feedi
<=!TledaU'sSchule
van
Delfts
blauw
Randschijven
Kom er ACHT-er
1 woensdag';
j IN LEIDEN
Zaterdag 27 februari 1965
Pagina 4
Wekelijks bijvoegsel Uw Wereld
Antwoord op bridgevraag:
Merkwaardig was, dat in ge
noemde wedstrijd de Itali
aanse zuidspeler reeds een
volgbod (door oost) van twee
ruiten doubleerde! De Ame
rikaanse OW-spelers ma
noeuvreerden zich toen naar
een slecht twee SA-bod, dat
gedoubleerd vier down ging.
Oost zou op twee ruiten
slechts één down geweest
zijn, want hij had: 8,
HV 3, O AHV 9 8 5 3,
•f. B 8. In de gestelde vraag
geloof ik dat zuid moet dou
bleren het is nauwelijks
denkbaar, dat oost het con
tract zal kunnen winnen:
zuid bézit tenminste twee
slagen en er is geen aanlei
ding te veronderstellen waar
om noord bij deze kwetsbaar
heid ondermaats geopend zou
hebben. Toch is het een
moeilijke beslissing: de Ame
rikaanse zuidspeler paste op
drie ruiten, noord bood toen
drie harten, zuid ging naar
drie schoppen en toen zelf
twee down.
Bridgevraag van deze week:
West gever, niemand kwets
baar. Spel uit de wedstrijd
Italië—Amerika. Zuid heeft:
4 2, 9 7, O B 10 7 6
4» H V 10 -5 4
Biedverloop: zuid past
west past noord één
schoppen oost drie ruiten
(sterk) wat moet zuid
doen? Antwoord elders op
deze pagina.
Om te gebruiken bij eenvoudige,
normaal verdeelde spellen zijn
systeemregels en optelsommetjes
van punten wel hun geld waard.
Bü grillig verdeelde spellen echter
kan men die ingrediënten beter
thuislaten en gebruike men slechts
de „common-sense": op z'n Hol
lands gezegd, het „gezonde ver
stand". Hieronder een grillig par
tijtje waarover men in Delft uit
gleed:
West Oost
A V 10 9 8 6 3 N *72
WO 8 6 4 3
O H B 10 8 3 W U O A V 9 2
«f» V z 4. A 7 5
Tegenstander noord opende één
harten oost en zuid pasten
wat is wests beste eerste bod? Ben
regel ervoor is niet te geven; de
keuze gaat tussen twee schoppen
(redelijk) of 2 harten (iets beter).
Het laatste bod verdient de voor
keur, omdat het vrijwel zeker is dat
oost enkele waardevolle bezittingen
moet hebben. Men zou dan verder
kunnen bieden (dus west twee
harten) oost drie ruiten west
vijf ruiten waarna oost beseffen
moet, dat zijn twee azen nog on-
onfchulde schoonheden zijn waarop
hij bepaald zes ruiten mag zeggen,
.j In de praktijk bood west echter
(na één harten van noord pas
pas) twee schoppen oost zei drie
ruiten waarna west het voor
treffelijke bod deed van drie har
ten. Met dit bod in de kleur der
tegenpartij wordt ruiten als troef
kleur geaccepteerd en het vraagt
om verdere inlichtingen van de
partner. Oost begreep er blijkbaar
niet veel van, keerde althans terug
naar drie schoppen en was besloten
BRIDGE
(zoals hij later zei) eventueel op
vier ruiten te passen. Dat zou dan
geen fraai Delfts-blauw werkstuk
geworden zijn, want omdat de
sohoppeniheer nog bij zuid zat, zou
er zelfs zeven ruiten gemaak kun
nen worden.
Gelukkig bood west (over drie
schoppen van oost) vijf ruiten,
waarna oost de Delftse porselein
kast niet aan verdere gevaren wilde
blootstellen en paste.
Oosts laatste beslissing was vol
komen onjuist niettemin zouden
vele doorsnee-bridgers precies het
zelfde hebben gedaan. Zij kijken
slechts naar hun eigen spel, zien
daar een berg kleine kaartjes, den
ken dat dit allemaal vcrliesslagen
zijn en passen haastig, zodra zij de
kans krijgen.
