verdienen, onge
:ht de wilde fantasiën waartoe zij
velen aanleiding blijken te ge
Nu kennelijk, gezien de
ide stroom van berichten uit al-
delen van de wereld, de rage van
vliegende schotels weer naar een
komkommertijdhoogte
:it, is het misschien dienstig
het verschijnsel van de
(unidentified flying ob-
t) te vertellen.
NA DE OORLOG
De vliegende schotel-rage begon
de eerste jaren na de tweede
ildoorlog en kwam echt goed uit
grondverf, toen op 7 januari
de Amerikaanse jachtvlieger
Jltein Thomas Mantel in zijn
F-51 een „vliegende scho-
i ajM" najoeg tot 7000 meter hoogte,
intfaama ieder radiocontact tussen
iddem en het grondstation Fort Knox
Kentucky uitviel: korte tijd la-
vond men de gruzelementen van
vliegtuig verspreid over een op-
'lakte van vele vierkante kilo-
in de woestijn terug, waar
geen overblijfselen van Man-
zelf geïdentificeerd konden wor-
tdBoeiend is de tweespraak tussen
xJiantel en de grondstations via de
'io tijdens deze eerste histori-
jacht op een vliegende schotel,
itel zat in een jachtvliegtuig,
dat niet voorzien was van speciale
zuurstofinstallaties die de vlieger
boven 7000 meter nodig zou hebben.
Om 2.45 uur plaatselijke tijd meld
de Mantel, dat het vreemde voor
werp zich rechtboven hem bevond.
„Ik ga het nu naderen om het eens
goed te bekijken. Het is recht bo
ven me en het vliegt met onge
veer de halve snelheid van mijn
toestel. Het ziet er metaalachtig uit
en is verbazend groot".
Vijfentwintig minuten lang pro
beerden Mantel en de piloten van
twee andere F-51-jagers, die hem
vergezelden, de vliegende schotel te
naderen. Maar Mantel berichtte,
dat het vreemde gevaarte de jagers
ontweek, zijn snelheid aan die
van de vliegtuigen had aangepast
en steeg naarmate de vliegtuigen
stegen. De snelheid van de F-51
bedroeg toen 360 mijl per uur.
In gebroken bewolking op 6000
meter hoogte verloren zijn metge
zellen Mantels toestel uit het oog.
Na enig zoeken moesten zij door
brands tof gebrek landen. Om 3.15
meldde Mantel, dat hij tot 7000
meter was gestegen, maar het
vreemde object niet had kunnen
naderen. „Ik ga nu landen wa
ren de laatste woorden die van hem
werden vernomen. Uit de resten van
het vliegtuig, die later op de grond
werden teruggevonden, meende men
te moeten opmaken dat het toe
stel reeds hoog in de lucht uit el
kaar was gespat. Een oorzaak kon
niet worden gevonden
dr. kay. inventor,
thaws model fly
ing saucer he
deêigtted: dUh
ro tales like heü-
copter, vunes an
rim then open By
centrifugal force.
po\cr>'d. with s
jet engine, the <w>
tunl saw er icill
carry one per ion.
h- re U an ey*i*Aine~n story thai
hag. impressed m Hilary intëUiganré.
BY ANTONY TEHBY
REMMEN LOS
In de eerste jaren na de oorlog overheerste nog de mening, dat de vliegende schotels van Russische
makelij waren, waarvan b.v. deze reproduktie van een Amerikaans tijdschriftenartikel getuigt.
Van dit moment af gooiden de
paniekzaaiers hun remmen volle
dig los: in de eerste tijd gold de
theorie, dat de Russen experimen
teerde, met revolutionaire vlieg
tuigtypen, maar nu in de afgelopen
20 jaren nog nooit iets van dien
aard openbaar is geworden, lijkt het
bijzonder onwaarschijnlijk dat een
verklaring in die richting ligt. Over
het algemeen gaan thans de ge
dachten van de fantasten uit naar
buitenaardse wezens, die ons met
hun belangstelling vereren. Reeds
omstreeks 1950 deed deze theorie
zo hoog opgeld, dat er in Amerika
een soort paniekstemming ontstond,
toen een hoorspel van Orson
Welles naar het boek van H. G.
