Schandaal
Mat of pat
Verwarring rond sportvisserij
Verrassing
Kom er ACHT-er
e
m
n
Zaterdag 26 juni 1966
Pagina 4
Wekelijks bijvoegsel Uw Wereld
Bridgevraag van deze week:
Noord gever, parenwedstrijd,
NZ kwetsbaar. Zuid heeft:
10, 9, 6, 5, 6, 5, 4, O B,
6, 3, .f. 8. 5, 2.
Noord twee klaver ("grote
forcing) oost twee harten
zuid paste west twee
schoppen noord paste
oost paste. Wat moet zuid
doen?? Antwoord elders op
deze pagina.
BRIDGE
i I V**
Het toernooi om het wereldkam
pioenschap. waaraan Italië, Ameri
ka. Argentinië en Engeland recht
hadden om deel te nemen, is met
een enorm schandaal geëindigd.
Vóór de laatste dag begon (er wa
ren zeven speeldagen) werd offi
cieel bekend gemaakt, dat het En
gelse paar Reese-Shapiro wegens
incorrect spel in staat van beschul-
schuldiging was gesteld. De Ame
rikanen meenden, dat het opval
lend was. dat dit paar steeds bij
zonder goed terecht kwam, als
harten troef werd. Er werd een
geheim onderzoek ingesteld. Na
dagen zoeken, waarnemen en zelfs
fotografen zouden verschillende
neutrale waarnemers hebben vast
gesteld. dat deze Engelse spelers
elkaar met de vingers aangaven
hoeveel hartens zü in een spel in
handen hadden.
De Britten ontkenden alle
schuld. Zij stelden dat de Ameri
kanen (die reeds vroeger de Ita
lianen beschuldigd hebben) een
voudig slechte verlievers zijn, die
proberen hun tegenstanders zwart
te maken. Reese, een man van
groot intellect, zei voor de televisie
in Engeland, dat men toch niet
dacht dat hij en Shapiro zich zou
den bezondigen aan een schooljon
genstrucje.
De zaak werd ter afdoening over
gegeven aan de Britse Bridge Lea
gue: het zal wel een zeer langdu
rig onderzoek worden en slechts als
er overstelpende en duidelijke be
wijzen kunnen worden geleverd, zal
deze door de Amerikanen aange
bonden zaak een kans hebben tot
veroordeling der aangeklaagden.
Voor het wedstrijdbridge, en
vooral voor dat bridge op hoog in
ternationaal niveau is een derge
lijke affaire verre van bemoedigend
Daar het nu eenmaal zo gemakke
lijk is bepaalde ongeoorloofde sig
nalen aan een bridgepartner te ge
ven, neemt men aan dat de spelers
diedie hun land op het hoogste ni
veau moeten vertegenwoordigen,
boven elke verdenking staan. Ver
der is het ook een van de bijzon
dere attracties van bridge dè.t men
zichzelf beheersen moet en men
zich niet moet laten verleiden tot
hulpmiddelen die het tekort aan
kennis zouden kunnen aanvullen.
De Italianen, die met zéér groot
verschil van Engeland wonnen, stel
len zich achter de Engelsen, waar
tegen zij altijd bijzonder sportieve,
correcte wedstrijden hebben ge
speeld. Zo is men aan de top van
de bridgewereld thans in verwar
ring en zelfs ontzet, dat het mo
gelijk was dat een dergelijk schan
daal bij zo'n toernooi heeft kunnen
ontstaan. Het hardst is de slag na
tuurlijk in Engeland aangekomen.
Reese-Shapiro zijn daar een begrip,
dat de Engelse bridge-superioriteit
in de wereld vertegenwoordigt.
Zélfs waneer de schuld van deze
spelers niet of niet overtuigend zou
komen vast te staan, zal men van
dit geval een zéér nare nasmaak
overhouden.
Goed is het in dit verband nog
eens vast te stellen, dat van de
aantijgingen die de Amerikanen na
1958, toen zij in Como van Italië
verloren, openbaar over de Ita
lianen rondstrooiden, niets over is
gebleven. Haast zou men kunnen
zeggen integendeel, want de Ro
meinen en de Napolitanen hebben
talloze malen nadien hun 'onge
ëvenaarde, op pure techniek geba
seerde superioriteit bewezen.