De kunst van goed bieden is, zich
een zo duidelijk mogelijk beeld te
vormen van het spel dat de partner
heeft!
Als oost nou eens had nagedacht
over speelwaarden die west zou
moeten bezitten, om 'zijn (wests)
biedingen te rechtvaardigen, dan
had oost gemakkelijk kunnen uit
rekenen dat west een spel moest
hebben èls hij in werkelijkheid
had. En oost zou dan, met zijn
redelijke ruitenkleur en twee azen,
méér reden hebben gehad zeven
ruiten te bieden, dan te passen op
vijf ruiten! En in elk geval had
oost dus zes ruiten moeten bieden.
In vele opzichten is dit een leer
zaam spel. Ten eerste toont het de
tekortkomingen van doorsnee spe
lers, zodra deze niet volgens het
gebruikelijke patroon van puntjes
tellen en aasjes vragen tewerk kun
nen gaan. Ten tweede toont het.
hoezeea bridge een samenspel moet
zijn, waarin men zich niet blind
moet staren op de eigen dertien
kaarten, doch waarbij men middels
een duidelijk voorstellingsvermogen
(gebaseerd op de biedgegeven)
moet uitmaken wat de gezamenlijke
spellen waard zijn. Eerst dan zal
bridge uitrijzen boven puntenge-
klungel en werkelijk een spel wor
den waarop de geest zich scherpen
kan. Een spel, waarin het woord
„bridge" de brug tussen twee
Kom er ACHT-er
1. nummer auto links.
2. veertje meer op hoedje toe
schouwster.
3. petje jongetje links.
4. vlaggetje meer op huis rechts.
5. figuurtjes op f eestmuts vrouw.
6. uitlaat auto rechts.
7. koplamp auto links.
8. vlaggetje huis links.
geen holle betekenis
H. W. FILARSKI.
partners
Heeft.
In onze vorige rubriek hebben wij
u aan de hand van de klassieke po
sitie tussen O. Verpoest en P. Ghes-
tem enige belangrijke spelmethodie-
ken hierin laten zien. We stellen
hier nog even vast, dat deze stand
een eigen vorm heeft, daar beide
kleuren een randsohijf bezitten n.L
wit op veld 26 en zwart op veld 25.
De stand krijgt natuurlijk een an
der verloop als deze stukken op de
velden 37 en 14 staan. Ook kan één
van beide kleuren dit randstuk
hebben. De belangrijkste conclusie
die wij uit de stand Verpoest
Ghestem konden trekken was: te
weten wanneer wij moeten ont
vluchten via de ruil 2721 (voor
zwart 24—30). Nu wij dit weten be
kijken we deze standen dan ook met
andere ogen. Wij zijn nu geen on
bekenden meer op dit terrein!
Bekijken we nu de volgende po
sitie:
ROSTAN
1 2 3 4 6
DEMESMAECKER
Deze stand kwam eveneens voor
in het wereldkampioenschap 1948,
tussen J. Demesmaeoker uit België
en de Zwitser Rostan. U ziet, bijna
dezelfde stand als tussen Verpoest
en Ghestem. Het enige verschil is
dat daar schijf 15 op veld 6 staat.
Maar wat een verschil maakt dat!
Ook hier was wits laatste zet 40.
4843. Natuurlijk ter voorbereiding
van de ruil 34—30, 25x34, 39x30. Zou
zwart nu vervolgen met 38 dan is
DAMMEN
de stand symmetrisch. Maar zwart
had blijkbaar bij Ghestem om de
hoek gegluurd en speelde 40. 3—9.
Aan de hand van de opgedane erva
ringen in de stand Verpoest
Ghestem zouden wij nu vervolgd
hebben met 2721. Maar wit, blijk
baar onbekend met deze ervaringen
van zijn landgenoot, antwoordde
met: 41. 34—30, 25x34: 42. 39x30.
