PAS OP VOOR AUTOBRAND Peugeot 204: opmerkelijke auto N.S.U. - auto met wankelinotor en Daf - variomatic DUET ASPIRIN f0) BAYER Moeilijkheden voor de Nederlandse visserij nog niet voorbij LEIDSCH DAGBLAD VRIJDAG 80 APRIL 1065 Van wegen, wagens9 wieten en wat - er - zo - bij - kamt Rijdt U met een blusapparaat in uw wagen Vaak geen technische redenmaar nonchalance oorzaak van binnenbrand Autobranden komen gelukkig niet zo veelvuldig voor. »We kennen mensen die al een jaar of tien met een blusapparaat in de wagen hebben gereden, zon der het ooit te hebben gebruikt. Dit behoeft echter allerminst een reden te zijn zorgeloos te wor den, want de wegenwacht moet per jaar heel wat keertjes assis teren bij het blussen van een autobrand. En het merkwaar dige is, dat in vele gevallen geen technische reden de oorzaak van de brand is, maar nonchalance van bestuurder of passagiers. Wie wel eens een auto in brand heeft zien staan, zal er zich over verbaasd hebben, dat zo'n voertuig met een bescher mend omhulsel van staal, toch als een fakkel kan branden. Bij een nadere beschouwing zult u echter heel wat brandbare mate rialen in een auto aantreffen. BENZINE Het brandgevaarlykst is uiter aard de aanwezige benzine en niet te vergeten de benzinedampen, want overal waar zich benzine in vloei bare vorm bevindt, ontstaan by nor male temperaturen ook onzichtbare benzinedampen, die ongeveer drie keer zo zwaar zyn als lucht. Deze dampen kunnen van hun ontstaans bron wegstromen en zich op dieper gelegen plaatsen verzamelen, waar ze gedurende langere tyd brandgevaar lijk, kunnen blijven, omdat ze door hun grotere zwaarte niet snel in de lucht verdunnen. Benzine zelf komt btf vijfhonderd graden C, tot zelfontbranding, wan neer ze in aanraking komt met lucht. Men kan zich dus indenken, wat er kan gebeuren als benzine druppeltjes terecht komen op een gloeiende uitlaatpijp. OLIE Maar er is nog veel meer brand baar spul in een auto aanwezig. De olie in het carter. De bekleding van zetels en deurpanelen, de dakbespan ning en de vloerbedekking, de ban den en alle andere rubber onderde len. De kunststof onderdelen worden ook steeds talrijker. Daar bij komt nog de bagage in de kofferruimte en in de wagen en dan de laklaag op de carrosserie. Al dit materiaal is vanzelfsprekend niet zo brandbaar als benzine, maar de vlammen vin den hierin, toch gretig voedsel als zich eenmaal een brandhaard heeft gevormd. Een gevallen brandende lucifer, si gaar, of een weer naar binnenwaai- ende weggeworpen peuk kunnen soms wel de oorzaak van zo'n bin nenbrand vormen. Zeker is dit ge vaarlijk als de binnenbekleding kort geleden met een chemisch preparaat is gereinigd. Vermijdt daarom het gebruik van deze reinigingsmiddelen in de buurt van asbakjes en de in gebouwde sigarenaanstekers. Als de oorzaak van een auto- brand komt de olievoorraad in het carter nauwelijks nog ter sprake, want door de carterventllatie worden de hier gevormde olie- en benzine dampen regelmatig afgezogen, maar de olievoorraad kan wel, als de auto door welke oorzaak dan ook in brand is geraakt, in hoge mate tot de in tensivering van de brand bijdragen. In dit verband mogen we er dan wel op wijzen, dat slecht oftderhou- den wagens, waarvan de motoren en en het motorcompartiment met olie zijn besmeurd, een grote brandrisico opleveren. BANDEN Ook banden moeten tot het brandbare automateriaal worden ge rekend. Bij personenwagens raken ze bijna nooit vanzelf in brand. Dit in tegenstelling tot de banden van vrachtwagens. Op autobanen is het zelf ontbranden van