I
OPGENOMEN IN 20ste EEUW
5
W aardevol studiewerk
uit toernooiboeken
Dertien schoppen
m
l
m
m
m
w
i
i
1
1
4
i
>1
W
I
m
4
mm
m
b
4
1
1
V
m
m
grr.
H
1
BI
m
m
AJ
H
a
2.
m
rouwen werken,
lannen flaneren
HOE
WERKT
HET!
I
I
i
1
1
i
il
li
1
1
n
1
a
T
T
i
«1
[iterdag 15 februari 1964
Jonge Kikoejoe
(moderne stijl)
Jonge Kikoejoe-krijger
(Bijzondere medewerking)
P DEN mijn vader, een kolonist in eKnia. met zijn door
ossen getrokken wagen het stuk grond bereikte, waar hij
D nieuwe boerderij wilde bouwen, was Oost-Afrika nog in
1 nevelen der onbekendheid gehuld. Dat was ruim een halve
iiw geleden. Om precies te zijn: in 1911. Hij begon direct met
|t terrein schoon te kappen. Dat kostte hem geruime tijd. Te
il zonsondergang bond hij een stormlantaarn vast in de top
tn een lange paal. die hij vlak bij zijn tent overeind zette. Na
nsondergang ontstak hij de lantaarn, ging voor zijn tent zit-
D en wachtte dan op de komende dingen.
Die komende „dingen" verschenen in de vorm van donkere
tnsen, die. één voor één. schuchter naderbij slopen in de
thting van het licht en dan vol ontzag de geheimzinnige licht
ing aarzelend betraden. Zij droegen korte mantels van geite-
ilen en om de armen koperen ringen. Hun haar stond stijf
in geitevet en rode oker. In de lelletjes van hun oren hadden
blokjes hout van het formaat van een inktkoker gemonteerd.
Als motten op een kaars kwamen zij af op de lantaarn, want
»it eerder In hun leven hadden zij zo'n lichtende toverdoos
Bien. Vol verbazing en ontzag bekeken zij de lantaarn. Mijn
ider maakte van die avondlijke belangstelling gebruik om
tt medewerking van een tolk een aantal hunner te over
men hem te komen helpen bij het schoonmaken van het ter-
In en de bouw van de boerderij.
let contact met mfjn vader was
I eerste contact van die donkere
iaën met een Europeaan. Het
l tevena het eerste contact van
mijn vader met Kikoejoes. met le
den van de stam (of volksgroep»,
die in de Jaren vyftig onzer eeuw
wereldberucht werd door het optre
den van de geheime organisatie
Mau-Mau. Tussen mfjn vaders
komst in Kenia en Mau-Mau la
gen slechte ruim veertig Jaar!
De jonge Kikoejoe-krijgers, die
ln 1911 naderbij slopen om mijn
vaders stormlantaarn te bekaken,
hadden niet het minste begrip van
wat ik nu maar gemakshalve zal
noemen „moderne dingen". Zij wa
ren (wat de Kikoejoes heden ten
dage nog zyn) landbouwers. De
ploeg kenden zij ndet. De schoffel
evenmin. Hun vrouwen bewerkten
het vruchtbare land met graaf stok
ken. Trouwens, de vrouwen deden
vrfjwel alles: zaaien, wieden, oog
sten. Bovendien viel de vrouw de
taak toe alle zware lasten (in de
letterlijke zin des woords!» te dra
gen.
Primitief
Vrouwen, die zware lasten tor
sen. kan men ook nu nog zij
het minder vaak dan vroeger in
het land der Kikoejoes zien. Met
een formidabele vracht graan of
brandhout schrijden zij gebukt
voort. De draagband loopt over het
voorhoofd en maakt daar diepe
groeven. En de mannen? Die lie
pen (en Ja. het komt voor!
lopen» voor de vrouwen uit, zonder
vracht en met een wandelstok in
de hand. Waarom de Kikoejoes
geen wagens maken?, vraag u mis
schien. Omdat men in sommige de
len van Oost-Afrika vóór de komst
der Europeanen het wiel niet ken-
Dat doet de DIFFERENTIAAL- verklikker
Bij geleidelijke stijging komt ook het isole
rend kapje op temperatuur. De druk van
de etherdamp blijft in beide benen gelijk
en de elektromagneet houdt de alarm-
stnoomkring verbroken.