Wells over de landing op aarde
van Mars-monsters zeer realistisch
werd uitgezonden in de vorm van
extra nieuwsbulletins over het ver
loop van de strijd tegen de inva
sietroepen. Om een volledige paniek
te voorkomen, moesten de luis-
teaars op regeringsbevel halver
wege het „spel" gewaarschuwd wor
den, dat het allemaal maar verbeel
ding was en geen werkelijkheid!
De reeks onverklaarde verschij
ningen groeide in de loop der jaren
tot vele duizenden. Verreweg het
grootste deel kon worden verklaard.
Er waren zeer hoog drijvende glim
mende weerballons, die voor vlie
gende schotels werden aangezien,
er waren straaljagers die merkwaar
dige effecten in de atmosfeer op
riepen, hemelverschijningen bij
nacht die een natuurlijke oorzaak
bleken te hebben, er waren echter
ook nog meer raadselachtig® vlieg
tuigongevallen tijdens de jacht op
vliegende schotels en zelfs geheel
spoorloos met bemanning verdwe
nen toestellen.
ADAMSKI
Een van de bekenste „vliegende
schotel specialisten" werd de Ame
rikaan Adamski, die beweerde een
gesprek te hebben gehad met we
zens van Venus, die in zijn nabij
heid waren geland om een „bood
schap aan de mensheid" te over
handigen. Zijn papieren staan nu
echter aanzienlijk lager, omdat
Amerikaanse ruimtevaartexperi
menten hebben aangetoond, dat
Venus te heet is voor stoffelijke le
vensvormen die ook maar in
de verste verte op de aardse lijken,
en die op aarde zouden kunnen
rondwandelen.
Natuurlijk, we hebben geleerd om
wat voorzichtig met het woord „on
mogelijk" om te springen, maar de
Venusmannetjes van Adamski zijn
nu toch wel echt van de kaart. En
de Marsmonsters van Wells (die
overigens niet serieus bedoeld wa
ren) moeten het al evenzeer afleg
gen tegen nuchter wetenschappelijk
onderzoek: de Mariner-foto's van
Mars die Amerika vorig jaar maak
te, tonen aan, dat het hoogst on
waarschijnlijk is dat zich op Mars
hoogontwikkeld leven zou hebben
ontwikkeld. Enfin, de fantasten
hebben nog een aardig arsenaal
tot hun beschikking: het heelal Is
groter dan u denkt en er zijn ver
moedelijk miljarden planeten,
waarop leven en ook intelligent en
technisch ontwikkeld leven moge
lijk, zelfs waarschijnlijk is.
AL EEUWEN
Een van de meest opzienbarende foto's van „vlie gende schotels
-> gevonden. Het is vrijwel zeker dat deze opname geen falsificatu
Lubbock in Texas. De formatie van lichtende voorwerpen bleef n
De vliegende schotel - en
thousiasten namen overigens niet
genoegen met waarnamen en foto
graferen (er zyn zeer vele foto's
In omloop van merkwaardige ver
schijnselen ln de lucht, veelal be
wuste falsificaties maar ook beslist
authentieke), maar zij doken ook
ln de geschiedenis. Zij kwamen door
studie van vergeelde paperassen tot
de conclusie, dat de aarde al ruim
175 jaar onder observatie van
buitenaardse wezens staat. Reeds
lang 'geleden werden dingen waar
genomen die nu als vliegende scho
tels worden omschreven. De fre
quentie van de buitenaardse bezoe
kers steeg volgens deze „deskundi
gen" naarmate de technische ont
wikkeling van de mensen vorderde.