Misschien is er iets \»or te zeg
gen, deze toernooien in de toekomst
te laten houden op de wijze, zoals
al in Italië geschiedt. Door een
schermpje boven de tafel, kan een
speler wél zijn twee tegenstanders,
maar niet ziin partner zien, Het is
misschien niet erg elegant om op
die manier te moeten spelen, het
voorkomt in elk geval de mogelijk
heid, dat op elkaar afgunstige te
genstanders verdenkingen zouden
kunnen hebben van minder cor
rect spel.
Het is immers beter te voorkomen
dan te genezen en zo'n maatregel
zou de sfeer aanmerkelijk kunnen
doen opklaren. In elk geval zal aan
het tijdperk van al dan niet ge
gronde verdenkingen een einde
Ti-
N
moeten komen, want zou men daar
in niet slagen dan lijkt deze vorm
van internationaal bridge op z'n
laatste benen te hebben gelopen.
Wat de doorsnee-bridger misschien
koud zal laten, maar wat voor de
vooruitgang van dit fascinerende
spel bepaald een verlies zou bete
kenen.
H. W. FILARSKI.
Antwoord op bridgevraag:
Deze fantastische situatie
geeft aanleiding tot de vraag
„Waarom paste noord op
twee schoppen?" Het ant
woord luidt, dat noord er
zéker van mocht zijn dat
zou bieden, want „twee kla
ver" is nu eenmaal forcing.
De zuid in kwestie, in zijn
wanhoop, doubleerde hij
wist niets beters. Dat bleek
precies te zijn wat noord
wilde weten: zijn volgende
bod waszes schoppen en
dat maakte hij! Noord had
A, H, V, 7. 9 8. A, H,
V. 9. 4. «f» A, H, 6 terwijl
west slechts twee kleine
schoppentjes had. Maar west
had natuurlijk sterke har-
tensteun voor zijn partner
en had gehoopt. NZ met het
bod van twee schoppen uit
het goede contract te bluf
fen. Had u met het noord-
spel in de tweede biedronde
óók gepast? Zo ja, dan hebt
u een héél goede partner!
In het oude schaakspel
Arabieren, het Schatraudsch, kent
men drie manieren waarop de
overwinning behaald kan worden
n.l. door het veroveren van alle
stukken van de tegenpartij, de z.g.
berovingszege; dan door het mat-
zettcn van de vijandelijke koning
(zoals in ons schaakspel dus) en
ten derde door het patzetten van
die koning. In ons tegenwoordige
schaakspel geldt het pat zetten als
van minder waarde dan het mat;
bij pat eindigt de party dan ook in
gelijk spel, remise. Zelfs in door
sommige oude meesters zoals Ber-
trie en Stamma (midden 18de
eeuw) de pat-gezette wel als over
winnaar beschouwd.
In ons tegenwoordige schaakspel
is het bereiken van pat voor de
gene, die dreigt te verliezen een
vreugdevolle, voor de zich reeds
wanende een ontgoochelende ver
rassing. Want verrassend is het
pat steeds.
Vaak hebben eindspelcomponis
ten het pat als motief voor compo
sities gebruikt. Hier een tweetal
van de beroemde Henri Rinek
(1870—1952).
SCHAKEN
Na 1. Kf2g3, h7h52. e2—e3?
d6d5!3. Kg3—f4, Khl—h2 en
zwart wint.
L
m
m
:v;
n -
i
HÉ
SS
n
mm
m
Wit i
zet,
1. Phl—f2, Te3elt (op Tf3 volgt
Lh6 of g7 en na Txf2, Ld4 of e3t).
2. Kcl—d2. Tel—e2+ (Tfl dan
Ke3>; 3. Kd2—c3, Te2xf2; 4. Lf8
c5t; Kb6xc5; 5. pat.
Op 1. Kcldl volgt Tf3
Kom er ACHT-er
1. clips van vulpen aan andere kant
2. man in lantaarnpaal zijn hoed
3. raampje meer in huis
4. jaszak kleiner man
5. koplamp auto
6. letter weg op taxi
7. handvat paraplu
8. vuilnisbak
yü «sm
1
a
m
1
m
ii
1
m m m
,2
m
i
Op 1. Kd2 of b2 of c2 volgt Th3;
2. Pf2, Tf3; 3. Lg7, Txf2t; 4. Kc3,
Kb5 en zwart wint.
Wit aan zet, remise.
1. Kf2g3, h7h5; 2. e2—e4, Khl
ge; 3. e4e5, d6xe5; 4. pat!
Andere varianten: 1. Kf2g3, Khl
gl; 2. Kg3xg4, Kgl—f2; 3. Kg4
—f5 enz. remise.
-
4
i
1
2J
1
1
i
i
Wit i
zet,
De derde compositie is van
Troitzky.