In vele loodsen e.d. bedragen echter
de natuurlijke temperatuurs verschillen
soms meer dan 20°C In de loop van
een dag. Men heeft dan een verklikker
nodig die op SNELLE stijgingen reageert
Bij snelle stijging van temperatuur
verdampt de etner in het niet-geiso-
leerde been sneller. De buisstroom
wordt verbroken en de alarmstroom
Tegen het einde van het
vorige Jaar is Kenia onaf
hankelijk geworden. Iemand,
die dat Oostafrikaanse land
uit een langjarig verblijf
kent. vertelt in dit artikel
aardige bijzonderheden over
de „ontplooiing" van de Ki-
koepoes, Genia'a talrijkste
bevolkingsgroep.
de. De mensen gingen gekleed in
huiden, want de weefkunst be
oefenden zij niet. Zij torsten water
omhoog tegen steile hellingen of
oevers op. omdat zij de pomp niet
kenden. Zij zaten 's avonds ln het
duister, want van lampen hadden
zij nooit gehoord. Bij dit alles
kwam en volgens velen was dat
het ergste! dat tovenarij en bij
geloof voortdurend als sombere,
angstaanjagende wolken hun doen
en laten beïnvloedden.
Honderden misschien duizenden
Jaren hadden de Kikoejoes in die
primitieve toestand geleefd. ZIJ
woonden in de oerwouden, waar zij
hier en daar kleine percelen kap
ten om er tuinbouw te bedrijven.
Grote stukken wildernis maakten
zij echter niet schoon, want het
oerwoud was tevens hun bescher
ming tegen krijgszuchtige volken
als, bijvoorbeeld en vooral, de Ma
sai. voor wie de Kikoejoes veel vrees
koesterden. De ondernemende en
dappere Masai-krijgers organiseer
den namelijk van tijd tot tijd
strooptochten in het land der Ki
koejoes. Vee en vrouwen roofden
zij by die gelegenheden bij voor
keur.
Nieuwe dingen
Die primitieve toestand duurde
tot het begin onzer eeuw. Toen
kwamen er missionarissen, zende
lingen en (wat later» Britse be
stuursambtenaren in het land der
Kikoejoes. Van dat ogenblik af
leek het wel of de Kikoejoes een
sneltrein naar de moderne wereld
hadden gehaald! Veel nieuwe din
gen deden hun intrede. De zeggen
schap over leven en dood ging voor
de stamhoofden verloren. De recht
spraak kwam ln handen van Euro
peanen. Geld deed zijn intrede,
een even vreemde als verwarren
de nieuwigheid. Nog gekker werd
het (naar de mening der Kikoe
joes». teen zij bespeurden, dat zij
een deel van hun loon ln de vorm
van belasting moesten terugbetalen
aan de overheid. Maar en dit
was bijzonder prettig! aan de
strooptochten der Masai kwam een
einde. Voor het eerst sedert vele,
vele eeuwen konden de Kikoejoes h
wagen om ongewapend door hun
eigen land te trekken. Nog een
prettige nieuwigheid: Als de oogst
mislukte, zorgde de overheid voor
voedsel!
Die ..nieuwe dingen" leidden in
den beginne wel eens tot wonder
lijke situaties. Zo herinner ik mij
hst volgende, mi) door een echte
oudgast verteld verhaal heel goed.
Nairobi was nog ln het eerste sta
dium van ontwikkeling, maar de
jonge Kikoejoes kregen al vrij
gauw de smaak te pakken van een
gezellig dagje ln de stad door te
brengen. Zij kwamen dan naar
Nairobi in hun groot-tenue: geite
vet en rode oker. armbanden en
enkelringen van apehuid. Zo para
deerden zij ln Government Road
als echte Beaux Brummels. Op een
goede dag kondigden de autoritei
ten het bevel af. dat de Afrikanen
in Nairobi een deken moesten dra
gen. Studentikoos aangelegde Jonge
krijgers plaatsten de overheid voor
een moeilijk probleem, toen zij
vrijwel in Adamskostuum in de
stad verschenen, maar met een de
ken als tulband om het
hoofd gedraaid! Er was heel wat
overredingskracht voor nodig om
die overmoedige, schalkse, donkere
dandies tot een andere manier van
deken-dragen te bewegen. De Euro
peanen, die toen in Nairobi waren,
hebben hartelijk gelachen om dat
staaltje van „dappere gehoorzaam
heid" van die Jonge Kikoejoes.
