elefoon voor de dode SCHEEP MAANDAG SI JANUARI 1968 LEIDSCH DAGBLAD 6008m5ïW2W nttldyk Hoogke Hooglai Djibouti opR<30*Od* 26 v I 27 to Llvarpoc itlam* 28 Hi WZW DAGELIJKS (Oopl/right Victor Oótlancn Ltd 1961) 28> kom zien rijden, daarmee voetgan gers een doodschrik op het lijf ja gend. Smileys wagen beviel hem wel. Hij hield van de pietluttige manier waarop hy onderhouden was, de praktische accessoires, spatbordspie- gels en het achterultrijlicht. Het was een Uin karretje. Hij hield van men sen die voor hun spullen zorgden, die afmaakten wat ze begonnen. Hij hield van grondigheid en nauwkeu righeid. Geen halfslachtigheid. Net als die moordenaar. Wat had Scarr gezegd? Jong", maar koud. Zo koud als een kikker". Hy kende die blik, en Scarr had hem ook gekend de uitdrukking van volkomen negati visme, die in de ogen van een jonge moordenaar ligt. Niet de blik van een wild dier, niet de grijns van een maniak, maar de blik die het resul taat 's van de allerhoogste bekwaam heid, beproefd en bewezen. Het was nog een stadium verder dan wat een soldaat in oorlogstijd ervaart. Het oog in oog staan met de dood in de oorlog heeft vanzelf cynisme tot ge volg; maar veel verder gaat de over tuiging in het hart van de beroeps moordenaar oppermachtig te zijn. Ja Mendel had die blik al eerder gezien: bij de man die los stond van de ben de, met bleke ogen, uitdrukkingsloos, ce man achter wie de meisjes aanlie pen, over wie ze spraken zonder te glimlachen. Ja, hy was beslist een oer kou de. Scarrs dood had Mendel bang ge maakt. Hy liet Smiley beloven niet naar Bywater Street terug te gaan, wanneer hy uit het ziekenhuis ont slagen werd. Met een beetje geluk zouden ze denken dat hij dood was. Scarrs dood bewees natuurlek één ding: de moordenaar was nog steeds in Engeland, erop uit alle sporen uit te wissen. „Wanneer ik weer op de been ben", had Smiley de vorige avong gezegd, „moeten we hem uit zijn tent lokken. Een paar stukjes kaas neerleggen". Mendel wist wie de kaas zou zijn: Smiley. Natuurlijk, wanneer ze het bij het rechte eind hadden wat betreft het motief, zou er ook nog ander lokaas zijn: Fen- nans vrouw. In feite, bedacht Men del, pleit het niet in haar voordeel dat ze niet vermoord is. Hij schaam de zich zelf en richtte zijn gedach ten op andere dingen. Op Smiley. Een vreemde snuiter was Smiley. Deed Mendel denken aan een dikke jongen met wie hij op school ge voetbald had. Kon niet lopen, kon niet schrijven, was bijna stekeblind, maar speelde als een duivel, nooit te vreden voor hy zich helemaal leeg ge speeld had. Placht ook te boksen. Stormde altijd voorwaarts, wild met zyn armen in het rond zwaaiend: liet zich zelf halfdood slaan voor de scheidsrechter er een eind aan maak te. Verstandige knaap ook. Mendel stopte bij een café voor een kop thee en een broodje, reed toen naar Weybridge. De Repertory Schouwburg was in een straat met eenricntingverkeer, waar parkeren onmogelijk was. Ten slotte liet hij zijn wagen bij het station achter en wandelde terug het stadje in. De voordeuren van de schouwburg waren gesloten. Mendel liep naar de zijkant van het gebouw onder een stenen galerij. Een groene deur stond open. Hij had duwstangen aan de binnenkant en het woord .Ar tiesteningang" stond er met krijt op geschreven. Er was geen bel; een flauwe koffiegeur kwam uit de don kere, groene gang. Mendel stapte naar binnen en liep de gang in. Aan het eind daarvan vond hij een ste nen trap met metalen leuning die omhoog leidde naar een andere groe ne deur. De koffiegeur was hier sterker en hij hoorde het