1 elefoon voor de dode f3." DONDERDAG 10 FEBRUARI 1966 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 19 f DAGELIJKS i Un< T T I (Copyright Victor CkXlancM Ltd 1961) S7) Scheppingskracht. vooruitgang, macht, de hele toekomst van de mensheid staat aan hun deur te vachten: moet ik die dan niet bin nenlaten?" En ik zei dan tegen hem 1 ,Maar Samuel, misschien zijn de mensen wel gelukkig zonder die din- fgen?" Maar u weet dat hij niet zo |over de mensen dacht. Ik kon hem echter niet tegenhou- |den. Weet u wat het vreemdste was met Fennan? Ondanks al dat den- praten had hij at lang ge lleden besloten wat hij zou doen. Al |het andere was maar franje. Hij kon de samenhang niet zien, dat zei ik I hem altijd OORSPRONKELIJKE ROMAN DOOR JOHN LE CARRÉ en toch hielp u hem", zei niley. „Ja, ik hielp hem. Hij had hulp dus gaf ik hem die. Hy mijn leven". „O, juist". „Dat was een vergissing. Hij j net een kleine Jongen, ziet u. I vergat allerlei dingen, net als j kind. En hij was zo ijdel. HQ had besloten het te doen, maar hy deed het zo slecht. Hij dacht er niet zoals u doet, of als ik. Zo dacht hij er eenvoudig niet over. Het was zijn werk en dat was alles. Het begon zo simpel. Op een avond gracht hij, een afschrift van een tele- mee naar huis en liet het Hij zei:„Ik geloof dat Dieter dit zou moeten zien" dat was Ik kon het aanvankelijk niet geloven dat hij een spion was, bedoel ik. Want dat was hij toch, Maar langzamerhand be gon ik het door te krijgen. Ze begon- ken om speciale dingen te vragen. I )f muzlektas die ik van Freitag mee terugbracht, begon opdrachten te bevatten en soms geld. Ik zei tegen „Kijk eens wat ze sturen heb je dat nodig?" We wisten niet wat we met het gtld moesten doen. Tenslotte gaven we het grotendeels weg, ik weet niet Dieter was die winter erg waad, toen ik het hem vertelde. „Welke winter was dat?" vroeg 8miley. li „De tweede winter met Dieter 1556 in Mürren. We hadden hem in F0 inuari 1955 voor het eerst ontmoet. )en was het begonnen. En zal ik eens iets vertellen? Hongarije be voor Samuel niets, absoluut pets. Dieter was toen bang voor i. dat weet ik omdat Freitag het verteld heeft. Toen Fennan me ile maand november de spullen gaf m naar Weybridge te brengen, werd 11 bijna gek. Ik schreeuwde hem ce: „Zie je dan niet dat het weer hetzelfde is? Dezelfde geweren, de zelfde kinderen die in de straten Ji terven? Alleen de droom is ver- nderd, het bloed heeft dezelfde kleur. Is dit wat je wilt?" vroeg ik Ck em: „Zou je dit voor Duitsers ook ben? Ik ben het die daar in de pot ligt, zul je het mij aandoen?" Jaar hij zei alleen maar: „Nee, El- i, dit is iets anders. En ik ging door met die muziek- tas weg te brengen. Begrijpt u het. „Ik weet het niet. Ik weet het echt niet. Misschien toch wel, geloof ik". alles wat ik had. Hy was nün'leven. Ik beschermde mezelf,, veronderstel ik. En langzamerhand werd ik er een deel van, en toen was het te laat om ermee op te hou- En dan, weet u", zei ze, fluis terend nu, „er waren tijden dat ik blij was, tijden dat de wereld scheen x Y X XX toe te juichen wat Samuel deed. Het was geen prettig gezicht voor ons, het nieuwe Duitsland. Oude namen waren teruggekomen, namen die ons als kinderen doodsbang hadden ge maakt. De vreselijke, botte hoog moed keerde terug, je kon het zelfs op de foto's in de kranten zien, ze marcheerden in het oude ritme. Fennan voelde dat ook, maar God zij dank had hij niet gezien wat ik gezien heb. We waren in een kamp buiten Dresden, waar we gewoond hadden. Mijn vader was verlamd. Hij miste tal-ak meer dan iets anders rolde sigaretten van allerlei afval dat ik in het kamp kon vinden hem maar de illusie te geven. Op dag zag een wacht hem roken begon te lachen. Anderen kwamen erbi] en lachten ook. Mijn vader hield de sigaret in zijn verlamde hand en die verbrandde zijn vingers. Hij voeloe het niet, ziet u. Ja, toen ze de Duitsers geweren gaven, hun geld en uniformen gaven, toen was ik af en toe een kort tijdje maar olij om wat Samuel had ge daan. We zijn joden, weet u, en dus „Ja, ik weet het, ik begrijp het", zei Smiley. „Ik heb het ook gezien, een oeetje ervan". „Dieter heeft dat verteld". „Heeft Dieter dat verteld?" „Ja. Aan Freitag. Hij vertelde Freitag dat u een heel handig man was. U hebt Dieter voor de oorlog bij de neus gehad, en pas veel later was hij daarachter gekomen. Dat vertel de Freitag Hij zei dat u de beste was die hij ooit ontmoet had". „Wanneer heeft Freitag u dat ver teld?" Ze keek hem lang aan. Nog nooit had hy in een gezicht zo'n hopeloze ellende gezien. Hij herinnerde zich e hem die eerste dag gezegd had: „D; kinderen van mijn ver driet zijn dood". Hij begreep dat nu, noorde het in haar stem toen i ten slotte sprak. „Wel is dat niet