Prof. Bakhuizen v.d. Brink nam na 32 j. afscheid van universiteit Berichtgeving behoort een taak van dagbladpers te blijven Het zal je gebeuren... WOENSDAG 1 JUNI 1066 LEID SC H DAGBLAD PAGINA 3 Overweldigende belangstelling voor laatste college tn een artikel in Hervormd Nederland" werd prof. dr. J. N. Bakhuizen van den Brink onlangs genoemd ,,de leider van de Ne derlandse protestantse kerkhistorici". Bij zijn afscheidscollege, dat deze bekende Leidse hoogleraar in de theologische faculteit, gis termiddag in het Groot Auditorium van de universiteit gaf. werd duideijik hoe groot de faam van deze ..leider" is. Al ruim voor het ©anvangssmr van het college van prof. Bakhuizen van den Brink Wa« het Groot Auditorium stampvol. Prof. dr. J. N. Bakhuizen van den Brink, die sedert 1934 aan de Leidse universiteit is verbonden, gaat met ingang van het komende academiejaar met emeritaat. De Leidse hoogleraar was belast met de leeropdracht: de geschiedenis van het christendom en van de leerstellingen van de christelijke godsdienst, en de geschiedenis van het gereformeerd protestan tisme. Gedurende het cursusjaar L954/1955 was hij rector magnifi cus. Verder was prof. Bakhuizen van den Brink bijna gedurende zijn hele professoraat archivaris van de senaat. Sedert 1934 was hij curator van de Bibliotheca Thysiana, als opvolger van prof. dr. L. Knappert. Sedert enige jaren is hij lid van de com missie van uitvoering van het Leidsch Universiteits Fonds. Verder was prof. dr. Bakhuizen van den Brink actief op vele terreinen van het kerkelijk leven, hij werkte mee aan de perio diek „Kerk en eredienst", en was be trokken bij de reorganisatie van het archief van de hervormde kerk. Hij kreeg om. bekendheid door zijn ethercolleges en zijn uitgave op ver zoek van het moderamen van de sy node van de belijdenisgeschriften in modern Nederlands. januari 1955 had met Isaac le Maïtre de Saci, geestelijk leider van Port- Royal des Champs, toen Pascal daar het eerst enkele weken rust zocht. Pascal gaf zich in dit gesprek rekenschap van zijn eigen bezwaren tegen de optimistische moraalfiloso- an Epictetus en tegen de scepsis Montaigne. In de kern kwamen deze bezwaren overeen met de kri tiek, die Saci, uitgaande van Augus- tinus, op beide filosofen had. Pascal komt hier, zoals ook niet te verwach- was, allerminst als een beginne ling in theologische zaken naar vo- veeleer is dit gesprek reeds te beschouwen als een inleiding op zijn grote „Apologie voor de waarheid van de Christelijke religie", beter bekend als de „Pensées". Prof. Bakhuizen van den Brink toonde aan hoe Pascal en Augustinus beiden op grond van hun ervaring en uitdrukkelijk zonder dogmatische vooropstellingen, gekomen zijn tot hun overtuiging van 's mensen ze de an redelijk onvermogen, vandaar tot de onderwerping van de rede aan de waarheid, die haar te boven gaat, aldus tot de humilitas, de oot moed en de principiële aanvaarding autoriteit. Spreker legde alle na druk op het existentiële ervarings- of ondervindingskarakter van dit ge beuren, op de experimentele weg door beiden gevolgd en op het eind- en hoogtepunt daarvan waarop Augusti- Vergelijking Na een inleidend woord van de rec tor magnificus van de Leidse univer siteit, prof. dr. J. Dankmeijer, wierp prof. Bakhuizen van den Brink een blik terug op zijn langdurige univer sitaire loopbaan met zijn tekortko mingen en zijn grote voorrechten. Prof. Bakhuizen van den Brink maakte de Ciceroiaanse lof der ge schiedenis: leermeesters van het leven, tot de zijne om deze lof in het bijzonder op de kerkgeschiedenis toe te passen. Hij illustreerde deze waar heid door zijn laatste college te wij den aan Pascal en Augustinus en als hoofdbegrip in de vergelijking van deze twee grote en kritische figuren in het rijk van de geest de humili tas, l'humilité, de ootmoed, in het licht te stellen. Noodzakelijk is daarbij vooral dat men beide niet ziet in enig histo risch, om niet te zeggen