Cees Kroon Blues uit gevangenis van Angola klinken intens waarachtig Ce „tens" van dr. Schweitzer Met kleinste tijdschrift in de Mijnstreek HEEFT HART VOOR HISTORIE HAZERSWOUDE i JAZZ I 1 op l.p., e.p. e n sin gle KRIS-KRAS TE PAS EN TE ONPAS Rel in Hazerswoude r 1 J Niet cadeau ►pgeri gericht 1 maart 1860 Zaterdag 22 september 1962 Cees Kroons boekenkast staat vol geschied kundige werken. I Het is het kleinste tijdschrift dat in de Rijnstreek Herschijnt. Het telt vier pagina's en heeft een oplage tian tweehonderd exemplaren. Het heeft geen adver tenties, geen abonnees en zelfs geen naam. Er staat 'peen letter nieuws in en toch wordt het in Hazers woude druk gelezen. Want het hele „tijdschrift" is fan Hazerswoude gewijd, niet aan het dorp zoals het |iu is, maar zoals het was, honderd jaar geleden, in je zeventiende eeuw, 300 na Christus. Uitgever, redacteur en be- prger van het gestencilde blad I de 17-jarige Cees Kroon uit lazerswoude. Het eerste num ber van zijn maandblad ver- chcen in juli. Het oktober- ïmmer, het vierde, is al kant klaar. En Cees is voorlopig jg niet uitgeschreven. „Ik ïn nog wel minstens twee iar vooruit." IHij graast archieven en biblio- ieken af om aan stof voor zijn aaudblad te komen. Bovendien teft hij zelf een verzameling van Een gedeserteerde soldaat uit het Rode Leger heeft zich twin tig jaar onafgebroken verborgen gehouden op de vliering van zijn ouderlijk huis in een dorpje op enkele honderden kilometers van Moskou. Dit meldt het Rus sische jeugdblad Komsomolskaja Prawda. De thans 37-jarige de serteur heeft ruim zevenduizend dagen in zijn schuilplaats door gebracht met niet meer dan een rekenboekje van de lagere school en enkele aardrijkskundeboeken. Zijn zuster leerde hem nieuwe woorden als spoetnik, televisie, kosmonaut en raket. Aan zijn onderduikperiode kwam een einde, toen de vader van de de serteur er ten lange leste genoeg van kreeg en hem van de zolder haalde. Twee jonge Noren zijn op ski's dwars door Groenland van oost naar west getrokken, langs de zelfde route die Fridtjof Nansen in 1888 eveneens op ski's afleg de. Zij deden het in 31 dagen. Nansen indertijd in 42. 250 geschiedkundige werken en een paar honderd oude prentbrief kaarten, landkaarten en school foto's. 's Avonds zit hij te lezen, te bewerken of zijn tijdschrift „in elkaar te typen". Zoals de een skeltert, de ander danst en een derde voetbalt, zo zoekt Cees zijn ontspanning in de historie. Al op de lagere school had hij meer dan gewone belangstelling voor vaderlandse geschiedenis. Toen hij direct na zijn schooltijd bij de Leidse boekhandel Templum Salomonis ging werken, kon hij het niet nalaten de historische werken die hij onder handen kreeg, ook in te bladeren. Zyn belangstelling groeide. Hij kocht boeken, kreeg boeken, bezocht musea, snuffelde rond in de Leidse Universiteitsbi bliotheek Toeval En door een toeval werd plotse ling zijn Interesse voor de geschie denis van zijn eigen woonplaats ge wekt. Dat gebeurde in 1960, toen hij zijn grootmoeder hielp met ver huizen. „Tussen de verhuisspullen vond ik een stelletje prentbrief kaarten van oud-Hazerswoude. Ik stak ze in mijn zak, en, nou ja, dat was het begin". Cees vertelt, dat hij daarna bij de boekhandel waar hij werkt ver scheidene boeken ontdekte waarin het Hazerswoude uit vroeger eeu wen wordt beschreven. „Ik kocht deze boeken, heb er ook enkele ge kregen en ben toen de verschil lende gegevens gaan verwerken". Het eerste resultaat van Cees' his torisch gepuzzel kregen tweehon derd Hazerswoudse gezinnen in ju li onder ogen. Zij konden onder meer lezen, hoe de naam van hun dorp is ontstaan. Puzzelen en uitzoeken moet Cees herhaaldelijk. Zo komt in het no- vember-nummer, dat nu in voor- JW-lezers schrijven Cees