2329; en we zitten weer in bekend
vaarwater. Alleen moest zwart hier
ondervinden welk een enorm ver
schil het maakt of in deze stand
schijf 15 op veld 6 staat. 43. 43—39,
op 27—21, 16x27 32x21 volgt 18—23
met winst. 43. 29—34; 44. 30—25,
34x43: 45. 38x49, 18—23; 46. 27—22,
met schijf 15 oP 6 is dit niet moge
lijk wegens 23—29. 46 12—18; 47.
22x11, 16x7; 48. 26—21, 7—12; zwart
mocht niet 23—29 wegens 28—23!
En deze stand eindigde na nog een
aantal zetten in remise. Er is hier
voor zwart dan ook niets meer te
bereiken.
Bij de 45ste zet had hij zich nog
kansen kunnen scheppen door te
spelen: 45. 9—14. Nu is het even
oppassen voor wit. Hij heeft 2 voort
zettingen n.l. 4943 en 4944. Ver
hinderd is 3631 wegens 1621 en
1420 met een voor zwart gewon
nen eindspel. 46. 49—43A; 18—23;
de dam door 14—20, 25x23, 18x49
heeft geen zin wegens: 28—22,17x37,
36—31, 49x21; 26x30, 37x26; ook
eerst 1621 helpt niet want na
18x49 volgt 32—27. Op nu 43—38
volgt 1318 en zwart wint. Op
27—22 volgt 23—29, 22x11, 29x49 en
zwart wint. Op 43—39 volgt 23—29
waarna 39—34 niet gaat wegens:
29x38; 32x43, 24—30 met winst. Wit
is dan wel verplicht tot 36—31,
29x38, 32x43 waarna zwart zeker zal
gaan winnen. Beter is dan ook: 46.
49—44B, 18—23; 47. 27—22 en weer
kan 23—29 niet wegens 22x11, 29x27
116 remise. Nee, het verschil tus
sen deze stand met een stuk op veld
15 en die met een stuk op veld 6 is
remise I
F. Gordijn.
Kunt U de acht afwijkingen ln de beide bovenstaande tekeningen
vinden? De juiste oplossing vindt U elders in dit Bijvoegsel.
Geen cultuur in pantalon
Damespantalons mogen op het
ogenblik de grote mode zijn, in het
recreatiecentrum van de fabriek
,Rood Proletariaat" te Moskou
zijn ze, naar het blad „Komsomols-
kaja Prawda" meldde, taboe.
In het bericht wordt meegedeeld,
dat de directrice van het „Huis der
Cultuur" van de fabriek, Raisa
Mikhailowna, de strijd heeft aan
gebonden met vrouwen, die broe
ken dragen en dat deze dame heeft
geweigerd, een vrouw, die in broek
bij een filmvoorstelling verscheen,
toe te laten en tot haar heeft ge
zegd: „De mensen komen hier om
zich te ontspannen en u hindert
door uw uiterlijk de beschaafde
vrijetijdsbesteding van de arbei
ders".
Vervolgens bracht de directrice
drie dames in broek naar de berg
plaats van toneelrequisieten
dwong haar, ouderwetse rokken
aan te trekken, die zij van de kle-
dingrekken nam.
„Komsomolskaja Prawda" deelt
mee, dat 3 jaar lang door de be
sturen van de club. fel is
debatteerd over de broekkenkwestie
en dat tegenstanders van de broek
altijd hebben gewonnen.
De broekenhaters hebben volgens
het blad hun campagne gecoördi-
neerd met andere recreatiecentra,
die eveneens speciale controleurs
in hun gangen hebben geposteerd
om in pantalon geklede dames'óp te
vangen.
De ritmische gymnastiek is de reactie op
de kunstmatige, gestileerde, militaristische
bewegingen in de negentiende eeuw. De be
wegingen werden verdeeld, verliepen on
natuurlijk en nooit gaven zij uitdrukking
aan wat er in de mens leefde. De meisjes
en vrouwen moesten genoegen nemen met
de wat vrouwelijk-gemaakte jongensgym-
nastiek. Na de eerste wereldoorlog werd er
echter een nieuwe stroming merkbaar. Dr.