toneelachtig aureool, dat zij tijdens hun leven zelf steeds vermeden hebben. Uitgangs punt voor de vergelijking was het Entretien of gesprek, dat Pascal in Zoekt 0 een SCHOORSTEENKLOK WANDKLOK of WEKKER v. d. WATER heeft ze. De beste merken JUNGHANS, KIENZLE HAARLEMMERSTRAAT 181 ALTUD VOORDELIG, •s Maandags gesloten. BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN Geboren: Reglna, dr. van P. Brunê i P. Schaap en L. Guijt; Pleter, zn van J. de Graaf en T. Kleibeuker; Antonius Hendrlkus Maria, zn van J. M. M. Kramp en A. M. J. de Groot; G. W. M Sesslnk. Getrouwd: J. Rittersma en N. O. van der Voort. Overleden: A. A. A. van der Knaap. 10 maanden, zoon; G. J. van de Rotte, 66 jl Overtuiging nus vaststelde, dat in de ootmoed 's mensen volmaaktheid bestaat. Prof. Bakhuizen van den Brink eindigde zijn afscheidscollege met te zeggen dat hij, als hij opnieuw begin nen moest, zeker de geschiedenis van het Christendom weer als zijn vak zou kiezen. Namens senaat en faculteit werd na dit afscheidscollege het woord ge voerd door prof. dr. C. C. de Bruin. Prof. dr. W. F. Dankbaar (oud-leer ling van de scheidende hoogleraar), hoogleraar in de geschiedenis van de christelijke godsdienst aan de Gro ningse universiteit sprak vervolgens namens het werkcomité ter voorbe reiding van het afscheid. Prof. Bak huizen van den Brink kreeg een door Sierk Schroder geschilderd portret -jc Prof. dr. J. NBakhuizen van den Brink (rechts) in ge sprek met prof. dr. f. Sevenster. die eveneens gisteren afscheid nam van de Leidse universiteit. (Foto L.D./Holvast) aangeboden en het eerste exemplaar van een bundel verspreide opstellen van zijn hand, getiteld „Ecclesia II". (.Ecclesia I" was de titel van een liber amicorum, dat prof. Bakhuizen van den Brink werd aangeboden toen hij 25 jaar hoogleraar was. Met een overweldigend drukbezoch te receptie werd het afscheid van prof. dr. J. N. Bakhuizen van den Brink besloten. Gebreken aan gevel Stadsgehoorzaal In de zomer van 1964 is het boven gedeelte van de voorgevel van de Stadsgehoorzaal aan de Breestraat gereinigd; het benedengedeelte van die gevel was reeds in 1962 in het ge- bouw schoon gemaakt. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden in 1964 zijn verschillende gebreken naar j voren gekomen, terwijl tevens schade aan de gevel is ontstaan. Zo is geble- ken. dat de kalkstenen balusters van de balkons in de loop der jaren zijn verweerd. Het is daarom nodig deze te vernieuwen. Het voegwerk van de gevel is door het bespuiten met een zeer krachtige waterstraal gedeeltelijk verdwenen. Hierdoor is het nood zakelijk de gevel deels opnieuw te voegen. Voorts is het schilderwerk van de balkondeuren en van de kozij nen beschadigd, terwijl verschillende ruiten door de inwerking van de bij het schoonmaken gebruikte chemi caliën zijn aangetast en door nieuwe moeten worden vervangen. De kosten van het herstellen en verbeteren van de gevel bedragen in totaal f. 45.000. B. en W. stellen de raad voor om dit krediet te verlenen. Tijdens het werk gewond De 39-jarige lasser J. Welles uit Rotterdam is gisterochtend omstreeks kwart over elf tijdens werkzaamhe den op een scheepswerf aan de Su- matrastraat in Leiden aar het hoofd gewond geraakt De man was bezig haken met ket tingen te bevestigen aan twee scheepsplaten, die met twee kranen werden opgetakeld, toen een van de haken losschoot en hem aan het hoofd trof. Hij is met bloedende ver wondingen aan het gelaat door de E.H.D. naar het Academisch Zieken huis overgebracht. INSPECTIES VENNOOTSCHAPSBELASTING Bij beschikking van de Staatssecre taris van Financiën zijn de hoofd inspecteur-titulair van 's Rijks belas tingen, mr. J. D. P. van Batenburg en de inspecteur van 's Rijks belas tingen J. van der Heide, toegevoegd aan het hoofd van de inspectie der directe belastingen onderscheidenlijk te Leiden (2de afdeling) en Leiden (lste afdeling), verplaatst naar 's-Gravenhage en toegevoegd aan het