Luisterrijk overzicht van
werken der „Italianisanten"
SCHILDERIJ BEGRAFENIS
KONINGIN WILHELMINA
Zij deden mijn was
waar ik bij stond...
Hoe Nederlanders
- zeventiende eeuw -
Italië zagen
Plasticolor halen!
MORGEN
RIPOLIN
Vrijdag 19 maart 1965
Zesde blad no. 31529
Artistieke manifestatie in Utrecht
F N het kort kondigden wij reeds aan, dat in het „Centraal Mu
seum" in Utrecht thans twee bijzonder indrukwekkende expositeis
sterk de aandacht trekken, t.w. „Nederlandse 17e eeuwse Italia
niserende landschapschilders" een kunstmanifestatie van zeer
hoge orde! en een tentoonstelling gewijd aan het „Italiaanse
Kunstboek".
Deze landschapschilders, ook wel „Italianisanten" genoemd,
voelden zich rond 1600 tot het „avontuuraangetrokken en dat
avontuur betekende het trekken naar het bij uitstek stralend-zon-
nige Italië. Daar troffen hen in het bijzonder de felle kleuren onder
dat zonlicht, zo geheel anders dan in het sombere noorden. Voorts
waren het de vele ruïnes uit de oudheid en nog zoveel andere
elementen, die door de Italiaanse schilders zelf echter nauwelijks
meer werden opgemerkt. Het spreekt vanzelf dat de Italianise
rende Nederlanders landschapschilder met grote fantasie dus
„plus Italien que les Italiens" werd!
Felle kleuren I
Wanneer men namen van meesters
als Jan van Goyen, Jacob van Ruys-
dael, Aert van der Neer en Meindert
Hobbema noemt en hun werken met
het diffuse, grijze licht vergelijkt
met die van de z.g. „Italianisanten",
zoals een Paul Bril. Cornelis van
Poelenbui-gh, Bartholomeus Breen-
berg, Pieter van La er bijgenaamd j
„II Bamboccio, de gebochelde", Her
van Swanevelt, Jan Both. Jan
Asselijn, Jan Baptist Weebix, Nico-
laes Berchem, Karei Dujardin, Adam
Pynacker en Casper van Wittel, valt
dit sterk op.
Vele van deze Italianisanten
brachten een aantal jaren, soms zelfs
talrijke, in Italië door. Zij riepën
beelden op van het Italiaanse buiten
leven, van de Romeinse campagne,
die in hun schilderijen bevolkt wordt
door schilderachtige figuren, jagers,
bedelaars, herders, boeren met hun
dieren. Brokstukken van antieke
beeldhouwwerken en Romeinse
bouwvallen vormen dikwijls een
essentieel onderdeel van hun geva
rieerde composities.
Zij deden dit alles veel helderder
en kleuriger dan zij die in ons land
bleven, zy waren bovendien precieser
«n gedetailleerder.
Hoogtepunten
Het waren aanvankelijk Bril, die al
vóór 1600 Rome bezocht, Poelenburgh
en Breenberg: zij gaven tot ca. 1630
definitief vorm aan deze Italiani
serende stijl. Na 1630 waren Swane
velt en Van Laer de belangrijkste
meesters.
Na 1640 bereikte het Italianiseren
de genre hoogtepunten in de statige
boslandschappen van Both, in de
avondlijke riviertaf reien van Asselijn
en in de levendige havengezichten
van Weenix. Omstreeks 1655 heerste
in de gaaf geschilderde werken van
virtuoze meesters als Berchem, Du
jardin en Pynacker een bijna klas
sieke harmonie. Niet zolang daarna
werd hun vormgeving onrustiger en
nerveuzer, iets, wat juist de moderne
beschouwer sterk kan boeien.
Wisselende
waardering
In de 17de eeuw was de waardering
voor de Italianisanten zeker even
groot als die voor de schilders van
het Hollandse landschap. In de 18de
en nog in het begin van de vorige
eeuw stonden zij in uitzonderlijk
hoog aanzien: schilders als Both en
Berchem waren toen zelfs de be
roemdste Nederlandse landschap
schilders. Doch in latere jaren
daalde de waardering voor hen
door de opkomst en de invloed van
het impressionisme. De Italianisan
ten raakten, mede door het aanzien,
dat bijv. een Van Gogh ging genie
ten, enigszins in de vergetelheid.
