STIJLVOLLE DIENST IN WESTERKERK hartewens vervuld „Uw Na rumoerige rit door Raadhuisstraat Druilerige regen DONDERDAG 10 MAART 1966 LEIDSCH DAGBLAD Het burgerlijk huwelijk is gesloten. Als de gasten uit de raadszaal naar buiten schuifelen, waar het zacht begint te regenen, klinkt achter de gesloten deuren van de ontvankamer naast de zaal, geroezemoes van stemmen. Er wordt gelachen, druk ge praat. Glazen klinken. Er wordt champagne gedronken op het jonge bruidspaar, dat onzichtbaar voor buitenstaanders in tieme kring, eindelijk de gelukwensen in ontvangst mag nemen. Even zijn Prinses Beatrix en Prins Clans uitsluitend omringd door ouders, familieleden en naaste kennissen. Slechts vijf minuten mogen zij zich volgens het draaiboek ontspannen, zonder dat de altijd aanwezige t.v.-camera's het oog op hen gericht hebben. In deze kleine zaal omhelst Koningin Juliana haar dochter en schoonzoon. Spoedig daarna geeft op- percenemoniemeester baron Van Lynden, een nauwelijks opgemerkt téken. De tijd is gekomen voor het vertrek naar een andere plechtig heid, naar de Westerkerk. 5- j Als de 800 meter lange formatie ,'weer op gang is gekomen heeft lui- irtenant-kolonel W. F. K. Bischoff van Heemskerck eerste stalmeester en als zodanig leider van de bruidsstoet een moeilijk karwei achter de rug. Tijdens de plechtigheid in de raad zaal heeft hij namelijk de stoet over de zeer smallen O. Z. Achterburgwal moeten leiden om deze geheel te kun nen „parkeren". f Pas als de brug over de Klove niersburgwal met de daaropvolgende scherpe draai naar rechts door de Gouden Koets goed is genomen, zijn de grootste problemen voor de op zijn lit schimmel heen en weer galopperende stalmeester voorbij en klaart zijn ge licht wat op. Het bruidspjaar i: toets wuift lachend i dat de plaatsen nog gering i de sprookjes- iar het publiek, smalle opstel- Geen gedrang Nog steeds kijken de bijna 1900 al aanwezige gasten naar de televisie in een kerkgebouw, dat na maanden van werken voor korte tijd tot een luisterrijk interieur verheven is, uit een staat van bijna verval. Op het mosgroene tapijt wijzen vlijtige kamer heren plaatsen aan laatkomers. Blin kend gepoetste kronen hangen fon kelend boven de pracht van gala tunieken en japonnen in allerlei tin ten. Simon C. Jansen is prompt om elf uur begonnen met zijn inleidende muziek, die in machtige golven langs het hoge tongewelf davert. Kardinaal Alfrink in scharlakenrode mantel, neemt zqn plaats in. Hij vormt een kleurrijk accent op het uiterst koele van het voor de kerkgenootschappen gereserveerde vak. Versiering j die een statenbijbel op een kussen voor zich uit draagt, de beide pre- i dikanten. de bruidskinderen en de bruidsmeisjes schrijdt het bruidspaar naar de beide stoelen uit het Rijks- museum, die recht voor de knielbank staan opgesteld. Bede om geluk r" Na het passeren van de Halve- Jlshiaansbrug, als de rijtoer via de Bin- ^"ben-Amstel naar de Munt gaat, krijgt luster >e?men eerst een duidelijk overzicht van j «Et door de vele Weunflke uniformen ,Marl* del piï"\ °m t,e" llr half twaalf eraan rlo tnAcrancrcHf ^"indrukwekkende geheel. Waar het 5e"pruidspaar passeert presenteren de eenvoud. Langs de betimmering van de pilaren en langs de kansel steken de decoraties melkblank af tegen het tedere grijs van de zandstenen zuilen. De uniform dragenden zijn zeer in de minderheid. Het kabinet is in grote trekken aanwezig en draagt jacquet. Maar bij de diplomaten schittert hier daar veel gouddraad van epaulet- en galons. De Aga Khan zit al studerend in de liturgie op zijn plaats het eind van de tweede rij, even als Prins Michael van Kent en de de paanse kroonpreten- De televisielampen hebben al merk baar aan een temperatuurverhoging bijgedragen en de Prinses kijkt een enkel moment ogenknipperend om hoog naar de batterijen schijnwer pers. Na het votum en de groet, uitge sproken door ds. Kater, klinkt in drie talen het oude gezang 149, „Grote God, wij loven U". Het gebed: een moment van ver stilling, waarin alle gedachten aan tegenstellingen wegvallen, omdat hierbij geen sprake is van politieke standpunten, maar van een bede om geluk voor twee mensen. Ds. Kater