mi
Unieke samenwerking
op cabaret-gebied tussen
België en Nederland
r
DANSEN IS PRATEN
IT JE LICHAAM'
Twintig jongens
maken een film
Zielig
j LS de dood was ik om dat nummer te doen. Als ik het toneel
/k opkom, ben ik zeer nadrukkelijk Toon Hermansmet stro-
hoedje, ballonetje, vestje en blij-zijn-gebaartjes. Alle typische
Herman-dingetjes. De mensen lachen dan ook. Maar het is levens-
gevaarlijk: óf het is een goedkope imitatie en dan ga je afóf
nou ja, dan is het goed". Cees van Oyen kijkt nog zorgelijk alsof
hij zo weer het toneel op moet om zijn Hermans-persiflage te
brengen. Als hij het nu iveer zou doen, zou hij zich overigens ge-
steund weten door de uitspraak van een jury met klinkende namen
als Wim lbo, Wim Sonneveld, Conny Stuart, Albert MolCor Le-
maire en Hetty Blok. Zij kenden Cees van Oyen vorige week op het
ICC-cabaret-concours de derde prijs toe. Achter Paul van Vliet
en Eva Gosler schaarde deze 28-jarige Leidse cabaretier zich onder
de Nederlands topcabaretiers, die in de naaste toekomst hun be-
1 loften moeten gaan inlossen.
heeft jaren geleden niet stilgeze
ten. Van alles en nog wat deed hjj,
Minjon-Leiden had in hem een
van de oprichters, amateurtoneel
groepen deden nooit tevergeefs een
beroep op hem en voor het orga
niseren van jazzconcerten draaide
hij zjjn hand niet om. In die tijd
hij was toen een jaar of twintig
waren de plannen er al: het ca
baret. Hij speelde toneel, speelde
gitaar, zong liedjes: maar dan komt
de Grote Kans: bij tijd en wijle
organiseert de Nederlandse Radio
Unie een cabaret-cursus. In okto
ber 1961 was het weer zo ver, Cees
van Oyen rook zijn kans en werd
toegelaten.
Doofpot
Het is razend druk geworden
op de ruime zolderetage aan de
I Rijnsburgerweg in Leiden, waar
Cees en Tiny van Oyen sedert hun
1 huwelijk wonen. Radiowerk, tv-
werk en daarbij nog iedere avond
op de planken met Cees van Oyen's
„vaste" werk: het Haarlemse caba
ret „Adam en Eva" van Frans en
F iet Koster, dat op het ogenblik op
treedt in de Doofpot van Max Tail
leur in Amsterdam. Twee jaar lang
werkt Cees van Oyen in „Adam
en Eva", maar in september houdt
hij er mee op. Dan gaan er een
heleboel dingen gebeuren. Helemaal
precies weet hij het zelf ook nog
niet, maar er staat heel wat op
stapel. Zijn ideaal: een eigen ca
baret („one-man-show is zo'n el
lendig woord"), opgebouwd rond
Cees van Oyen, met natuurlijk
vriend en trouwe begeleider Joop
Stokkermans. De basis voor een
dergelijk programma is al gelegd,
I want Cees en Joop verzorgden al
l enkele malen een avondvullend
I programma, onder meer voor per
soneelsverenigingen. Maar het moet
gtoter, beter.
Techniek
„Natuurlijk leert geen enkele
cursus iemand iets op artistiek ge
bied", zegt Cees. „Maai* ik heb er
veel techniek opgedaan: praten,
zingen, bewegen en zo". Dat hij er
In Leiden
door
MARIUS
VAN RUN
J „Weet je wat ik het liefst zou
.1 doen? In Leiden optreden, voor K.
Ij en O. of zo, met een eigen pro-
gramma. een eigen cabaret".
Enthousiast praat Cees van Oyen
over zijn plannen, „want", vindt
hij, „in Leiden gebeurt zo weinig
LD op cabaretgebied. Ik weet niet
waar het aan ligt, maar soms dan
iets.
wat:
jazzconcert of zo, en dan komt er
Igeen hond". Daar kan hij van
meepraten, want Cees van Oyen
geboren en getogen Leidenaar
veel geleerd heeft is duidelijk, want
toen de cursus ten einde was en
er van het eindexamen tv-opnamen
werden uitgezonden, betekende dat
de grote ommekeer in de loopbaan
van Cees van Oyen. Frans Koster
van het Haarlemse cabaret „Adam
en Eva" bood Cees een plaats in
zijn cabaret aan. Met beide han
den accepteerde hy die. en hij zei
zijn laatste werkgever, de Leidsche
Onderwijs Instellingen vaarwel.