Waarschijnlijk wilden zij die ge
vaarlijke aardwezens in de gaten
houden om te kunnen ingrijpen
wanneer ze wat al te wild zouden
gaan jongleren met hun nieuw
verworven atoomspeelgoed, of om
ze keurig netjes op hun plaats te
zetten en houden wanneer ze het
zouden wagen, de ruimte binnen te
stappen. Die laatste theorie heeft
echter ook al aardig wat aan le
venskracht ingeboet, nu bijna der
tig ruimtevaarders eens een kijkje
buiten de atmosfèer hebben geno
men en daar niets van kosmische
schildwachten om moeder aarde
hebben opgemerkt.
LAAG PERCENTAGE
In Amerika werd e
instantie in het leven geroepen, om
het probleem van de vliegende
schotels te bestuderen. Dit Nicap
(National Investigations Commit
tee om Aerial Phenomena) beschikt
over een dossier van 10.147 meldin
gen over vliegende schotels sinds
1947.
Die verschijningen zijn op 646 na al
le op natuurlijke wijze verklaard, dat
wil zeggen voor 94 procent. Wan
neer men nu bedenkt, dat in de
natuur om ons heen beslist niet
94 procent van alle verschijnselen
redelijk verklaard kan worden, zelfs
nog niet een fractie van de meest
belangrijke en Indrukwekkend©
Lang niet alle waarnemingen van serieuze onderzoekers blijken
op den duur juist te zijn. Daarvoor krijgen ook vaak volledige
fantasieën zelfs over de aard van vliegende schotels een zeker
aureool van authenUottelt en waarheid, dat zij wezenlijk niet ver
dienen. Een treffend voorbeeld hiervan Is bijgaande afbeelding die
gemaakt is naar waarnemingen van een beroemd astronoom. Hij
zag deze wezens ronddartelen op het maanlandschap, dat hij nauw
keurig door telescopen had bestudeerd. Dat gebeurde In 1835. Sinds
dien zijn wij echter wel wat beter geïnformeerd over de maan, die
een kale, onherbergzame verlaten bol zonder atmosfeer blijkt te zijn.
De verbeelding van de astronoom wac kennelijk wat op de loop
gegaan. Overigens is bet zo, dat wetenschap en techniek volkomen
tot stilstand moeten komen, wanneer de wetenschapsbeoefenaren
inderdaad niet van tijd tot tijd hun verbeelding de vrije loop lieten.
verschijnselen, dan hoeft men zich
waarlijk niet ongerust te ma
ken over die zes procent onverkloar
luchtverschijnselen.
Wanneer we voor leder onbegrepen
versohij nselen in de natuur om ons
heen een nachtmerrie in het leven
zouden moeten roepen, zou ons le
ven bepaald volslagen ongenietbaar
worden.
Niettemin: er doen zich ver
schijnselen voor, die niet verklaard
zijn. En dit is voldoend® re
den voor de mens, om er een
studie van te maken. Vandaar dan
ook de ernstige aandacht, die ook in
wetenschappelijke kring aan de
„vliegende schotel" wordt besteed
ondanks de fantasieën van paniek-
zaaiers. Overigens moet men niet
menen, dat de waarnemers van
vliegende schotels (ook wanneer het
later volmaakt natuurlijke ver
schijnselen bleek te betreffen)
allen fantasten waren. Integen
deel, ook zeer geoefende waarnemers
en nuchtere mensen die met beide
benen stevig op de grond staan zijn
dikwijls verbijsterd door hun
waarnemingen.
ANDERE WERELDEN
Men ls het er tegenwoordig wel
over eens, dat elders in 't heelal ons
telbare planeten voorkomen, waar
op zich intelligent leven eventueel
met groot technisch kunnen
zal hebben ontwikkeld. Er zijn
echter zwaarwegende argumen
ten om het denkbeeld te verwerpen,
dat die wezens van elders thans
met behulp van technisch vernuf
tige voertuigen ln d® vorm van
vliegende schotels de aarde bezoe
ken. In kosmische maatstaven ge
meten is de aarde nog Jong en is
het leven op aarde zelfs nog maar
piepjong. Wanneer wij de levens
duur van het heelal als een jaar
voorstellen, dan ontstond de mens
waarschijnlijk ongeveer een uur ge
leden, bouwden de Egyptenaren
een halve, minuut geleden hun py-
ramides en begon de mens pas
een kleine seconde geleden iets van
het heelal te begrijpen. En dat iets
is nog altijd maar een klein beet
je.
