Nederlands showechtpaar no. 1 Berry Kievits - Gerard Walden Ondanks het„mijnheer Walden van de televisie IS ANGST VOOR T.V. NOG NIET DE BAAS Zaterdag 20 juli 1963 Uit Frankrijk komen niet leen chansonniers, maar zangers die men crooners not Het onderscheid dat maakt, hangt niet van de of vrouw af, maar van het r pertoire hoofdzakelijk. Fran crooners zijn Amerikaans oriënteerdHun voorman is laatste tijd de dertigjarige fi rijzenaar Sacha Distel, die internationaal hekend was q jazzgitarist voordat hijzelf 1958 ontdekte dat hij kon zir, gen. Goed kon zingen. Zoa men kan horen, als men 24 nieuwe langspeelplaat "Fro Paris with love" draait. Sacl heeft, zelfs als hij heel zwo een romantisch liedje als "Do again" zingt, een manneliji donker getimbreerde, buigzai stem. De twaalf nummers d hij op deze plaat brengt, zijn lemaal evergreens, waarom All of you. People ivill say, Lel do it. 's Wonderful, Cheek cheek en Too close for comfoi De begeleiding door het orkt van Ray Ellis is smaakvol pittig R.C.A. We blijven nog even in de Vjjl Republiek in het gezelschap vi twee rasechte chansonniers. Ti zangers wier namen geen nadi toelchting behoeven: Gilbert B en caud en George Brassens. Van B kui caud is dezer dagen een single de Nederlandse markt gebrad waarvan beide plaatzijden het aa horen dubbel en dwars waard zfy een stemmig "Mere douloureuse"i een indringend vertolkt, meed pend "Va t'en loin" met een hela ietwat zwijmelend slot (His Ma ter's Voice). De dichterlijke fantasie van Bn sens is onuitputtelijk. Aan reeds uitgebreide oeuvre heeft h vier knappe chansons toegevoi die zijn te beluisteren op een F lips-e.p. Het zijn La complainte filies de joie, La fille k cent sou Tonton Nestor en Le temps paai Vooral de klacht van de melaji van plezier, een klacht die hai clientèle betreft, is een poëtisd conference van dergelijk gehal .3 dat men het wel wat bekend vooi komende melodietje graag op koop toe neemt. Chubby Checker krijgt niet noeg van de limbo. Na zijn "Limb Party" heeft hij een langspeelplai gemaakt die „Let's limbo som more" heet. Zoals bekend is de lim bo als dans niet nieuw. De muzie is het evenmin. Rum and coca col Mama look a boo boo en Peant Vendor bij voorbeeld zijn oude be kenden. Maar zoals Chubby dei liedjes zingt, geven we aan de lim bo verre de voorkeur boven twls en madison (Parkway t. Een andere langspeelplaat v hetzelfde formaat <25 cm) is maakt door onze bloedeigen Wi Schobben, zijn gouden trompet zyn orkest. Tien nummers die Will het afgelopen jaar in de hitparad heeft geblazen, staan er op. Not men we El Mexicano. The lonë buil, Maria de Bahia, El soldado Leoita en Einmal weht der Süd wind wieder (Artone). nie tot A SU ho Een duo dat jaren geleden grol triomfen vierde met How high ti moon. The world is waiting for tt sunrise en Vaya con Dios, vormi u heeft het al geraden Lt Paul en Mary Ford, de gitarist t de zangeres, bekend geworden da hun drie- of vierdubbelopnamen. Zij zijn weer terug op de platen markt en ze werken nog steeds vol gens hetzelfde procédé. Het laatst neemt niet weg, dat Gentle is ya love en Move along baby ons ha wat prettiger in de oren klinke dan de meeste prestaties van jonge garde (C.B.S.). Eydie Gormé, aan wie wij on langs een uitvoerig artikel hebbe gewijd, vraagt de aandacht een heel lief gezongen "Fly me t the moon' en het vijf jaar geledei erg populaire „I'm yours" (ABC Paramount). Speciaal voor de teenagers slotte: een gekruid 'There goes