Arabische buren betwisten Israel water van Jordaan ZWITSERS LEVEN VAN KWALITEIT EN PRECISIE Damascus noemt irrigatieplan Hand geweigerd q bedreiging voor de vrede „GEVAAR" WOORD VAN BEZINNING TE GROOT VOOR MIJN GESCHIEDENIS BINNEN 24UUR LEGER VAN HALF MILJOEN OP DEBEEN (LEIDSCH DAGBLAD De regering van de Libanon bleef niet achter. In een officiële ver klaring riep zü alle Arabische sta ten op een gezamenlijke actie te ondernemen met hetzelfde doel en ook Koning Hoessein van Jordani- en Abdoel Chalik Chassoena, secre taris-generaal van de Arabische Li ga, bespraken het gevaar, dat er naar hun mening in gelegen was als Israël ongehinderd zou kunnen voorgaan het water van de Jor- daan te gebruiken voor het be vloeien van de Negeb. Een brief van Syrië aan de leden van de veiligheidsraad beschreef het Israëlische project zelfs als „een bedreiging voor de vrede en de ge hele Arabische wereld", een type ring, die de Syrische gedelegeerde bij de V.N.Farid Chehlaoui, nog eens met meer welsprekendheid dan kennis van zaken en zin voor realiteit herhaalde tijdens een re cent gesprek met secretaris-gene raal Oe Thant en de president van de Assemblee, Mongi Slim. In het Syrische schrijven kwam de Arabische aap duidelijk uit de mouw. „Als het Israëlische project tot uitvoer wordt gelegd", zo heet het daar, „zal Israël in de moge lijkheid verkeren enige miljoenen mensen in de Negeb onder te bren gen. Die mensen zullen een nieuwe macht betekenen, die voor de ge hele Arabische wereld een bedrei ging vormt". En verder wordt uit eengezet, dat het Israëlische irriga tieplan ten doel heeft Israël bij uit sluiting aan water fee helpen, dat „toebehoort aan Syrië, de Libanon, Jordanië en de Palestijnse Arabie ren". Vals alarm Op het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken spreekt men schouderophalend van een vals alarm. Een officiële woordvoerder deelde mee, dat men er in Jeruza lem voorlopig niet aan denkt stap pen te ondernemen, omdat geen der betrokken staten formeel heeft ge vraagd om een discussie van de zaak in de Veiligheidsraad. Aan het Syrische schrijven wordt hier niet meer betekenis toegekend dan een poging van de machthebbers in Damascus om de overige Arabi sche staten, die het met elkander maar slecht kunnen vinden, ervan te overtuigen, dat het „nieuwe Sy rië" evenmin een toenadering tot Israël nastreeft als welk ander Ara bisch land ook, met andere woor den: dat wat er ook in Damascus veranderd moge zijn, de haat je gens Israël onaangetast is gebleven. Wat is er, los van het onderlinge gekibbel der Arabische staten, waar van hun beweringen met bet ek- king tot het Jordaan-Negeb-pro- ject? Worden de Arabische belan gen er werkelijk door bedreigd? Is het juist, dat Israël gebruik maakt van water, dat de joodse staat niet, of althans niet uitsluitend, toebe hoort? En heeft de ten uitvoerleg ging van het project inderdaad ten doel de Negeb met „enige miljoene Israëli's te bevolken? Om met dit laatste te beginnen: ja. Israël is op weg naar zyn derde miljoen, al is het er met zijn 2.250.000 inwoners nog vrij ver van af. De grotendeels nog dorre, berg achtige, onherbergzame driehoek, die de Negeb („het zuiden") wordt genoemd, beslaat ongeveer de helft van zijn totale oppervlakte. Eens was het een vruchtbaar, bevolkt gebied. Opgravingen hebben aange toond, dat het een centrum was van ArabischHellenistische cül- uur. De Nabateeërs, die er een 2500 jaar geleden woonden, be oefenden er landbouw, want op vele plaatsen is de grond vruchtbaar. Om deze streek opnieuw te ont wikkelen zijn drie dingen nodig: pionierszin, deskundigheid en water. Het noordelijk gedeelte van de Ne geb heeft bewezen wat er, als aan deze drie voorwaarden wordt vol daan, van een woestijn te maken is. De Israëli's hebben in dit opzicht iets gepresteerd, wat bij deskundi gen uit heel de wereld bewondering heeft gewekt. Wat de rest van de driehoek be treft: nog altijd ontbreekt het de Israëli's niet aan pionierslust en ER is een aardig gedichtje van pater Jac. Schreurs, dat aldusluidt De