OEPSKEUZE worden? ENSCHEDE: brug naar een baan in de TEXTIEl UITGAVE VAN HET LEIDSCH DAGBLAD WOENSDAG 22 MEI 1963 Terrein met veel kansen GESLAAGD, of geslagen. Dat is het wel zo ongeveer, na het eindexamen. Zij die er doorkwamen schudden handen, heffen voorzichtig het glas, nemen reisgidsen op voor een royale selectie. Zij die strandden, op dat ene vak of op vele, laten zich moed inspreken, horen vermanende wenken aan met ergens in het achter hoofd de zekerheid dat het volgend jaar wel zal gaan. Moet gaan. „Wat moet ik worden?" is minder voor hen de vraag; „na de vakantie, na de tocht door Europa, die jaren blok- ken moet „vergoeden" is het vooral de kwestie voor hen die al dan niet met rectorale of directionele lof de eind streep haalden. Onderwijsredactie, medewerkers van hi tv! Ann !t en buitenaf Van het leidsch dagblad nemen die moet ik worden", is een vraag, die vra gen openlaat. Ten slotte is uit de veel heid van opleiding en studies, van be roepen en functies, een keus gedaan Volledigheid kan in deze speciale bijla ge niet bereikt worden. Het gaat er om dat naast het vele dat reeds van diver se zijden aan beroepen- en studievoor lichting gedaan wordt, bepaalde studies of beroepen even voor het voetlicht ge roepen worden. Na het eindexamen studeren? Van de zijde van het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen wordt van jaar tot jaar een goede gids uitgegeven, die volledige informatie ver schaft Goede wenk aan allen, die na de middelbare school een hogescvhool of universiteit willen gaan bezoeken: raadpleeg die gids. De praktijk leert, ieder jaar weer op nieuw, dat voor degenen, voor wie de vraag naar de studie of functie van mor. gen geen vraag meer schijnt, er feitelijk nog tal van misverstanden en onduide lijkheden overblijven. Studentendekanen en personeelchefs kunnen verzekeren dat er ieder jaar weer, na de examens, kandidaten zijn, die een wel zeer onzuiver beeld hebben van de studie of functie van hun keuze. Er treedt namelijk een nogal merk waardig verschijnsel op, dat van de idealisering. Wie een beroep kiest dat door naaste 'erwanten wordt uitgeoefend, zal daar nog het minste last van hebben. Maar anders kan het liggen bij degenen, die al sinds de kinderjaren uitgerekend dat ene beroep willen gaan uitoefenen. Beantwoordt hun beeld, hun voorstel ling van zaken, die nog al eens meer op fantasie dan op juiste voorlichting berust, wel aan de werkelijkheid? Dit zich min of meer ernstig miskijken heeft niet alleen betrekking op de beroeps keuze, ook het studiebeeld blijkt er nog al eens naast te zijn. Vandaar het ad vies: ook al mag „Wat moet ik wor den?" dan geen vraag meer zijn, een grondige informatie blijft noodzakelijk. Heel wat teleurstellingen (en kosten!) kunnen erdoor voorkomen worden. HOGERE TEXTIEL SCHOOL staat er boven de deur. Mo numentale letters boven een wat monumentale deur in een schoolgebouw, dat op het eerste gezicht wat van een de partementskantoor heeft. MAAR geen administratieve bescheiden, geen dossiers en fo lianten in het pand De Ruyterplein 3, maar Textiel. Textiel in allerlei vormen en in allerlei bewerkingsstadia. Want hier staat de kweek van wat jaar in jaar uit het kader levert voor die speciale tak van het vaderlandse bedrijfsleven, die de textielindustrie vormt, maar ook van industrieën en be drijven, die op de een of andere wijze hier opgeleid perso neel kunnen inschakelen in het productieproces. EEN uitgebreid terrein dus waarop, zegt directeur drs. H. de Bruijn, volop kansen liggen voor jonge mensen. En „En schede" stelt hen in staat de weg daarheen te vinden. Bijna een eeuw lang, want volgend jaar gaat de Hogere Textiel School jubileren. In 1964 viert men het eerste eeuwfeest, HET begon dus in 1864, met de oprichting van de Twentse Industrie en Handelsschool, die was bestemd voor opleiding in de industriële vakken. Deze school werd al spoedig uit gebreid met een driejarige HBS met daarboven twee klas sen voor handelsonderwijs en drie klassen nijverheidsschool, waarvan het onderwijs speciaal gericht was op de textiel industrie. Logisch dat juist in Enschede deze school kwam, want in het Twentse begon de textielindustrie zich een eigen plaats te verzekeren. DE school kwam niet door overheidsingrijpen maar door par ticulier initiatief tot stand. Pas een twintig jaar later nam de gemeente Enschede de school over. IN 1909 kwam het tot afzonderlijke directoraten voor de ver schillende afdelingen. De nijverheidsafdeling heet sindsdien de Textielschool. IN 1922 ging het huidige gebouw open. dat vanaf dat jaar ge tooid werd met de benaming Hogere Textiel Schoot HET onderwijsbeleid van vandaag van deze Enschedese onderwijs inrichting, die bezocht wordt door leerlingen uit het hele land, loopt over drie sporen. Of, met andere woorden, er zijn drie opleidin- leiding, ten tweede de tech- nisch-organisatorische op leiding, ten tewede de tech- nisch-wetenschappelijke op leiding en, op de derde plaats, de technisch-commer_ ciële opleiding. Wat de technisch-organisatori- sche opleiding betreft: In de tex tielindustrie onderscheidt men de mechanisch-technische en de che- misch-technische sector. De me chanisch-technische sector omvat de spinnerij, de weverij en de tri cotage-industrie. De chemisch- technische sector omvat de z.g. veredelingsbedrijven (blekerij. ver verij. drukkerij en finishbedrijven). In beide sectoren moeten vele lei dinggevende (zg. lijnfuncties) zowel als adviserende functies (z.g. staf functies) worden vervuld op de ter reinen van de produktie en de or ganisatie. De technisch-organisato- rische studierichting leidt deze functionarissen op (assistent-be drijfsleiders. bedrijfsleiders, afde lingschefs, chefs van de afdelingen planning, calculatie, voortgangs controle, kwaliteitsbeheersing etc.). Tot deze opleiding kunnen wor den toegelaten degenen, die in het bezit zijn van het diploma HBS-B of Gymnasium-B of zij, wier voor- ötefxoiS q££<as. 2+LolomSl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1963 | | pagina 17