1. Pc6xb4, c5xb4; 2. Lh6—f8,
a3a2; 3. Lf8xb4, a2al D (T); 4.
Lb4c3, Dxc3 pat.
Door persbericht van ministerie
Welke heren minister Biesheu
vel hebben geadviseerd bij het ont
werpen van de nieuwe Visserywet
is my onbekend, maar dat zü een
verwarrende kyk op zaken hadden
met betrekking tot de begrippen
„gewone hengel" en „speciale hen
gel" staat nu wel als een stevige
paal boven water.
Wat is namely k het geval'
Oorspronkelijk gaf de minister
een rijtje diverse aassoorten, die
het kenmerk zouden zyn van het
begrip „gewone hengel". HierbU
kwam de kunstvlieg niet voor, zodat
het vissen met dit kunstmatig „in
sect" niet alleen onder „speciale
hengel" kwam te ressorteren, maar
ook moest wachten tot 1 juli.
Op 28 mei echter één dag voor
het nieuwe seizoen begon ver
scheen er een persbericht van het
Ministerie van Landbouw en Visse
rij, waarin werd vermeld dat be
halve insecten en insectenlarven
ook nabootsingen daarvan moch
ten worden gebruikt, wanneer de
grootste afmeting niet meer dan
2% cm. zou bedragen. c
Heel fyn. De vliegvissers, zich
al maanden verheugend op de grote
dag, mochten tevreden zijn. En dat
weren ze ook.
NIETS ZINNIGS
Een levensgrote begripsver
warring is nu echter ontstaan in de
kringen der sportvissers en bü de
met het toezicht belaste ambtena
ren door de titel van het persbe
richtje. Het luidt namely k:
Kunstaas en kunstvlieg toegela
ten voor de gewone hengel.
De meeste publiciteitsorganen
radio en televisie incluis namen
deze titel, uiteraard, over en het
gevolg is nu, dat vrywel niemand
iets zinnigs kan vertellen over
kunstaas, kunstvlieg, nabootsing
en het al of niet ressorteren ervan
onder gewone of speciale hengel.
Een prachtig voorbeeld overigens
van de wyze waarop door het niet
juist interpreteren van begrippen
een grote chaos kan ontstaan.
Want wat is het geval?
De sportvisser kent 'n groot aan
tal zgn. „natuurlyke" aassoorten
althans voor een vis eetbare aas
soorten en hy kent tevens een
aantal aassoorten die óf uiterlyk
óf slechts door toedoen van de
sportvisser op aassoorten gaan ge
lijken.
De leek nu noemt iedere niet
eetbare of niet „natuurlyke" aas
soort „kunstaas".
Zelfs deeg in tube, graan in pot
jes of pasta in doosjes woordt
„kunstaas" genoemd.
Nabootsingen van maden, mie
ren, wormen, kikkers, visjes, torren
en kevers, gemaakt van gelie-plas-
tic, worden eveneens „kunstaas"
genoemd.
Vliegen, nymphen, mieren, mug
gen, motten, spinnen en vlinders,
gemaakt van vogelveren, worden
eveneens „kunstaas" genoemd. Le
pels en plugs, jigs, spinners en
pillers zgn. levende-prooi-imite-
rende-hulpmiddelen worden ook
weer „kunstaas" genoemd.
OP EEN HOOP
Kortom, voor het gemak worden
al deze imitatie-aassoorten op één
hoop gesmeten, maar hoe onzinnig
het is ze onder de verzamelnaam
kumstaas" te betitelen, wordt pas
duidelyk, wanneer men de totaal
verschillende methoden van vissen
erbU gaat betrekken.
Men komt dan tot de conclusie
dat men b.v. een gasaansteker
onder het begrip „vuurwapen" kan
onderbrengen.
Luistert u maar even. En mis
schien kunnen de heren die in de
toekomst de heer Biesheuvel op
nieuw moeten adviseren ook even
het oor lenen.
Wanneer wy een visser ontmoe
ten aan Amstel of Kaag, Hilver-
sums Kanaal of Koninginnegracht
en hy vist met een gewoon hen
geltje, met dobber, iyn en haak,
kan men toch moeilyk volhouden
met een kunstaas visser van doen
te hebben omdat de men toevallig
geen echter, maar een nam aak
made op de haak heeft gestoken.