En later
Later kwamen veel lagere scho
len in het land der Kikoejoes. De
beste leerlingen gingen naar de
middelbare school en dan soms
verder naar de hogeschool te Mak-
kerere in Uganda. Er gingen ook
Kikoejoes naar Engeland om daar
hoger onderwijs te volgen. Sedert
het begin dezer eeuw is 't zielental
der bevolking van Kenia meer dan
verdubbeld. De Kikoejoes nemen
een vijfde van dat zielental voor
hun rekening en zijn daardoor de
talrijkste bevolkingsgroep van Ke
nia. Medische verzorging, een
spoorlijn, bruikbare wegen. enz.
kwamen tot stand. Menige Kikoe
joe beschikt nu over een of meer
motortransportmiddelen. Moderne
ziekenhuizen verrezen op enige
plaateen.
Geleidelijk aan werd het aan
deel der Kikoejoes in het bestuur
van Kenia groter. Volksvertegen
woordiging en rechterlijke macht
gingen tal van Kikoejoes onder hun
leden tellen. Kortom, in sneltrein
vaart zijn de Kikoejoes de moder
ne wereld binnengereden en heel
veel is er ln Kenia veranderd se
dert een stormlantaarn verbazing
en ontzag bij de Kikoejoes wekte.
Men mag by dit alles echter niet
vergeten, dat de Afrikaanse tover
dokter nog bestaat en zyn beroep
uitoefent ln Kenia. Zo is het nu
eenmaal in het land der Kikoejoes:
snelle vooruitgang, vele nieuwe
dingen, maar ook nog steeds tal
van oude spoken.
Kenia en de Kikoejoes zyn nu
over de drempel van de deur. die
hen toegang geeft tot een nieuw
tydperk in hun geschiedenl*. Tal
van moeilijkheden zullen er nog
overwonnen moeten worden. An
ders gezegd: de staatkundige voor
mannen der Kikoejoes staan root
een heel zware taak.
Zy zullen echter slagen op han
eigen. Afrikaanse manie*. Hert
nieuwe staatsbestel opgetrokken
op Engels - const! tutionsès
menten zal een
staatsbestel worden. Wis dal tn dB
komende tyden zou beoordelsn roei
West-Europese maatstaven, Bd
unfair en on wetenschappelijk B&V
Afrika is nu eenmaal andera dan
Europa. Dit vergeet men in ons
deel der wereld vaak, hetgeen een
bron ls van verwarring en mis
verstand.
Onze schaakrubriek
Tijdens het Hoogoven schaak-
tournooidat van 7 t/m 26 jan.
te Beverwijk werd gehouden,
verscheen dagelijks een bulle-
tin. waarin de uitslagen van de
gespeelde partijeneen kort
ronde-commentaar en de par
tijen zelf waren opgenomen.
Enkele partijen der meesters
waren voorzien van aanteke
ningen inderhaast gemaakt en
zoals zo vaak gebeurt, later bij
meer rustige beschouwing, voor
verbetering vatbaar. Een der
gelijk bulletin is niet te verge
lijken met een toernooiboek,
dat na afloop van de wedstrijd
door een vooraanstaand mees
ter in de rustige sfeer van zijn
studeerkamer verzorgd, vaak
uitgroeit tot een waardevol
studiewerk.
Het voordeel van een bulletin is, 1
dat degene die zich daar op abon
neert. zonder het tournooi persoon-
lijk aanwezig te hoeven zyn, toch
alle partyen kan naspelen. En ook
hiervan is veel lering te trekken.