vrachtwagen- banden geen zeldzaamheid. Bijna al tijd zijn de dubbele achterbanden daarvan de oorzaak. Door drukver- lies van één der tweelingbanden of door een te zware belasting schuren de banden dan constant langs el kaar en tengevolge van de daardoor ontstane wrijvingshitte vliegen ze in brand. Soms ziet men, ook bij personen wagens, wel eens rook bij de wiel doppen. Dit wordt veroorzaakt als men met aangetrokken handrem rijdt, of al de remschoenen door een juiste afstelling over de trommels blijven slepen. De remvoering wordt dan zo heet, dat de rook naar buiten treedt, maar meestal blijft zo'n smeulend vuurtje tot de remtrommels beperkt. ACCU Slechts weinig automobilisten zijn zich ervan bewust, dat b**n accu het zeer explosieve knalgas, be staande uit waterstof en zuurstof, produceert. Dit gas ontstaat tijdens i het opladingsproces. Rook daarom nooit als u de dopjes van de accu afschroeft om de vloeistofstand te controleren, en houdt er vooral geen i brandende lucifer bij als het te don- IJ ker is voor deze controle. Als een auto in brand staat, lijkt 11 het wel alsof ook het staal mee- 11 brandt. In feite verbrandt alleen de I ca. halve millimeter dikke laklaag. I Het staal wordt door de grote en vaak langdurige hitte bij een auto-1 brand vaak roodgloeiend en verliest J daardoor al gauw de helft van zijn J stevigheid. Aan reparatie van een door brand geteisterde auto behoeft dan ook nauwelijks te denken, ook niet wanneer de carrosserie r weinig sporen van uiterlijke deformatie vertoont. Wat de oorzaak van autobranden betreft, staan benzinebranden niet op de eerste plaats. De meeste autobran den ontstaan door onvoorzichtige omgang met open vuur, zoals het ontstaan van interieurbranden door nonchalant omspringen met bran dende lucifers en sigarettenpeuken door bestuurders en passagiers, zowel in rijdende als stilstaande wagens. TANKEN J een in het buitenland gehou den enquête is echter gebleken dat het grootste brandgevaar zich op de benzinestations bevindt. We weten niet of dit ook voor Nederland geldt. Die indruk hebben we niet, want we hebben in ons land by het tanken nog nooit een brandend autowrak gezien. Toch willen we hierop wel wat na der ingaan, nu zovele van onze land genoten zich opmaken voor een bui tenlandse vakantietocht. Bij het tan ken geschiedt namelijk het volgende. In de gedeeltelijk lege tanks hebben zich benzinedampen gevormd. Deze dampen worden bij het tanken door de stijgende brandstofspiegel via de vulpijp naar buiten gedrongen en vempreiden zich door hun grotere zwaarte dan lucht, onder de wagen of in de kofferruimte. De pompbe diende waadt bU het tanken in feite dan ook door onzichtbare benzine dampen. In de kern is deze damp- laag niet brandbaar, maar wel in de aanrakingsvlakken met frisse lucht. BU benzinestations moet men daarom nooit brandende peuken weggooien, een pUp sigaret of sigaar opsteken en nog minder een bran dende of nasmeulende lucifer weg werpen. Ook vonkvorming door de dynamo, door ondeugdeiyke elek trische kabels, of door de startmotor kan funest zUn. Daarom moet de motor afgezet worden gedurende het tanken. En men mag pas weer star ten als de benzinedampen gelegen heid gehad hebben weg te waaien. Op een open terrein zal dit sneller geschieden dan op een gesloten ter rein en bU winderig weer eerder dan bU stü weer. REGELS Om het brandrisico bü tank stations zoveel mogelijk uit te slui ten, zouden we willen eindigen met de volgende gedragsregels, die ook in ons land zeker niet overbodig zUn; Zet de motor en enkele meters voor het naderen