bij het kastje met historischevoorwerpen die bij afgravia gen in de buurt van Hazerswoude te voorschijn zijn gekomen. TJit het oktober nummer van Cees Kroons maandblad citeren wij het vol gende „merkwaar dig voorval te Ha zerswoude": „Op 16 mei 1619 diende de schoolmeester van Hazerswoude een klacht in bij de raad. Hij zei, dat er een jongen des zaterdags de der tiende mei op een half vat door het dorp had gaan trommelen, en dat het volk in op schudding kivam en zich de andere dag verzamelde voor de kerk. Deze jongen had grote stenen tegen de kerkdeur aan geworpen en een onder had twaalf schoten met een roer geweeraf gevuurd op de kerkdeuren. En er was nog meer kivaad verl icht. Als men niet gauw ingreep (want de andere dag was het zondag), dan zou er nog meer kwaad gebeuren. Toen besloot dc raad om iemand van het hof met de procureur-gene raal naar Hazers woude te sturen om kennis van za ken te nemen. En de gemélde perso nen gevangen te nemen, en in de gevangenis te brengen, de Gevangenispoort in Den Haag. Deze personen werden veroor deeld tot gevange nisstraffen. Deze gebeurtenis is een voorbeeld van de Remon strantse opschud dingen in Hazers woude." bereiding is, een stukje te staan over de oorsprong van het wapen van Hazerswoude (drie sterren op een schuine baan). „In één ge schiedkundig werk staat het wapen anders omschreven dan in een an der", zegt Cees. „Kijk, dan is het de kunst om het neusje van de zalm te weten te komen". Jon pensachtig Cees Kroon, jongensachtig, met een verwarde kuif waarin hij met zijn hand steeds vergeefs orde pro beert te brengen, maakt aanvanke lijk een wat verlegen indruk. Maar die valt van hem af, rodra het ge sprek op hoe raadt u het de historie van Hazerswoude komt. Hij heeft niet alleen genoeg stof om te schrijven, maar ook om te praten. „Als je musea bezoekt, kom je onze plaats ook nogal eens tegen. Neem nou Rijnsburg. Ik ging naar het museum daar en kwam toen aan de weet, dat de abdij bezit tingen in Aduaraswoude (de oude naam van Hazerswoude Red.) heeft gehad. Kijk, dan kun je ver der snuffelen. Ik kwam op het Nationaal Verzamelaarscentrum in Amsterdam en kreeg daar een paar prachtige oude prentbriefkaarten van Hazerswoude te pakken Stuk boom In zijn verzamelwoede beperkt Cees zich niet tot boeken en kaar ten. In zijn kamer die vol staat met boeken en nog eens boeken, bevinden zich ook een antieke grammofoon en voorwerpen die bij graafwerkzaamheden te voorschijn zijn gestoken. Een stuk van een hazelnoolboom waaraan Hazerswou de zijn naam te danken zou heb ben is zijn trots. Hij zwaait trou wens ook graag met de tekst van een toneelstuk dat de plaatselijke Rederijkerskamer in 1606 opvoer de. „O ja, en dan heb ik nog heel wat over de klederdracht in onze streek, ik heb zelfs een afbeelding daarvan uit 1617", praat hij en thousiast door. „En weet u, dat het nieuwe stadhuis op een historisch stukje grond komt te staan? Vroe ger stond er het kasteel Rhynen- burch. En 300 na Christus was er een Romeinse nederzetting: Mati- lo". Wy wisten het niet, maar het stond in het september-nummer. Het oktober-nummer gaat over molens en in het bijzonder over de zgn. Rembrandtmolen aan de Rijndijk. In het november-nummer komen behalve het wapen van Ha zerswoude de Rederijkers en de Wederdopers. Het tijdschriftje ligt Ce-es na aan het hart. Hij heeft er zelfs een schrijfmachine voor aange schaft. „Abonnees heb ik niet en hoef ik ook niet te hebben", zegt hij, „maar misschien is het blad een stimulans voor de lezers om oude gegevens en foto's niet weg te gooien, maar ze aan mij te ge ven". Ongetwijfeld zult u gehoord heb ben van Albert Schweitzer, de man die er zijn levenswerk van heeft ge maakt zijn zwarte medemens te helpen. Maar met het bestaan