Lang leve gas- en oliezoekers op AMELAND ZOEKLKH Kom er ACHT-er DEUTZIA'S VOOR DE TUIN „ER BLIJFT ALTIJD WEL WAT HANGEN" Kom er ACHT-er Zaterdag 30 november 1963 Pagina 2 Niets beheerst het leven op Ameland van vandaag de dag zo zeer als het speuren naar bodemschatten. Hierbij geeft onze Groningse correspondent een moment- opname. Meer kan het niet zijnwant de wedloop tussen mach- tige maatschappijen duurt voort en zorgt op onverwachte momen- ten voor nieuwe ontwikkelingen. Nadat deze regels werden neergeschreven en de foto's afge drukt. is er een nieuwe invasie gekomen, die onherroepelijk leidt tot de bouw van een tweede boortoren op Ameland. Weer wordt er een weg door de duinen gebroken nu ten be hoeve van een N.A.M.-boringweer zijn er vreemdelingen en uitheemse materialen op het eiland gelost en weer is een maat schappij (B.P.) bezig een helikopterbasis voor het seismisch on derzoek aan te leggen. De geruchten, dat de Caltex gas heeft aangeboord, herleven. I Hotel Hofker in Nes doet nog betere zaken en ook anderen profiteren mee. Maar tevens neemt het aantal stemmen toe. dat waarschuwt voor een ontwikkeling, die het karakter en daarmee I het toerisme van Ameland in gevaar kan brengen. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiii OP DE BOEKENMIRK1 (Van onze Groningse correspondent) Voor de tweede keer die dag staan we in de regen voor de sluitbomen vJn het Caltex- boorterrein midden in de Ame landse duinen en weer wordt gezegd, dat ..mister Stewart" niet hier maar in Hotel Hofker is, waar we zojuist vandaan komen. De witgehelmde Duit ser, die ons te woord staat, is even onverzettelijk als de boor toren op de achtergrond, die het geluid produceert van overvliegende bommenwer pers. Het haastig opgetrokken pionierskamp doet denken aan een circusterrein, maar de aan blik is veel troostelozer. Als we aan de terugtocht willen be ginnen, stopt er een licht blauwe Simca voor de sluit bomen. ..No comment" (geen commen taar). zegt de heer J. T. Stewart, leider van de boorploeg. Even later wandelt hJJ als Jean Gabin het terrein op en het beeld uit. Maar hij houdt woord, komt terug en be- f int In zijn Simca aan een roeke- oze race over de staalplatenweg, die dwars door het beschermde eendekooi-gebied loopt. Onnavolgbaar neemt hij de zandbulten en modderpoelen in de stukgereden weg, zodat hij al stel ling heeft gekozen als wij in Hotel Hofker in Nes aankomen. „Het is hier één en al spionage", zegt kastelein Hofker en hij kykt betekenisvol voorlangs de tapkast naar de deur. Achter de deur is alles geheim, want daar begint het hoofdkwartier van de Caltex-ploeg „Niemand mag daarbinnen. Alles zit achter slot en grendel". Als de heer Hofker zich omdraait naar de vreedzaam etende en drin kende mensen in het restaurant ligt er een oiyk-tevreden uitdruk king op zyn gezicht. Het seizoen is al hoog en breed achter de rug. maar hij heeft altyd nog zo'n 30 „oliemensen" vast onderdak. En ook de 4 bungalows achter het ho tel zijn in november bewoond: de topmensen van de boorploeg heb ben vrouwen en kinderen uit Ame- rik laten overkomen. Hol van leeuw Minister Stewart opent de deur voor ons naar het hol van de leeuw. HIJ heeft de voorsprong gebruikt om de gewichtige stukken, die vol gens de ober op tafel lagen, weg te bergen in stalen kasten. Samen met de kasten en met Allan. W. Holmes, topman nummer 2, laat hy zich fotograferen, nadat er voor het gezicht wat onschuldig papier op de kale tafel is