van de pomp af. De wagen heeft dan nog voldoen de vaart om de pomp te bereiken. Nooit met open vuur de wagen aan het pompstation verlaten. Prent uw passagiers in, dat ze geen brandende peuken uit het raam gooien. Controleer de tankinhoud niet met open vuur en schakel zaklan taarns op voldoende afstand van de tank in en uit. Start de motor pas weer als de benzinedop is opgeschroefd, de ruiten zUn gereinigd, olie- en wa terpeil zUn gecontroleerd en de rekening is betaald. Ondanks de vluchtigheid van de kennismaking slechts een paar honderd ki lometer rijden in de omge ving van Parijs durven wij de nieuwe Peugeot 204 is een opmerkelijke wagen te he stempelen. Een auto, dié door zijn afiverking, wegligging en rij-eigenschappen de geves- trige Peugeot-tradities hoog houdt. Toch is hij wat zijn technische constellatie be treft een buitenbeentje in dit conventionele Franse huis. Peugeotdie tot nu toe nog niet ivas afgeweken van het tientallen jaren geleden be treden technische pad van motor voorin en aandrijving achter en nog in de herfst door de invoering van ther- mostabele remmen te kennen gaf de schijfremmen niet te prefereren, heeft met deze 204 een technische reuzen zwaai gemaakt. In de eerste plaats is men teruggekeerd tot een cilinderin houd van 1100 cc, die men na de 202 niet meer had gebruikt. De 1130 krachtbron is nog wel voorin geplaatst, maar is dwars gemonteerd en helt iets naar Versnellingsbak en differen tieel bevinden zich onder de motor en beschikken over een gemeenschappeiyk oliecarter. Het geheel, dat voornameiyk uit ltcht metaal - aluminium en aluminiumlegeringen is opgebouwd, is zeer compact gehouden, omdat niet de ach ter-, maar de voorwielen wor den aangedreven. En zowaar heeft Peugeot nu ook de schyf- remmode gevolgd door de voor ste wielen van Girling-schyf- remmen te voorzien. Helaas moesten we constate ren maar dit was dan ook het enige wezenlijke bezwaar dat we bü dit nieuwe model konden ontdekken dat Peu geot dit nieuwe remsysteem nog allerminst op gave wijze had toegepast. Het rempedaal was stug, de remmen grepen niet soepel aan en er werd een te grote pedaaldruk vereist om in noodgevallen tydig te kunnen stoppen. Aan het recept voor de bestryding van deze kinderziek te wordt echter reeds gewerkt en men mag verwachten, dat als de produktie is begonnen het bereden exemplaar was nog maar een prototype deze Licht en soepel Alle overige bedieningsorga nen, het stuur, de schakeling, (aan de stuurkolom) en de kop peling daarentegen fungeren licht en soepel. De pittige motor (53 netto- pk) heeft een goed optrekver- mogen (van 0100 km in 21.5 sec.) en is voldoende soepel om in de vierde versnelling de wa gen zonder protesten van 35 km/u naar hogere snelheden te Al is een dergelijke methode voor dagelyks gebruik niet aan te bevelen en verdient het aan beveling om in zo'n geval terug te schakelen. Vermeldenswaard is ook dat het kleppenmechanisme wordt bediend door een bovenliggen de nokkenas. De uitstekende ve ring kwam tot stand door een onafhankelüke ophanging der vier wielen aan schroefveren, waarbinnen de schokdempers zUn gemonteerd. De voorwielaandrUving geeft de 204 een grote bochtvastheid en het opmerkeiyke is, dat het 6turen, ondanks deze aandry- ving, toch geen inspanning vergt. Achtersteven Men zal reeds ondekt hebben, dat de Peugeot-constructeurs, evenals die van Autobianchi by hun Primula, met één oog heb ben gelonkt, naar de overzUde van Het Kanaal, waar de BMC- wagens van een dergeiyke ma kelij zoveel succes boeken. Ook uiterlijk leek de Peugeot 204 