tb, heart again" van Fats Domino mt op de keerzijde "Can't go on witb out you" (ABC-Paramount). „Ochu bent mijnheer Walden van de tele visie Met deze uitroep werd Gerard Walden (54) onlangs begroet, toen hij met zijn vrouw Berry Kievits in de Noord holland se badplaats Bergen een huis voor de zomermaanden kwam huren. „Van de televisie Welk een indringende macht heeft toch dit jonge medium. Van 1946 af zetten de Waldens ieder jaar een nieuwe revue of musical op de planken. Ze sjou wen er mee het hele land rond. Geen stad is te groot, geen dorp te klein. Pas in het afgelopen seizoen zijn zij daarnaast ook op het beeldscherm verschenen. Maar toch is het nu „Walden van de televisie Ze hebben zich ondanks alle aan biedingen lang tegen een tv-optre- den verzet, bang als zij waren om het publiek te overvoeren. Tot zij zich toch meegesleept zagen door de enorme zuigkracht. „Het is eigenlijk geleidelijk gegaan. In 1953 kwamen we bij de KRO. Sindsdien hebben we negen revues en één musical gebracht. De eerste vijf zes Jaar ging het goed. Toen konden we doen, wat we wil den. Daarna kwam de KRO met ar tiesten, die „zo populair waren ge-^ worden door de radio1*'. Vervolgens' werd het „zó bekend van de televi sie". En dan word je onwillekeurig opgeslokt. Dus toen Tom Manders ons als zoveelste vroeg om toch ook eens mee te doen hebben we maar ja gezegd. Maar voor de camera doen we niet het werk, dat we op de planken brengen. Daar passen we wel voor op. We acteren nu. Iedere keer in een andere huid. Dat vinden we echt fijn. En we ho pen het steeds meer te mogen doen. We denken, dat het publiek ons dan niet zo snel zat is, welk gevaar erg groot zou zijn als we als caba ret-artiest voor de televisie zouden komen. Dan moet Je met steeds de zelfde persoonlijkheid de kijkers weten te boeien. En er zijn voor beelden genoeg om te bewijzen, dat dat een hachelijke onderneming is. Het publiek is wreed. Zo plaatst het Je op een voetstuk, zo laat het je vallen als een gloeiende kool", leggen ze uit. Geen ervaring Nooit een show dus van dit in het revuewerk geroutineerde duo op onze beeldbuizen? Zelfs niet een of tweemaal in een seizoen, waarmee het gevaar van teveel wel tot een minimum is gereduceerd? „We durven niet", geeft Berry Kievits eerlijk toe. „Het is ons ai zo vaak gevraagd. Maar we missen er varing. Tom Manders b.v. ik noem hem, omdat we met hem heb ben samengewerkt ziet meteen of ergens een aardig plaatje inzit. Een beetje zus, een beetje zo en het is voor elkaar. Dat inzicht hebben we nog niet. Oh Ja, op het toneel weet ik alles. Zo'n decor, zo'n be lichting. zo'n kostuumpje, dat is ge sneden koek. Dat heb ik in al die jaren wel onder de knie gekregen. Maar bij de televisie ben ik zover nog niet. En als ik er eenmaal ben, misschien ben ik dan alweer te oud?" Het kost enige moeite om zich voor te stellen, dat Berry Kievits kortgeleden een kroonjaar heeft voltooid. Want op dat beruchte kruispunt zal Abraham beslist weinig vrouwen ontmoet hebben, die de last van een halve eeuw met zoveel jeugdige charme dragen. Berry Kievits is ook in het dage lijks leven de uitbundig vitale per soonlijkheid, die we van de plan ken kerihen Herhaaldelijk schalt haar aanstekelijke lach over het terrasje in haar Bergens vakantie adres, waar we het bijzonder ge animeerde gesprek met haar en haar man hadden. Toen we kwa men zat hij in korte broek en open shirt, zij liep rond in een knalrode lange broek en een vlot blauw