Liefde is zo klein dat ik niet weet waarom zij Liefde heet; De Liefde is zo groot dat ik niet vat dat 'k haar niet vatten kan. Wat moet ik met de Liefde [doen dan laten ivat zij is: te klein, te groot, te wit, te rood voor mijn geschiedenis. Aan dit gedichtje moest ik denken, toen ik in het boeiende Een van de vele installaties, die deel uitmaken van het Is raëlische netwerk van buislei dingen. kanalen. reservoirs, tunnels en pompstationsdat de Negeb voorziet van Jor daan water. evenmin aan deskundigheid. Wat gemist wordt in water. Vandaar die vastbeslotenheid bij de uitvoering van het Jordaan-Negeu-plan. Israëls derde miljoen zal voorna melijk in de Negeb wonen. Nieuwe nederzettingen worden gesticht, be staande consolideren zich. Er wor den wegén aangelegd, fabrieken ge bouwd, steden ontworpen. De deso laatheid, de onherbergzaamheid hebben er hun langste tijd gehad. De autoriteiten zetten alles op al les om, naar het woord van de psalmdichter, de rots in een water val te metamorfoseren. Wie zou hun dat redelijkerwijs kwalijk kun nen nemen? Dat uitbreiding van de bevolking tot de tot dusver schaars bewoonde gebieden het land be schermt tegen Arabische aanvallen spreekt vanzelf. Maar betekent dat noodzakelijk ook, dat Israël deze mensen gebruikt voor een aanval op zijn naburen? Wie zou een land het recht kunnen ontzeggen om dorre streken te ontginnen en te bevolken. was een aantasting hebben ge zien van wat hem vertrouwd en daarom voor hem ook vanzelf sprekend maatgevend was. En op grond daarvan spreekt de inzen der de verwachting (implicerend waarschijnlijk ook de hoop» uit dat deze vreemde plant wel niet cp onze fatsoenlijke vaderlandse bodem zal tieren. Het is anders gelopen dan de tuurlijke bronnen het Meer van Tiberias ligt in zyn geheel op Is raëlisch gebied maar ook zal nie mand enig nadeel ondervinden van de werkzaamheden. De Libanon en Syrië hebben reeds hun deel geno men als het Jordaanwater Israël bereikt. In Jordanië, het enige land aan de benedenloop van de Jordaan, is men druk bezig de Jarmoek een zijrivier van de Jordaan af te leiden. Het enige land, dat van al deze werkzaamheden werkelijk schade lijdt, isIsraël zelf. De Jordaan ten zuiden van het Meer van Tiberias is namelijk bezig te verzouten, een natuurlijk ver schijnsel, waarvan de oorzaak nog niet is vastgesteld. Het verlies van de Jarmoek aan de ene, en van het Jordaanwater, dat Israël naar de Negeb pompt, aan de andere kant leidt ertoe, dat het Jordaanwater ten zuiden van het Meer van Ti berias een zo hoog zoutgehalte heeft, dat het voor de Israëlische nederzettingen in het Jordaandal en de vallei van Beit-Shean (Bei san) onbruikbaar is. Om hen tege moet te komen wordt momenteel een pijpleiding geconstrueerd langs de westelijke oever van de rivier. Om al deze redenen voelt men in Israël geen enkel moreel be zwaar tegen gebruikmaking van het Jordaanwater voor bevloeiing van de Negeb. Om de Arabische dreige menten, zoals die de laatste maan den weer zijn geuit, lacht men dan ook maar wat. In Jeruzalem is men ervan overtuigd, dat het de Arabieren er uitsluitend om te doen is een voorwendsel te vinden om Is- taël te kunnen beschuldigen. „De Arabieren weten heel goed, dat hun argumenten geen steek houden", werd ons op het departement van Buitenlandse Zaken gezegd. „Dat blijkt ook uit hun eigen bladen, maar het gaat niet om logica. Het is er hun alleen om te doen Israël te benadelen en de wereld deelge noot te maken van hun niets ont ziende haat". voor onze geschiedenis. Wij moeten ons echter niet vergissen en denken dat de tijd van de oprechte vaderlander, die weet wat godsdienst en goede smaak ïpogelijk zal maken voor bij is. Binnen de zuilen van ker kelijk Nederland maar ook wel daarbuiten vinden we tel kens weer het passen en meten, het normeren naar wat onder ons voor godsdienstig en van goede smaak getuigend wordt gehou den. De grote verzetstheoloog Dietrich Bonhoeffer wijst er in zijn geschriften op dat het juist wel het kenmerkende van het christendom van de toekomst zou kunnen zijn