geluid van stemmen. X S T T X X „Och, onzin, schatje, eerlijk. Wan neer de cultuurgieren van ons ge zegend Surrey drie maanden „Bar- rie" willen zien, geef ze dat dan, zeg ik maar. Het is of „Barrie" of „Een Koekoek in het Nest", dat voor het derde jaar gaat, en volgens mij haalt „Barrie" met 'n neuslengte" dit was de stem van een vrouw van middelbare leeftijd. Een klagende mannenstem ant woordde: „Wel, Ludo kan toch altijd nog Peter Pan spelen, niet waar, Lu- do?" Op dat ognblik opende Mendel de deur. Hij stond tussen de coulis sen van het toneel. Links van hem was een stuk hardboard met onge veer een tiental schakelaars gemon teerd op een houten paneel. Een dwaze rococo-stoel met verguldsel en borduurwerk stond eronder voor de souffleur. Midden op het toneel zaten twee mannen en een vrouw op tonnen te roken en koffie t« drinken. Het de cor stelde het dek van een schip voor. Een mast met want en touwladders stond in het midd<n van het toneel en een groot kartonnen kanon wees troosteloos naar een achterdoek met zee en lucht erop. Het gesprek werd afgebroken toen Mendel op het toneel verscheen. Iemand mompelde: „Mijn waarde, de geest op het feest", en ze keken hem alle drie aan en giechelden. De vrouw sprak het eerst: „Zoekt u iemand, meneer?" „Neem me niet kwalijk dat ik hier zo binnenval. Ik wou er eens over praten abonnee van de schouwburg te worden. Bij de club te komen". „O ja, natuurlyk. Wat aardig", ze' ze. terwijl ze opstand en naar hem toeliep. „Wat alleraardigst". Ze nam zijn linkerhand in allebei de hare en drukte hem, deed tegelijk een stap achteruit en strekte haar beide armen in voile lengte uit. Het was haar kasteelvrouwenpose La dy Macbeth ontvangt. Duncan. Ze boog haar hoofd wat opzij en glim lachte meisjesachtig, pakte zijn hand weer en leidde hem over het toneel naar de coulissen aan de an- re kant. Via een deur kwamen ze in een klein kantoortje, waar oude pro gramma's en affiches, schmink, val se pruiken en schilderachtige onder delen van matrozenuniformen kris kras door elkaar slingerden. „Hebt u onze pantomime gezien dit jaar? „Treasure Island". Echt een bevredigend succes. En daar zit toch, wat strekking betreft, heel wat meer in dan in die keukenmeiden stukken, vindt u niet?" Mendel zei: „Inderdaad", zonder enig idee te hebben waar ze het over had, toen z'n oog viel op 'n stapeltje rekeningen, tamelijk netjes op elkaar liggend en bijeengehouden door een grote klem. De bovenste was gericht aan mevrouw Ludo Oriel en de betaling al vier maanden over tijd. Ze keek hem listig door haar bril aan. Ze was klein, donker, met rim pels in haar hals en veel make-up. De rimpels onder haar ogen waren met schmink weggewerkt, maar het effect was niet blijvend geweest. Ze droeg een lange pantalon en een slobbertrui waar kwistig met verf op gemorst was. Ze rookte aan één stuk door. Haar mond was groot en daar ze haar sigaret precies in 't midden ervan hield, recht onder haar neus, vormden haar lippen een overdreven bolle curve die de onderste helft van haar gezicht verwrong en het een knorrige en ongeduldige uitdrukking gaf. Mendel dacht dat ze waarschijn lijk lastig en bijdehand zou zijn. Het was een opluchting te weten dat ze haar rekeningen niet kon betalen. (Wordt vervolgd) Voetbal in Engeland Chelsea heeft zaterdag bij de Liverpool-supporters veel goed gemaakt. De Londense club, die de pupillen van Bill Shankly vorige week verrassend wipte uit het toernooi om de FA-Cup, bewees datzelfde Liverpool nu een grote dienst door concur rent Burnley te verslaan. Daar Leeds United, de