MIJN KINDEREN ZIJN NIET ZO „Ongenade - schot" op de kritiek Feestjes Regels Die ouders Anders Ja, ziet u Tips Zaterdag 25 september 1965 Pagina 1 Misvcrslaml bij m vele outlet's Gesprek met mej. mr, M. J. Zeelenberg, hoofdinspectrice van de Leidse kinder- en zedenpolitie (Van een onzer redacteuren) OUDERS gaan met vakan tie en de kinderen maken het huis tot een zoete inval voor vrienden en vriendinnen, die tot diep in de nacht ..feestjes" organiseren. Een meisje ver telt haar ouders dat zij een weekeinde bij een vriendinnetje mag logeren en gaat met een man op stap. Jongens gaan zich te buiten aan baldadigheden en vallen voorbijgangers lastig, terwijl hun ouders denken dat ze in de bioscoop of heel dege lijk in een clublokaal zitten. Om een lang verhaal kort te ma ken: de lieve Jeugd, althans een deel ervan, maakt 't soms heel bont zonder dat de ouders er weet van hebben. Krijgen die er eindelijk via de politie b.v. toch iets over te horen, dan is niet zelden hun eerste reactie: „myn kinderen zijn niet zo", vrienden of vriendinnen zijn dan de hoofdschuldigen. Bij een betrekkelijke grote, zeer sterk geschakeerde groep van de bevolking mankeert kennelijk iets aan de „communicatie" tussen ou ders en kinderen. „De meeste men sen vinden, dat je nog maar wei nig kunt zeggen tegen je kinderen zodra ze vijftien jaar zyn gewor den, vooral als ze zelf gaan verdie- dienen. Gemakshalve geloven zij graag, wat hun kinderen vertellen als die 's avonds de deur uit gaan", vertelt mej. mr. M. J. Zeelenberg. hoofdinspectrice van de Leidse kin- der- en zedenpolitie. Ze gaan „naar een vriendin" of „naar de bioscoop" of ze hebben „een feestje van de school". Dat kan natuurlijk waar zijn, maar het kan ook niét zo zijn. Volgens mej. Zeelenberg is het vry eenvoudig dat af en toe even na te gaan: contact tussen de ouders van vrien dinnen of vrienden, vragen over de film die ze beweren gezien te heb ben enz. noeg van avond aan avond naar dat kleine scherm te moeten sta ren en lopen het huis uit. „Die ou ders van tegenwoordig" kopen een auto. Voor de kinderen, zeggen ze. Maar na drie maanden zeggen de kinderen': jasses, alweer weg met die auto. Met de komst van televisie en auto laat men dikwijls een brok gezelligheid uit huis verdwijnen, dat eigenlijk onmisbaar is voor een goed contact tussen ouders en kin deren. „Vroeger richtten de ouders bij de besteding van hun vrije tijd zich veel meer naar de kin deren. Men ging niet rustig met vakantie, voordat men voor de kinderen een goed onderdak had gevonden. Naar het buitenland ging men pas, als de kinderen groot waren", zegt mej. Zeelen berg. In het voorjaar kwam de Leid se politie er achter, dat er ge regeld feestjes werden gegeven bij een oudere man, waarbij ook meisjes van vijftien jaar waren betrokken. De zaak kwam aan het rollen, toen een keer een van de meisjes dronken thuiskwam. „Naar de bioscoop" was hier een van de druk gebezigde smoesjes geweest om de feestjes te kun nen bijwonen. Een ander meisje zei tegen haar vader en moeder, dat zij een weekeinde mocht logeren bij haar vriendinnetje. Deze vrien din speldde haar ouders hetzelf de verhaal op de mouw. Samen gingen zij met een paar jongens in een auto naar Noordwijk, waar zij echter ruzie met hun cavaliers kregen. Beide meisjes loerden 's nachts om drie uur door de politie in Leiden aan getroffen, toen zij probeerden onderdak in een hotel te krijgen. „Ik zeg ook wel eens tegen de ouders: laat de vrienden of vrien dinnen van uw kinderen eens by u thuis komen; willen ze dat niet. dat is het beter dat uw kind ook niet naar die vriend of vriendin toegaat", aldus mej. Zeelenberg. Mej. ZEELENBERG (Pobo LD./Holvast) van de vorige eeuw wf-d er geket terd op „rijwielnozems' '(alleen da teert het woord „nozem" van deze tijd) en in de achttiende eeuw wa ren 't in Londen de adellijke jonge lui, die met vierspannen door de smalle straten joegen, die het moes ten ontgelden. Voor hetzelfde geld zou men kunnen spreken over „die ouders van tegenwoordig", uitge zonderd natuurlijk de nog altijd grote groep die doordrongen is van zijn verantwoordelijkheid. „Die oudens van tegenwoordig" lieten in de vakantiemaanden, die pas achter ons liggen, kinderen van acht, negen jaar van 's och tends vroeg tot de avond buiten zwerven zonder er een ogenblik naar om te kijken. Is het dan een wonder, dat de Leidse politie re gelmatig wordt geconfronteerd met gevallen van ontucht met kleine Jongens en meisjes ge pleegd? „En wij weten geen kwart van wat er gebeurt". „Die ouders van tegenwoordig" schaffen zich een televisie-toestel aan. Voor de kinderen, zeggen ze. Maar de kinderen krijgen er ge- Tegenwoordig is dat anders. De kinderpolitie in Den Haag. waar het allemaal een haartje erger schijnt te zyn dan in Leiden, kan er over meepraten. Zij heeft deze waterryke zomer er de handen vol aan gehad om vakantie vierende ouders op te sporen, wier kinderen uit de band waren gesprongen. „Nooit eerder was het zo erg met de jeugd gesteld, nooit zijn wjj zo vaak te hulp geroepen", aldus hoofdinspectrice mej. mr. M. van de