gelegd. Natuurlijk betreurt mister Ste wart het ten zeerste, dat het alle maal zo geheim moet gaan. Hij is echter een sportief man. die het spel keurig meespeelt. Maar meer dan wij zien, kan hy er ook niet van maken: een robuuste bui tenman in ribfluweel met open kraag in een hotelkamer, die on opvallend als bureau dienst doet. Ook buiten valt op deze dag wei nig te bespeuren, dat herinnert aan een wedloop om bodemschat ten tussen machtige maatschappij en. Geen trillinkje is ons bescho ren op dit eiland met bunkers en 6churen vol springstof. Geen gescheurde muren, zoals op het vasteland werd gezegd, geen klagende of verontruste eilandbe woners, maar steeds dat welwillen de tegemoet treden van alles, wat met bodemonderzoek of boring te maken heeft. Zy. die naar olie en Jachtopziener Hender ik Timmer: ..Al het wild trekt daar weg. er Is geen rustplaats meer Opa Leendert Brouwer (87): ..Ja wis en zeker, d'r blif altied wat van hangn". gas speuren, Amerikanen en Duit sera, Engelsen en Fransen, Arabie ren en Amelanders, zijn gemakke lijk te herkennen en men behan delt ze als een duur soort toeris ten. Ook elders Die ene keer. toen er een te zwa re lading werd gebruikt bij het seismisch onderzoek en Ameland op zijn grondvesten trilde, is snel vergeten De gas-en-oliezoekers stoppen hun goede geld waarach tig niet alleen in de grond. Zo oud als hij is (87), zegt de heer Leendert Brouwer: „Ja wis en zeker, d'r blif altied wat van hangn. Ons eiland wordt er niet minder van. Er wordt aan verdiend en daar is 't ja om te doen". In hotel De Jong in Nes wordt er best aan verdiend met 20 k 30 personen van de Seismo6-ploeg op kamers. En in de winkel tegenover het hotel zegt WV-voorzitter J. Klaassen: „Ik heb nog nooit zo lang ansichten verkocht als dit jaar". De heer Klaassen verkoopt ook vele andere artikelen, terwijl hij butagas-depothouder is en NAM- mensen op kamers heeft gehad. Eventuele gasvondsten kunnen hem geen vrees aanjagen en het belang van de nationale economie slaat hi) hoog aan. „Wij delen de verontrusting van de Schiermonnikogers niet. Hier is geen reden tot protest. Ik zeg maar zo: we hebben gratis reclame, mensen, we staan elke dag in de krant!" Badgasten En de badgasten? „Ik heb nog geen klacht van een badgast ge hoord, terwijl er toch al sinds februari onderzoekingen worden gedaan". Ook als er gas of olie ge vonden wordt, ziet de VVV-voor zit ter nog geen schade voor de re creatie op het eiland. HU ziet nog geen fabrieken op Ameland („ten- zu er zwavel wordt gevonden, wat onwaarschUnlUk is"en nog geen dam naar de vaste wal, maar een pijpleiding. („Wat veel eenvoudi ger en goedkoper is"). Burgemeester mr. J. Siderius houdt ook goede moed: „Die kerels stellen zich zo vreeelUk aan, dat er wel iets aan de hand moet zUn, maar ik kan er op dit moment niet veel drukte over maken. Als het recreatieve karakter van het eiland niet wordt aangetast, gaan de toeristen met op de loop voor een paar ja-knikker* en een pUpleading". „Het kan best zyn 8eeït de burgemeester toe, „Dat ik over een half jaar spijt heb van deze lankmoedige houding en met de vuist op tafel moet slaan Ik vertrouw echter, dat de hoge re autoriteiten begrip hebben voor onze situatie en onze belangen in de gaten houden". (Het risico, dat dat vertrouwen beschaamd wordt, loopt Ameland met alle andere Waddeneilanden, behalve misschien Schiermonnik oog. Het gemeentebestuur daar- heeft vóór de „fatale" datum van 1 oktober, die gold voor