Het lijkt uiterst
schijn!ijk, dat wezens van elders
die wellicht miljarden jaren op de
wereld zijn gekomen, in hun veel
verdere ontwikkeling belangstelling
zouden hebben voor ons, piep
jonge wezentjes, wier technisch-
wetenschappelijk vermogen tot nu
toe slechts een opflikkering van en
kele seconden ls geweest. Leven op
andere, jongere werelden ls wel
licht nog niet tot zeer verre ruim
tereizen in staat. Het zou wel bijs
ter toevallig zijn, wanneer juist ten
tijde van deze korte opflikkering
van intelligent-leven-op-aarde el
ders ln onze directe kosmische om
geving een levensvorm bestond die
ons een bezoek waardig achtte.
indertijd angst en bijgeloof tot
grondslag, vooral angst voor het
onbekende. Ongetwijfeld werden zy
gestimuleerd door de reële waarne
ming van toen nog onbegrepen na
tuurverschijnselen, die ln grote lijn
pasten ln of pasklaar gemaakt wer
den voor die gedachtenwereld. Men
denke bijvoorbeeld aan de geheim
zinnige dwaallichtjes, maar ook aan
de mythologische verhalen over de
zonnegod die zijn stralende wagen
langs het firmament trok, waar
bij dan boze, satanische en vraat-
zichtige wolven Ingepast werden
om zonsverduisteringen te „verkla
ren".
Levendige verbeelding en angst
voor het onbekende hebben door de
eeuwen heen fantasiewerelden
kunnen scheppen, dikwijls van
sprookjesachtige vorm en schoon-
PSYCHOLOGISCH
Psychologisch is het verschijn
sel van de vliegende-schotel-manie
wel verklaarbaar. De fantasieën
over heksen op bezemstelen en aan
verwante spookbeelden hadden
held.
In d® tijd, dat de vliegende scho
tels-legende werd geboren en in
volle omvang opbloeide, leefde
de wereld weer in angst en onzeker
heid. Het ijzeren gordijn was een
nieuw fenomeen, waarmee men
nog niet goed raad wist. Alle® wat er
zich achter afspeelde, was gehuld
in een waas van griezelige geheim
zinnigheid en dreiging. Een ideale
voedinsbodem voor de verbeelding.
Met de gedachte aan de pas ver
streken onmenselijke wereldoorlog
met zijn verschrikkelijke nieuwe
wapenen als raketten en atoombom
men op de achtergrond van 't den
ken, ontstonden nachtmerries over
nieuwe geheime en verderfe
lijke en griezelig-onbegrepen wape
nen, die achter dat Ijzeren gordijn
werden uitgebroed. De sfeer was
daarmee rijp voor een nieuwe op
bloei van de heksen-mentaliteit en
zy werd ©r overryp voor, toen de
eerste fantasieën over Russische ex
perimenten onhoudbaar bleken,
doch tezelfdertijd het ruimtevaart-
tijdperk en daarmee direct contact
met die oneindig grote en geheim
zinnige ruimte buiten de aarde
zich aandiende.
Maar tenslotte nogmaals: met
het hanteren van het woord „on
mogelijk" moeten we wat voorzich
tig zijn, en er zijn Inderdaad
nog onbegrepen verschijnselen In
d® atmosfeer, al I® het voorlopig
volkomen gerechtvaardigd te ver
onderstellen. dat zy nog wel eens
een natnuriyke „aardse" verklaring
zullen krijgen.
Maar tenslotte ook: men begint
te beseffen, dat wy op aarde waar-
schijnlljk niet „alleen" zyn in het
heelal Dat ia echter een ander
hoofdstuk, dat Interessant genoeg
is om er ons mee bezig te houden
zonder er raadselachtige vliegende
schotels by te halen.