andere run ner-up, het in Sunderland tegen de club van die naam niet kon bolwer ken en evenals Burnley een 20 ne derlaag leed, kon Liverpool via een 10 zege op Leicester City zijn voor sprong aan de top van de league- ranglijst tot vijf punten uitbouwen. Liverpool heeft nu 41 punten, Burn ley 36, Manchester Un. 34 en Leeds United, evenals Tottenham Hotspur, 33. Nieuws In het nieuws waren zaterdag ge passeerde en weer teruggekomen sterren. Om met de laatste catego rie te beginnen: bij Tottenham Hot spur waagde Jimmy Greaves, sinds 30 oktober van het vorig jaar af wezig door geelzucht, een come-back na slechts veertien dagen training. Het werd een succes. Tottenham versloeg Blackburn met 40 en Jim my scoorde éénmaal, ook al had hij daar dan een strafschop voor nodig. Voor Joe Baker en George Eastham was het daarentegen een sombere dag. Zij werden uit de Arsenal-ploeg gelaten, maar de „Gunners" verover den in Stoke toch de volle winst te gen de City: 13. Fulham durfde het aan, voor het eerst sinds 14 jaar. aanvoerder Johnny Haynes te pas seren en behaalde zonder deze gave technicus een verdienstelijk gelijk spel tegen Blackpool. Bestorming Liverpool bestormde bijna vijf kwartier lang vergeefs de nagenoeg uit de gehele ploeg bestaande Lei- cester-verdediging, alvorens back Chris La wier met een prachtige om haal de spanning brak: 10, het geen ook de einstand werd. De jonge Chelsea-midvoor Peter Osgood leverde opnieuw een opval lende prestatie. Hij scoorde beide goals tegen Burnley, het tweede met een onhoudbaar schot na in een lange dribbel vier man gepasseerd te hebben. Steeds meer stemmen gaan op, om hem een kans te geven in de nationale ploeg, waarvoor nog altijd geen geschikte aanvalsleider is ge vonden. Uitslagen Aston Villa—Sheffield United 0—2, BurnleyChelsea 12, Fulham Blackpool 00, LiverpoolLeicester City 10, Northampton townEver- ton 02, Nottingham ForestNew castle United 12, Sheffield Wednes dayManchester United 00, Stoke City—Arsenal 1—3, Sunderland— Leed United 20, Tottenham Hot spurBlackburn Rovers 40, West Ham UnitedWest Bromwich Albion 4—0. Zaal Abrahams uit Den Haag heeft zondag in Amsterdam het toernooi om de Entre-Nous-wissel- beker gewonnen. De Haagse sabreurs versloegen in de finale Zaal Adam Bela uit Utrecht met 52. Het Nederlandse zaalkorfbalteam heeft zondag de interlandwedstrijd tegen België in Antwerpen met 5—4 gewonnen. In Middelburg speelden de jeugdploegen van beide landen onbeslist: 11. De 17-jarige Peggy Fleming werd in Berkeley voor de derde maal in successie Amerikaans kampioene kunstryden. Peggy wordt beschouwd als één van de grootste kanshebsters voor het wereldkampioenschap, waar in zij vorig jaar derde werd. Bij de heren triomfeerde Scott Allen. Posities Nederlandse schepen Miritcal Loptt 28 ta Antwarp M.rk.b p 29 da Dardanallan MVmt°Uoyd8pe28^bp°gBl.nco P \NDA EN DE GRUBBEL 8740. O-ben jij het", zei Panda tegen de Directeur van de Stichting ter Beschaving van het Onderontwikkeld Umbuli. „Eigen lijk had ik dat wel kunnen weten. Dan deugt natuurlijk die hele Stichting weer niet, ivant jij zult wel weer op bedriegerij zinnen!" „Och kom nu toch, baaske hoe kunt ge mijn edele bedoelingen zo miskennen!" riep Joris Goedbloed geschokt. „Ge hebt toch zelf kennis gemaakt met een ingezetene van Umbuli? Moet ik Uw ge heugen soms ivat opfrissen?" En met deze woorden opende hij een kastje, waaruit orimiddelijk de Grubbel te voorschijn kwam. „Eng bah in kast, niet grapnou groot grap!" kondigde het we zentje aan, waarna hij op zijn onnavolgbare wijze pret