de NAM Concessie-aanvraag, bezwaren inge diend tegen het verlenen van een concessie voor de winning van w- tumina. indien daaraan niet de conclusie wordt verbonden, dat de rust en het karakter van het eiland onaangetast blUven Dieper Op slechts enkele kilometers van het raadhuis in Nes en op nog geen 500 meter van de eendekooi zakt de boor beitel dieper en dieper. Zeven dagen en zeven nachten in de week denderen de motoren en felle schUnwerpers verjagen de duisternis. In het eertUds streng verboden kooigebied is de rust voorgoed ver dwenen Eenden, fazanten en reeën, die er een rustplaats vonden, worden kopschuw en vluchten. Als broedplaats van zeldzame klekedie- ven, de blauwe, de bruine en de grauwe, en van velduilen is het ge bied waardeloos geworden, zo meent de jachtopziener van de Amelandse jagersvereniging Henderik Jan Timmer <30). een reus in het groen, die in juli de Veluwe voor Ameland ruilde, schudt bedenkelijk het grote hoofd met het be veerde hoedje. „Al het wild trekt daar weg", zegt hij somber. „Van de week hebben we er nog gejaagd. Het is onbegrijpelijk Ze doen maar. er wordt nergens naar gevraagd". Van de 10 a 15 reeën, die zich bij de eendekooi plachten op te houden, ziet hij er zelden nog één. Strikken en klemmen riet hil des te meer. „Op vrije dagen struinen er te veel mensen rond, die er niets te maken hebben. Die ritten in de zomer ook met de handen bij de t t nesten, wat funest is. Ze doen daar volgens mij een hoop schade, die vreemdelingen". Niet voor niets houdt de heer Timmer er een bouvier op na en koopt hij straks een dure, afgerich te politiehond. Het eerste het beste gesprek tussen „oliemensen", dat wij aan boord van de Ameland boot afluisterden, ging over het vangen van eenden. Het ergste Ook voor het natuurgebied „Het oerd" op de noordoostelijke punt van Ameland, waar een meeuwen- kolome huist, vreest de jachtopzie ner het ergste. In die buurt heeft Mobiloll al een bunker voor explo sieven. „Vakantiegangers worden bekeurd als ze er komen, maar als er straks een boortoren w or dit neer gezet, praten ze nergens over". Henderik Timmer staat met zijn klachten niet helemaal alleen tus sen goed geld verdienende Ame landers. die zich op de koop toe laten verstrooien door het gas-en- olie-circus. Enkelen klagen erover, dat er deze zomer geen bot of scholletje te vangen was in de Waddenzee ten gevolge van het seismisch onderzoek. Zulke klachten worden echter nauwelijks gehoord en als ze ge hoord worden. is VVV-direc- teur Klaassen er nog. die met lo gica het verhand tussen de slechte vangst en het onderzoek op losse schroeven zet. Ook nu wordt er ge ploft In de Waddenzee en de vangst is best. En zo blijft het: Langleve de olie- en- gaszoekers! De leider van de Caltex-boor- ploeg, mister JT. Stewart, met links van hem topman nummer 2. Allan W. Holmes en rechts de ladenkasten met boorgehei- men. overgrote deel overeenlmt met 4 van de moordzaak. Bovendia heeft Fabricius het. oces bijm woond en een uitvcig versla daarvan geschreven 1 „De TeW graaf". „Een werk -.n verbeêll ding" lijkt m(j dus nfc een hel» maal juiste definitie.Ién ding zekerde bedoeling iriet gewea i het hele drama in deiedendaag tijd te laten spelen E daar hi« aan niet te twyfele valt, ve baast men zich over nige zake In de eerste plaats ov* het dier» meisje Lena, die zonen v» haar werkgevers schrijft al „jongeheren" die chter ha» aan zitten. Kom, da taan vaarde wij in deze vorm bij Irman Rot bers. maar