In de laatste tijd is echter de in
teresse voor de bijzondere kwaliteiten
van hun oeuvre weer duidelijk
groeiend.
Talrijke juwelen
Ennaar deze expositie duide
lijk aantoont, met bet volste recht!
Welk een luisterrijke pracht is
hier in grote hoeveelheid aanwezig.
Er zijn immers niet minder dan 170
stukken klein en groot, tot zeer
groot formaat bijeengebracht.
Daaronder bevinden zich talrijke
juwelen!
Men kan gerust zeggen, dat het
niveau van deze schilderijen, die
behalve uit Nederland, ook uit vele
landen van Europa en uit de Ver.
Staten zijn gekomen, bijzonder hoog
genoteerd staat. Zo stond Koningin
Elisabeth II van Engeland vier
prachtige stukken in bruikleen af.
Het vroegste aanwezige schilderij,
dat weliswaar geen dagtekening
draagt, kan men veilig stellen op
circa 1600, het jongste op 1712
Bovendien kan men nog prachtige
stukken van typisch-Hollandse land
schapschilders, zoals van Van Ruys-
dael en Van Goyen, bewonderen.
Fraaie catalogus
Een bijzonder fraaie catalogus,
niet minder dan 254 pagina's om
vattende, waarbij dan nog komen
afbeeldingen van alle op deze waar
lijk historische tentoonstelling aan
wezige schilderijen, is verkrijgbaar.
Zij bevat een „Verantwoording" van
de hand van mej. dr. M. E. Hout
zager, directrice van het Centraal
Museum, alsmede een inleiding (een
dissertatie op zichzelf!), waaraan
behalve mej. Houtzager, drs. H. J.
de Smedt en de heer A. Blankert,
kand. hist, art., hun kundige la-ach
ten wijdden, alsmede gedetailleerde
beschrijvingen van alle geëxposeerde
schilders en hun werken, al te samen
vormend een boekwerk van grote
waarde. Iedere bezoeker kan hierin
lettei- alles vinden, wat hem
belang inboezemt. Voor hen,
die zich voor oriëntatie met minder
tevreden willen stellen, wordt een
beknopte catalogus beschikbaar ge
steld.
Italiaanse
Kunst-boeken
Bovendien kan men genieten van
alle schatten, die bijeen liggen op de
expositie „Het Italiaanse Kunst
boek", staande onder auspiciën van
het Nederlands-Italiaans Akkoord.
Het Kunst-boek, dat kortgeleden nog
slechts gewaardeerd weid door een
aristocratische elite, maar tegen
woordig meer en meer door een groot
publiek. De beste uitgevers van Italië
uit verschillende tijdperken hebben
zich ingespannen voor de vervaar
diging van deze boeken.
Er is geen tak van cultuur die niet
oogmerk is van een initiatief in
produktie van het Italiaanse kunst
boek. Onder hen. die er hun aan
dacht aan wijdden behoren: Bra
mante, De Agostini, Editalia, Electa,
II Milione, H Polifilo. L'Istituto
Editoriale Italiano, II Saggiatore,
L'Istituto Italiano di Arti Grafiche,
Martello, Perna, Arti Grafiche Ricor-
di, Silvana.
Enkele oude uitgeverijen hebben
collecties aangelegd gewijd aan de
gehele ontwikkeling van de univer
sele kunst.
Italië zendt deze boeken, waarin
volmaaktheid zich paart aan de ge
raffineerde kunst der drukkers, uit
als boden van haar verlangen naar
vrede en cultuur.
De vooruitgang van de typografi
sche techniek, de fotografie en de
kleurendruk komen er op suggestieve
wijze in tot expressie.
Er zijn hieronder tarijke exempla
ren, die als ware „meesterwerken"
aangemerkt mogen worden.
Reputatie
gehandhaafd
Met deze beide exposities hand
haaft het „Centraal Museum" in
Utrecht zijn reputatie de bezoekers
in kennis te stellen met interessante
kunsthistorische collecties, welke een
breed tijdperk omvatten.
Nadat in 1952 reeds de tentoon-
steling „Caravaggio en de Nederlan
den" gepresenteerd was, is deze, ge
wijd aan de Italianisanten uit een
latere periode, niet alleen in hoge
mate leerzaam, doch tevens uit
artistiek oogpunt al evenzeer be
zienswaardig.
