Anneke Grönloh ROSENDA MONTEROS vrolijk Country western: sentimenteel „Ifc moet commercieel zingen en handelen..." FOTO'S W. DIJKMAN k Eén foto voldoende voor Opgericht 1 maart 1860 Vrijdag 31 augustus 1962 Derde blad no. 30744 SJIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIilllllllllllllllllllllllllllll llllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltlllllllillllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIIIIIIIIII Anneke Grönloh houdt niet van haar eigen stem. Sterker nogt ze heeft er soms een hekel aan ffAls mam mij vroeg uit bed wil hebbenzet ze een plaatje van mij op. Dan kom ik er meteen uit om hem af te zetten. Ik vind die klank van mijn stem verschrikkelijk** Nu gaat dat niet altijd op. Want als haar moeder eens mis zou grijpen in de grote stapel grammofoonplaten en een van Annekes Maleise liedjes zou draaien, dan zou haar charmante, donkere 20-jarige dochter heerlijk onder de dekens blijven liggen luisteren. De kans is echter niet groot, dat mevrouw Grönloh zich zal vergis sen. Daarvoor is ze te nauw bij haar dochters carrière betrokken. Want deze in de Minahassa (Noord-Celebes) geboren en ge togen vrouw is niet alleen Anne kes moeder, maar ook haar ma nager, haar trouwe begeleidster en haar tekstschrijfster voor vele Maleise liedjes. Kostwinner „Ze is een lief kind", getuigt mevrouw Grönloh van haar doch ter, die nu als enige kostwinner er voor zorgt, dat het kleine gezin netje zich een zekere luxe kan permitteren. Dat is niet altijd zo geweest. Het karige pensioentje, dat de ex-KNIL-militair zoon van een genaturaliseerde Duitser en een Nederlandse moeder zijn vrouw en drie kinderen, van wie nu één getrouwd, na liet. was maar net voldoende om het hoofd bo ven water te houden. Maar voor scholiere Anneke was het niet erg. dat „mam" geen geld voor ijsjes of andere extraatjes kon missen. Vol ondernemingslust trok ze met haar gitaar zingend en jodelend door de straten van Eindhoven. De mensen uit haar omgeving kenden het vrolijke kind met het leuke stemmetje en hadden graag een dubbeltje of een kwartje voor haar over. Toen Anneke de ulo met goed gevolg had volbracht, trok ze met haar moeder naar Brussel om te Anneke met een door een van haar fans geschilderd portret. Ze ia er erg enthousiast over. een blik op enkele foto's, die op het bureau lagen van een Franse relatie van hem, die hij in Pa rijs opzocht. Meer uit gewoonte dan uit belangstelling. Maar opeens was hij vol aandacht, toen hij de foto van Rosenda Monteros zag. Dat meisje zou wel eens kunnen passen in de rol. die hij nog open had. Rosenda werkte op dat moment echter in Madrid. Maar dat is voor filmmensen geen bezwaar. Een telegrammetje naar Spanje en kort daarop stond Rosenda in Londen voor de camera om getest te worden. Foxwell ging niet over een nacht ijs. Twee volle dagen duurde de test, maar toen had hij ook wel de overtuiging, dat hij het kon wagen. Rosenda wandelde met een contract de studio uit. „Natuurlijk was het een grote gok", geeft Foxwell nu toe. maar hij meent, dat de praktijk hem in het gelijk heeft gesteld. In ieder geval heeft hij de jonge Mexicaanse gecontracteerd voor nog meer films Rosenda Monteros heeft dus het doel bereikt, dat ze al vroeg voor ogen had. Maar haar vader een Spaanse zigeuner van Noor se afkomst en haar Mex caanse moeder hadden er b< zwaar tegen, dat ze actrice wer Met behulp van haar gouve nante slaagde ze er echter toci. in in het geheim toneellessen te volgen. Toen haar ouders dat op een kwade dag ontdekten, waren ze woedend. „Ze stelden Rosenda voor de keus met die lessen op te houden of het huis te ver laten". „Ik aarzelde geen moment", ver telt Rosenda. „Ik verliet het huis, dankzij de hulp van een vriend kon ik mijn studies ver volgen tot ik voor heel weinig geld een baantje kreeg by een gezelschap in Mexico City". Het ging Rosenda voor de wind in Mexico. Zo snel steeg haar Ster, dat de Mexicaanse rege ring haar vorig jaar in staat stelde het filmfestival in Can nes bij te wonen. Daar was het ook. dat de foto gemaakt werd, welke haar in de Britse studio's deed belanden. Amerika. Het doet wat vreemd aan het trio Los Paraguayos, en kele jaren geleden de grootste im porteur van onstuimige Zuidame- rikaanse muziek in Europa, tegenwoordig zo beheerst te ho ren zingen. Op een Philips-e.p.