jak. „In de vakantie zoeken wij rust en gemak", verklaart zij haar weinig conventionele dracht. „We willen ons eigen leven leiden. Pu bliciteit? Goed. Dat hoort er nu eenmaal bij. Zover het een onder-- deel van ons werk is, willen we het aanvaarden. Maar meer niet. Als ik in een oude broek en blouse wil lopen, doe ik dat. Dan pieker ik er niet over, dat iemand mij mis schien ergens zou kunnen herken nen.' En wat dan nog? Sommige collega's zie Je met het stygen van hun ster veranderen. Ze „spelen" de gehele dag artiest. Daar bedank ik voor. Thuis wil ik gewoon mij zelf zijn", zegt Berry Kievits gede cideerd. „Daarom hebben we ook ons buitenhuisje aan de Vinkeveense Plassen we wonen normaal in Amsterdam aan mijn broer Willy (juffrouw Snap) overgedaan", voegt haar man eraan toe. „Daar zijn teveel artiesten in de buurt. In de vakantie willen we 'er helemaal uit zyn. En die rust vinden we hier". Herinneringen Schuilt daarin wellicht de reden, dat ons onderhoud zo wei nig heeft van het normale inter view? Geen vraag- en antwoordspel, maar een genoeglij'k babbeltje. Geen gedegen gedocumenteerd re laas, maar wat gezellig oprakelen van herinneringen en voorvallen. Het is moeilijk er een Vaste lijn in te ontdekken. Ze leerden elkaar kennen bij Re- né Sleeswyk. Dat was kort voor de oorlog. Pas toen die afgelopen was zijn ze getrouwd. Zy stond al op de planken, toen ze amper drie was, hij als be roeps toen hij de drie kruisjes al gepasseerd was. Geen wonder. Zij kwam uit een rasechte artiestenfa milie. hij niet. Berry Kievits kreeg het vak als het ware met de pap lepel ingegoten van grootouders en ouders. De laatsten brachten gelief de draken als „De twee wezen" en „Blanke slavinnen" voor het voet licht. Toen er een kinderrolletje be zet moest worden, was dat natuur lijk voor de kleine Berry. Op tien jarige leeftijd annonceerde men haar als „Neerlands jongste caba retière". Wanneer de politie kwam. moest ze snel achter de coulissen worden weggemoffeld Via operette <..op zestienjarige leeftyd hebben ik de vier vrouwelijke rollen in Rosemary gespeeld, waaronder zelfs èén van zeventig jaar"), het volkstoneel <„van de Boubers heb ik zoveel geleerd"), de Davids-re- vue en het grote toneel onder lei ding van Paul Steenbergen kwam ze in 1939 bij Ftené Sleeswijk' in Amsterdam terecht. Daar waren toen ook de gebroe ders Willy en Gerard Walden, die zich op eigen benen een weg naar het vak hadden moeten banen. Zij waren de zoons van levensverzeke ringsagent KaldewaaU uit de Am sterdamse „PÜP". een komiek in het gewone leven, maar niet bij machte om zijn zoons by te staan in hun artistieke aspiraties, die ze aanvankelijk alleen als amateurs, De aanstekelijke schater lach, waarmee Berry Kievits (boven) al talloze malen het publiek in ontelbare Neder landse zalen op haar hand heeft gekregen, klonk tijdens ons gesprek ook diverse ma len over het terrasje van de woning, waarin het echtpaar Walden van een vakantie in de Noordhollandse badplaats Bergen genoot. Toen het bekende arties- lènduo (links) op de drem pel van de openslaande deu ren wilde poseren voor onze fotogrqaf, wilde de hond ook wel eens weten, wat al die vreemde drukte te beduiden had. „Hij gaat overal mee naar toe. Naar elke voorstel ling. Hij zoekt meteen een plekje op en blijft daar dood stil liggen. Tot de muziek van de finale klinkt. Dat weet hij feilloos en dan staat hij ons op te wachten om zo snel mogelijk naar huis te gaan", vertelde Gerard