JAN BAPTIST WEENIX:
Landschap met gezelschap
bij een boerderij"
(Foto A. Dingjan)
Mogen velen zich opmaken, van
dit grandioze overzicht kennis te
Tot en met 30 mei.
Reclamestunt
voor nieuw boek
(Van onze Brusselse correspondent)
Het bericht, dat er nieuwe hoop
was op het terugvinden van: „De
rechtvaardige rechters'" het in 1934
gestolen en nooit weer teruggevonden
paneel van het „Lam Gods", het al
taarstuk van de gebroeders Van Eyck
in de St. Baafskathedraal, blijkt een
goed geslaagde „reclamestunt" te zijn
voor een binnenkort te verschijnen
boek over de diefstal en alles wat er
mee samenhangt.
Het boek zal over twee maanden
verschijnen en heet: „De diefstal van
de rechtvaardige rechters". Het is ge
schreven door de Gentse officier van
politie K. Mortier en de eveneens
Gentse journalist Noel Kerkaert.
De heer Mortier die ambtenaar is,
is nogal geschrokken door de putbli-
citeit rond zijn boek. Hij weigert alle
inlichtingen. De andere auteur heeft
verklaard dat men geen stap dichter
bij het vinden van het paneel is ge
raakt. Maar dat het natuurlijk altijd
mogelijk blijft dat het één voor de
dag zal komen
Ere - exposities
Nicolas de Stael
Tien jaar geleden overleed
Nicolas de Stael, op 41-jarige
leeftijd in Antibes. De kunste
naar. een Rus van oorsprong.
verliet als kind zijn geboorte
land. bracht zijn studietijd door
in België en vestigde zich daarna
definitief in Frankrijk. De Stael
heeft niettegenstaande zijn
vroege dood een aanzienlijk
schilderkunstig oeuvre nagela
ten. Hij wordt, samen met Du
Buffet en De Koning beschouwd
als een van de belangrijkste
schilders uit de na-oorlogse pe-
riode. Hij oefende grote invloed
uit op tal van jongeren.
j Om de kunstenaar te eren hebben
enkele Europese en Amerikaanse mu
sea besloten gemeenschappelijk een
retrospectieve tentoonstelling in te
richten. De eerste van deze tentoon
stellingen vindt plaats in het museum
BoymansVan Beuningen in Rotter
dam. van 26 mei tot 11 juli 1965.
Daarna in het Kunsthaus in Zü-
rich. In Amerika zullen drie musea
hetzelfde ensemble vertonen, nl.: het
„Museum of fine arts" in Boston, het
Art Institute" in Chicago en het So
lomon R. Guggenheim-museum in
New York, waar de cyclus besloten
wordt.
Advertentie
Een van de Sunil was-teams deed
de was voor mevrouw W. H. Bors-
boom, Burg. van Haarenlaan 582,
Schiedam. "Het scheelt niet zo erg
veel, maar toch is de Sunil way
witter," gaf mevrouw Borsboom
ruiterlijk toe. "Nu weet ik wat
het hoogste wit betekent."
Beroemde violiste
Lea Luboshutz overleden
De beroemde concertvioliste en mu
ziekpedagoge Lea Luboshutz is giste
ren overleden. Zij was docente aan
het Curtis Institute te Philadelphia.
(V.S.)
Zij werd in Odessa geboren en
studeerde aan het conservatorium
van Moskou, zette haar studies in
België voort onder Eugène Ysaye.
Daar begon een langjarige vriend
schap met Belgie's Koningin Eliza
beth.
Mevrouw Luboshutz is als soliste
met tal van vooraanstaande orkes
ten en dirigenten opgetreden.
kunst
Veel lof voor
Residentie-Orkest
Het Residentie-Orkest, heeft ook
in Denver (V.S.) succes geoogst. De
muziekcriticus van de Denver Post
sprak van het „opwindendste orkest"
dat in dit seizoen in de stad is op
getreden en noemde het spel „van
een volmaakte beschaving".