Verder zal een toernooiboek alleen
ae partyen van de hoofdgroep be- 1
vatten, terwyi het bulletin boven
dien nog een behooriyk aantal uit i
de lagere regionen bevat
En deze naspelende, troffen wy
er enkele, die weliswaar niet op dl©
hoogte staan als de scheppingen
der .groten", maar toch zeer aan-
trekkeiyk zyn.
Wit: G. E. Kayser.
Zwart: J. G. Donk.
Groep 2A. 1. e2e4, e7eö; 3.
Pgl—f3. Pb8c6; 3. Lfl—b5, a7—
a6; 4. Lb5a4, Pg8—f6; 5. 62—<14,
e5xd4 (het z.g. Spaans midden
gambiet; de spanning in het cen
trum wordt iets te vroeg opgelost,
waardoor zwart weinig moeiiykhe-
den ondervindt 6. 0—0, Lf8e7
(met Pxe4 belanden we weer in de
Riga-variant van de open-verdedi
ging» 7. Tfl—el. b7b6; 8. e4—e5.
Pf6e4: 9 Telxe4. b5xa4; 10. Pf3x
d4. 0—0; n. Pbl—c3. hcS—b7; 12.
Pd4f5, Kg8h8 zwart bereidt
zich voor op de te verwachten aan
val op zyn koningsvleugel) 13. Pc3x
a4. f7f6 (een poging zich nog te
bevryden, die te iaat komt) 14.
Te4g4. Tf8—g6; 15. Tg4—h4
dreigt Txh7 en Dh5 mat), DdB—
e8: 16. Ddl—03. DeO—g6 (zie dia
gram).
Met een alleraardigst slot maakt
wit er een einde aan.
17. Pf5—d6ü, Pc6xeó( IA. DdSfcg
g6. Pe5xg6; Pd6—f7 mat.
Onze bridgerubriek
#Af
ingeschakeld.
In theorie is de kans dat u der
tien kaarten van één kleur in han
den krijgt, precies even groot als de
kans op dit spel:
Soh. H 7 5; Ha. B 8 4 3; Ru. V 9 7
2; KI. V 10.
Deze combinatie zal u geen
vreugdekreet doen slaken of, nog
jaren later tegen een andere bridger
doen zeggen: „Wat Ik toen ln han
den kreeg .7" Niettemin is dat
oninteressante geval even „waar-
sehijniyk" als een dertienkaart van
één kleur. Althans Is dat zo ln theo
rie. want In de praktyk wordt de
„kans" op dertien kaarten aanzien-
Ujk verkleind door het spelen en
niet al te best schudden.
Als er drie malen schoppen .ge
vraagd" wordt tydens een spel. zul
len die scheppens (ongeacht of men
met stapeltjes slagen dan wel wed-
st.rijdbrid?e speelt waar men de
kaarten voor zich houdt» min of
meer op een kluitje by elkaar biy-
ven zitten. Daar niemand hierna
vrijwel de moeite neemt de kaar
ten byv. een half uur lang zeer
grondig te schudden, biyven de
„stapeltjes" schoppens, hartens, rui
tens en klaveren by elkaar en wor
den deze kleuren weer min of meer
geiykeiyk over de vier spelers ver
deeld. De kans op zeer bizarre ver
delingen zou zeker aanzieniyk gro
ter worden, als men bh het geven
de spelers steeds drie of vier kaar
ten tegelijk gaf maar de spel
regels verbieden dat nu eenmaal.
Lang voor d« oorlog speelde ik
regelmatig in een Amsterdamse
bridgeclub waar een speeltafel
stond die automatisch schudde en
elke speler dertien kaarten uitdeel
de De tafel was niet populair de
zwakker* spelers weten hun verlie
zen aan de tafel en niet aan hun
eigen tekortkomingen. Wie zich aan
een tafel spiegelt spiegelt zich
zacht
In de byna 35 jaren dat ik bridge
heb gespeeld heb ik het éénmaal
meegemaakt dat iemand met ge
woon geven (één voor één) een elf-
kaart in handen kreeg. Een tien-
kleur heb ik dozynen malen gezien,
terwyi een negenkaart zeker enkele
malen per maand voorkomt (als
men iedere dag byv. veertig spellen
spelen zou).