en het werk van de Dr. Albert Schweitzer Jeugdclub zult u wel niet op de hoogte zijn. Deze club is, met toestemming van dr. Schweitzer, opgericht op 20 januari 1960, als gevolg van een ra dio-reportage over fanclubs. Jon gens en meisjes van 12 tot 30 jaar kunnen er lid van worden en oude ren zijn als donateur welkom. De landelijke vereniging is onderver deeld in plaatselijke afdelingen. Wat wil de Dr. Albert Schweitzer Jeugdclub? Het is met een paar woorden gezegd: „Wij willen de naaste die het moeilijker heeft dan wijzelf helpen." In Nederland zijn dat voornamelijk de zieken en bejaar den. Geregeld worden ei ontspan ningsavonden georganiseerd voor deze mensen, vaak met de belange loze medewerking van topartiesten. Maar dat is niet het enige. Er is immers zo ontzettend veel leed in de wereld. Daarom zetten we ons ook in voor andere acties, zoals on langs de actie 10 x 10. Ook voeren we een actie voor het Albert Schweitzerdorp in Frankrijk, waar dr. Greetje Barthélemy-Van dei- Kreek en haar man werkzaam zijn. De Dr. Albert Schweitzer Jeugd club in Nederland er zijn ook dergelijke clubs in Amerika. België. Duitsland en Japan wil door middel van allerlei activiteiten die geld opbrengen (lezingen, bazaars, filmavonden, concerten) en in sa menwerking met o.a. het Rode Kruis en de Unesco helpen het leed op deze wereld te verminderen. Wfj zijn van mening, dat de jeugd dient te vechten, samen met Albert Schweitzer, om de schending van de eerbied voor het leven tegen te gaan. U kunt daaraan meehelpen. Hoe? Wel, door mee te werken aan de Dr. Albert Schweitzer Jeugdclub. Wilt u iets meer weten van deze club, dan kunt u zich richten tot: W. No- teboom. Van Hillegaerstraat 30 (3-hoog) te Amsterdam of H. Woel- ders, C. 127 te Bergentheim. B. Bruggeman (propagandist A.SJ.K.) i Ray Conniff: „NIEMAND KAN MIJ KOPIEREN" Onlangs maakte de Amerikaanse orkestleider Ray Conniff een infor meel reisje door Europa. In Enge land lukte het een muziekverslag- gever om Conniff aan het praten te krijgen, en hij noteerde het volgen de: „Ik houd er van platen te maken, die goed verkopen. Daarvoor moet je als arrangeur iets aparts heb ben, wat de mensen boeit. Ik heb een sombere mededeling voor mijn vele komponisten: het zal ze nooit lukken. Het is onmogelijk voor wie dan ook om precies onze klank te be reiken. Natuurlijk beschouw is het als een compliment, maar niemand, mag ik wel opmerken, kan de klank evenaren, die wij ontwikkeld heb ben. Mijn „sound" is een combina tie van arrangementen, echoka mers, electronica en studiowerk De materiaalkosten bedragen zoiets van 35.000 dollar U begrijpt dus wel waarom het voor ons haast ondoenlijk is voor publiek op te treden". Er is een Amerikaanse lucht vaartmaatschappij die op het ogen blik nogal moeite doet om aan Ne derlandse stewardessen te komen. En wat die Amerikanen onze meisjes te bieden hebben, ziet er zo op het oog nogal aantrekkelijk uit: een aanvangsalaris van f 1085 per maand, het recht privé-vluchten te maken tegen tien procent van het normale tarief en jaarlijks dertig dagen vakantie. Maar zelfs deze maatschappij doet het fel begeerde baantjt van stewardess niet cadeau. Gegadigden moeten aan heel wat eisen voldoen: zij mogen niet korter zijn dan 1.58 meter en niet langer dan 1.73 m, niet lichter zijn dan 50 kg en niet zwaarder dan 63 kg, niet jonger dan 21 en niet ouder dan 27 jaar, zij moeten ongehuwd zijn, zij mo gen geen bril dragen, zij moeten verder goed gezond zijn. een goed figuur hebben, er aantrekkelijk uit zien, middelbaar onderwijs hebben genoten en vloeiend Engels kunnen spreken. En of dat alles nog niet genoeg is, mogen ze bovendien geen last hebben van heimwee. Wie aange nomen wordt, krijgt namelijk New York, San Francisco of