OSKER e 'grote ziener ri Eenzijdige voorstelling ter gedaan. Daarbij heb ik het op treden van de heer Gosker steeds zoveel mogelijk genegeerd. Een en kele maal zag ik mij echter door een of meer der aanwezigen ver plicht, mijn mening over zijn op treden te zeggen. In het kort komt het hier op neer, dat ik een des kundige bestrijding van het charla tan-isme op het gebied der z.g. hel derziendheid ten zeerste toejuich. Wie mijn geschriften kent weet dat ik reeds tientallen jaren geleden de bedrieglijke praktijken van zekere, zich (ten onrechte) paragnosten noe mende personen aan de kaak heb gesteld. Verschillende personen die mijn publikaties kennen en getuige zijn geweest van het optreden van de heer Gosker hebben het vermoe den geurt, dat hij in deze wel iets van mij geleerd heeft. Zo b.v. over het gebruik van de zwarte blind doek door toneeltelepaten. De bestrijding van het charlatan is me door de heer Gosker is echter niet deskundig maar uitermate dilet tantisch. Daarbij komt dan nog dat hij ach op een aantal punten aan misleiding en zeer eenzijdige voor stelling van zaken schuldig maakt. Nemen wij als voorbeeld het ge val Wim Slee wienö vermissing op 11 april 1963 op het politiebureau te Voorburg werd gemeld. De heer G. D. H. van Woudenberg (tn die dagen inspecteur van politie te Voorburg thans inspecteur te Soest) heeft - bet Algemeen Politie blad van 27-6-1964 uitvoerig bericht over de juiste gegevens die de pa ragnost Croiset (die voor dergelij ke consulten nimmer een beloning vraagt) in zijn tegenwoordigheid aan de ouders van het vermiste kind ver strekte. ,,De heer Croiset", aldus in specteur Van Woudenberg, heeft hef in deze zaak, zonder dat hem onzer zijds maar een geringe aanwijzing was gegeven, voor de volle 100% goed gehad". Inspecteur Van Woudenberg is ze ker niet de enige politieman die in de loop der jaren over zijn gunstige ervaringen met bona fide paragnos ten heeft bericht. De heer Gosker kan niet ontkennen dat hem dit be kend is. Dit neemt niet weg dat hij op zijn lezingen het doet voorkomen of er nog nooit een paragnost ls ge weest wiens gegevens van enige praktische waarde waren. Er dient hierbij opgemerkt te wor den dat het er voor de parapsycho loog niet om gaat of zekere gege vens, door paragnosten verstrekt, van praktische waarde zijn. De para psychologie, als zijtak van de empi rische psychologie, stelt zich aller eerst tot taak het onderzoek naar het voorkomen en het wezen van de pa ragnostisc he verschijnselen. Zij tracht wetmatigheden op te sporen en de structuur te bestuderen van de personen, bij wie deze verschijn selen zich op een boven de norm ge legen wijze openbaren. Zij toont ook aan dat aan deze verschijnselen ver mogens van algemeen-menselijke aard ten grondslag liggen en elk mens derhalve in beginsel van na ture pairagnost is. Dit laatste echter op een geheel andere wijze dan de heer Gosker in zijn lezing zegt. Wij kunnen hier een parallel trek ken met het vermogen om te dich ten dat mede een vermogen van al gemeen-menselijke aard is. Ook hier bestaan tussen de mensen onderling graduele verschillen. Men denke hier slechts aan de rijmelaar en de dich ter. Van Eeden stelde, als Cornells Paradijs, in zijn bundel Gras sprietjes de rijmelaars of prul dichters aan de kaak en leerde ons deze wel te onderscheiden van de echte diohters. Gosker schenkt slechts aandacht aan allerlei ongure figu ren en doet het daarbij voorkomen als zouden de woorden paragnost en zwendelaar synoniemen zijn. Een ieder die bekend is met hetgeen in universitaire parapsychologische centra in Europa (Rusland incluis) en de Verenigde Staten met betrek king