na diens ti toch nk meer. Dan is er de jigen Chn die zijn petje afneemtroor de fy kast. de geyser en devasmachii en die een „armeluistht" uitwi semt een ten hoofe uit 191 stammend beeld. Ove de andfl Jongen Freek lezen j dat geld voor hem bijeens gebracl om hem naar een bete school t sturen". Zou Fabiius h«l niet weten dat tegenw>rdig iedi kind naar iedere scho» kan gat zonder noemenswaarce kost» voor wie ook? Deze zfde kna»' wil niet gaan studerenomdat fc geen „Corpsstudentje" d kunne spelen. In deze tijd va werksU denten Goed verwezenlijkt is e JongS van de gebroeders Hooghdt. M« Deze keiharde zoeker opwit ding. die er bijna alle uitflap omdat hy meent datien ha toch niet zal geloven, de jongt bij wie de koele wraakgevdens b winnen van de angst, is »n goed tegenspeler van de buermaw schappij. „Boekvinken". )ueridi Amsterdam 1163. Als een ware surprise is reel Boekvink, vroeger van de Ar ba derspers, by Querido opnlev ve schenen in smetteloos wit g/ede te. Het uiterlyk is er wel a.voflj uit gegaan. Ook kwalitatief nogt 1 deze negen nummers er zijn. Men vindt er drie klassiek va1 talingen. te weten „Knie Oidipoes" van Sofokles, verteld 1 van een inleiding voorzien do Jan Engelman, „De Storm" 11 Shakespeare in de vertaling 1 M. Nyhoff en „Ifigeneia in '4 riè" van Euripides door dead j hand vertaald. Voorts twee to# stukken van moderne auteurs: ,j draad in het Donker" van Hl Haasse en „De Zwanen van Theems" (herdruk) van Cees 1 te boom. Ook zyn in de reeks drukt de voortreffelyke oorlog» veile van Gerrit Kouwenaar Bom" en de bundel liefdesgod ten van Ellen Warmond „Win een Woonplaats". Nieuw zin verzenbundels van Leo Vronani J. BernJef. Van de laatstgeoeK „Dit verheugd Verval". W/t verheugd verval is, weet c precies. Een verval kan nifc uf heugd zyn. zou ik zeggen, emifl die zich verheugt in zyn ven» bon. Maar deze verzen vanJeraJo vertonen vooralsnog geen ïkene van verval, zodat men rrt dfl bundel zeker verheugd kaï zUn. De „Manke Vliegen" (vyflpo tertjes) van Leo Vroman 4jn I als diens werk gewoonlijks: vw UJk. geestig en diepzinnigDit »j vyfregelige rymende strem rtt tussen de vierde en de vijie rep een merkwaardige krabbeldie vol komen by het dichtsel ptu CLARA EG INK Kunt U de acht afwijkingen in de beide bovenstaande tekengen vinden? De juiste oplossing vindt U elders in dit BUvoegïl. J EEN Jos Ruting. „Lydia en de Zwaan". J. M. Meulemhoff. Amsterdam 1963. De eerste roman van Jos Ruting, genaamd „Lydia en de Zwaan", is iets unieks te midden van het pro za van de jonge schryvers. De ge schiedenis van Lydia en haar Hel- leer.tje6 is als een welig korenveld tussen de schrale aardappel- akkertjes; vol schoonheid en reali teit. Het is de fantasmagorie, die de werkeiykheid wordt wanneer de poezie de overhand krygt. Er is evenwel een roman waar aan dit boek my herinnert en dat niet alleen om de overeenkomst van de naam Helena en de citaten uit A. Roland Holst. Ik bedoel „Helene in het Heelal" van Ferdi nand Langen, in 1945 verschenen by ,.De Bezige By" en helaas snel ondergegaan in de stroom nieuws. De roman van Ferd. Langen is veel eenvoudiger van constructie, maar ook deze heeft dat transendentale, dat de beide boeken weer gemeen hebben met „Le Grand Maulnes" van Alain Four nier. Jos Ruting heeft zyn geschiede nis van moderne kinderen de on dergrond gegeven van het heim wee naar een verloren verleden. Een landhuis, paardrijden en vrij heid, om niet te vergeten die zwa nen, Helena en