staat ook enkele ogenblikken stil bq hen, die de vreugde van deze dag niet kunnen delen, omdat in hun hart nog droefheid heerst over het verleden. Met vaste stem zet ds. Kater de schriftlezing in. Psalm 121, „Ik hef mijn cgen op naar de bergen Een enkele maal blikt Prinses Beatrix opzij naar haar man, die in wettelijke zin reeds haar echtgenoot is, terwijl het 45 man sterke Bachkoor zingt „Was mein Gott- willuit de Mat- theus Pasion. Het was een omstreden keuze, dit koraal, maar het past won derwel. i Het tweede deel van de schriftle zing is der traditie getrouw 1 Co- I rinth 13. „Al ware het, dat ik met doeltreffende ware schallend koper of een rinke lende cymbaal." Op het Rokin, waar veel belang- verwacht, blijkt het pu- n te hebben. Men onbelemmerd uitzicht op de in een druilerige regen pas- Van gedrang is geen sprake, de twee a drie rijen publiek is met de vlaggemasten op de gjlrottoirs ruimschoots plaats. Via de Dam, waar de deputaties .«roor de tweede maal het voorbijtrek keen van de stoet kunnen zien, na dert het bruidspaar het iets uit-bun- tiger versierde deel van de route, de Onrust ets de <je Hoe uitbundig die versiering ook er.Hag zqn, zü kan nauwelijks een fleu rige aanblik bieden, want steeds nog (Hjttlt de druilerige regen, en er is dit gedeelte van de route nog paneer. Toch nog meer. zou men moe- .^en zeggen. Ondanks alle voorzorgs maatregelen hebben tegenstanders re^|an het huwelijk en onruststokers ^Jansen gekregen. Er worden van tijd jgJjt tqd dikke rookwolken tussen de ^nensenhaag naar de rijbaan gestuwd. fen heeft rookbommen geworpen. Het is trouwens al geruime tijd on- ustig in de stad. Dat is direct langs Ie route niet zo duidelijk te merken, HlllU^iaar in de straten er leeft de politie diverse malen moeten —optreden, arrestaties moeten verrich- en, versterkingen laten aanrukken. Koningin en Prins verlaten het half twaalf gaan de toegangsdeuren open; de eerste koninklijke gasten komen binnen, Boudewijn en Fabiola voorop. Dat breekt de spanning eens even en er wordt gesproken op iets luider toon. Veel sfeer is er eigen lijk niet, omdat nieuwsgierigheid bij de hier aanwezigen overheerst: zij vermaken zich dan ook met met het passen van namen bij gezichten Temperatuur De temperatuur is nog te dragen, omdat de televisielampen, met hun alles-verpletterende licht nog maar kort hebben geschenen. Niettemin zijn de 22 schoolkinderen ter linkerzijde van de ingang wat onrustig. Deze huwelijksdag is hun verjaardag. Zij vertegenwoordigen de jeugd, maar kennelijk wat lang achter elkaar Een klein kwartier nog. Hier en daar is een toch niet van nervositeit gespeend beweeg merkbaar van func tionarissen, die maandenlang de voorbereidingen voor deze dienst hebben getroffen. Veel mensen bla deren nog eens in de liturgie en som migen, voor wie de Franse taal nog geheimen kent, bekijken voorzichtig de tekst van het inkomstlied „A Toi la glorie" dat destijds het diep ont roerend afscheid begeleidde van vorstin Wilhelmina. Deuren open Eindelijk gaan de deuren open: de pal achter Koningin, de Prins, Prinses Armgard, Prins Aschwin en zqn vrouw, Prinses Irene en haar man. Prinses Margriet, en de heer Van Vollenhoven, drie zusters van Claus, de laatsten wat onzeker en zeer duidelijk onder de indruk van de uiterlijke omstandig heden. Het gezicht van de Koningin is ernstig. Het orgel vult de ruimte met mu ziek. De aanwezigen zingen staande het inkomst-lied. In de kleine pro- de ouderling van dienst, het raadhuis het hun dochter bij te Geen gehoorzaamheid Vóór de predikatie zingt de ge- meente nog een lied, dat de Prinses zelf ontdekte tijdens haar reizen in I de West, „Love divine" op de wijs van „Wat de toekomst brenge moge". Ds. J. H. Sillevis Smitt begint zijn predikatie. Het deelnemen van een gereformeerde predikant aan deze 1 hervormde kerkdienst is eveneens onderwerp van discussie geweest Maar de Prinses, die bovendien door getrouwe katholieken gecomponeerde muziek in de dienst wilde, heeft wil len bewijzen, dat oecumene voor haar meer is dan een woord. Na de preek zingt sopraan Annette de la Bye „Ich will dir mein Herze schenken", eveneens uit de Mattheus