-tje geven Los Paraguayos gestileerde vertolkingen van overbekende nummers als „Mexico". „Besame mucho" en „La Cumparsita" en een minder bekende als „Pimpol- lo". Guy Mitchell, in het begin der vijftiger jaren veler idool met ,My truly fair", „Colum bus" en „Sippin' soda", begint langzamerhand weer wat ter rein terug te winnen. „Rusty old halo" en „Charlie's shoes" zijn twee gezellige nummers, die Mitchell op een prettige manier zingt (Artydor). Misschien geïnspireerd door het gloeiende succes dat Anneke Grönloh met „Brandend zand" heeft, maakte Willy Schobben een gouden-trompetversie van „Heis- ser Sand", die gekoppeld werd met het romantische „Einmal weht der Siidwind wieder" lArto- ne). Enkel en alleen haar foto heeft de 19-jarige Mexicaanse Rosen da Monteros een leuke filmrol bezorgd. Ze speelt de belang rijkste vrouwenfiguur in de Britse produktie „Tiara Tah'ti", waarvoor de buitenopnamen vrijwel allemaal op Tahiti in de Stille Oceaan werden gemaakt. Producer Ivan Foxwell had toen hij zijn film op stapel zette niet de minste moeite om zyn man nelijke hoofdrollen bezet te krij gen. In James Mason en John Mills vond hij de personen, die hij zocht. Heel wat minder soe pel ging het bij het vinden van hun vrouwelijke partner. Fox well zocht een attractief meisje met een wat donkerder huid. die in staat zou zijn een Tahi- tiaanse uit te beelden Natuurlijk, knappe meisjes te kust en te keur, maar Ivan Foxwell vond niet, wat hij zocht. De een te kort, de ander te lang. Die te licht, die te donker. En de volgende was weer niet autoch toon genoegd. Aan alle vele sol licitanten mankeerde wel iets. Foxwell had wel enige namen in zijn notitieboekje opgeschreven, maar hij bleef verder zoeken, soms bewust, vaak ook onbe wust. Zo wierp hij onwillekeurig En herhaaldelijk wordt ons ge noeglijk gesprekje in het flatje aan de Uiterwaardenstraat in Amsterdam-zuid onderbroken door telefoongerinkel. In Nigeria We kunnen er nauwelijks onge stoord luisteren naar enkele van Annekes plaatsjes. Maleise liedjes, die gretig aftrek vinden in Singa pore, Suriname, de Antillen en.. Nigeria. Ondanks de ritmische be werking is de verkoop in Neder land echter niet zo bijster groot. „Als ik ze zó niet bracht, zou ik ze hier helemaal niet verko pen", zegt Anneke. En ze voegt er aan toe„Ik moet wel commercieel denken en werken Ik kan niet anders. Ik moet verkopen. Daar om breng ik, wat het publiek wil". Ze zegt het met enige spijt. Ze zou zo graag anders willen. Haar hart gaat b.v. uit naar Fran se chansons en andere liedjes met meer en diepere inhoud. „Maar de grammofoonplaten- maatschappij zegt. dat ik daar nog niet voldoende levenservaring voor heb. Ze vinden mij te jong. Ik ben het er echter niet mee eens". Anneke zou ook graag zuivere jazz of gospels zingen. Ella Fitz gerald en Mahalia Jackson zijn wat dat betreft haar lichtende voorbeelden. .Die zijn voor mij het sum mum. Ik wilde, dat ik die twee in één kon verenigen", droomt ze hardop. Maar Anneke kan zich voorlopig nog geen jazz of gospels veroor loven. Ze zingt het teenagergenre, de Engelse en Amerikaanse songs en wat gemoderniseerde Maleise liedjes Die laatste maakten haar populair in Singapore, waarheen ze „een heerlijke trip" maakte. Te gen het einde van het jaar gaat ze er trouwens weer naar toe. Om in een film te spelen. „Een musi cal. enig niet?". Verdere plannen voor de too- komst? „Werken. Nog harder werken. Want de top is nog ver weg. Ik sta nog maar aan het begin". Om onnaspeurbare redenen zijn de lief hebbers van country en western in ons land in tegenstelling tot Amerika nogal dun gezaaid. Ten onrechte, als men bedenkt hoe populair minder vriendelijke muziekjes als rock en twist hier geworden zijn. Wie zo zoetjesaan is uitgetwist, kunnen we dan ook een kennismaking met Red Sovine en Lonnie Donegan aanbevelen, twee Amerikanen die met het zingen van hill-billy-liedjes een dik belegde boterham verdienen. Degelyke country-muziek van het welluidende soort brengt Red Sovine. Top Rank heeft een e.p.