Daarvoor had hij allerlei banen
gehad, bij Zaalberg, bij een reisbu-
KOMEND TV - SEIZOEN
reau en bij Airtour „Een fijne
tijd", is Cees van Oyens oordeel
zijn „paradijstijd" in Haarlem. Hij
aarzelt als hij zijn eigen stijl moet
typeren. „Ik zou zeggen: cabaret
met een beetje toneelmatige inslag,
ja, zoiets is het wel. Ik houd er
van om „mannetjes" neer te zet
ten, verschillende typetjes tegen
over elkaar". Dat deed hij ook in
een van zijn nummers op het ca
baretconcours in het Nieuwe de
la Mar-theater in Amsterdam.
Wachtkamer
„Wachtkamer" heette dat num
mer en het was door de jonge Vla
ming Jos Ghijsen geschreven.
„Daarnaast heeft mijn werk een
sterk muzikale inslag", vindt Cees,
iets, waaraan de nauwe betrekkin
gen met Joop Stokkermans niet
vreemd zullen zijn. „O, soms zie je
van die fijne mensen, zo maar, op
straat". Cees van Oyen vertelt met
glinsterende ogen. „In Leiden heb
je een marktkoopmannetje met
snelbinders en drop. Dat mannetje
doet geweldige dingen". De paro
die, de persiflage, in die richting
ligt de voorkeur van deze jonge
cabaretier. „Ik wil niet hekelen of
scherp zijn", vertelt hij, terwijl
witte poes Kronkel spinnend en
verharend tegen zijn been schuurt.
Teksten
Veel van zijn teksten krijgt Cees
van Oyen van jonge schrijvers. Zo
heeft hij veel contact met Hans
Andreus en de Hagenaar Kees van
Kooten, die hun sporen op dit ge
bied al verdiend hebben. Soms pro
beert hij het zelf ook wel eens,
zo'n tekstje in elkaar draaien,
maar veel verder dan „prullebak-
werk" brengt hij het op dat gebied
niet, al zal dit vernietigend oordeel
zijn wortel wel vinden in een beetje
bescheidenheid van Cees van
Oyen. „De mensen gaan naar ca
baret vaak alleen op de naam: ze
willen Toon zien, of Wim, of ande
re Wim. Wat er dan zo bijkomt in
het cabaretprogramma, doet er
eigenlijk niet zoveel toe". Dat i6
een van de redenen waarom Cees
zélf een programma wil brengen,
maar: vooral geen imitatie" .alsof
hij schrikt van de gedachte alleen
al „Imiteren is een vak apart.
Neem maar Frans van Dusschoten.
Die bestudeert zijn onderwerp bij
na wetenschappelijk. Ik geef meer
een impressie van de persoon, die
ik op het oog heb." Daarom „doet"
Cees van Oyen Toon Hei-mans, Ko
van Dijk, John Soer of wie dan ook
zonder dat hij ze imiteert. Dat is
zijn grote kracht, maar het is o, zo
moeilijk. Deze specialiteit vierde
hij het eerste bot op John Soer, toen
hij nog heel jong was. „Vol angst
en beven wachtte ik het resultaat
en de reactie van John af", zegt
Cees. Die reactie was zo goed, dat
zij nu nog steeds hele goede vrien
den zijn.
„Weet je wat mooi werk is: met
kinderen iets doen". Dat zegt Cees
naar aanleiding van het grammo
foonplaatje, dat hij binnen
kort gaat maken met de Leidse
Sleuteltjes. Hij zingt op een EP-tje
vier vertaalde liedjes van Danny
Kaye in een soort dialoog met de
Sleuteltjes. „Heerlijk is het", vindt
h«.
Andere brokjes toekomstmuziek
zijn een optreden in een cabaret-
programma voor de televisie op 23
juli, een optreden bij Wim lbo in
oktober, een programma van 35 mi
nuten voor de KRO-televisie
in september, terwijl er verder
plannen zijn voor een optreden met
de Leidse Sleuteltjes op de grote
Leidse middenstandstentoonstelling
„Leidato". Dat betekent dus druk
ke maanden voor Cees van Oyen.
Zijn vrouw Tiny vat het laconiek
op, dat haar man vaak weg is. „Ik
vind het prachtig, wat hij doet en
daarnaast: je went eraan", zegt ze.
Lachend voegt ze er aan toe: „Ik
heb helemaal geen talent voor ca
baret, zegt mijn man".