tot de paragnosie werd vastge steld zal het met mij eens zijn dat hij aldus doende zich schuldig maakt aan een grove misleiding van zijn publiek. Zo hebben ook verschil lende verenigingen, diie zich na Gos- kers optreden met ontstemming tot mij wendden, dit optreden beoor deeld. Men voelde zich door deze ten dentieuze en ondeskundige voorlich ting bij de neus genomen. De heer Gosker gebruikt vaak het woord toevallig. Wij vragen ons af of hij zich wel bezonnen heeft op de betekenis van dit woord. Het moet hem toch bekend zijn dat de moder ne statistiek ons mogelijkheden biedt nauwkeurig toevalskansen te bere kenen en dat deze berekeningen bij het hedendaags parapsychologisch onderzoek een zeer belangrijke roi spelen. De in mijn bezit zijnde poÜÖSte verklaringen inzake geslaagde con sulten berusten, volgens de heer Gos ker, op toevalstreffers. Een ieder die ook maar iets van kansbereke ning afweet kan slechts met een schouderophalen op een dergelijke bewering reageren. Ik vlei mij niet met de hoop dat dit commentaar de heer Gosker tot bezinning zal leiden. Maar mogelijk zijn er op het Departement van Bin nenlandse Zaken personen die tot de heer Gosker het verzoek zullen richten, zijn lezingen in het vervolg zo in te kleden dat deze meer in overeenstemming zijn met de eisen welke zijn beroep aan hem stelt. PROF. DR. W. H. C. TENHAEFF. zaak Carrie Hofman in Eindhoven, Wim- pie Slee uit Voorburg of Keesje Wal- laard uit Den Haag. In al deze geval len hebben de paragnosten ernaast ge grepen of trokken zij conclusies die een ieder met een groot combinatievermo gen ook zou kunnen klaarspelen. Een an dere uitwas van de paragnosie is het feit dat vele zieners zich begeven op de rand van geneeskunst. „Het-is allemaal suggestie of bedrog. Ik ken een para gnost die een villa bijeen heeft gekeken met het voorspellen van het geslacht van een baby. De truc is zo doortrapt dat iedere derderangs goochelaar zich er diep voor zou schamen. De aanstaande moeder komt op bezoek, zij wil ao graag weten of zij een zoon of een dochter zal krijgen. De „ziener" zegt nadat hij met veel poespas aan de weet is gekomen wat zij graag wil hebben, bij voorbeeld een zoon, dat haar wens in vervulling zal gaan. Verheugd over de blijde tijding be taalt mevrouw honderd gulden. Ais de nieuwe baby geboren is en het blijkt mderdaad een zoon te zijn, dan is er geen vuiltje aan de lucht. Blijkt de zie ner mis gegokt te hebben en komt de nieuwe moeder reclameren, als ze nog zin heeft te reclameren, dan begint mijn heer de paragnost sterk op haar ge moed te werken... Bent u niet de me vrouw die toen en toen een beetje op gewonden was. Mevrouw zegt in negen van de tien gevallen „ja**... En had u toan niet graag een zoon willen heb ben? Mevrouw knikt bevestigend. Wel mevrouw, in uw toestand was het on verantwoord u de werkelijkheid mede te delen kijkt u maar in mijn agenda, achter uw naam staat dochter. Me vrouw gaat twijfelen en geeft zich ge wonnen. Die schurk plaatst achter de naam in zijn agenda altijd het tegenovergestel de van wat hij bij bet consult heeft gezegd. Heeft hij goed gegokt dan is de zaak o.k., is hij fout geweest dan kan hij altijd zijn agenda te voorschijn halen om zijn geldjk te bewijzen. Hon derden mensen zijn er op deze wijze in gevlogen". De rustige betoogtrant van inspecteur Gosker wordt fel als hij praat over de goedgelovigheid die de Nederlander be zit ten opzichte van paragnosten. „Als het om een onsje ham of een half pond kaas gaat dan let hij nauwkeurig op of hij niet bestolen wordt, maar wan neer een stelletje charlatans jaar in 'Paragnost' Gosker ondergaat emoties jaar uit