-tje van hem uitgegeven met o.a. „Little Rosa", een succesvol le. heerlijk sentimentele show stopper die Sovine sinds 1954(1) op zijn repertoire heeft staan en in Amerika nog steeds veel wordt gevraagd. Verder zingt Red op dit plaatje „Hol everything", „No mo- nee in this deal" en „One is a lonely number". Een aparte figuur in het Western-genre is Lonnie Donegan. een vlotte jongen, die van een grapje houdt en absoluut geen moeite doet om „mooi" te zingen. Er zijn er meer die omwille de hitparade hillbilly voor popsong verruilden. Sue Thompson b.v. Van het Wilde Westen naar het niet minder onstuimige Zuid- integendeel. Met zyn rauwe stem geeft hy van het pittige „The Comancheros" een vertolking, die de oude cowboys met hun onge schoolde stemmen hem niet ver beterd zouden hebben. Aan de an dere kan van het PYE-plaatje een compositie van hemzelf. „Ramblin' round", dat verdacht veel op „Irene, goodnight Irene" ïykt. Country en western-zangeres Wanda Jackson geeft een pak kende vertolking van „A little bitty tear". Dat Hank Cochrans succesnummer evenals „I don't wanta go" country noch western is, doet er minder toe (Capitol). GUY MITCHELL Anneke met haar 13-jarig zusjedat eigenlijk Tjula heet, maar zich Femmy laat noemen. ,,Ze heeft een betere stem dan ik", meent Anneke. Maar Tjula denkt er niet aan in Annekes voetsporen te stap pen: „Niets voor mij al dat reizen en trekken". zien of daar wat te verdienen was. Ze werkte als serveerster in een restaurant, waar veel Amerikanen kwamen. Die moesten en zouden alleen door die kittige, levendige zwartkop geholpen worden. En wanneer ze Anneke boven in haar kamertje hoorden zingen, dan moest ze met haar gitaar naar beneden komen om daar verder te gaan. De Amerikanen waren daarby erg royaal met hun fooien. Binnen enkele weken hield An neke er een fraai televisietoestel van over. Amateur Anneke zong trouwens graag. Als amateur trad ze ook wel eens op. „De Japanse danseres en zan geres Yokkot jang" noemde ze zich zelf toen. Uit de succesjes, die ze bij dit optreden oogstte, putte ze moed om in te schryven voor een amateurwedstryd in Eindhoven. Niet minder dan 360 gegadigden waren er voor de eerste prys. die de byna 17-jarige Anneke voor de ogen van de televisiecamera's in de wacht sleepte. Dat was eigen lijk het begin van Annekes car rière. Want spoedig volgde de eer ste grammofoonplaat. Én er kwa men aanbiedingen los. Anneke en haar moeder durfden echter toen niet meteen de sprong naar het professionalisme te wa gen. Ze gaven er de voorkeur aan de kat eerst uit de boom te kyken. We wilden eens kijken, hoe het ging. Dus klauterde Anneke op een kantoorkruk bij de DAF. „Ik kwam er als een kwajon gen, maar ze hebben mij er hele maal getemd", grinnikt ze. Buiten kantoortijd gingen de zaken ech ter nog beter. Haar plaatjes wer den aardig verkocht en al spoedig had ze aan haar snipperdagen niet meer genoeg om aan alle aanvragen te voldoen. Overstap Ze hebben er lang en breed over nagedacht, maar na ampel beraad werd een jaar geleden toch maar besloten de stap te wagen. Anneke dook in „het vak". Eigenlijk zon der zelfvertrouwen. Ze heeft het nu nog niet. Nog voelt zy zich niet op haar gemak in gezelschap. „Thuis en op het toneel durf ik alles, maar daar buiten voel ik mij altyd eenzaam en kan ik my geen houding geven", bekent ze eerlijk. Ze kan ook nooit tevreden zijn met haar prestaties. Altijd denkt ze dat het slecht gegaan is. Steeds heeft ze fouten gehoord. Topplaat Maar de resultaten tonen dat „waarom" duideiyk aan. Annekes platen maken goede verkoopcij fers. Vooral „Brandend Zand". Met 12.000 exemplaren was dit plaatje de vyfde week na zijn ver- schyning de best verkochte. En het regent aanbiedingen voor con tracten: „In augustus is het ge lukkig nog niet zo druk. maar in september moet ik veertig maal optreden." En dan te bedenken, dat Anne ke en haar moeder alles zelf be disselen. Ze hebben al onplezierige ervaringen opgedaan met mensen die haar wilden helpen. Daarom geven ze er de voorkeur aan de eigen boontjes te doppen. Maar het is een enorm werk. Ze hebben er niet genoeg tyd voor. „Ik zal een boekhouder moeten nemen, want ik kan het echt niet bijhou den". verzucht Anneke, die de sta pels brieven, die zy steeds ont vangt ook al door haar fanclub moet laten behandelen. „Iedere week stuur ik een flink pakket op", zegt ze en om te bewyzen, dat het geen grootspraak is laat ze ons een grote mand met post zien. In Knokke kortgeleden byvoor- beeld was ze op van de zenuwen. „Ik ga er nooit meer heen. Naar geen enkel songfestival. Ik ga er kapot aan. De eerste avond stond in letteriyk te trillen op mijn benen. Ik vond alle anderen zó goed, zó ontzettend veel beter En ik moest nog wel voor een da verende finale zorgen". Inderdaad 'n heel moeilyke op gave voor een zangeresje, dat zichzelf nog maar „zo'n klein ster retje" vindt en dat eigenlijk nu nog steeds niet kan begrypen. waarom ze toendertijd in de Ne derlandse équipe voor Knokke ge kozen werd. JË

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 9