hoofd van de inspectie der vennoot schapsbelasting aldaar. Aövertentle) B. en W. van Leiden: vooralsnog geen uitgave van stadsperiodiek Bij beschikking van de directeur- generaal der P.T.T. is de bureauchef, de heer C. W. Louisse te Leiden, werkzaam in het telefoondistrict 's- Gravenhage, met ingang van he den benoemd tot bureauchef voor bijzondere diensten. „Ik weel nóg niet hoe hel kwam, maar opeens zag ik die auto vóór me slingeren. Ik stond meteen op m'n rem, maar tot mijn ontzetting zag ik dat die vent een bromfietser had geraakt. De ouwe baas schoof onder uit en kwam met een klap tegen een muurtje terecht. Even hield die automobilist in, maar toen gaf-ie vol gas en verdween in de nacht. Ik kon me wel voor m'n kop slaan dat ik z'n nummer niet had onthouden, maar ja, 't ging allemaal zo razendsnel alleen de letters AJ wist ik zeker, en hel merk, en de kleur: donkerrood. Nou, ik m'n auto uit en die ouwe man overeindhelpen; hij was er wonderbaarlijk goed afge komen. Toch heb ik voor de zekerheid de dokteren de politie gebeld. Laten ze die wegpiraat nou binnen. 24 uur hebben opgespoord! Helemaal in Eindhoven! En dat allemaal op die paar aanwijzingen van mij. Ongelooflijk knap. Nou, die kerel heeft het wel ge weten, las ik later in de krant: tien maanden en ontzegging hij had nog wat tegoed voor rijden on der invloed..." HET ZAL JE TOCH MAAR GEBEUREN. De meeste mensen «taan er eigenlijk niet bij «til, dat er een goed geoutilleerd politieapparaat il, dat uit vakbekwame mensen bestaat, totdat... ja, totdat ze ineen situatie komen, waarbij hun eigen rust, hun eigen veiligheid in 't ge- drang komt Dan leert men de politie naar waarde te schatten. Toch kan het geen kwaad om er af en toe eens bij stil te staan, hoe de politie dag en nacht voor ons klaar staat... GOED DAT ER POLITIE IS OPLEIDING VOOR JONGE AMBTENAREN De Vereniging van Zuid-Hollandse Gemeenten heeft B. en W. verzocht de raad voor te stellen een gemeen schappelijke regeling aan te gaan inzake de oprichting en instandhou ding van gemeentelijke bestuursscho- Ien in Zuid-Holland. Het behoeft naar het oordeel van het Leidse College geen betoog, dat het met het oog op de in de naaste toekomst te verwachten snelle ont wikkeling van de gemeente en de daaraan gepaard gaande taakverrui- ming en -verzwaring van de gemeen telijke bestuursdienst ook voor deze gemeente van groot belang is, dat jonge bestuursambtenaren een gede gen vakopleiding ontvangen; het op richten van bedoelde bestuursscho- len opent daartoe de mogelijkheid. Zowel In gemeentelijke als in pro vinciale kring wordt de bestuurs- school als een zeer nuttig instituut aanvaard. In de provincies Friesland, Groningen, Drente, Overijssel, Noord- Holland en Zeeland zijn reeds be- stuursscholen opgericht. De voordelen van de bestuursscho- len zijn van een niet te onderschat ten betekenis. In de eerste plaats wordt de mogelijkheid geopend, dat er vaste docenten zullen komen, het geen, naar niet stelligheid mag wor den verwacht, zal voeren naar quali- tatief beter onderwijs, aangepast aan moderne onderwijskundige inzichten zich uitstrekkend over een aan zienlijk groter aantal uren dan tot op heden bij de bestaande opleidingen het geval is. In de tweede plaats verwachten B. W., dat de belangstelling van jonge mensen voor het vervullen van een ambtelijke functie zal toenemen dat de wervingskracht van de gemeente daardoor zal worden ver groot. aan deze regeling verbonden kosten worden door bovengenoemde vereniging begroot op f. 0,06 per in woner per jaar, derhalve voor deze gemeente op ongeveer f. 6.000. B. en W. stellen de raad voor om in deze geest een besluit të nemen. Honderd jaar moderne theologen In het Evert Kupersoord te Amers foort komt morgen de vergadering van moderne theologen voor de hon derdste maal bijeen. Deze honderdste vergadering heeft tot onderwerp de Godsvraag in de hedendaagse theo- lodie en als factor in de opvatting van de historie