duidelijk? De avond dat hy Samuel vermoordde Dat is nu juist de grap, meneer Smi ley. Op hetzelfde ogenblik dat Sa muel zoveel voor hen had kunnen doen niet alleen maar een stukje hier en een stukje daar, maar voort durend muziek tassen vol op dat ogenblik vernietigde hun eigen vrees hen, maakte beesten van hen en liet hen doden wat ze zelf geschapen hadden. fWordt vervolgd) aim STaAWIS VAN het Rhönegebied: 1964 ffW (inclusief fles) Deze aanbieding geldt t/m 12 febr. NIEPOTH'S WIJNKELDER Alleen Levendaal 166b. tel. 22717 DE WIJNKELDER Prinsessekade 5, tel. 28538, Leiden PANDA EN DE GRUBBEL 8749. Door Joris Grubbels begon de heel aardig te vullen. onderdoen, en dat leidt bij collectes altijd to\ eindelijk, toen het hoofddeksel tot aan Panda zich wenden tot de heer Moerbeiëi de Grubbel benadeeld was. ,Zegt u maar hoeveel de schade is!" riep wees de ontroerde middenstander af. laar zitten! Wat kan zo'n appeltje of wat me schelen! het mijn bijdrage is, in natura, dan trek ik het als Joris; „gij ontroert mij! En een eerste proberen was voor mijn Stichting!" Griep? Chefarine „4"doei wonderen! De vier middelen, verenigd in één tablet Chefarine „4", ieder afzonder lijk al beroemd, werken tezamen nóg beter en helpen vaak dan, wanneer andere middelen falen. Eén der bestanddelen is het betrouwbare maagmiddel Chefarox. Wanneer er teveel maagzuur ontstaat, wordt dit door Chefarox geneutraliseerd. Chefarine 4 Libanees plan voor restauratie van TYRUS Libanon heeft plannen om de bij belse stad Tyrus te restaureren en ook de omgeving, zoals deze 2.000 jaar geleden bestond Tyrus, de bakermat van de Feniciërs, ligt on geveer 80 km ten zuiden van Bei roet. Van hieruit zeilden de eerste Feniciërs naar andere landen. Het oude Tyrus was gedeeltelijk op het vasteland en gedeeltelijk op twee eilandjes gebouwd. Als groot handelscentrum had het nauwe commerciële banden met Egypte. Zijn bloeitijd was omstreeks 1100 Christus. Op het ogenblik wor den op de plaats waar Tyrus stond veel opgravingen verricht. Er zijn Romeinse baden, Byzantijnse mo zaïeken en resten van een kerk uit de tijd der kruisvaarders blootge legd. Vluchtelingen „helpen" In de Beierse stad Neu-Ulm heeft de politie een man gearresteerd, die ervan wordt verdacht een vrouw uit Oost-Berlyn te hebben gesmokkeld met de papleren van een in dit stads deel achtergelaten achttienjarige Westduitse. Het meisje zit nu in een Oostberlijns huis van bewaring. Het geval doet denken aan dat van Peter Selle, cle twee jaar geleden een 17- jarig meisje in Oost-Berlyn ach terliet om zijn echtgenote op haar papieren naar het Westen te kun nen smokkelen. Hij kreeg daarvoor in West-Duitsland een jaar gevan genisstraf. Ditmaal was het de „vluchtelingenhelper" echter om geld1 te doen. HU zou van zUn opdracht gevers ruim drieduizend mark heb ben ontvangen. Hy had het meisje meegelokt naar Oost-Berlyn en haar daar haar papieren ontstolen. Het slachtoffer kon toen niet meer visa de grensdoorlaatposten naar het Westen terug en werd al spoedig door de Oostduitse politie gearresteerd'. Tal onze 23. Rechter Tie richt zich op en zegt kortaf tegen Tsjiao Tai: „Onzin! Zie je niet dat de nagels niet beschadigd zijn en dat er totaal geen eelt op c slanke goedgevormde nog veel te leren!" Rechter Tie's oog valt oj. de hoek. ,J)at zijn zeker de broek en het jak Jazekeredelachtbare!" „Goed, breng die Tai". Zijn assistent brengt de rechter eer versleten broek van hetzelfde materiaal. I lang!" „Maar hoe kan dat dan De rechter kijkt hem somber aan. ,J)at bete- Tsjiao Tai, dat dit lijk niet bij Seng-san's hoofd behoort Edelachtbare. Dan zijn er dus twee kerels ver- i. Het was een dubbele moord. Op Seng-san en wiens lijk we hier voor ons hebben liggen. En DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 441. Tergend langzaam kroop de zon langs de hemel verder. „Op zo'n manier doet-ie twee dagen over één dag", zuchtte Karo, wie de spanning haast teveel werd. Toch was het plotseling tioaalf uuren nu stond de zon recht voor het brandglas. De stralen werden door het geslepen glas gebundeld tot één f el-lichtend punt je, dat op één bepaald plekje van de kaart viel En dat plekje begon eensklaps op te gloeien ente roken. Nu begreep Bram het opeens. ,X>ie kaart is natuurlijk bewerkt met één of andere vloeistof waarmee onzichtbaar de verdere route is getekend", riep hij uit. „Kijkdat puntje vuur beweegt zich snel en kronkelend over de kaartop die manier weten we, hoe we verder moeten gaan!" Zelfs de baron, die zelden uit de plooi kwam, gaf een opgewonden kreet. „Dan is dit het bewijs, dat we eindelijk de goede kaart hebben",, riep hij uit. „Op, vrienden, naar de verborgen schatten!"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 19