iedereen bedriegt dan wordt er nauwelijks over gesproken. In dit ver band wijst hij op zijn t.v. optreden en kele jaren geleden. In vrijwel alle dagbladen en programmabladen stond aangekondigd dat de bekende paragnos ten Gosker en Urkas op het scherm zouden verschijnen. Men slikte dat zon der meer. Niemand informeerde wie dan wel die „bekende" paragnosten zouden zijn. (Urkas is vriend-goochelaar waar mee inspecteur Gosker regelmatig op treedt). Je staat er versteld van hoe goedgelovig de mensen zijn. Inspecteur Gosker twijfelt of hij met zijn kruistocht de mensen er van kan weerhouden hun heil brij de paragnosten te zoeken. „Vooral in de grote steden loopt men gemakkelijk naar de paragnosten. Een buitenlandse naam, stel je voor zeg dat je Jansen of Werkman heet, een beetje dure buurt, en je bent er. De klanten lopen je deur plat. De mensen zien de paragnosten niet als een geintje van de kermis maar als een geestelijke leids man. En dat maakt de zaak zo tra gisch". Volgens inspecteur Gosker kan ieder een paragnost zijn. „Je moet een beetje weten te combineren, beschikken over wat kennis m de psychologie en goed kunnen onthouden. Je sleept er maar een brug, een hoge hoed en een toren bij als symbolen en je bent er. Na tuurlijk moet je ervoor zorgen dat wat je zegt acceptabel is. Steun voor zijn kritische instelling put inspecteur Gosker uit de kringen van paragnosten. ,,Als men zelf in ge schriften waarschuwt voor misbruik van paragnostische gaven dan is dat voor mij voldoende aanleiding om achter dochtig te zijn. Vaak wordt de waarde van de paragnosie nog sterk overtrok ken door een succesje dat geboekt is. Als ik in negen van tien gevallen een bedorven broodje in een snackbar heb gekregen dan ga ik er niet meer heen. Het risico is mij te groot. Maar als een paragnost negen van de tien keer mis grijpt dan wordt de ene keer dat hij toevallig raak was landelijk geaccep teerd als een groot succes. Dan wist mijnheer de paragnost het weer zo goed. Maar de negen keer dat hij er naast was vergeet men al te gemakke lijk". 9, DOOR SIG. W. WOLF jv van handeling: een rokerige met een podium dat gevat verschoten velours gordijn. Wassenaarse poli tie-agen- met echtgenotes, vriendinnen etc. etc. etc., de lippen van rustig geba- donker kostuum gestoken Am- Gosker. (Een middelbare leeftijd fluistert tot haar grijzende buurvrouw: inderdaad net zo veel glamour kinderuurtje op de teevee), een oefening in gedachtencon- kondigt Gosker met zijn so- aan. Nadat drie personen uit voorwerpen hebben op- hij de voorwerpen op in en omgekeerde volgorde. De perplex en applaudisseert, paragnostische happening van Gosker is pas aan het begin. politie-inspecteur uit zou zijn profiel op wervings-adver- een dame, die haar bijt van de zenuwen. En- later spuit hij enkele haar leven de zaal in. Fijn- ak hij ia, met oog voor het hij: Weest u maar niet bang, bijzonderheden onthullen zich gekwetst voelt". Op zijn slachtoffer naar haar een schoen van haar voe- De stoeipartij van inspec- aangekondigd met in de praktijk" duurt ■r*. Aan zijn helderziende geen einde te komen. Van schetst hij op heel de vrijetijdsbesteding van vuurduivel gedurende de afge- Igen. „Ik zie u in een auto zit- eten en de botjes op het dash- iaatsen" (hilariteit in de zaal einde). Ten slotte jaagt inspec- iisker de verbaasde blusser het Irood op de kaken: „Foei, foei, pwktkt u toch aan". Als de zaai iggy és van de mystieke zweep- ;en« nog slechts apatisch reageert rjpecteur Gosker met zijn gena- INog nooit bent u in uw leven in m tijd beduveld als nu. Alles vanavond heeft gezien was be- het begin tot bet eind. Twee dagen later zitten