Passion. Hét ogenblik En dan is het grote ogenblik daar. Ds. Kater leest het huwelijksformu lier voor, aangepast bq zijn moderne opvattingen. De Prinses behoeft geen gehoorzaamheid te beloven, wèl, dat zij haar man zal liefhebben en ter zijde staan Claus legt de gelofte af, dat hq zijn vrouw zal liefhebben en beschermen. Het bruidspaar bij het veria ten van het Paleis op de Dam. De ringwisseling volgt en de zegening, het plechtigste mom van de dienst, die velen al diep heeft aangegrepen. „U zegene God, Hij stelle U tot een zegen" zingt bevestigend de ge meente als het bruidspaar weer is gezeten. In een onwerkelijke menge ling van talen klinkt terwijl dr zware lui-klok beiert het Onze Vader. Het Gloria in D van Vivaldi sluit deze inzegening af. Bijbel De uitreiking van de huwelijksbij bel. de moderne Mart Kemper-uit- gave van het Nederlands Bijbelge nootschap in ivoorkleurige perkamen ten band naar ontwerp van de Rot terdamse ontwerpster Karli Frigge. Dit brengt een moment van voort schrijdende ontspanning. De Prinses lacht gelukkig nu. De melodie van het Nederlands volkslied klinkt op. Zq wordt gezon gen als gezang 301 vers 6, „Mijn schildt ende betrouwen De zegen nog en dan verlaat het bruidspaar, man en vrouw nu, de kerk, waar iedereen plotseling be merkt, dat het wel erg warm is ge worden. Een uur en een kwartier heeft de dienst geduurd. Het tweede deel van de rijtour kan beginnen. Vechtpartij Maar terwijl de kerkdienst zich vol trekt, stijlvol, sfeervol, terwijl duizen den in het land aan de televisietoe stellen gekluisterd zitten, wordt rond het Nationaal Monument op de Dam gevochten. Tientallen jonge mensen trekken op via zijstraten naar het „nationale plein". Even ziet de poli tie het aan, dan komt het tot vecht partijen. De blanke sabel komt er aan te pas. Uit alle hoeken en gaten stro men agenten van allerlei korpsen toe om de orde te proberen te handha ven. Nog voordat de stoet van de Westerkerk vertrekt is de Dam. het eindpunt, vol rumoetige tonelen. Ds. Sillevis Smitt in Westerkerk „Uw hartewens is vervuld. Ik mag ook zeggen uw gebed is ver hoord. De droom is werkelijkheid geworden. En waarschijnlijk is de werkelijkheid nu beetje een droom. De pracht van vandaag en van dit alles heeft een hele aparte schoonheid. God ziet ons liever in overvloed dan in karigheid en armoe. Maar toch, als een ko ningskind in de echt verbonden wordt, met haar prins-gemaal, dan trouwen twee mensenkinderen. Dat is geen depreciatie". Aldus ds. Sillevis Smitt tijdens zijn preek in de Westerkerk. Voorbij Om kwart over twee arriveert de j stoet bij het paleis op de Dam. Tien minuten later is het feest, voor zover 1 zich dat in het openbaar afspeelde voorbü- Voorbij zijn ook de zorgen van de honderden organisatoren, die bij de maandenlange voorbereidingen voor deze ene dag betrokken zijn ge- In het paleis maken de gasten zich gereed voor de lunch, die in de Bur gerzaal wordt geserveerd. Op de Dam groeit het aantal mensen, dat hier reeds van 's morgens af heeft gestaan met honderden, die tot dusver elders achter hekken hadden moeten staan. Zij wachten en hopen, dat het jonge echtpaar zich op het balkon zal ver- „Want wat is er hoger dan trou wen en wat is er beter dan mensen kind? Twee mensenkinderen. Dat wil dus zeggen een innig, diep, verlangen natuurgedreven en door God gewekt om gelukkig te zijn. En om gelukkig te maken. Een diep verlangen, na tuurgedreven door God gewekt, om liefde te ontvangen en misschien meer nog liefde te geven. Nu zou het natuurlijk zeer beleefd, vriendelijk zijn, als ik zei, dat die drie hier ge garandeerd zijn. Maar als kinderen van de twintigste eeuw, die zo kri tisch is ingesteld, geloof ik dat u meer hecht aan werkelijkheidszin dan aan romantiek. Daar is nu eenmaal in elk mensenhart een klein verradertje. Een klein verradertje, dat vele rol len speelt. Nu eens bang, en dan weer boos. Nu eens tiranniek en dan weer lichtgeraakt. Nu eens een kruidje roer me niet en een volgend ogenblik een klein sadistje. En wie van ons heeft niet bittere ervaring, dat hij soms ook nolens volens wat hem het dier baarst is nog kwetst en kwelt. En daarom wilde u