aanvankeiyk zoveel op een dezer Engelse modellen, dat Pi- ninfarina opdracht kreeg de achtersteven te wUzigen. Het gevolg is dat de 204 nu een conventionele staart heeft met een normale kofferruimte en geen combi-achtige bergruimte. De vierdeurs wagen, die royaal ruimte biedt aan vier personen en desnoods vyf kan vervoeren, heeft aparte én by- zonder prettig zittende geschei den voorzetels. Ventilatieruitjes ontbreken, omdat de luchtverversing via roosters in het dashbord kan geschieden. Bovendien wordt er nog van fabriekswege een open dak in gemonteerd. Het is de bedoeling dat dit het meest gangbare model wordt, want het verschil in prUs met de vaste-dak-editie is slechts mini maal. In Frankrijk nog geen f125. De rechthoekige koplampen a la Ami 6 en Renault 16 zyn in twee standen verstelbaar voor belaste en onbelaste toe stand. De waterkoeling is normaal, behalve dan dat de ventilateur van het zelfdenkende type is, net als by zyn grote broers. Hy schakelt pas in by een bepaal de temperatuur en houdt auto matisch weer op als deze extra koeling niet meer vereist is. Geluid De ruitenwis6ermotor is een ,.buitenboord"-type HU is ge monteerd onder de luchtsleu- ven in de motorkap bU de voor ruit. Dit is geschiedt om het geluid te dempen. Peugeot heeft trou wens veel gedaan om geluids hinder te voorkomen. De mo- torgroep is geheel in rubber op gehangen en aan het uitlaat- spuitstuk is een expansievat ge monteerd om de uitlaatgassen op regelmatiger wyze en daardoor stiller te doen af vloeien. Het resultaat is dan ook dat het in het interieur bUzonder rustig is en er ook bU het ry- den op topsnelheid ca 135 kmu nauwelyks van ge luidshinder sprake is. De rustige loop van de motor wordt bevorderd door een vyfmaal ge lagerde krukas. Van een eigeniyk instrumen tenbord is geen sprake, want alle meters en lampjes bevin den zich in een naar voren ste kend rechthoekig kader, vlak voor de bestuurder en door het tweespakig stuurwiel onbelem merd voor hem zichtbaar. Ter weerszyden van dit pa neel bevindt zich een opberg- plank over de voile breedte van het voorcompartiment. Lengte, breedte en hoogte van de wagen bedragen resp. 3.97 m, 1.56 m en 1.40 m. Het rUklare gewicht van 850 kg is niet hoog voor een wagen van dit formaat en men kan 425 kg aan bemanning en bagage mee- In de benzinetank is plaats voor 42 liter brandstof en by een gemiddeld verbruik van 1 op 11 a 12.5 betekent dit een actieradius van ca 500 km. Olieverversen en doorsmeren moeten om de 5000 km geschie den. De wankelmotor, veel omstreden en lang betwijfeld, heeft zijn bestaansrecht bewezen. Zeker in de ogen van de NSU-fabrieken, die de revolutionaire motor in hun Spider inbouwen. Zij zijn druk bezig met de ontwikkeling van een middenklasse-wagen met wan kel-motoren: twee huidige wankels tot één geheel samengebouwd, en met een totaal vermogen van rond 110 pk. De wagen komt in het najaar in de openbaarheid: hij wordt dan leverbaar met een ge wone vierversnellingsbak en met een automatische transmissie. NSU-perschef Westrup, zinspeelde erop, dat die automatische transmis sie wel eens een DAF-Variomatic zou kunnen zyn. „NSU heeft in het be gin wat gelachen om die riemen- transmissie trouwens: DAF lachte ook om onze wankel-motor maar nu lachen we niet meer. De huidige wankel-motor. zoals deze is ingebouwd in de NSU-Spi- der, ontwikkelt 50 pk. Die vyftig paarden geven de Spider een top snelheid van 155 km per uur (met een opmerkeiyk laag benzinever bruik van 1 10. Als men het wat kalmer aan doet is het verbruik Een half miljoen Mereedes-diesels In de fabriek van Daimler-Benz te Sindel/ingen is dezer dagen de ?