dat allerlei on der ons gangbare vormen van boekje „Gered om te redden" het stukje las dat een ingezonden- brieven-schrijver omstreeks 1880 naar een van onze grote dag bladen zond als reactie op het eerste optreden van het Leger des Heils in Nederland. Dat luidde aldus: „Uit het oogpunt van godsdienst en goeden smaak mag men verwachten, dat deze nieuw ingevoerde plant niet tie ren zal op Neerlands grond". Wij kunnen ons met een beetje fantasie wel voorstellen hoe de inzender tot zijn reactie is ge komen. Voor de fatsoenlijke va derlander, die was opgegroeid met bepaalde denkbeelden over godsdienst en goede smaak zal het optreden van die eerste heilssoldaten wel een vreemd ge doe zijn geweest. De briefschrij ver zal in wat daar aan de hand geachte inzender had verwacht. Üit een oogpunt van godsdienst en goede smaak zijn bij velen nog wel allerlei bezwaren blijven bestaan, maar niet te ontkennen valt dat de plant wèl is gaan tieren, zodat 75 jaar later de zelfde respectabele krant, waar aan de schrijver van toen zijn briefje zond nu een groot artikel heeft gewijd aan het heilzame werk door de mensen van het Leger des Heils onder ons ver richt. Ik denk dat we geheel in de geest van het Leger des Heils spreken, wanneer wij er ons vóór vlies over kunnen verheugen dat datgene wat velen naar maat staven van godsdienst en goede smaak voor onmogelijk hielden, toch gelukt is door de werking van de Liefde, die naar het woord van de dichter te groot is wat wij voor godsdienstig en fat soenlijk houden doorbroken moet worden opdat de Liefde van Christus weer zichtbaar wordt in het leven der mensen. Wanneer wij onder onze mede mensen zijn, laten wij dan eens denken aan dat regeltje „te groot voor mijn geschiedenis". Wy denke zo vaak dat we het pre cies weten, dat we een oordeel kunnen vellen en het leven van de ander kunnen na-meten. La ten we de Liefde van Christus l&ten wat ztf is: en daarvan ge tuigen, dan komt er licht en ruimte in de grote en kleine ge schiedenissen van volken en mensen. Dr. S. L. Verheus, doopsgezind predikant te Leiden. In Zurich staat bankgebouw naast bankgebouw en in de voorsteden als Dietikon en Oerlikon vindt men fabriek naast fabriek. In Locarno wuiven de palmen langs een blauw meer. In Basel, de grootste binnenhaven van Europa, worden elk jaar miljoenen tonnen aan goederen omgezet. In Genève vondt men naast beroemde luxehotels een dozijn van de befaamd- ste nachtclubs van Europa. De hoofdstad Bern is een slaperige provincie stad, maar achter de schermen een centrum van diplomatieke activiteit, waaraan men niet stilzwijgend voorbij kan gaan. De Zwitserse handels vloot telt zesendertig zeeschepen, bemand met Zwitsers, een hele prestatie als men bedenkt, dat Zwitserland in 1939 geen twee dozijn scheepsofficie ren telde. Zwitserland is een land van tegenstellingen; de bevolking bedraagt nog niet de helft van die van Nederland en de vyf miljoen inwoners spreken vier verschillende talen. Zes procent van de Zwitserse bodem is geschikt voor landbouw. De Zwitsers kwamen op de gedachte, dat zij wat anders dan bodemprodukten moesten exporteren om te kunnen leven; kwaliteit. Maar bij alle onder nemingsgeest waren zij ook soldaten. In dienst van Frankrijk, Duitsland, Spanje en de Paus vochten zij op alle slagvelden van Europa. Machines en weivaart De opkomst van Zwitserland be gon met de industrialisatie: voor dien hadden de Zwitsers al zijde ge maakt. In de zeventiende eeuw leer den zij katoen spinnen! De machi ne werd een vast element van de Zwitserse welvaart. maakt van de volksstemming om de mening van de kiezers te weten te komen; over tal van wetsvoorstel len wordt de mening van het volk gevraagd door middel van referen dums. In de kantons Glarus, Ap- penzell en Unterwalden worden plaatselijke verordeningen ingesteld in openluchtvergaderingen met Even beroemd als neutraliteit en handelsgeest is de Zwitserse precisie als het om industriële produktie gaat. Befaamd is het verhaal van de Amerikaanse fabriek, die drie iden tieke kogellagers naar