standbeeld voor Leo Wijnberg In Rotli komt nooit een Hulst tegen heksen TIEN MILJOEN SLINGERS EN WAT ER BIJ KOMT KERSTNUMMER LEIDSCH DAGBLAD 24 DECEMBER 1964 Kerstboom- artikelen zonder eind (Van onze speciale verslaqqever) ZOEK nooit het geluk op 700 kilometer afstand als het in de eerstvolgende dwarsstraat te vinden is. Het is een aardige wijsheid waarvan ik de waarheid echter net iets te laat ontdekte en dus zat ik helemaal in Roth achter een glas bierdat Hell-Urtype heette en gebrouwen was door de nijvere werknemers van zekere meneer Thomas. Het vignet op de fles was veelbetekenend: een duivelse mefistokop in silhouet, iet' wat hobbelig geworden door het langs druppelende gele vocht. In Roth wonen natuurlijk best aardige mensen, al ligt het dan ook vlak bij Nürnberg en als er een zonnetje had geschenen was ik misschien nog wel vertederd geweest ook door het aanvallige meisje dat de St'adtlerbrunnen bekroonde. En wellicht was ik zelfs geestelijk door de knieën gegaan door de hartelijke hand' druk, die de eigenaresse van het bovenverdieping-hotel me gaf, nadat ze me gewezen had op de mogelijkheid op de tussenétage een spiegelei met pommes frites te eten verder reikte de keuken' mogelijkheid niet) en nog een verdieping lager een bejaarde oor' logs film te zien. In Roth zitten de grote en kleine Duitse fabrieken waar men zich in tensief bezig houdt met het con strueren van kerstboomversieringen en met een ietwat romantisch hoofd daal je dan in zc'n tiendui zend zielen tellend stadje neer in de verwachting overal symbolische engeltjes boven je hoofd te zien zweven. Je wil er zo graag een Capra-ge- schiedenis in ontdekken, met oude wijze mannetjes die je doorlopend behulpzaam zijn en na afloop van elke goede geste geruisloos terug- fladderen naar de maanomlijinde wolken waarop ze dagelijks leven. Maar meneer Stadelmann zei: „Wir sind gar nicht interessiert". En meneer Weinberger zei: We zijn zo verschrikkelijk druk, dat we echt geen tijd voor U hebben. En me neer Gimpl had zelfs helemaal geen excuus in voorraad toen hij mij de deur uit werkte, hoewel de bur gemeester van Roth, of misschien was het wel de Oberbürgermeister, toch contact met hem had opge nomen en mijn komst had aange kondigd. Weg van hier, lelijke spion!, hoorde ik iedereen denken en zo merk je opeens dat het fabriceren van „Christbaumschmuck" een kei harde business is die niets te ma ken heeft met vrede op aarde en hagelwitte engelenToen, bij het laatste gesprek (met Christ- baumschmucker Deubel) viel de naam Wijnberg voor het eerst. Leo Wijnberg in Amsterdam. Xerstversierselenf abrikant. Jawel. „Warum haben Sie nicht dort..??" De naam al bleek voldoende om de Rothenaren rood te doen aan lopen. Vroeger, „damals", had Roth de ganse Nederlandse markt be heerst met allerlei kerstoptuig- dingskes, maar na de oorlog - ho- Ze krijgen geen voet meer aan de grond, die van Roth, en al zei den ze het niet met zoveel woor den: ik werd als ontmaskerd, ge honoreerd bedrijfsspion op de blan ke maar hobbelige trottoirs van vriendelijk Roth gezet en iedereen wenste me een goede reis omdat zo iets nu eenmaal, zelfs ginds, uit de mond valt voordat je er erg in hebt. En achteraf hebben Riffel- macher en Weinberger, Stabelmann en Deumel en Gimpl elkaar waar schijnlijk opgebeld en zakelijk mee gedeeld dat geen enkel geheim naar Nederland was uitgelekt. ~\Ju was Leo Wijnberg, nog ■L veel moeilijker te vinden, ondervond ik twee dagen later, dan Faradiba of Robert Mitchum. In de eerste -plaats bleek hij helemaal niet in Amsterdam te zitten en voordat zoiets onom stotelijk vast staat is een Kamer van Koophandel uren bezig met het naplussen van allerlei ge schriften. Maar het