*»0.000ste Mercedes-Benz dieselper sonenwagen van de band gelopen, I en de oudste automobielfabriek I ter wereld heeft daarmee een uniek j record gevestigd. Geen autofabriek is er totdusver in geslaagd een half I miljoen op dieselolie lopende per sonenwagens te produceren. Deze Duitse firma was het ook. die in 1936, op een autotentoonstelling in Berlijn, de eerste dieselpersonen- wagen introduceerde, het type 260D Hiervan werden tot 1940 2000 wa- I gens afgeleverd. De na-oorlogse Mrrcedes-diesels waren de 170 D 134.000 stuks van 1949—1953), 170 I DS en 170 S-D (28000 stuks van I 1952/53—1955), 180 D (153.000 stuks van 1954—1962) en 190 D (283.000 I stuks van 1958maart 1965). I De geboorte van de hal/miljoenste dtesel werd o.a. gevierd met een stertocht van taxichauffeurs (uiter- aard met Mercedes diesels) naar Sindelfingen. Taxichauffeurs uit negen Europese I I landen (o.a. ook uit Nederland) na- I men hieraan deel. De verstwegko- meude dieselbestuurder kwam uit Lissabon, die voor deze tocht 2600 j km aflegde. I In Oostenrijk had men ter gelegen- heid van dit feit een wedstryd uit- i gr schreven voor de berijders van I „Mercedes dieselpersonenwagens I met de langste levensduur". De op het feest aanwezige winnaar I was de eigenaar van een houtzage- j rij in Stiermarken, die kon aan tonen. dat zyn 180 D meer dan I f50.000 km had gelopen. Verder stand reikt. In het middelpunt van de belang- stelling stond voorts een Mercedes Benz 190 D. waarmee de Ameri kaan Bill (Caroll juist een econo mische testrit had gemaakt, van Berlyn via Stuttgart, Genève, Ve netië, Rome, Genua, Barcelona, Madrid naar Parijs. Voor deze 6505 km. lange rit had hy 91 ry-uren nodig, waarby hy een gemiddelde snelheid behaalde van i 71.3 km/u. Het totale brandstofverbruik bedroeg 1 445.9 liter. Dat komt neer op 6.8 I Uter (dieselolie!) per 100km. spaar plezierigmet \VLOA8 ^met gratis waardezegels van 15 en 25 ct. vraag vooral om de DUET-spaarkaart Benzinetank i in brand (Van onze Enschedese E correspondent) H „Dan moet Je wel even zien of er genoeg benzine in zit", zei de gulle eigenaar, een landbouwer E H in Markelo tot een van zyn bu- EE ren, die vroeg of hy de auto E even mocht lenen. De eigenaar, die niet zo jong EE EE meer is, had enige jaren geleden E E de auto gekocht al had hy geen E rijbewys en hij was ook niet van •jj plan dit te bemachtigen. Ten- E 1 slotte zyn er in een dorp altijd E wel bereidwillige buren die je overal brengen waar je wezen wilt. De buurman stak een lucifer aan om te zien of de tank ben- zlne bevatte. Inderdaad, er zat benzine in: een hoge steekvlam E was daar het duideiyke bewijs van. Snel heeft men de bran- dende auto de houten garage uitgeduwd en even snel had men het vuur geblust. De buurman E 5 heeft daarna maar van het ge- bruik van de auto afgezien TllitlHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIMHIllHIIIMimilllllllllllllilllim Bij hoofdpijn vinden meer mensen ter wereld baat bij Aspirin, dan bij enig ander middel. DAAR STAAT ^5^ achtfr J oorzitter Produktschap 1 12). De acceleratietyden van Spider zUn uitstekend: 0—100 km 16.5 sec., 0—140 km 30 sec. De Sp een Prinz-sportcoupé met motor gaat ln Nederland f9.900 kosten. Revolutionair? De Spider is dus een interessante, tij het wat dure wagen. Wanneer NSU erin slaagt, een groter motor vermogen te koppelen aan een auto matische transmissie en dat dit dc Variomatic zou worden is niet zo ongerUmd, gezien de experimenten die DAF de laatste