en van de heilge- schiedenis. Sprekers zijn prof. dr. Viktor Maag uit Zürich, prof. dr. P. A. H, de Boer uit Leiden, die de herden kingsrede houdt, mej. drs. G. S. Wes- terouen van Meeteren, dr. A. de Wil de, dr. F. Kuiper en drs. R. M. Nep- veu. Dr. S. L. Verheus schreef boekje onder de titel „Honderd jaar I vergadering van moderne theologen'* Bij de behandeling van de Leidse gemeentebegroting voor 1964 wij hebben daar toen uitvoerig over geschreven is door het College van B. en W. naar aanleiding van een motie van alle frac ties een preadvies toegezegd over de uitgave van een stadsperiodiek als gemeentelijk voorlichtingsorgaan. De behandeling van dit pre advies is toen aangehouden tot na de instelling van een Commissie van Advies inzake de voorlichting. NUT NIET AANTOONBAAR In hun thans verschenen preadvies komen B. en W. tot de conclusie, dat vooralsnog niet over moet worden gegaan tot de uitgave van een stads periodiek en dat de actuele bericht geving over gemeentelijke zaken een taak behoort te zijn en te blijven van de dagbladpers. Alvorens hun conclusies uiteen te zetten, wensen B. en W. er de aan dacht op te vestigen, dat een derge lijk periodiek slechts één van de vele mogelijkheden zou zijn die er bestaan op het gebied van de gemeentelijke voorlichting. Vele van de andere mogelijkheden worden door B. en W. reeds toege past, al naar gelang de aard van de onderwerpen waarover voorlichting noodzakelijk wordt geacht. Zo verspreidde het Bureau Voor lichting tot dusver 78 persberichten over de meest uiteenlopende onder werpen. Er werden 15 persconferen ties gehouden, terwijl er 5 persexcur sies werden georganiseerd. Daarnaast verstrekte het Bureau een zeer groot aantal telefonische inlichtingen aan de pers. Ook buiten de sfeer van de normale perscontac ten werden vele voorlichtingsactivi teiten ontplooid. Zo werd bijvoorbeeld medewerking verleend aan de herziene uitgave van de „Wegwijzer voor Leiden", er werd een begrotingsfolder samenge steld, in enkele delen van de stad ontving de bevolking persoonlijk ge richte voorlichting over gemeente lijke activiteiten en maatregelen en op speciale bijeenkomsten werden de eerstejaarsstudenten voorgelicht over onze stad. Voorts hebben B. en W. besloten in de naaste toekomst over te gaan tot publikatie van gemeente lijke jaarverslagen en van statistische kwartaalberichten. De vraag, waarvoor B. en W. zich gesteld zagen, was dus of het moge lijk, verantwoord en nuttig zou zijn naast het vorengenoemde assor timent van voorlichtingsactiviteiten nog een stadsperiodiek uit te geven. Onder stadsperiodiek werd hierbij verstaan: een periodiek verschijnend en huis aan huis te verspreiden ge meentelijk voorlichtingsorgaan. B. en W. zijn tot de conclusie ge komen dat deze vraag voorpisnog I ontkennend moet worden beant- woord. Bij deze oordeelsvorming zijn en W. van het volgende uitgegaan. Geen doublure In redactioneel opzicht zou een stadsperiodiek geen doublure van de plaatselijke bladen mogen zijn. De actuele berichtgeving over ge meentelijke zaken behoort een taak te zijn en te blijven van de dagblad pers, ongeacht of deze berichtgeving uitgaat van de pers of via het Bureau Voorlichting aan de pers wordt ver strekt. Een stadsperiodiek zou zich dus dienen te beperken tot het belichten van die onderwerpen en achtergron den, die in de pers nog niet of niet voldoende tot hun recht zijn geko- Maar zelfs hand van dit criterium in zou slagen enkele lezenswaardige nummers voor een stadsperiodiek voor te bereiden, is de kans zeker niet denkbeeldig dat de pers tussentijds zelf achtergrond- Informatie wil verstrekken over de onderwerpen die men heeft gepro grammeerd. Het zou onjuist zijn haar deze in formatie te weigeren op grond van de eigen plannen. Men loopt dus voortdurend de kans dat het voor een stadsperiodiek vastgestelde program- mo wordt doorkruist door de behoef te aan achtergrondinformatie bij de pers. Een latere