Eureka blijft niet uit en ge belandt dan tenslotte in Hoorn. Leo Wijnberg zelf zit weliswaar in Amerika kerst boomversierselen a la U.S.A. te bestuderen, doch onderdirecteur W. Meuwsen blijkt de bereidwil ligheid zelve om te vertellen hoeveel meter guirlandes hij elk jaar weer om echte en onechte kerstbomen drapeert. Nu zijn, om even elk misverstand weg te nemen, de bekendste kerst boomversieringen, namelijk de Voor deze man heeft iedere dag kerstsfeer hij kan. als hij alles op alles zet, 300 imita- tiebomen per dag uit zijn han den laten komen. Glinstering voor de etalage „Compositie in rood en zilver" Een ander succesprodukt, zij het dan misschien niet zo succes vol in estetische zin, zijn de imitatie-kerstbomen die hun op mars een jaar of wat geleden zijn begonnen. Ze worden in alle hoog ten geleverd maar meestal in de maten tussen 70 centimeter en 2% meter. Eigenlijk zijn ze ook van slingers gemaakt waarbij echter als twijndraad ijzer voor de stevigheid wordt gebruikt en hout als draag- stam. Onderdirecteur Meuwsen zet zelf bij voorkeur zo'n namaak-boom niet in de huiskamer, maar dat wil niet zeggen dat zijn kieskeurigheid door J. E. v. Beest TT ET schept moed als je met Kerstmis huls ophangt, dan ben je A A veilig voor heksen en belastingontvangers. Aldus de platte landsbevolking van Groot-Brittannië. Vele kerstgebruiken da teren uit de dagen dat heksen op bezemstelen rondreden en de belastingheffers met de knuppel klaarstonden als er niet op tijd werd betaald. Hulst was in vroeger dagen een heilig tovermiddel tegen hekserij. En heidense gebruiken maken het grootste deel uit van de kerstgewoonten in Groot-Brittannië. Sommige van deze nog in omloop zijnde kerstgebruiken doen buiten landers wat vreemd aan, maar het zijn slechts enigszins afwijkende manieren om uiting te geven aan de feestvreugde. De kerstboom heeft het aardige oude Britse gebruik van de „kis sing bow" of „kissing bush" niet geheel en al kunnen verdringen. De „kissing bow" is een ornament, dat naar traditie aan een balk in de huiskamer moet worden gehan gen. Twee gekruiste hoepels wor den bekleed met klimop, hulst en ander groen. Het geheel wordt ver sierd met appels en glazen of blik ken voorwerpen, terwijl er boven dien kleine geschenken aan wor den bevestigd. Binnenin brandt een kaars en onderaan de „bow" hangt nog een takje mistletoe. De kaars wordt, onder veel vrolijkheid, op kerstavond voor het eerst aan gestoken en verder iedere avond opnieuw, tot Driekoningenavond. Tradities In vele delen van Groot-Brit tannië. waar de mensen Kerstmis vieren met het zingen van „carols", met feesten en pretmaken, worden de dieren niet vergeten. Zij wor den extra bedacht met voor hen lekkernijen, want daar ze getuige waren van de goddelijke geboorte wordt bijzondere aandacht aan hen besteedt. Zo wordt in Yorkshire op kerstdag voor de vogels een schoof graan aan de schuur vastgemaakt. Dit gebruik dateert reeds uit de tijd der Noormannen. In het hele land gaan groepen kinderen en volwassenen van deur tot deur en zingen hun „Christ mas Carols", voor wat geld en voedsel. In sommige delen van het land worden pantomimes opge voerd, zoals dit reeds duizend jaar traditie is. Ook het luiden van kerstklokken is een traditie. Een van de oudste gebruiken is „Tolling the Devil's Knell" (De doodsklok van de dui vels luiden), hetgeen reeds 700 jaar plaats vindt in Dewsbury, Yorks hire. Dit jaar zal de klok op kerst avond eenduizendnegenhondervier- enzestig keer slaan, waarna, zo wordt beweerd, by de laatste slag de duivel is bedwongen. Groot-Brittanië heeft vele spe ciale kerstgerechten. In de Mid lands (het gebied tussen Warwick shire en Lancashire) zyn de pike lets het