wij in het Arnhemse hoofdbureau van politie te genover Johannes Wiillem Gosker, chef van de verkeersafdeling, in zijn vrije tijd kruisvaarder tegen de mystieke wereld van paragnosten, helderzienden en aanverwante beroepsgenoten. Zijn met zilveren tressen, sterren, ballen en - knopen opgetuigd uniform is in schril le tegenstelling met de wijze waarop hij de emoties rond de paragnosie in Nederland tegemoet treedt: helder, recht op de man af. „Van de zich noemende paragnosten bestaat 95 procent uit psychopaten, charlatans en notoire bedriegers. Voor de vijf procent die overblijft durf ik mijn hand niet in het vuur te steken. Er zijn natuurlijk wel mensen die over paragnostische gaven beschikken, maar ze moeten hun gaven niet misbruiken en er een commercieel zaakje van ma ken". Vijftien jaar geleden heeft de vijftigjarige palitie-dmspeoteur de oorlog verklaard aan alle paragnosten. „Het was de periode dat er veel onzeker heid bestond over vermissingen. Een kennis kwam naar mij toe en ver telde dat zij van het Rode Kruis be richt had ontvangen dat haar zoon in een Duits concentratiekamp was over leden. Ze kon zich moeilijk met deze gedachten verzoenen en bleef hop>en dat de mededeling van het Rode Kruis op foutieve gegevens berustte. Toevallig trad bier in Arnhem op de zich parag nost noemende Peter Hurkos. Met veel tam-tam had hij aangekondigd tijdens een openbare voorstelling inlichtingen te verschaffen over verdwenen perso nen. De kennis van mij ging naar Hurkos en overhandigde hem een foto van haar zoon. Aohter de foto stonden de gege vens over haar zoon en tevens de da tum en plaats waar hij het laatst was gezien. Hurkos zat op het podium, liet zich blinddoeken, tastte de foto af en las de gegevens voor die achter de fo to stonden. Hij deelde mee dat haar zoon nog leefde in een Russisch con centratiekamp en dat ze binnenkort be richt zou ontvangen. Na de voorstel ling hield hij spreekuur en daar kon mevrouw nog nadere inlichtingen krij gen. De kennis van mij ging naar hem toe, betaalde vijftig gulden en ver dween. ALles kwam, behalve het be richt natuurlijk. Na enige tijd trad de man weer in Arnhem op. Ik ging er met een vriend, die amateurgooche laar is, heen. Het grapje met de blind doek kende ik. Ik liet mijn vrouw een zwarte zak maken met een rijgkoord. Toen Hurkos weer een van zijn stunts wilde uitvoeren liep ik naar voren en zei dat als hij inderdaad helderziende is dan maar de door mij vervaardig de zak over zijn hoofd moest halen. Voor een volle zaal kon hij moeilijk weigeren. Ik deed de zak over zijn hoofd en bond het koord om zijn strot De man zakte van ellende in elkaar, zijn „emoties" lieten hem natuurlijk in de steek. Het experiment lezen van tekst op een schoolbord, dreig de volkomen in de soep te lopen. Be vend van angst vroeg hij mijn hulp. En toen deed ik iets wat sommige men sen mij kwalijk hebben genomen. Ik beet Hurkos toe: „Ik wil je helpen, maar dit is je laatste voorstelling in de ze stad en in dit land, maak dat je weg komt." Nou en toen smeerde hij hem naar het buitenland. Vanaf dit moment was het voor mij bekeken." Genadeloos ontleedt inspecteur Gosker PROF. TENHAEFF: Aan prof. dr. W. H. C. Teahaeff, hoogleraar in de pa rapsychologie aan de Rijksuni versiteit te Utrecht en direc teur-beheerder van het Para psychologische Instituut te Utrecht hebben wij om com mentaar gevraagd over de i kruistocht van inspecteur Gos- imsa ker tegen de paragnosie. Prof. a atf Tenhaeff schrijft: ■pn Van de zijde van de Redactie van jvll <Je Haagsche Courant is mij ge- keil' vraagd enkele kanttekeningen te plaatsen bij het interview met de ,esp! heer