A. Roland Holst. Het meisje Lydia is een school meisje. dat temidden van vriendin nen en vrienden, haar huiswerk, haar leraren, haar nicht en haar tante leeft met de vliegensvlugge geest van een moderne sprookjes- prinses. Een sprookjesprinses even wel. die alles in de gaten heeft, iedere ervaring goed vertaalt en die even onbedorven als onbederfe- lyk ls. Treffend ls het geïroniseer de hedendaagse tydsbeeld. Men leze de hoofdstukken „Toneelstuk ken" en „Ik zevenslaper" b.v. met de prachtige parodieën op de huiveringwekkende nonsens van de hedendaagse moraal. Een roman van een fantastisch oorspronkeiyke visie en voortreffeiyk geschreven. Johan Fabricius. „Jon gensspel". Leopold Den Haag 1963. Johan Fabricius heeft de Baarn- se moordzaak genomen als onder grond voor deze novelle. Het ls geen documentaire, zegt hyzelf op de omslagtekst, maar een werk van verbeelding. „De lezer zoeke, buiten de tydens het proces algemeen be kend geworden handeling om, dus niet naar punten van overeenkomst met de werkeiykheid voor zover die er mochten zyn, berusten zy op toeval". Deze mededeling wil dus zeggen dat Fabricius zyn vier Jon gens en de mensen om hen heen. heeft gecreëerd zoals hy denkt dat zy geweest zouden kunnen zyn ty dens de periode van het Baarnse drama. Dat neemt evenwel niet weg, dat de handeling voor het 1. jongetje heeft grotere voeten 2. een ei meer op tafel 3. mond dame kleiner 4. haar meisje korter 5. gordyn links verder dicht 6. gegooid ei ligt verder 7. hoed voorbyganger 8. staart van poes smaller t t Deutzia's worden soms ook wel bruidsbloemen genoemd rijk bloelende heesters, waarvan men enorm veel plezier kan hebben en die spoedig voor een goede vulling kunnen zorgen. Er zyn vele soorten: Deutzia scabra ls een van de meest bekende; de plant groeit Link en bloeit met een schat van wit roze bloe men. echt iets voor de liefheb bers tuin. Op de achtergrond ln de border zou men ook enkele struiken kunnen poten, doch ze zullen als voorgrond, in een bomengroep nog veel beter vol doen. Men moet voor voldoende ruimte zorgen; een onderlinge afstand van een paar meter hebben ze op den duur nodig en das kan men beter direct voor Deutzia: rjjk bloeiende heester. die ruimte zorgen; die vullen ze best op. Deutzia's moeten voorts be slist een zonnig plekje hebben en men moet ook voor een voed zame grondsoort zorgen. In schrale zandgronden groeien ze niet best en er zal dus iets aan gedaan moeten worden; spit er wat oude mest of kompost doorheen; vooral kompost wordt tegenwoordig veel gebruikt en voldoet prima. Deutzia's moeten ook van tijd tot tUd gesnoeid worden; meestal doet men dat *swinters; dan heeft men de meeste tyd. doch het is glad verkeerd dat te doen. De tak ken zitten dan al vol bloem knoppen en als men die weg snoeit, gaan ook de mooie bloe men verloren. Daarom kan men veel beter direct na de bloei snoeien, dus in de voorzomer; dan kan men ook veel beter zien welke takken wei en welke niet gemist kunnen worden. Deutzia gracilis is een kleine heester; deze wordt niet veel hoger dan ongeveer een halve meter en ls dus oy uitstek ge schikt voor de kleine liefheb - berstuin. Ze kan enorm ryk bloeien, helder witte bloempjes. Omdat ze zo vroeg bloeit, kun nen zelfs open bloemen nog be vriezen. Hier aan de zeekant zal men daar niet zo veel last van hebben, doch wel in het cen trum en in het oosten van ons land. O. KROMDIJK.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1963 | | pagina 8