Wal den. Voor Canadezen De oorlog was nog maar net voorby of er stonden Canadezen, die in Velsen gelegerd waren, op de stoep. Of ze een show konden ver zorgen? Wanneer? Morgenavond. Ze zeiden ja, maar het heeft'heel wat moeite gekost om het voor el kaar te boksen. Die inspanningen werden echter goed betaald. Met... sloffen sigaretten. Toen werd Gerard en Berry ge vraagd of ze ook voor de troepen op tournee konden gaan. In het begin van de week zouden ze steeds horen, waar ze naartoe moesten. „Natuurlijk zeiden we: O.K. Maar zo kon het gebeuren, dat ik ergens kwam en me netjes bij de commandant ging melden. „Wat kom je doen?", vroeg die met een gezicht als een vraagteken. „Een show brengen? Man, dan kan niet. Er staat voor vanavond dansen op het programma". Nou en dan hesen we de dertig man en al het mate riaal maar weer in de wagens en gingen netjes naar huis. Als krui deniers. die „met nodig" hadden gehoord. Maar de betaling ging ge woon door", lacht Gerard. „Je kon trouwens toch gekke dingen beleven. Zo hadden we er gens gespeeld en we wilden net danken voor het applaus, toen allen als één man opstonden, zich met stoel en al omdraaiden en weer gingen zitten. We stonden als het ware voor hun ruggen te buigen. Meteen gingen de lichten uit en begon een film op een groot wit doek aan de andere kant van de ruimte te draaien. Daar ze niet eens de tijd namen om het gordijn neer te laten, hebben we maar stoelen genomen en zijn op ons gemak ook gaan zitten kijken, 't Was heerlijk. Onze eerste Amerikaanse film na de oorlog. Danny Kayes „Wonder man". Eigen troep Het jaar daarop in 1946 dus vormde het echtpaar Walden een eigen gezelschap. Met een revue gingen zy op stap. Zeven jaar voor eigen risico, daarna onder de vleu gelen van de KRO. „In totaal hebben we meer dan vijftien revues in elkaar gezet. We deden altijd alles zelf. We en gageerden medewerkers, ontwier pen decors, kostuums, enfin, alles wat er zo bij hoort. We hebben zelfs veel sketches zelf geschreven, hoe wel lang niet alle. Elk jaar gaan we ook naar het buitenland op zoek naar nieuwe ideeën. Maar je haalt daar niet zoveel weg. Vooral, omdat de humor vaak zo heel anders is. Dat hebben we trouwens al ge merkt, toen we nog voor de Cana dezen optraden. We brachten daar natuurlijk vooral sketches, die we al eens eerder hadden gedaan. We hadden ze laten vertalen. Maar dan viel het steeds weer op, dat vrijwel niemand een spier vertrok, waar Nederlanders hadden gebruld en dat ze gierden, waar landgenoten nooit hadden gereageerd. „Als ze maar plezier hebben", zeiden we dan in het Nederlands tegen elkaar en gingen prompt in het Engels verder, heel nieuwsgierig, waar de volgende onverwachte lachexplosie zou vallen". In die zeventien jaar hebben ze met hun revues in de uiteenlo- pendste plaatsen gespeeld. In fraaie schouwburgen en rokerige zaaltjes. „Het is beslist niet zo, dat je in de mooiste theaters ook het fyn- ste werkt. Vaak heb je juist in die dorpszaaltjes veel meer contact met het publiek. En je kan er heerlyk gekke dingen beleven. Ik herinner mij alles niet meer zo, maar één voorval is me bijgebleven. Het was in zo'n echt bocrendorpje. Die boe ren legden bij het binnenkomen allen hun pet op het voetlicht. Zeker de gewoonte daar. Maar toen het gordijn met een forse ruk open getrokken werd, vlogen al die petjes vrolijk in het rond. 