ging ma ken. Terwijl het telefoonapparaat knarsend door zijn stevig gebit vermalen werd, hervatte Joris: „Ziet ge nu? Zo gaat het nu toe onder de Grubbels van Umbuli! En nu had ge toch niet gedacht, dat we onze aanzienlijke talenten en gaven mogen beperken tot het beschaven van dit éne gedrochtje? Och, gaan niet ook u de ril lingen langs de fiere ruggegraat als ge bedenkt, dat er in het land Umbuli een geheel volk van dit soort wezens tn dezelfde erbarme lijke geestestoestand leeft? Moeten wij, beschaafden en gevorder den, iliet de handen ineenslaan om hen allen te verheffen. Ja, ik bid u; help mij in deze grootse taak. Namens het Stichtingsbestuur heb ik de eer u tot secretaris te noemen!" Panda was overtuigd en nam 'de eervolle benoeming natuurlijk graag aan. Maar hij kon niet nalaten te vragen, of het niet een beetje zonde was van de telefoon. „Ach neen", verzekerde Joris; „wegens onze eenvoud kunnen we nog geen aansluiting betalen, en het toestelletje dat ginds zijn einde vindt, is uit de speelgoedhandel afkomstig." RECHTER TIE EN HET SPOOK VAN DE TEMPEL 14. Lie Ko bekijkt het doosje met een effen gezicht. Dan haalt hij zijn schouders op en geeft het aan Rechter Tie terug. „Ja", zegt hij, „zulke doosjes ziet men vaak op de markt. De schrijnwerkers maken ze van resten hout. Handige dingen om je visitekaartje in te bewaren. Maar ik kan u verzekeren dat ik nooit zo'n fraai exem plaar zou kopen, versierd met een stuk echt oud jade! Nee, edel achtbare, daar heb ik heus het geld niet voor!" ,JDan moet de man, die gezegd heeft, dat hij het van u heeft gekocht, zich vergist heb ben", zegt Rechter Tie bedaard. Hij steekt het doosje weer in zijn mouw en vraagt: „Woont u hier helemaal alleen?" ,Ja, edelacht bare. Ik ben altijd zo druk met mijn werk bezig, dat ik nooit aan trouioen ben toegekomen. Hoe zou ik ook een gezin kunnen onder houden? Ik heb als hulp een gesjeesde student. Yang heet hij. Die komt elke dag en ruimt het huis een beetje op. Hij helpt me ook met de verf en zo klaar te maken. Hij is zelf ook geïnteresseerd in het schilderen, maar veel brengt hij er riog niet van terecht. Hij woont op een zolderkamertje boven de kleermaker op de hoek hier. Ik begrijp niet waar hij blijft vamnorgen. Hij had al lang hier moeten zijnIk vrees dat hij ziek is". DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 432. Niemand begreep er meer iets van, toen aan het einde van het touw, een kaart bleek te hangen. „Waarrr is Brrram?" kraste Tutu. „Waar is het emmertje?" riep Karo. Maar Galgenaas en Gorgel hadden geen belangstelling meer voor Bram en zélfs voor het emmertje. De twee samenzweerders vouw den de kaart open en staarden met begerige ogen naar al die lijnen en vreemde aanduidingen. „Dat is 'm", zei Galgenaas. „Zou die Brammetje Fok niet gauw een andere kaart hebben ge tekend?" vroeg Gorgel. „Hoe kom je erbij", vroeg Galgenaas verontwaardigd. „Hoe moet hij daar onder in die waterput aan dit perkament zijn gekomen En aan inkt? En hoe kan hij in die korte tijd zo'n ingewikkelde kaart hebben getekend? En al die lijnen? Hij had gelijk, want al was Bram de beste tekenaar van de wereld geweest, dan nóg zou hij lettertjes niet zo keurig hebben geschre ven?" Tutu en Karo wisten maar al te goed, dat Bram dan al een goed zeeman mocht zijn, maar dat tekenen niet zijn sterkste kant was. Het kon dus niet anders dan de echte kaart zijn. Maar waarom gaf Bram die zomaar aan de boeven? En waarom kwam hij zelf niet terug? Tankvaart Zeesleepvaart

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 17