Seattle als standplaats. Wie het niettemin wil proberen, dient er ook aan te den ken, dat het „formidabele" salaris van 1085 gulden omgerekend in Amerikaans geld nog geen driehon derd dollar is. En in New York, San Francisco of Seattle is de koop kracht van een dollar ongeveer ge lijk aan die van een gulden in Ne derland. Hogman Maxey, John Henry Jackson, Otis Webster, Guitar Welch, Jesse Butcher, e.a. „Southern Prison Blues" (Sto- ryville SEP 125) Angola. Zo heet niet alleen een Portugese kolonie in Afrika, maar ook een stadje in Amerika, onge veer driehonderd kilometer ten noorden van New Orleans, in een uithoek van de staat Louisiana. De geringe bekendheid die het Ameri kaanse Angola in Europa geniet, heeft het nog te danken aan zijn gevangenen. In de staatsge vangenis, het indrukwekkendste ge bouwencomplex dat in het hele stadje te vinden is. bestaat name lijk sinds jaar en dag een intensief muziekleven, waarvan af en toe op merkelijke resultaten tot de buiten wereld doordringen. Zoals deze „Southern Prison Blues". De legendarische blueszanger Huddie Ledbetter, ook wel „Leda- belly" genoemd, zat jarenlang in Angola gevangen en maakte enke le van zijn ontroerendste blues in ae cel. Ledbetter. in 1949 gestorven, was geen uitzondering. Ook van de meer dan 1500 negers die nu in Angola zijn gedetineerd, brengen de meesten na een lange dag van zwa re arbeid (riet snijden, hout kap pen, wegen aanleggen. graven) o avonds nog de moed op om te musiceren. Zij zetten daarmee een oude traditie voort: muziek immers was jarenlang het enige „tijdver drijf" dat de Amerikaanse neger zich kon permitteren. In overeen stemming daarmee is wat zij zin gen en spelen: The Blues. Oorspronkelijk waren de blues zangen van verlatenheid, wanhoop en verdriet, de hartekreet van de vertrapten en misdeelden. Geleide lijk aan is het karakter ervan ge nuanceerder geworden tegen woordig zijn sommige blues vrolijk, spottend en sarcastisch terwijl de langzame tempi tot snellere evolu eerden, tot <in de moderne jazz) zeer snelle zelfs. In Angola worden echter de blues gezongen en ge speeld op een manier die men bui ten de gevangenismuren vrijwel niet meer hoort. En dat is begrij pelijk: waar negers bijeen zijn on der omstandigheden die niet hee1 veel beter zijn dan die van de plan tage-arbeiders voor en rond de eeuwwisseling, keert het authentie ke karakter van de blues automa tisch in sterke mate terug. Van de dertien nummers die dr Harry Oster, dc volksmuziekspecia- lisl van de Louisiana staatsuniver siteit. voor de „Southern Prison Blues" in de gevangenis heeft op genomen, hebben twaalf het lang zame tempo, het zwaarmoedige ka rakter en hun spontane „ontstaan' met de oude blues gemeen. Een clement dat de gedetineerde blues zangers eraan toe hebben gevoegd en dat van latere tijd dateert, E het cynisme. Een sprekend voor beeld daarvan is de „Electric Chair Blues" van de 63-jarige Guitar Welch: „Wonder why they electro cute a man at the one o'clock hour at night? The current much stron ger, people turn out the light". De „Electric Chair Blues" staat niet op deze l.p. Het heeft geen zin tc vermelden, welke er wel opstaan, omdat de titels u niets zullen zeg gen. Alle blues zijn namelijk in de gevangenis ontstaan, heel spontaan en zonder moeite, naar aanleiding van een toevallige gebeurtenis of zomaar een (sombere) gedachte. Treffend zijn daarbij niet alleen de melodieën, maar nog meer de tek sten. Zij karakteriseren stemmingen er feiten met een eenvoudige, di recte juistheid. De gedetineerde blueszangers tonen zich vooral in ventief waar zij de vrouw bezingen en het is voornamelijk de vrouw waarover op deze plaat gezongen wordt. Van de zes zangers sluit de stijl van de 63-jarige Guitar Welch het meest