teken dat Kerstmis na dert. Het is een soort theecakes en het is de gewoonte dat men ze op kerstavond om vijf uur nuttigt. In Yorkshire heeft men Yule Spice Cake, met kandij, citroen schil. kruiden, krenten en rozijnen en Yorkshire pastei, waarbij bier wordt gedronken. Deze pastei be staat uit koude kip in gelei, in plakken gesneden ganzepastei en worstjes. De specialiteit in Corn wall zijn kleine safraan- en kren- tencakes. In de graafschappen Durham en Northumberland eet men Yule Doos of Hyul Doos menselijke gedaanten van banket, met de han den op de maag en knopen van krenten. Bijna overal wordt warme vlier bessenwijn, sleedoorngin (een af weermiddel tegen demonen, heksen cn kwade geesten) of gekruide ap pelwijn gedronken. Met gekruid bier en rumpunch, maken ze deel uit van de feestelijkheden. Praal en ceremonie Het kerstfeest wordt in Queen's College in Oxford nog gevierd met middeleeuwse praal en ceremonie. Hoofd en leerlingen van het Col lege wandelen de eetzaal binnen in hun ceremoniële toga's. Als ieder een is gezeten klinken jachthoorns, waarna de heraut de deuren opent om vier dragers binnen te laten, die een grote zilveren schaal tor sen, waarop een zwijnskop, met een sinaasappel in de bek, in een bed van groen wordt opgediend. Het hele gezelschap staat op en heft de „Boar's Head Carol" aan. De provoost overhandigt, zo wil de traditie, de sinaasappel aan de he raut en het groen aan de koorle den. Dit is in het college het teken dat het feest kan beginnen. rh usiness, spijkerhard, denne- JLJ houthard zou ik bijna zeg gen „Natuurlijk", zegt de heer Meuwsen. „Ieder jaar verzinnen toe wat nieuws want je moet bijblijven. Dan gaan we naar de Messe in Leipzig en daar staan meneer Stadelmann en meneer Riffelmacher óók met een stand en we groeten elkaar vriendelijk en intussen kijkt meneer Stadelmann wat ik heb gebrouwen en dan weet ik dat hij volgend jaar precies het zelfde op de markt brengt. Maar ik kijk natuurlijk op mijn beurt naar de nouveauté's van Stadelmann en Riffelmacher en als ik er wat in zie, sta ik het jaar erop met iets soortgelijks". Strikt genomen nemen de Neder landse en Belgische huiskamers maar een klein deel van de totale produktie voor hun rekening. Het is vooral het etalagemateriaal dat de grote klap geeft. „Negentig pro cent van wat we aan kerstversie ring maken, komt terecht in win kel-etalages", zegt de heer Meuw sen en hij hanteert een goudkleu rig spiraaltje dat puntig toeloopt, hangt het dan eens op de bovenste tak van de imitatie-kerstboom, dan weer op de onderste. „Die doen het goed", zegt hy. „Ijspegels. Ze zijn er al jaren en ze komen er steeds beter in. Ze gaan in enorme hoe veelheden naar Amerika want wij kunnen ze in handwerk nog tegen een redelijke prys maken in de USA is handwerk onbetaalbaar ge worden". Hoeveel? Een half miljoen doosjes ijspe gels. Om koud van te worden. En ook een half miljoen pakjes sneeuw per jaar. Maar de brokke lige plasticsneeuw wordt niet hier gemaakt: die komt in grote plak ken uit Japan en wordt in Hoorn alleen gesneden en verpakt. Er staan piepkleine kerstman netjes in gelid in .een doos. Alleen voor Nederland. De Belgen hebben iets tegen kerst mannen. „Nederland houdt van wit, en zuiver, en puur", zegt de heer Meuwsen. „Geen bonte kleuren maar zilver-slingers. In België en Amerika kan het niet bont genoeg zijn. Hebt u ons nieuwste produkt al gezien?" Dat heb ik niet. ,,'n Fluorescerende slinger", toont hU. „Geeft licht af als het donker is. Ik venvacht er veel van". De Hoornse industrie heeft op haar gebied in de Benelux geen enkele concurrentie. Trouwens, in menig ander Europees land even min. „Een van de redenen is dat je elf maanden lang kapitaal