publicatie over het zelfde onderwerp In een stadspe riodiek heeft dan weinig zin meer. Wankele basis In radactioneel opzicht zou de be staansbasis van een stadsperiodiek dus een wankele zijn, temeer omdat het bü een dergelijk orgaan niet slechts om enkele afleveringen, maar om een continu-produktie gedurende een reeds van jaren zou gaan. Ook ten aanzien van de doelmatig heid van een stadsperiodiek bestaat bij B. en W. gegronde twijfel. Het feit dat het hier een huis-aan- huis-orgaan betreft impliceert, dat het lezenswaardig zou moeten zijn voor alle geledingen van de Leidse bevolking. Gezien de geschetste be perkingen t.a.v. de aard der onder werpen en gezien ook de uiteenlopen de belangstellingssferen van het le zerspubliek, achten B. en W. het zeer dubieus of een stadsperiodiek een werkelijke en substantiële bijdrage zou betekenen tot een betere ver standhouding tussen de bevolking en het gemeentebestuur. De Commissie van Advies inzake de Voorlichting deelde In overgrote meerderheid de hiervoor ontwikkelde bezwaren. Zij stelde zich op het standpunt, dat een geleidelijke ont wikkeling van het voorlichtingswerk, aangepast aan de werkelijke behoef ten, de voorkeur verdient boven een zich voortijdig vastleggen op de uit gifte van een periodiek, welks nut niet aantoonbaar en welks conti nuïteit niet verzekerd kan worden geacht. Gezondheidscentrum Ten behoeve van de bouw en In richting van een Gezondheidscen trum in Leiden-Noord is door de raad reeds een krediet beschikbaar gesteld van In totaal f. 590.000. Nu met de concrete uitvoering van de gemaakte plannen kan worden aangevangen, blijkt, dat als gevolg van de voortdurende stijging van het algemeen prijsniveau, het bovenge noemde bedrag verhoogd dient te worden met f. 80.000. B. en W. stellen de raad, die maandagmiddag a.s. bij eenkomt, voor dit aanvullend krediet te verlenen. Krotopruiming Bij raadsbesluit van 2 maart 1965 is een krediet van f. 200.000 beschik baar gesteld voor het slopen van aan de gemeente in eigendom toebehoren de krotwoningen, gelegen in sane- ringsgebieden, zomede voor het be straten van de ter plaatse vrijkomen de grond. Dit bedrag is thans nage noeg geheel besteed. Het ligt in de verwachting, dat ook dit jaar wederom een groot aantal krotten na ontruiming kan worden gesloopt. Met het oog op deze slopin gen stellen B. en W. de raad voor een nieuw krediet van f. 200.000 te ver lenen. Zomervakanties Vooruitlopend op een wijziging van de desbetreffende verordeningen heb ben B. en W., mede op verzoek van de Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen, bepaald, dat de zomervakantie ln 1966 voor de ge meentelijke scholen voor v.hm.o. zal aanvangen op 30 juni na afloop van de lessen en zal eindigen op de avond van maandag 2 augustus, zulks in navolging van de regeling, geldend voor de rijksscholen voor viijn.o. In een gezamenlijk schrijven heb ben de rectrix van het Gymnasium, de rector van het Rembrandt-lyceum en de directrice van de Louise de Coligny-H.B.S. zich tot het College gewend met het verzoek te bevor deren, dat de vakantieregeling, gel dend voor de rijksscholen voor voor bereidend hoger en middelbaar on derwijs, middels een wijziging der gemeentelijke verorderingen, inte graal voor hun scholen van toepas sing wordt. Uit een oogpunt voor uniformiteit is het College sterk voor genoemd voorstel geporteerd. Deze uniformiteit zal o.m. moeilijkheden bij overgang van personeel van de ene school naar de andere voorkomen. Ook de Inspec- trice van het Gymnasium en Middel baar Onderwijs juicht een aanpassing aan de rijksregeling toe. Voorts kun nen het College van Curatoren van het Stedelijk Gymnasium, de Com missie van Toezicht op het Middel baar Onderwijs en de Commissie voor het Onderwijs zich met een wijziging der desbetreffende verordeningen ln bovenbedoelde zin verenigen. Benoemingen Door verhuizing naar elders va: heer A. F. de Ruiter en bedanken van de heer