Wanneer wy een andere man in
de ondiepe polder bezig zien met
lange lijn, soepele hengel en kunst
vliegen, is het duidelyk een vlieg-
visser te aanschouwen en niemand
kan volhouden een kunstaasvisser
aan de gang te zien. Maar zien
wy een visser uitgerust met spin-
hengel, werpmolen en een lepel,
spinner of plug onderaan deiyn,
dan is er geen misvatting mogelyk;
hier wordt duidelyk en onmisken
baar met kunstaas gevist.
IMPORT
Wy moeten één ding niet verge
ten. By na alle onderdelen van de
moderne sport visser y zyn geim-
Het vissen met kunstaas
m.a.w. het vissen met levende
prooi imiterende hulpmiddelen
is uitsluiten en alleen op roof
vis gericht. Het is een vissery die
onder de vorige wetgeving onder
het begrip „sleephengel" viel en nu
onder „speciale hengel". Zeer juist,
want het is begonne, de snoek en
baars te beschermen.
In Engeland en Amerika wordt
deze wyze van vissen „spinning"
genoemd en by ons „spinnen" of
„kunstaasvissen". Het vissen met
kunst vliegen is in Nederland uit
sluitend gericht op de vangst van
blank- en ruisvoorn; het is een
wyze van vissen die in Engeland
en Amerika „fly fishing" wordt ge
noemd en by ons „vliegvissen".
De methode waarop het vliegvis
sen gescheidt, samen met het ver
schil in materiaal, maakt verwar
ring met b.v kunstaasvissen on-
mogeiyk.
De vissery met alle ander na
maak-aassoorten imitaties of na
bootsingen genoemd is gebleven
wat zy altyd was. Want er zit geen
verscnil in het vissen van onze
grootvader, die met echte wormen
de baars achter de broek zat en on
ze zoon die het met weke namaak -
piere doet.
Deze visserij is noch te verwar
ren met kunstaavissen, noch met
vliegvissen.
BABYLONISCH
De titel van het persbericht van
28 mei is dus erg verwareend:
Kunstaas en kunstvlieg toegela
ten voor de gewone hengel.
Kunt U de acht afwy'kingen in de beide bovenstaande tekeningen
vinden? De juiste oplossing vindt U elders in dit By voegsel.
i wint.
Een grote veirassing in het derde
wereld-damtoernooi te Hoogezand-
Saappemeer, dat op 2 juni van
start ging, was ongetwijfeld de ne
derlaag van de Russische wereld
kampioen Tsjegolev in de vierde
ronde tegen de 15-jaiige Amster
dammer, Tonij Sijbrands. Tsjego
lev, die op dat mament met drie
winstpartijen aan de leiding ging,
zag zich voor het eerst na zijn op
treden in West-Europa geklopt.
Sijbrands had niet zo'n goede
start. Hij begon met een verlies-
party tegen de Kongolees F. Chi-
quito Nimbi en twee remises. Maar
zijn winst op Tjegolev maakte
Een party geheel
klassieke genre en dat is voor ons
ook al weer een verrassing. In zyn
wedstrijden in West-Europa zagen
wij dit nog niet eerder van hem
Sybrands, wit. Tjegolev, zwart.
1. 32—28. 16—21; 2. 31—26, 11—
16; de witspeler accepteert direct
de gelegenheid om een mogelijk
Roozenburg-spelsysteem van zwart
tegen te spelen. Zwart echter blijkt
toch wat anders te zoeken. Hy geeft
wit de gelegenheid tot de ruil met
2823. 3. 37—32, 18—23; zwart
speelt het R.-systeem niet en gaat
over tot de klassieke party. 4. 36
31, 12—16; 5. 41—36, 17—22; 6.
26x 17, 22x 11; 7. 46—41, 16—21;
8. 31—27. 21—26; 9. 41—37, 7—12;
10. 34—29, 23x34; 11. 39x30, op
direct 34—30. 20—25 zoekt wit naar
een goed tempo. Dit is lastig of het
zou 37—31 moeten zyn, maar daar
voelt hy, o.i. terecht, niet voor.
11. 20—25; 12. 44—39, 25x34;
13. 39x30, 15—20; 14. 30—25. 20—
24; 15. 43—39, 18-t23; 16. 40—34,
14_20; 17. 25—14, 9x20; 18. 49—43,
12—18; 19. 34—30, 20—25; 20. 39—
34, 4—9; 21. 34—29, 25x34; 22.
29x40, 10—14; 23. 43—39, 5—10;
24. 40—34, 14—20; op nu 34—30
volgt weer 2025, waardoor de
witte korte vleugel minder goede
ontwikkelingsmogelijkheden krijgt.