dood hebt liggen. De produktie neemt twaalf maanden in beslag maar al leen in november is er vraag en in december ontvang je pas geld". Dat weerhoudt velen er van het voor beeld van Leo Wijnberg na te vol gen. Tien miljoen meter slinger dit jaar In Roth zeggen ze nu en dan onder een borrel nog wel eens: Jammer dat we de Nederlandse en Belgische markt kwijt zijn. glazen bollen, een produkt uit landen waar het kerstfeest offi cieel niet meer gevierd wordt. Ze komen achter het ijzeren gordijn vandaan en zijn zó goedkoop dat de westerse wereld niet eens in staat zou zijn die dingen voor het dubbele van de prijs te fabriceren Trouwens, héél veel van wat we plegen te koesteren als typisch christelijke versieringen, komt uit wereldstreken waar men nauwe lijks weet wat we er eigenlijk mee voor hebben. Voor Pasen zijn we met z'n allen aangewezen op Japan en Hongkong en ook voor de kerst zijn die landen trouwe leveranciers van versieringen. De mooie sparre-appeltjes met witte verfvegen op de schubben die de ongerepte sneeuw verbeelden, worden met scheepsladingen uit Japan naar hier overgebracht en het super-romantische feeënhaar komt uit Oost-Duitsland en Rus land. Het is namelijk geen écht feeën- haar, en ik hoop u daarmee niet van een tere illusie te beroven, doch heel fijne glaswol: puntig, mes scherp spul en probeer hier maar eens arbeiders te vinden om daarmee te stoeien. Leo Wijnberg, (58), is er na de oorlog met geweldige kracht inge sprongen want hij zag er wel brood in. Per slot van rekening had hy de nodige ervaring in het maken van huishoudelijke artikelen zoals pan nelappen en pansponsen en kerst boomslingers liggen in de praktijk vlak naast pannelappen omdat ze beide van metaal zijn. Zo is het in Hoorn, zo is het in ipv e grote revolutie is drie E jaar geleden gekomen toen iemand ontdekte dat de guirlandes niet meer van ver zilverd koperdraad gemaakt be hoefden te worden maar veel beter van plasticfolie konden worden vervaardigd. Dat is goedkoper en bovendien zijn alle kleuren mogelijk. In de af deling Leo Wijnberg van de fa brieken van de N.V. Vefa in Hoorn (10.000 vierkante meter oppervlak) waar kerstboomat tributen worden gemaakt, zijn het ganse jaar door zo'n dertig tot veertig man bezig om te zor gen dat er aan de vraag naar kerst glinstering in heel Neder land en België wordt voldaan. Negentien van onverbiddelijk gemeengoed is in de gedachten- gang van de Nederlanders en Bel gen. Ik mag dat tenminste conclu deren uit het feit, dat er dit jaar 60.000 van die bomen uit de ma chines groeiden, het merendeel in de ietwat natuurlyke groene kleur, een deel ook als zilverwit. „Je kunt ze opvouwen", zegt de heer Meuwsen, „en ze verdorren niet. En ze branden ook niet ge makkelijk". Sommigen zijn mis schien zo kieskeurig dat ze de lucht van sparregroen node ontberen maar er zijn tegenwoordig weer andere fabrieken die zulke geur in spuitbusjes leveren pffnc m snijdende cirkelmessen voorzie ne machines spuien dag in dag uit lametta-slingers, zoals de kleurige of „zilveren" guirlandes genoemd worden, die losjes op de takken van de kerstbomen worden gevlijd. Als oneindige slangen zakken ze in roterende trommels en in zacht- blauw geklede meisjes manipuleren de meetlatten om ze op handzame lengten te snijden. Hoeveel? De heer Meuwsen zegt: „Voor dit Jaar hebben we tien miljoen meter slinger gemaakt". Dat is dus zeven maal Roth vice ,,'t Is een mooi artikel en ieder jaar wordt het méér, want blijk baar viert tegenwoordig iedereen op de een of andere manier wel een kerstfeest". Duizenden meters kerstslin- gets worden aan lange tafels gemeten en verpakt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1964 | | pagina 13