Rudolf Bode en zijn leerling Hinrich
Medau zijn er de representanten van.
het actieve gedeelte van zijn werk
vaarwel zeggen. Daarna gaat hij
proberen om zijn eenmaal begon
nen arbeid zoveel mogelijk af te
ronden. Zijn bijna achttien jaar
jongere vrouw Senta neemt dan de
leiding van de Medau-Schule over.
Eenheid
Hinrich Medau zal in Ne- i
j [Ierland zes demonstraties f
f geven. Van maandag 1 maart J
tot en met zaterdag 6 maart a
f sal hij in (achtereenvolgens)
j Dordrecht, Enschede, Leiden,
l Haarlem, Assen en Gronin- f
j gen zijn „Atemgymnastiek"
tonen met een groep meisjes
van zijn Instituut. De uitvoe- t
f ring, die ongeveer anderhalf f
uur duurt, geeft daarnaast a
J nog een verder inzicht in de
a oefenvormen van Medau. f
t In Lelden verzorgt een f
aantal leerlingen van de a
f Haagse Academie voor i
a Lichamelijke Opvoeding r
l voorts nog een demonstratie f
op de lange mat. a
de en vredebewarende is". Het zijn
de woorden van Hinrich Medau,
toen hij in 1962 een aantal de
monstraties in Nederland gaf.
„Ritme is bij deze scholing, de
uitdrukking van de gezonde levens-
functionering, die in een afwisse
ling van doen en laten opwekt een
wijze van leven, rijker, rijper en
rustiger in de benadering van de
huidige, moderne, jachtige wereld".
Het is dan ook in de rustige, lan
delijke omgeving even boven Co-
burg, waar het opleidingsinstituut
van Medau te vinden is. In het
Schloss Hohenfels, de gewezen ver
blijfplaats van een oud-Duits vor
stengeslacht, heeft de wereldver
maarde Medau-Schule haar tehuis
gevonden.
Honderd meisjes
Hard, zeer hard wordt daar op
het landgoed en in de zalen door
de ongeveer honderd 'meisjes
van 17 tot 24 jaar gewerkt. En
ondanks de strenge verordeningen
(van het internaat) heerst er geen
sfeer van krampachtigheid en star
heid. Er hangt er één van vrolijk
heid, vrijheid, vrijheid en. disci
pline.
In de tweeënhalf Jaar, die de
meisjes op Schloss Hohenfels door
brengen voordat zij (op scholen)
les gaan geven, worden er presta
ties verlangd. Bewegingstechnisch
en muzikaal. De prestaties bewe
gen zich echter niet op het terrein
van de topsport. Dit wordt door
Medau als typisch niet-vrouwelijk
beschouwd.
Op 13 mei wordt Hinrich Me
dau 75 jaar. Met het bereiken van
deze mijlpaal in zijn leven wil hij
grootste gedeelte van zijn leven be
steed aan het zoeken naar de ideale
eenheid tussen lichaam en geest. Hij
heeft gezocht naar het belangrijk
ste van de „moderne gymnastiek":
de levenhoudimg.
In 1958 was Medau zover. Tij
dens een grote tournee door Duits
land en Denemarken toonde hij de
resultaten van zijn werk. Het was
toen zoals hij het zich wenste:
vloeiend en zwevend, dansend en
springend, vlot en harmonisch.
Bijna dertig jaar heeft Hinrich
Medau aan zijn doelstellingen ge
werkt. De eerste steen aan zijn
„bouwwerk" werd in Spanje en Por
tugal waar hij negen jaar on
derwijzer was gelegd. „Daar in
Madrid werd ik ervan overtuigd,
dat de zin en de betekenis van
mooie bewegingen pas dan goed
kunnen worden, gekristalliseerd
wanneer men met behulp van mu
ziek persoonlijk deze bewegingen
kan uitvoeren. Met het werk van
dr. Rudolf Bode „Rhytmus und
Körpererziehung", vertelt Medau
verder, „ging voor mij een geheel
nieuwe wereld open. Ik gaf mijn
betrekking in het zuiden op en
ging naar Duitsland terug om daar
een intensieve muziekstudie te be
ginnen.