1 april
Elk jaar op 1 april (kenneiyk de
..grapjesdag" overal ter wereld» ko
men persbureaus met het verhaal
dat „vier heren ln Hongkong (of
waar dan ook) by het bridgen elk
dertien kaarten van één kleur kre
gen en onder ede verklaard hebben,
dat gewoon werd gegeven enz
Voor de kansrekenaars aardig om
uit te zoeken, niet alleen hoe groot
de kans is dat deze gebeurtenis zich
voordoet, maar bovendien hoe groot
de kans is dat die gebeurtenis zich
elk Jaar op 1 april herhaalt.
Voor een bridger is een dertien-
kaart niet eens zó interessant be
halve als curiositeit Vorstel yke
personen en grote staatslieden
staan nog wel eens bloot aan las
terpraat. dat zy met dertien schop
pens in handen geopend zouden
hebben, met zeven S ansa tout
en geen enkele slag maakten! Dit
verhaal is even dom, als degenen
die het geloven wanneer hy het
hoorde.
Andere kleur
Een lezer adviseerde ons onlangs,
dat men met dertien kaarten van
één kleur het bieden moet openen
met twee in een andere kleur. De
partner mag toch niet op het twee
bod passen er zal een opgewekt
biedverloop ontstaan en tenslotte
kan de man met de dertienkaart
groot slem in zyn kleur bieden. Wel
licht wordt hij nu gedoubleerd en
hy kan redoubleren, zodat hü dan
zeer vele punten wint. Aldus Aladin
in Wonderland.
Ik weet niet of de geachte raads
man wel eens van het begrip „de
partner" heeft gehoord? Als zuid
byv opent met twee harten (op
dertien schoppens) zou ik brave
noord willen geven:
Sch. Ha. 8 7 5 4; Ru. A H 10
3; KI. A H V 7 5.
Noord stort zich (na hoopvol pas
sen der tegenpartyzeker ln een of
andere azenvraagconventie en na
het ontvangen „antwoord" van
zeven schoppen, zéker in de zenu
wen èn misschien in zeven Sans-
atout. Ik zou er wat voor over heb
ben om dat partijtje te zien en fo
to's te mogen nemen van zuid (op
het moment dat noord zeven Sans
zegt) en van noord (op het moment
dat zuids spel opengaat)
Echt om zo'n partytje te kun
nen meemaken, zou ik willen komen
lopen van Amsterdam naar Assen.
Niet, Assenaren dat ik u in staat
acht om zoiets ongelofeiyks te
presteren maar alleen om de
grote moeite duideiyk te maken die
'n Journalist zich wil getroosten om
zyn lezers over een dèrgeiyk« ge
beurtenis naar eigen bevinding te
kunnen berichten. Wat zou het een
verrukkelijk verhaal worden.
Verrassend
In de volgende party ontwikkelen
beide spelers hun stukken ongehin
derd op ideale wyze. waarna zeer
onverwacht enkele zetten later de
witte stelling ineen zakt.
Wit: J. G. Van Eybergen.
Zwart: B. Enklaar.
1. e2e4, c7—cö; 2. d2—d4. c5xd4;
3. Ddlxd4. Pb8c6 (de Noordse va
riant van het Sicillaana welke
zwart een gemakkeiyk spel geeft.)
4. Dd4a4, d7d8; 5. Lfl—b5.
Lc8d7; 6. Pgl—f3. Pg8—f6; 7. Pbl
c3. e7e6; 8. Lel—gó. Lf8—e7; 9.
0—0, Dd8c7; 10. Thl—el, 0—0; 11.
e4eb en na deze zet loopt het in
eens verkeerd II. d6—eö; 12.
Pf3xe5 Pc6xe513 Lg5xf6, Le7xf6;
14 Lb5xd7, Pe6—c4; 15. Tdl—<13,
Tf8d8; 16. Ld7—b5, Pc4xb0 en
wit gaf op. Zoals men ziet: er ls
geen redden meer aan.
Lodder-wedstrijd
CLV
bedeffh
i
4
i
.i
a
I
s.
B
3
3
Wit aan zet, wint.
CLVI
b
0
d
t
V
-, A
l
4
1
1
1
"ft
H. W. FllarskL Wit aan zet, wint.