Uniek
jij
(laar.
schijnt deze jongeman met
het guitige gezicht te roepen.
Dat lijkt maar zo, want hij
is aan het zingen. Dat is na
melijk zijn beroep en hij doet
het zo goed, dat hij bekend is
geivorden en vanavond in het
tienerprogramma „Combo"
voor de AVRO-televisie op
treedt (Nederland II - 20.50
uur). Zijn naam is Jimmy
Gilmer en hij komt uit Ame
rika. Hij ivordt begeleid door
een Belgische band „The
Pebbles". In „Combo" treden
vanavond ook op The Magie
Strangers, de Rianta's en
Margie Ball. Het programma
wordt als gebruikelijk gepre
senteerd door Jos Brink en
AVRO's reizende dancing
voor tieners sloeg zijn tenten
voor deze uitzending op in
het Arnhemse Musis Sacrum.
Werken
"N
„Dat danst en doet maar",
is de ietwat uitdagende titel
va:i een aardig pasversche-
nen boekje van de jeugd- en
kinderschrijfster Miep Diek-
mann. Het is bestemd voor
de danslustige jeugd, die er
o.a. dit uit kan leren: ..Dan
sen is praten met je
lichaam". „Op dansles leer je
woorden, waarmee je li
chaam praat. Dansen is ge
zonder dan je denkt voor je
lichaam, als de grondbewe
ging juist is. Maar nog ge
zonder voor je zelfvertrou-
wen. Dansen bevrijdt je".
Het boekje wil de tieners ver
trouwd maken met de omgangs-
i-ormen op de dansvloer. Het
bevat informatie over o.m. hou
ding, hygiëne, kleding en ero
tiek. Miep Diekmann zei bij de
uitreiking van het eerste exem
plaar dat de opzet is. „de on
zekerheid in het contact tussen
jongens en meisjes weg te ne
men". Vooral de tieners weten
vaak met hun houding geen
raad. De schrijfster hoopt, dat
haar pennevrucht zal bijdragen
tot betere omgangsvormen on
der de jeugd.
Het boekje is uitgegeven door
het katholiek cultureel verband
van dansleraren „San Filippo
Neri" en de eerste twintigdui
zend exemplaren zijn gestuurd
naar de r.-k. dansscholen en
aan de besturen van neutrale
danslerarenorganisaties. „Dat
danst en doet maar" zal gratis
worden verstrekt aan de r.-k.
cursisten die in september hun
eerste onwennige schreden op
de dansvloer gaan zetten. Het is
de bedoeling, dat de onderwer
pen in het boekje, tijdens de
dansles worden besproken.
In het boekje wordt geen
rooms-katholieke visie op de
danskunst gegeven; het is ge
schreven voor iedere danslus
tige. Daarom zouden ook niet-
katholieke dansinstituten dit
boekje onder de aandacht van
hun cursisten kunnen brengen.
Dan kunnen al te verlegen
tieners althans met hun lichaam
een zinnig gesprek voeren.
Maar een van de belangrijkste
plannen (en tevens nog een van
de vaagste) is iets totaal nieuws in
de Nederlandse cabaretwereld: een
intensieve samenwerking op caba
retgebied met België in de vorm
van een Vlaams-Nederlands caba
ret. In het komende televisiesei
zoen gaat dit cabaret (als de plan
nen verwezenlijk worden en daar
ziet het op het ogenblik echt wel
naar uit) een serie programma's
op de Nederlandse en Belgische
schermen brengen. Cees van Oyen
is een van de centrale figuren bij
deze unieke vorm van samenwer
king. „We kwamen eigenlijk op het
idee naar aanleiding van een lang
speelplaat met Vlaamse cabaretiers,
„Kleinkunstland", zegt Cees van
Oyen „In België bloeit cabaret
helemaal niet, het is een beetje
achtergebleven gebied, tenminste
wat de publieke belangstelling er
voor betreft. Want er zijn uitste
kende cabaretiers, die echter alles
als hobby doen. Daarnaast hebben
ze functies bij de radio of televisie.
Er is geen afzetgebied voor caba
ret". Dat is zonde van al het ta
lent. dat er wel degelijk in België
aanwezig is en in de samenwer
king, die op het programma staat
hoopt men het Belgische publiek te
laten zien. dat het echt wel kan
en het Nederlandse publiek met de
goede cabaretiers uit België te la
ten kennismaken.