Pol van de Haagse kinderpoli tie. Een Jongen van zestien Jaar zou tijdens de vakantie van zijn ou ders bij kennissen logeren. Hij brak evenwel in de ouderlijke woning in, bleef van zijn werk thuis, leefde dag en nacht met vrienden en vriendinnen in het huis en ging met kameraden ritjes maken in ge stolen auto's. Toen zijn ouders te rugkwamen, zat zoonlief in het huis van bewaring. Een meisje van zestien Jaar was alleen thuis. Een even oud vrien dinnetje kwam bij haar logeren. De ouders van het kennisje verzoch ten opsporing van hun wegge lopen dochter. De beide meisjes haalden jongens in huis en bouw den feestjes tot vroeg in de ochtend De telefoon in het huis werd niet opgenomen. De Haagse politie had dagen werk om het vakantie-adres van de ouders te achterhalen om toestemming te krijgen toch de wo ning binnen te gaan. Na lang aan dringen mocht dat, hoewel de moe der niet geloofde dat haar dochter zich zou hebben misdragen. Zij en haar man kwamen dan ook niet meteen naar huis. „Het was boven dien nog maar drie dagen en dan was de vakantie om". Een ander Haags ouderpaar bracht zijn 13-jarige dochter onder bij kennissen met een dochter van veertien. De beide meisjes gingen tijdens de vakantie evenwel in het lege huis wonen. Vrienden werden uitgenodigd voor feestjes. Buren meldden het de politie. De ouders van het veertienjarige meisje haal den de schouders op en zeiden: „Ja, ziet u, ze is zo onhandelbaar. Een vijftienjarige schone werd aan de grens aangehouden in ge zelschap van een Turk. Haar ouders waren met vakantie. Een ouder zus je had de leiding van het gezin. Zij vond het goed, dat het meisje mee naar Turkije ging: „Kan ze zien wat voor familie het is. Als het goed is. verloven zy zich daar". Soortgelijke gevallen komen ook in Leiden voor, zij het veel minde» frequent. Tenslotte een paar tips van mej. Zeelenbergpraat met vvo kinderen, vraag wat ze gaan doen, vraag wat ze gedaan heb ben, neem ook 'ns contact op met ouders van vrienden en vriendinnen, tolereer geen feest jes waarbij de kinderen het huls voor zich alleen hebben, zeg niet bij voorbaat „mijn kinderen zijn niet zo". Voor buurten waar veel kleine kinderen buiten spelent laten de moeders om de beurt even gaan kijken, niet opzichtig controleren, maar een snoepje brengen bijvoorbeeld. „Vele ouders hebben dit idee: als de kinderen geld inbrengen, zijn ze volwassen, dan heb je er niets meer over te vertellen. Dat is natuurlijk onzin. Zo lang ze nog thuis zijn, hebben ze zich te houden aan de regels van het huis. Ouders hebben nog altijd het recht ook tegen hun grote kinderen iets te zeggen. Zij heb ben het recht te weten waar hun kinderen zijn, of die nu acht of achttien jaar zijn", be toogt de hoofdinspectrice. „Dat hoeft helemaal geen bedil len zijn", vervolgt zij. „Het is na tuurlijk ook niet juist kinderen als onmondigen te behandelen. Praat met de kinderen in plaats van te verbieden. Praat met ze over een boek als „Ik Jan Cremer" in plaats van het weg te stoppen, als ze per sé dergelijke lectuur willen lezen. Niets smaakt zo zoet als een verbo den vrucht. Er moet wederzijds vertrouwen tussen ouders en kinderen zijn. Met alleen „wij vertrouwen onze kinderen" is men er niet. Ouders moeten ook het vertrouwen van hun kinderen winnen, proberen te behouden." Zij zegt, dat sommige ouders bang zijn voor ouderwets te worden aangezien (omdat dochter lief zegt: m'n vriendinnetje mag alles), „dan maar ouderwets". Zij heeft ook schoon genoeg van het eeuwige geklaag over die Jeugd van tegenwoordig". Het no zemprobleem is bijna zo oud als de mensheid. Nu zijn de brozems de kwaaie rakkers, aan hel eind De literaire kritiek schijnt op het moment de belangstelling te trekken, in die zin dat een uit gever en een tijdschrift er hun misnoegen over kenbaar hebben gemaakt. De uitgever is de Bezige Bij, die een tijd geleden een ge stencilde brief heeft rondgezonden waarin zij haar bezwaren tegen de dag- en weekbladcritici uiteen zette, bij wie vólgens haar me ning, niet genoeg continuïteit in de artikelen zat. In het meinummer van het letter kundige weekblad Merlyn is een uitstekend en juist artikel ver schenen over het onderwerp geti teld: „Analyse en Oordeel" van Boeken maakt J. J. Oversteegen, dat helaas in het julinummer werd gevolgd door iets van Martin Hartkamp dat ,,De Kritiek en het Genadeschot" heet. Het Genadeschot is in dit geval de roman van S. Vestdijk. Deze heer Hartkamp nu schrijft wat voorzichtig en vaag je weet toch maar nooit, zal hij gedacht hebben maar aan het slot van zijn vertoog komt de aap wel uit de mouw. Wij, de kritiek dus als geheel genomen, motiveren ons oordeel niet voldoende. wy han teren buiten-literaire maatstaven. Wy verknoeien de ons toegemeten ruimte met .small talk". Wy han gen onze mening op aan een de tail. Wy vatten te veel de inhoud samen, wy blyven aan de opper vlakte, maar wy zyn ook te per- soon'ijk. En minder dan tien pro cent van de kritieken beantwoordt aan de eisen die men aan een goe- Slot op pag. 2 Uw Wereld

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 9