't Was een ge zoek van jewelste voor ieder zijn eigen hoofddeksel terug had. Maar het ijs was meteen gebroken". In het afgelopen seizoen werd de revuereeks voor het lerst onderbroken door een musical. Wat het volgend jaar zal zijn? De Waldens weten het nog niet. Ze willen het althans nog niet zeggen, want al hebben ze con tact met de K.R.O., een contract is nog niet getekend. Maar het zal wel uitdraaien op een nieuwe tournee. En daarnaast natuurlijk nun tv-activiteiten. Die willen ze graag continueren. Hij is toch al „mijnheer Walden van de televisie KOOS POST Het lijkt wel een verliefd spannetje, maar het enige dat Shirley en Tony Ronald bindt is het feit dat zij samen twee aar dige duetjes zingen op een Im- ■perial-plaatje. Het zijn de lied jes „Verliefd' verloofd en dan getrouwd" en „Blondie". Het is wel toevallig, dat het Haarlemse zangeresje Shirley, dat vijf jaar geleden tot de Nederlandse Con- ny Froboess werd uitgeroepen, nu deze tivee succesnummers van Conny zingt. Haar 24-jarige partner Tony moet het als Arn hemmer vooral hebben van Spanje, waar hij al negen lang speelplaten heeft gemaakt. Mma&ë - vJi H 4 maar Willy spoedig ook als beroeps toonden. Integendeel, de goede man verheugde zich zeer in het byzonder over de mooie positie, die Gerard zich als correspondent in de vreemde talen had verworven by een reisbureau. Hoe gaarne Ge rard zijn broer ook meteen had ge volgd naar de planken, hy durfde zyn baan niet weg te gooien. Oj> straat De beruchte crisis van de jaren dertig kwam hem te hulp. Met vele anderen kwam hy op straat te staan. Iedereen was de wanhoop naby, alleen Gerard Walden straal de. „Ik dankte God op mijn blote knieën, want nu kon ik gaan doen wat ik altyd had gewild". Meyer Hamel hielp hem op weg, maar la ter stapte hy over naar René Slees wyk, met wie hy als jongen al had gespeeld. Ze zyn altyd goede vrienden ge bleven. Temeer, omdat Willy en Gerard Sleeswyk eens uit de brand hebben geholpen. Dat was in de dagen, dat de ziekte, die Louis Da vids heeft gesloopt, zich begon te openbaren. Louis Davids was de hoofdpersoop in de revue van Slees, welke financieel voor een groot deel ging doorstaan. Tegen het einde stonden ze in het Amsterdamse Ci ty Theater. „Slees had van zeven revues er één gemaakt. Ook de Annabella's zaten in de groep. Die hadden goe de relaties met een vishandelaar, wat heel wat waard was in die da gen. Ze zaten nooit zonder vis en wy ook niet. Maar de enige warm tebron in het theater, een grote potkachel achter het toneel, brand de alleen tydens de voorstelling. Dus kregen de toeschouwers een extraatje in de vorm van een zware baklucht. We hebben toen wat wy- ting gegeten, ik kan ze nog niet zien", grinnikt Gerard Walden. was gebaseerd op de recettes van de kerstdagen. En juist voor die feestdagen zakte Louis Davids in elkaar. Een byna radeloze Sleeswyk belde de broers Walden uit bed. „Jullie moeten my helpen", smeek te hy. Ze hebben het gedaan. Maar vraag niet hoe. Ze wisten van niets. In de kleedkamers hoorden ze zo'n beetje, waar het om draaide. Van alle hoeken en gaten uit werden ze tydens hun sketches gesouffleerd. Als ze het niet verstonden, brulden ze hard: „Wat zeg je?". De krank zinnigste dingen haalden ze op de planken uit. Maar het publiek gier de en Sleeswyk was gered. „Hy heeft het nooit vergeten", verzekert Gerard Walden ons. Bij Sleeswyk en het Theater Plezier van Floris Meslier (o.a. met Toon Hermans) hebben ze de oorlogsja ren zo goed en zo kwaad als het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1963 | | pagina 4