zelf, dat gele- :n werd die prachtige woorden, die uit het hart gegrepen zijn: „Mqn hulp is in de naam des Heren". En daarom wilde u uw huwelqk begin- =n bij een open bijbel. Open bijbel: wat moest ik kiezen? Ik dacht het beste in dit zeer bijzon der goede boek, dat is, dat zijn de woorden van de Heer zelf. Van drie woorden van den heer Jezus Uw Heer, onze Heer, ben ik niet losgekomen. En die wil ik u graag meegeven. Deze zijn het: „Smal is de weg die ten leven leidt, Ik ben de weg, volg mij", zegt Jezus. Smal is de weg, dat klinkt niet feestelijk, niet veelbelovend, en dat klinkt ook niet erg uitnodigend. Zou het dan toch waar zijn, dat die bijbel een boek is dat beter op be- grafenissen speelt dan op bruiloften? Zou het dan toch waar zijn, dat dat boek toch maar zeer bijzonder eigen lijk voor mensen is met weinig cul tuur, weinig levensaanvaarding, dat de angst voor de hel groter is dan de vreugde tot de hemel? Mag ik een prealabele vraag stel len? Is er überhaupt wel een weg? Is er een weg voor u, man en vrouw, samen? „En terecht, smal is die weg. Op honderd manieren kan huwelijks geluk verspüd worden. En verspeeld worden op honderd manieren. Er is maar één manier om in die twee- zaamheid diepte van geluk en volheid van bestaan te beleven, dat elke dag een verrassing is en een blijde ver wondering. Smal is die weg. Die kam pioenen op de schaats hebben erva ren hoe uitermate smal die weg dan wel is om aan de top te komen. Smal is de weg die ten leven leidt. Heel smal is die weg die ik u toewens en ga die moedig en ga hem conse quent, smal is die weg, waar de lief de, die alles dekt, samengaat met de waarheid, die alles in het licht zet. Smal is die weg. Jezus zegt: ik ben de weg, ik ben Gods communicatiemid del via via, via my komt het je tot een waarde. Ik ben communicatie voor God tussen u beiden. Via Mij kom je tot elkaar en blijft je bij el kaar. Als je bq My bent ben je ook bij elkander. Dit samenzijn is een ge meenschap. Het is alsof de Heer zegt: loop maar over Mq. Loop- maar over Mij naar de vader toe. Loop maar over Mij naar de ander, over Mij naar haar toe. Het huwelijk is een ge schenk en een opdracht. Nooit een probleem. Als het een probleem wordt is het gesohenk verloren en is de op dracht vergeten" Goede tekst daarvoor is dit, en dat wens ik U toe. dat je met elkaar kunt lachen. Nog beter dat je om elkaar kunt blqven lachen. Maar als het een probleem geworden is dan zegt Jezus: „Ik ben de weg". Bezqden Hem is er bestaan. Bezij den Hem, waar Hy wordt losgelaten, j is een huwelqksbestaan. gecamou fleerd met make-up, is een huwelijks_ bestaan doen alsof, op sterven r.a dood. Maar met Hem en in Hem is het leven in overvloed. Mijn lieve bruid en bruidegom, nu ligt dat leven voor U open. Met onbegrensde mo- geiykheden, verrukkelqke mogelijk heden en met ontstellende onmoge- ïykheden, want wq zyn maar zwakke mensen. En nu ls de vraag, is er voor U m mogeiykheid? Daar is een moge- ïykheid, geliefd tweetal, er is een mogelqkheid, terwql U verslonden wordt door duizend plichten en door duizend en één verantwoordelqkhe- den, opgeëist opgegeten wordt door de gemeenschap, om toch helemaal Je zelf te biyven. En helemaal en voor elkaar te zyn. Jezus zegt: Ik ben de weg. Is er een weg om altyd by elkaar te zijn? U is verbonden, levenslang, in de goede zin. Is er een weg om levens lang verveling en irritatie te kunnen weerstaan en elkander in liefde groeiend en verdiepend te dienen en te eren? Er is een weg. Is het mogelqk tot de diepte te komen van harteloze kritiek, onheuse bejegening en toch niet minder te worden en niet boos te worden, ten minste langer dan tot de zon onder gaat en door alles heen te biyven staan en blqven zeggen „Ik dien?" Daar ls een weg. Smal is die weg, Jezus zegt: „Ik ben de weg. Volg mij, zo besloot ds. Sillevis Smit zijn met aandacht gevolgde preek, dat zegt Hq tot ieder van U persoon lijk. Volg Mij wil zeggen, loop achter Mq aan. Maar als U hem volgt wil dat ook zeggen, dat Hij bij U is en blqft tot aan het einde van Uw leven. De huwelijksvoltrekking in het Amsterdamse stadh

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 5