Drie richtingen
Muziek is één van de drie kunst
richtingen, waaruit de ritmische
gymnastiek ls ontstaan. Toneel en
dans zy'n de overigen. Baanbre
kend werk werd bü het ontstaan
van de ritmische gymnastiek ver
richt door Dalcroze, Delsarte en
Laban.
Vooral de ritmiek speelt een zeer
belangrijke rol in de ontwikkeling
van de ritmische gymnastiek. Het
ritme is een niet door het verstand
té beredeneren grootheid, die
slechts waargenomen kan worden,
door het te beleven. Het vormt te
vens het primair-bindende tussen
beweging en muziek.
Muziek dient
schikt te zjjn
steunen.
- zonder onderge-
- de beweging te
Medau zegt hierover: „Het moet
zo zijn, dat in de muziek dezelfde
impuls hoorbaar wordt, die in be
weging zichtbaar is. Muziek en be
weging moeten elkaar stimule
ren en elkaar vormen."
Laatste stadie
Zeven jaar heeft Hinrich Medau
voor zijn muziek-, anatomie, fysio
logie-, psychologie- en pedagogiek-
studie nodig gehad. Toen stichtte
hij - in 1929 - zjjn eerst school in
Berlijn. Veertien jaar later verhuis
de hU naar Breslau. Na de oorlog,
toen zjjn scholen in Berlijn en
Breslau waren verwoest, startte
Medau opnieuw. Nu in Flensburg-
Murwik (1948). Het was echter al
lemaal nog de inleiding tot zijn
laatste studie, die hij tijdens zijn
Hinrich Medau staat aan het einde van het actieve gedeelte van
zijn (levens)werk. Nog éénmaal trekt de nu bijna 75-jarige Duit
ser met zijn vrouw Senta en een groepje leerlingen van zijn op
leidingsinstituut door Europa. Nog éénmaal zal hij zelf laten zien
hoe hij met een onschatbare hoeveelheid en .véélheid van oefen
vormen zijn doel verwezenlijkt. Zijn doel, samengevat in enkele
woorden: de ideale (harmonische) vrouw.
„De Hchaamsscholing moet door
een zeer grondige bewegingsvor
ming de natuurlijke schoonheid
van de vrouw ontwikkelen en haar
gezondheid en prestaties bevorde
ren. Ook moet de jonge vrouw de
waardige houding krijgen, die haar
door de taak, welke zij als vrouw
te vervullen heeft, toebehoort. De
taak, die een verzorgende, dienen-
HINRICH en SENTA MEDAU
Flensburg-periode en zijn eersti
Mürwik (1948). Het was echter' al' i
Coburg-jaren heeft uitgewerkt.
Samen met zijn vrouw, de cho
reografe Etna, en zijn beide doch
ters Anna Monika en Katerins
heeft hij nieuwe inzichten, vooral;
beinvloed door het yoga en dt
ademcultuur, bestudeerd. Hij kwam
in contact met de onlangs over
leden ademfysioloog en pedagoog
dr. Ludwig Schmitt. Mede door zija
ontdekkingen en kennis en de ei
gen ervaringen gedurende tiental
len jaren, kwam 'Hinrich .Medau
toen tot een systeem van ademha-
lings- en orgaangymnastiek.
Basis
Dit systeem vormt de basis van 1
zjjn werkwijze. Eerst wanneer mea 1
zich een juiste ademhalingstech-
niek eigen heeft gemaakt kunnea
de spanningen en verstijvingen, die
de mensheid in deze technische we-
reld door sleur en gebrek aan be
den weggewerkt.
Pas dan kan het lichaam zicb 1
vrijmaken voor bewegingen en 1
kunnen de jonge vrouwen zich een 1
levenshouding eigen maken. Eén 1
vol ritme en gratie, waarbij hel
bewegen natuurlijke vormen aan
neemt. En dan wordt het bewegen J
(weer) een feest
PETER ONVLÉBi