aan op die van illustere voor gangers als Leadbelly en Sleepy John Esters. Het modernst van al len is John Henry Jackson, die de „shout" als een zeer effectief stijl middel gebruikt Maar welke ver schillen er in stijl ook zijn. Welch, Jackson en de anderen weten allen te boeien, niet omdat zy het mooi en goed doen. maar omdat hun blues zo intens waarachtig klinken. Snooks SLP 119) Eaglin (Storyvïlle Careless Love Come back baby. High society Let me go home whiskey - Trouble in mind - St. James infirmary - I got my questionair The drifter blues Rock Island line Everyday I have the blues Sophisticated blues See see rider One Scotch one Bour bon A thousand miles from home I'm looking for a wo man Look down that lone some road. Ook Snooks Eaglin, een 26-jarige straatzanger uit New Orleans wiens naam in geen enkel boekje over jazz vermeld zal staan, zet een tra ditie voort: die van de grote blues zangers en „street minstrels" van het eerste uur. Evenals weleer Blind Blake, Blind Lemon Jefferson en Blind Willie Johnson staat Eaglin, die ook blind is, op straathoeken te zingen om in zijn onderhoud te kunnen voorzien. Hij verschilt in zoverre van hen, dat hij het groot ste gedeelte van zijn repertoire heeft ontleend aan de radio en grammofoonplaten. Maar evenals zijn grote voorgangers voert Eaglin, die geen enkele muzikale opleiding heeft genoten en zichzelf gitaar heeft leren spelen, al zijn nummers op het geheugen en het gehoor uit. Little Richard bekeerd Dat zij daarbij enige verandering ondergaan een welkome veran- aering trouwens waar het de over bekende nummers betreft spreekt vanzelf. Eaglin zingt met overtuiging. HfJ heeft een vriendelijke, ietwat hese stem en is een virtuoos op de gi taar, wat bijvoorbeeld blijkt uit een instrumentaal nummer als „High society". De l.p. van Snooks Eaglin en de hiervoor besproken „Southern Pri son Blues" maken beide deel uit van één serie; het zijn resp. deel 6 en deel 9 van de Storyville Blues Anthology. Als de andere delen op hetzelfde peil staan als deze twee. aan kan de liefhebber van de blues aan deze serie veel plezier beleven. The king of the gospel singers Little Richard „Its's real" (Mercury MCL 125010 It's real Joy, joy, joy Do you care The captain calls for you In times like these Do Lord, remember me Ride on King Jesus Peace in the valley He's not just a soldier My desire He's my star It takes everything to serve the Lord Little Richard is bekeerd ofwel zoals Mahalia Jackson het uitdrukt „gered". Hij heeft het wereldse podium en de rock 'n roll, waarvan luj vroeger een der lawaaiigste ver tolkers was, vaarwel gezegd voor een stichtelijker omgeving en de gospelsongs. In plaats van „Tutti fruiti" en „Long tall Sally" zingt hij nu „Do Lord, remember me" en „Ride on King Jesus". Om eerlijk te zijn, het ls dat het op de hoes staat, anders zouden wij uit deze plaat nooit de vroegere „koning van de rock 'n roll" heb ben herkend. Little Richard heeft, zo blijkt nu wel, een zeer verdien stelijke stem. al lijkt het ons wel wat overdreven om hem meteen maar tot „king of the gospel sin gers" te bombarderen. Wel krijgt hij, en dat is geen kleinigheid, een prachtige aanbeveling mee van Ma halia Jackson, van wie op de ach terzijde van de hoes een introduc tie staat afgedrukt. Jimmy Smith „Walk on the wild side" (Ver ve VV 20106) Dit jazz noemen is hetzelfde als Elvis Presley op één lijn stellen met b.v een Billy Eckstine. „Walk on the wild side" is twee kantjes la waai: eerst een kantje orkestrale lawaai en dan een kantje ham- mondorgel-gedieun, waarbU Jimmy Smith zich laat kennen als een mr -ster in de monotonie. Een aar dig plaatje om er ongewenste gas ten mee de d-ur uit te jagen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 17