maanden heeft gedaan met een door de Varioma tic aangedreven zwaardere racewa gen kan een haast revolutionaire automobiel ontstaan, die een geduch te concurrentie zou kunnen beteke nen voor de gewone benzine-wagen. De gebruiker zal erop moeten wachten tot na de autotentoonstel ling ln Frankfort de nieuwe mid denklasser Is dan nog niet klaar en dan zal hy ook weten, of alle problemen van het wankel-principe zUn overwonnen en hoe hoog het brandstofverbruik van de zwaardere wankel-motor met Variomatic ligt. De zeer moeilyke omstandigheden oor de Nederlandse vissery zijn nog steeds niet voorby. Er is een duide- 1 lyke tendens tot inperking van het arbeidsterrein. Voor de zeevissers I moge de Londense conferentie 1963- 1964, welke uitmondde ln de erken ning van een twaalf-mijls vissery- zone voor de landen rond de Noord- j zee en de westelijke Atlantische I Oceaan met behoud van historische rechten tussen zes en twaalf myien, I het best bereikbare zyn geweest, in I feite is het verlies van visgronden, waar incidenteel werd gevist, daar mede een volkomen feit. Dit heeft de onlangs benoemde voo:rzltter van het visseryschap, dr. H. A. H. Boelmans Kranenburg gis termiddag ln een openbare bestuurs vergadering van het schap in Den Haag opgemerkt. Dr. Boelmans Kra nenburg. die de heer Lockfeer op- volgt, zeide in zyn rede ter gelegen- j heid van het begin van de nieuwe I zittingsperiode, dat er nog meer be perkingen zyn. 1 De exploratleproeven voor het vin den van olie ln de Noordzee, op de Waddenzee en ln het IJsselmeer ber gen grote gevaren voor de visstand in zich en de afsluiting van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeega ten zullen aldaar de oester- en mos selcultures teniet doen gaan. De voorzitter meende voorts dat economische en handelspoliieke om standigheden eveneens tot nadenken stemmen. De snelle technische ont wikkeling is in een bedrijfstak als de vissery, waarin in het algemeen toch al een gebrek aan eigen mid delen heerst, op zichzelf reeds een moeiiyk oplosbaar probleem. Voorts komt de overheid in de om liggende landen reeds jaar en dag haar vissery met aanzieniyke fi nanciële bydragen te hulp. Daar door verkeren onze vissery bedry ven ln een ongunstige concurrentieposi tie by export naar landen met een vergaande vissery-protectie. Een Europees vissery beleid ont breekt nog steeds, aldus de voor zitter, en onder dit motief gaan voortdurend meer landen de weg op ln de zogenaamde overgangstyd maatregelen te treffen om de eigen vissery ook handelspolitiek te be schermen. Ook meende dr. Boelmans Kra nenburg dat de opleiding van de zeevarenden gewUzigd moet worden. Voorheen was de dry f net visserij als het ware het natuurHjke leer- en opleidingsinstituut, na de primaire vorming op de visseryscholen. Thans zal deze taak meer naar het visserij- onderwys moeten worden omgebo gen. (Advertentie) Jeugdnatuurwaclit naar Keukenhof De leden van de Jeugdnatuur- wacht hebben kunnen genieten van de lusthof, die Keukenhof heet. Per flets hebben de leerlingen van de hoogste klassen der lagere scholen de tocht naar Lisse gemaakt. Mej. E. E. B. Breedeveld, de secretaresse van het comité Jeugdnatuurwacht, kan met veel genoegen terugzien op het bezoek aan de Keukenhof, omdat het vele voorbereidende werk, hier aan verbonden, bepaald niet vergeefs ia verricht. De voorzitter, de heer J. H. Th. Tydhof, bracht inzonderheid haar en de heer P. A. Bakker* dank voor de prachtige middag, welke ongeveer 80 leden hierdoor mochten hebben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 9