C. A. J. Godthelp, zijn twee vacatures ontstaan in de Raad van Beheer van de Sportstichting, waarin bovengenoemden de Leidse roeiverenigingen respectievelijk de Wandelkring Lelden en Omstreken van de K.N.B.vLO. vertegenwoor- digden. Ter voorziening in deze vaca tures bieden B. en W. de raad nadat met de desbetreffende organisaties overleg is gepleegd, de volgende aan bevelingen aan: a. 1. de heer J. J. Gijsman, ln Leiden; 2. de heer L. Adrlaansche in Leiden, namens de Leidse roeiverenigingen; b. 1. de heer C. Verstraaten, in Leiden, 2. de heer C. A. J. van Latesteyn, in Leiden, namens de Wandelkring Lelden en Omstreken van de K.N.B.V.L.O. In de vacature van hoofdleidster van de openbare kleuterschool „De Klimop", welke thans is gevestigd aan de Du Rieustraat, doch eerdaags zal worden ondergebracht in de nog in aanbouw zijnde nieuwe kleuter school aan de Roodenburgerstraat, zouden B. en W. willen voorzien door overplaatsing van mevrouw T. W. LouwrlerTerluin, hoofdleidster van de openbare kleuterschool „De Eek hoorn" aan de Lorentzkade. In de vacature van hoofdleidster van de openbare kleuterschool ..De Eekhoorn", welke als gevolg van bovengenoemde mutatie zal ontstaan, dragen B. en W. voor benoeming voor mevrouw J. F. Lepelaar—Keuter, thans tijdelijk hoofdleidster van de openbare kleuterschool „De Klimop". Overeenkomstig haar verzoek stel len B. en W. de raad voor om aan mej. R. C. Vogel met Ingang van 16 augustus 1966 eervol ontslag te ver lenen uit haar betrekking van lerares in het tekenen en de kunstgeschie denis aan de Louise de Collgny-h.b.s. Wat verder aan de orde komt Voorts komen in de zitting van maandag as. de volgende voorstellen aan de orde: een krediet van f. 20.618 beschik baar te stellen voor de inrichting van twee ten behoeve van de Vereniging voor Chr. Middelbaar- en Voorberei dend Hoger Onderwijs in aanbouw zijnde gymnastieklokalen en wel: a. het lokaal aan de Moessorgsklstraat met los gymnastlekmaterlaal voor schoolgebruik en voor gebruik buiten schoolverband; b. het lokaal aan de Brahmslaan met los gymnastlekma terlaal voor gebruik bulten school verband; het verlenen van medewerking voor de aanschaffing van zandtafels voor de hervormde g.l.o.-school Van Vollenhovenkade 19; vaststelling van de vergoeding vakonderwijs bijzonder bJ.o. 1963; een krediet van f. 24.800 te ver lenen voor het treffen van de meest dringende sanitaire voorzieningen aan het gemeentelijk schoolgebouw Herenstraat 64, ten behoeve van de daarin gehuisveste bijzondere kleu terschool; een krediet van f. 6.600 beschik baar te stollen voor het maken van bergruimte ln de open rijwielstellin gen van de openbare g.l.o.-scholen aan de Da Costastraat en de Telders- kade; verhoging van het bedrag per leerling voor de school voor slecht horende en spraakgebrekkige kinde ren voor 1966; het verlenen van een aanvullend voorschot op de exploitatievergoeding over 1966 voor de bijzondere school voor buitengewoon lager onderwijs aan slechthorende en spraakgebrek kige kinderen; het treffen van een exploitatiever goeding voor bijzondere kleuterscho len over 1964; het aankopen van percelen teel- land en water ln de Waard, Idem van de panden Oude Vest 197, 199, 199a, 201, 201a, 203, 203a en Pelikaanstr. 2: goed te keuren: de begrotingen voor de Jaren 1966 van het Gerefor meerd Minne- of Arme oude Man nen- en Vrouwenhuis en de rekening over het jaar 1964; het brengen van een wijziging ln de begroting voor het dienstjaar 1966. CHR. B.L.0.-SCH00L AAN HOFLAAN De Prot. Chr. Ver. voor buitenge woon lager onderwijs heeft de Leidse raad om medewerking verzocht voor de Stichting van een b.l.o.-school op een terrein aan de Hoflaan, bestaan de uit tien leslokalen, twee vakloka len en een gymnastieklokaal. B. en W. stellen de raad voor om aan dit verzoek te voldoen. De aan de mede werking verbonden financiële conse quenties zullen later worden geregeld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 3