Gosker. Ik vraag mij af of ik hiermede niet te veel eer bewijs a aan het optreden van de heer Gos- n y ker. dat door mij reeds geruime tijd geleden gehekeld werd. Q Mijn eerste contacten met de heer /if Gosker dateren van 1958. Hij nodig- de mij toen uit op een bijeenkomst ^ht 16 tornen waarop, volgens zijn zeg- 'c gen, geen pers aanwezig zou zijn. IJ Toen ik de zaal binnentrad bleek de heer Gosker zich in deze aan mis- i leiding te hebben schuldig gemaakt. -r De belangstellende lezer zij hier ver- 00 (i Wezen naar een artikel van mijn ien. hand verschenen op pag. 1 e.v. van de 28ste jrg. (1960) van het Tijd schrift voor Parapsychologie. Sinds deze ontmoeting (november 1958, Arnhem) hebben de heer Gos ker en ik nog enige malen contact gehad. Mijnerzijds had dit contact geen ander doel dan de heer Gos ker te wijzen op de opzettelijke mis leiding waaraan hij zich bij herha ling schuldig maakt. Goskers mis leiding bestaat allereerst hierin dat hij zijn optreden aankondigt on der de titel Parapsychologie in de praktijk. Bij een van onze gesprek ken deelde de heer Gosker mij me de dat hij erkende, dat deze titel misleidend was. „Maar", zo voegde te veel eer hij hier aan toe, „als rk een ande re titel kies (meer overeenkomstig de inhoud van mijn optreden) trek ik minder publiek". Het misleidende optreden van de heer Gosker, waarbij hij het voor doet komen als zouden vrijwel alle paragnosten zwendelaars zijn, heeft er toe geleid dat een aantal vereni gingen, die zich door het optreden van de heer Gosker en zijn compag non „bekocht" gevoelden mij uitno digden om het verstoorde evenwicht te herstellen. Vanzelfsprekend kon ik op al die uitnodigingen niet ingaan. Waar ik dit wenselijk achtte heb ik dat ech- ParagnostGos ker tast tijdens een van zijn experimenten enkele voorwerpen af. Enkele ogenblikken later zal hij de volg orde opnoemen waar in het slachtoffer de voorwerpen in haar gedachten heeft ge rangschikt. enkele praktijk-ervaringen van parag nosten, wijd en zijd in den lande be kend. De gevallen zijn stuk voor stuk voorbeelden die aantonen op welke wij ze helderzienden sollen met en profite ren van mensen die in angst leven, mensen die de wanhoop nabij zijn, men sen die het mogelijke van het onmoge lijke verwachten en zich murw laten praten door individuen wier reputatie zeer twijfelachtig is. Een globale lijst van inspecteur Gosker: emigraties die wonden afgeraden of aan bevolen louter op speculatieve grond, hu welijken die bedreigd zijn, carrières die afgebroken worden. „Het is een koud kunstje bij een wantrouwige echtgenote verwarring te stichten. Je vraagt om een foto van de echtgenoot, strijkt er me* de handen overheen en insinueert in de trant van zegt een dame met blond haar u wat. De wantrouwige echtgenote raakt in paniek, op dat mo ment douw je door. je onttrekt haar allerlei intieme gegevens, voor een han dige jongen is dat een koud kunstje. een paar vage adviezen en de zaak ik bekeken. Binnen een paar minuten ben je vijftig gulden rijker en de patiënt een illusie armer. Een goed huwelijk is in een handomdraai veranderd Én ©en ruïne van ellende." Inspecteur Gosker haalt vijf plakboeken te voorschijn waarin hij nauwkeurig al lo gevallen van vermissing waarbij paragnosten te hulp zijn geroepen, heeft verzameld. „In vijfennegentig procent van de consulten is gebleken dat de „zie ner" of de grootste onzin uitkraamde of in andere woorden reeds bekende fei ten naar voren haalde. Je leest vaak in de kranten dat mijnheer Zus of Zo is ge raadpleegd. Maar nooit staat erbij dat hij succes heeft gehad. Noem maar op:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 19