De bladen van de Westkust, waar
het orkest in diverse plaatsen is op
getreden, brachten ook gunstige kri
tieken. Zo schreef de San Francisco
Chronicle, dat „welsprekend" het
woord is dat het orkest het best ty
peert. En dit gold ook voor de diri
gent Willem van Otterloo, die „een
opmerkelijk glanzende uitvoering ver
zorgde met fijn afgestemd geluid".
De San Francisco Examiner schreef
over een „prachtig orkest". „Het
kleine Holland heeft een rijke sym
fonische traditie", aldus het blad.
Critici van San Diego waren vol lof
over de .levendige manier van diri
geren" van Van Otterloo.
CO WESTERIK MAAKTE:
Dalcroze-herdenking
1965
In het kader van het eeuwfeest van
Emile Jacques Dalcrozes geboorte
dag zal onder auspiciën van de Unes
co van 9 tot 14 augustus 1965 in Ge-
nève een internationaal herdenkings
congres worden georganiseerd. Te
vens zullen daaraan voorafgaande
zomercursussen voor ritmiek worden
georganiseerd, die worden gehouden
van 2 tot 7 augustus 1965.
Enkele weken geleden zag Koningin Juliana het schilderij. „Zij
was er bijzonder door geroerd
Dit verklaarde gistermiddag mr. L. J. F. Wijsenbeek. directeur
van het Haagse Gemeentemuseum, bij gelegenheid van de expositie
van het schilderij ..begrafenis van Koningin Wilhelmina" dat de
Haagse kunstschilder Co Westerik in opdracht van de gemeente
Den Haag maakte.
Het schilderij zal tot 11 april in het museum tentoongesteld blij
ven. Wellicht krijgt het later, over een paar jaar. een plaatsje in het
stadhuis.
Voor de opening van deze expositie van één schilderij bestond
grote belangstelling o.a van veel autoriteiten, mede in verband met
de première van de film, die Bob Kommer maakte over „schilde
rijen van Co Westerik.
Haar levensweg
Mr. Wijsenbeek deelde mee dat Co
Westerik de begrafenis van Konin
gin Wilhelmina had meegemaakt.
Enkele weken geleden is het schilde
rij gereed gekomen. De kunstenaar
heeft jaren lang geworsteld met het
probleem om de begrafenis symbo
lisch op moderne wijze te vertolken.
Uiteindelijk is het, volgens mr. Wij
senbeek, een soort apotheose gewor
den van leven en begrafenis.
Het schilderij dat 2.50 bij 1,42 me
ter groot is, stelt aan de linkerzijde
het Kerkplein in Delft voor en rechts
de afdaling van de kist naar de graf
kelder. Langs het plein staan men
sen terwijl in het zand de sporen
zijn getrokken van de rijtuigen, die
tevens de levensweg symboliseren. Op
Advertentie.
het plein zijn in een cirkel Hugo de
Groots' woorden „elk wandel in
Godts Weghen" te lezen, terwijl te
vens een gedeelte uit de indrukwek
kende begrafenis toespraak van de
hofprediker dominee G. Forget is
weergegeven. Op het rechtergedeelte
van het schilderij volgt de Konink
lijke familie in een oranjekleurig
kerkinterieur de baar.
Langs de bovenkant van het schil
derij heeft Co Westerik drie keer Ko
ningin Wilhelmina geportretteerd:
als jonge Koningin, als de vorstin
van na de tweede wereldoorlog en
als Prinses in het jaar waarin zij
overleed. De levensweg heeft de kun
stenaar aangeduid met verkeersbor
den in de harde kleuren rood. wit
en blauw zoals die van de duizenden
borden langs onze wegen. Westerik
heeft ook de aanhef van de oecu
menische hymne ,.A toi la gloire"
in het schilderij opgenomen en te
vens de datum van de begrafenis
gepenseeld: Delft 8 december 1962.
Hy signeerde het werkstuk met Wes
terik 6264.
Voor wie Westerik in zijn werk na
der wil leren kennen zal gedurende
de expositie in het Haags Gemeente-
museum op zaterdag- en zondag
middagen en op woensdagavonden
het 12 minuten durende filmpje kun
nen zien, dat de Haagse cineast Bob
Kommer maakte in samenwerking
met Co Westerik en de educatieve
dienst van het Haags Gemeentemu
seum en waarvoor Otto Ketting de
muziek componeerde.
SCHILDEREN
MET