Twintig jongelui in Milaan hebben in anderhalf jaar tijd en met
80 miljoen lire (ongeveer 16.000 gulden) een avondvullende wild
west-tekenfilm in kleuren gemaaktgetiteld: „West and soda"
Voor alles is gezorgd, behalve voor een verhuurder om de film
in de bioscopen te brengen. Maar dat komt misschien ook wel in
orde. In juli gaat de film in roulatie, is de bedoeling.
Producent Bruno Bozzetto en zyn
medewerkers, die allen tussen de
20 en 30 jaar zijn, hebben de titel
gekozen omdat die echt Amerikaans
klinkt, net zo als whisky and soda.
Of is dat soms niet waar? „De
film", zegt de 27-jarige Bozzetto die
al een aantal korte tekenfilms op
zijn naam heeft staan, „is bedoeld
als een gemoedelijke parodie op de
klassieke wild-west-films van
Hollywood"
De inhoud: een meisje, een wel
gevormd schepseltje, is eigena
res van een paar hectaren land,
die een gemene eigenaar van een
veeboerderij haar wil ontfutselen.
Hij huurt daartoe twee schurken:
een man met een vooruitgeschoven
kin en een en al ellebogen, vingers
en pistolen met mooi versierde kol
ven. En een individu met een en al
tanden en bakkebaarden. Deze
doortrapte schurken komen op
pony's als olifanten aanrijden om
het arme meisje de stuipen op het
lijf te jagen.
Maar alles loopt wonder boven
wonder goed af, want een goed
hartige cowboy, die het meisje zeer
en teer bemint, redt de situatie,
na heel, héél lang aarzelen. Hij is
een bliksemsnelle schutter, maar zo
goedhartig, dat hij nooit anders
dan op conservenblikjes schiet.
Verder zijn er nog de steriotiepe
bijfiguren voor de wilde sfeer: de
doodsbange pianist in de kroeg en
de vingervlugge artiest met de
kaarten.
Bozzetto's geestdriftige Jongeren
hebben alle tekenbeelden zelf ver
vaardigd. De vader van Bozzetto,
die een chemische fabriek bezit, leg
de de helft van het geld op tafeL
Een scepticus zegt: „Een dergelijke
onderneming zou een half miljard
lire moeten kosten om te kunnen
slagen".
Het is zielig gesteld met de Indo
nesische jeugd. Persbureau Antara
heeft het onthullende nieuws ge
bracht, dat er via Radio-Indonesia
geen uitzendingen meer zijn, waar
in elektrische gitaren, rock and roll,
boogie woogie-, jazz- en twist-
muziek kunnen worden beluisterd.
Hans Andreus heeft zijn mede
werking al toegezegd voor teksten,
terwijl bekende Vlaamse tekst
schrijvers ook meedoen. De eerste
contacten zijn twee maanden gele
den op een bijeenkomst in Antwer
pen gelegd. Dick van Bommel gaat
de Vlaams-Nederlandse produktie
verzorgen. Het is een heel klein
groepje, dat het cabaret zal
presenteren: Cees van Oyen en
Jef Murf, een 35-jarige Vlaming.
De komende maanden betekenen
al met al: hard, heel hard werken
voor Cees van Oyen. Werken aan
^en toekomst, die er voor deze ta
lentvolle jonge cabaretier op het
ogenblik heel rooskleurig uitziet.
JWTOPTIENJWTOPTIENIWTOPTIEN
Pu
O
b-
2
DJ
P
Oh
O
E-
1 A ticket to ride (The Beatles).
2 Bring It on home to me (The Animals).
3 Goldflnger (Shirley Bassey).
4 The last time (The Rolling Stones).
5 Goodbye my love (The Searchers).
6 Heart of stone (The Rolling Stones).
7 - Goodbye to love (Margie Ball).
8 Catch the wind (Donogan).
9 That'll be the day (The Everly Brothers).
10 Bumble Bee (The Searchers).
-3
O
*13
►-a
M
2
-3
O
-d
N3IldOIMlN3UdOTMlN3ITdCXLMl
Leiden schijnt een goede omgeving te zijn
voor de ontwikkeling van jonge, veelbelo
vende cabaretiers. Na het overrompelende
succes van Paul van Vliet (ex-studenten
cabaret, nu Pepijn-man) doet nu een andere
jonge Leidenaar van zich spreken: Cees van
Oyen, 28 jaar en derde prijswinnaar in het
onlangs door het ICC uitgeschreven caba-
reteoncours. Er staat heel wat op stapel op
cabaretgebied en daarover vertelt Cees van
Oyen in dit interview.