Lódaline
groen
SCHEEPS
BERICHTEN
öe wmö RICHARD MASON
Lezen ^£rt^a,in9
„Nu, hU zei: „Ik -
vertuigd dat wij een natie van 1
»ndmg in India' te volbrengen hi
precht en op zyn minst twee<
Maar hy had óók 'n zei
n£.
y is 'n landedelman. We noemen
em nooit^ oom; hy ^is altyd „de
ishdt' todjonkèrtSt|epaird.S terwijl
ij de ronde jtel^om z«n bezit-
rlasten.^dlè "h" vtrplichteIlsVate
ragen. Hij was zo'n vijftig jaar ge-
den in Cambridge, toen alleen de
erd - hij was
me om. Twee of
met lanoline
PANDA EN DE DRUMDRUMS
Holland derde in
DOS-estafette
De 10 x 100 i
Sn,'1
hok voor hem. Ik moest m'n vraag
tien keer herhalen eer hy zijn
en kon geloven. En toen zei hij
ium-hum-hum" en hij maakte die-
j keelgeluiden en draaide de pun-
n van zijn snor tussen zijn vin-
rs rond. „Ik ben bang. dat we de
atste fles hebben uitgedronken,
ste jongen," zei hij eindelijk. Maar
had de wijnkelder al geïnspec-
en dat zei ik hem. Ik kon
merken, dat hij erg teleur-
in me was, en er viel een
stilte tussen ons, waarin hij
Hij had er een systeem voor. Ieder
een behoorde een systeem te hebben,
zei hij. en van dit ogenblik af was
hij van plan systemen op te zetten
voor alle mogelijke dingen. Hij had
er pas het nut van ontdekt: hy
gebruikte namelijk een systeem van
ezelsbruggetjes om Japanse woorden
te leren. Hij zou zijn hele leven
gaan organiseren met behulp van
een aantal systemen, en als gevolg
daarvan kón het niet anders of hij
zou het ver brengen in de wereld.
(Wordt vervolgd)
14.44.8; 2. Mine:
14.49.8; 3. Holland (Leiden) 15.12.4; 4.
(Den Haag) 15.12.4; 5. DOS
6. Pro Patria
(R'dam) 16.04.6; 7. LDA (Den
ens 2300 m: 1. V en L (Den
5.18.7; 2. SCR (R'dam) 5.19.4;
(Leiden) 5.20.4; 4. DOS
5.25.1; 5. Pro Patria (Rot-
5.28.2; 6. Trekvogels (Den
5.28.4; 7. Aio (R'dam) 5.31.1;
ven (Leiden) 5.33.4; 10.
5.34.1.
Dames 10 x 100 m: 1
(Den Haag) 2.10.7; 2. Mir
2.17.7; 4. Celebes (Den Haag) 2.19.1.
Honkballend SVL
start met verlies
inning kwam SVL nog even fel
terug, maar ook nu leverden de
honkslagen slechts 1 punt op.
De werpresultaten wa/ren: W. Elli-
gers (Wassenaar): 1229; A. Kop
pelt (SVL): 8—3—4.
SyL 2—ADO 3 14—3.
Tennisuitslagen
Eerste klasse, afdeling II:
RoomburgELV 2 28 T(gest. regen)
Oranje TC—ALTB 6—4 (gest. regen)
47-~83. De door Joris genomen foto van de heer Edelstein
met de Krotwijk.se jeugd werd snel ontwikkeld en afgedrukt.
,,Wat gaat u er nu mee doen?" vroeg de drum-drum-manager,
beklemd het plaatje bekijkend.
„Ik schrijf hier een gevoelig stukje bij", verklaarde Joris. „Het
zal over uw taak als opvoeder van de jongeren handelen. Het wil
vertellen over het ontwikkelen van muzikale gevoelens bij de
straatjeugd. En deze foto toont u in actie! Maar komaan, genoeg
gebabbeld! Ik ga nu even naar de plaatselijke pers!"
De groep drum-drum-liefhebbers, die zoals gewoonlijk het
hotel belegerden, herkenden in Joris de publiciteitsman van hun
idolen. En aangezien deze een foto in zijn hand hield, was hun be
langstelling gewekt.
„Mag ik die hebben?" klonk het uit vele jeugdige keeltjes en
Joris wilde die
„Wat doet meneer Edelstein van onze drumdrums met a.e
kwibussen?" vroeg een der fans verrast.
„Dat kan ik niet zo vertellen, baaske!" zei Joris. „Het geheim
„Wélk geheim?" vroeg het groepje gretig.
„Dat de heer Edelstein de drumdrums in de steek wil laten en
een nieuw muzikaal groepje wil oprichten!" fluisterde de reclame
man hoorbaar. „Doch ik moet nu even voort! Goedemiddag,
vriendjes!"
Zijn woorden brachten een heftige opwinding te weeg en het
zag er naar uit. dat de heer Edelstein een moeilijke tijd i
ging
RECHTER TIE EN „DE DODE BRUID" door Robert van Gulik
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK
204. Intussen was de toestand op het vlot, waar de gevangen
schipbreukelingen zich in veiligheid hadden gebracht, zeer ge
vaarlijk geworden.
Met moeite had Orak de enorme wasrol van de fonograaf, die
met zijn klaaglijke muziek zoveel schikbreuken had veroor
zaakt, in zee gegooid. Maar de rest van het instrument was zo
stevig vastgeschroefd, dat hij er niets van verwijderen kon. En nu
zoveel schipbreukelingen er op het vlot bijkwamen, werd dit veel
waar. Er behoefde maar heel weinig te gebeuren of het zou
omslaan. Nergens in de buurt was een schip te bekennen, dat hen
redden kon.
Bezorgd keek Orak juist in het water of daar misschien een op
lossing was te vinden, toen de golven eensklaps heftig in be
weging kwamen. Eer hij het goed en wel begreep was er een
échte zeemeermin opgedoken. Net zo'n meermin, als waarvan
Brammetje bij het begin van het avontuur een plaat had laten
zien.
„Kan ik helpen?" vroeg ze verlegen.
„Nou eh mevrouw", zei Orak verbaasd, „als u
misschien ergens een schip over heeft of zo?"
„Een schip heb ik niet", zei de zeemeermin. „Maar tóch weet
ik wel raad".
ifsisis
ise
•KWHE