Wit schakelt daarom over naar een
andere formatie. 25. 4540, 812;
26 50—45, 10—15 27. 37—31,
26x37; 28. 42 en 31, 12—17; 29. 48
—43. 2—7; 30. 47—42, 7—12; 31.
42—37, 24—29; 32. 33x24, 20x29;
33. 3530, 914; zie diagram.
Het onderscheid dat ik dit op
schrift gemaakt wordt tussen
kunstaas en enerzyds en kunstvlieg
anderzyds, doet vermoeden dat men
enig weet had van de klepel, maar
de klok niet kon ontdekken.
Maar afgezien nog van het feit
dat men met een gewone hengel,
noch met kunstaas, noch met
kunstvliegen kan vissen, worden de
kunstaassoorten om roofvis te van
gen verward en dooreengesmeten
met kunstvliegen en imitaties, die
met de vangst van witvis te ma
ken hebben.
Door deze zeer onjuiste interpre-
tate van ingeburgerde begrippen
zullen er heel wat bekeuringen zyn
gevallen, want het aantal sportvis
sers, dat er in de maand juni met
spinhengels, lepes, plugs, spinners
en goede moed op uittrokken is
zeer groot geweest.
En in feite hebben zy de over
tredingen te wyten aan miesleiding.
Voor de gemoedrust van alle
partyen zou het daarom zeer wen-
selyk zyn wanneer er met wat
meer zorg werd omgesrpongen met
termen, die op zich zelf bepalend
zyn, maar die, verkeerd gebruikt,
tot een Babylonische verwarring
kunnen leiden.
JAN SCHREINER
DAMMEN
jfe
SS
n
9
9
n
9 9
m
9
m
m
m
m
i
M
ÉS
1
m
O
M
O
m
Sf
S
IS
JJ
e
sy brands
Op nu 39—33 kan zwart 3—8
33x24; 17—22, 28x17, 11x22. Wii
heeft dan wel een stuk meer maar
heeft er gezien zyn positie bitter
weinig aan. Niet goed voor zwart
is het volgende: 39—33, 17—21*
27x7, 1822; 7 x 20,15 x 44; 33 x 13,
22 x 4237 x48. Dit kost zwart drie
stukken en hy kan geen dam
halen op 49 wegens 31—27 en ook
niet op 50 door 32—28 en 31—27
met schijfverlies. En wit dreigt met
43—39. 34. 40—35. 29x40; 35. 35x44,
15—20; 36. 44—40, 20—24; 37. 30—
25, 38; wit mag 17—22, 28x 17,
11x22 natuurlyk niet toelaten 38.
27—22, 18x27; 39. 31 x22, 11—16;
op 17—21 volgt: 22—18, 13x35;
45—40, 35x44; 43—39, 44x31;
36x9 met een gewonnen eindspel
dachten we zo. 40. 22x11, 6x17;
41. 3833 (3933 mocht niet
wegens 24—30, 23—#9 en 17—22)
13—18. Zwart moet letten op twee
dreigingen: de Coup Royal en 3
3429. Misschien geeft 17—
28x17, 12x21 nog een remi
brengende verdediging? 42. 4338
(dreigt 32—27) 18—22; nu geeft
3227 niets want zwart slaat
met 22x42. 43. 37—31, 23—29; 44.
31—27, 22 x 31; 45. 36x27, 813;
46. 40—34, 29x40; 47. 45x34, 13—
18; op 24—30 volgt: 34—29, 30—35;
39—34 met dreiging 34—30. 12—18
kan niet wegens 27—22. 48. 34—29,
1—7; 49. 29x9, 19—23; 50. 28x 19,
18—22; 51. 27x18, 12x3; 52. 25—
20, 39; 53. 20—15, 9—14; 54.
33—29, 17—22; 55. 29—24, 16—211
56. 24—20, 14x25; 57. 15—10, 25-
30; 58. 104, en zwart gaf op. Een
partij die verloren ging door de
Coup-Royal dreiging en de drei
ging 393429.
Tot besluit een spelfragment uit
dit toernooi tussen de Zwitserse
kampioen J. T. Cazemier en
Okrogelnik uit Heerlen.
Okrogelnik
Hier ging het: 39. 34—30, 24—29!
dreigt schijf winst door 1822. Wit
dacht nu dat hy kon spelen: 40.
2823 maar heel listig volgde
29—33; 41. 23x12, ad. lib. 9—14;
42. 38x29, 26—31; 43. 27x36,
21—26; 44. 12x21, 26x49!
F. GORDIJN.