Zwitserland stuurde met het verzoek om offerte voor een kwart miljoen stuks. Het antwoord was lakoniek „Voor welke van de drie?" vroeg de Zwitserse fa briek. Van elke duizend Zwitserse werk nemers zijn er 436 in de industrie, een percentage dat alleen overtrof fen wordt door België en Engeland, omdat die de mijnwerkers meetel len. De Zwitsers concurreren niet, behalve in kwaliteit. Hun prijzen zijn hoog, maar hun kwaliteit is Zwitsers. „Het is Zwitsers fabrikaat of wij maken het niet" zegt men in Zürich. Het is waar: Brown Boveri voor machines, Saurer voor motor voertuigen, Sulzer voor locomotie ven. Oerlikon voor werktuigmachi nes, Maag voor tandwielen en maalmachines, Geigy voor ge neesmiddelen, het zijn allemaal na men, welk stuk voor stuk kwaliteit vertegenwoordigen, net als de aan duiding „een Zwitsers horloge". De toeristen, die Zwitserland bezoeken, merken dit alles niet zo. De Zwitsers zelf spreken er niet over uit zich zelf. Wat de Zwitsers konden, bleek pas goed toen in 1882 de Sl.-Gothard- tunnel in gebruik werd genomen, een onderneming zonder weerga, voor die tijd. Een kwart eeuw later werd de Simplontunnel ingewijd. De Zwitserse spoorwegen hebben 66 tunnels. 4922 bruggen en zesduizend km spoorlijn, waarvan 98 elek trisch. Toen de Zwitsers de spoorweg hadden, uegonnen zij toeristen te trekken. Dit jaar hadden de Zwit sers ruim twee miljoen buitenland se gasten. Mede dank zij die toeris ten is er welvaart voor iedereen en deviezen 3n overvloed. De Zwitsers verdienen niet alleen de deviezen, ze dóen er ook wat mee. Hun bui tenlandse beleggingen brengen een vierhonderd miljoen franken p. jaar op. Het werklozencijfers is laag: 0.3 en geen land heeft meer goud per hoofd van de bevolking dan Zwitserland: twaalfhonderd fran ken. Zwitserland wordt geregeerd door een president, bijgestaan door een bondsraad van zeven leden, geko zen door twee kamers van de volks vertegenwoordiging. In geen land ter wereld wordt zoveel gebruik ge hand opsteken. De Zwitsers hebben van de neutraliteit een kunst ge maakt. Iedere man tussen 20 en 60 jaar is soldaat als hij recht van lijf en leden is Hij volgt een eerste op leiding van vier maanden en moet eenmaal per jaar opkomen voor oefeningen. Iedereen heeft wapens en uniform in huis en grotere wa pens, zoals mortieren, stormboten en machinegeweren worden per ge meente bewaard. In geval van nood kan Zwitserland binnen vierentwin tig uur een leger van een half mil joen mannen op de been brengen. Zwitserland werd in 1920 lid van de Volkenbond, op voorwaarde dat het zich van stemming mocht ont houden in geval van sancties. Zwitserland is geen lid van de Verenigde Naties, maar wel van tal van onderafdelingen, voorzover die in Genève zijn gevestigd. Dr. Pe- titpierre, chef van de afdeling poli tieke zaken in Bern (ministerie van Buitenlandse Zaken) zei eens. dat Zwitserlands positie wordt bepaald door solidariteit en neutraliteit. Het wonder van Zwitser land is het wonder van een ge ordend staatsbestel. Zwitser land is het enige land ter we reld waar de soldaten hun wa pens mee naar huis krijgen. Reeds aan de grens ontmoet men de vriendelijke voor komendheid van een volk. dat gastvrijheid en vakmanschap als beste eigenschappen telt. Maar soms halen zü graag in dustriële grapjes op, zoals van die Amerikaanse fabriek van precisle- instrumenten. die een gekloofde mensenhaar aan een Zwitserse fa briek stuurde met de vraag, wat men daar wel van dacht. De Zwit sers stuurden de haar terug, met het verzoek d'c door de microscoop te bekijken. Toen de Amerikanen dit deden, waren zy geneigd hun eigen haren uit het hoofd te trek ken: de Zwitsers hadden er over langs een gat door geboord! Zaterdag 2 juni 1962 Pagina 1 Dat celdt rtnhhpl nu Tcraplc na- i Dat geldt dubbel, nu Israëls na- buren de hand hebben geweigerd, die Amerika tot hen uitstrekte. E Toen, In 1956, de ingenieur Eric (Van onze Israëlische correspondent) (II) Johnston ais afgezant van pre- sident Eisenhower voor het eerst D De uitvoering van Israëls nationale irrigatie- te dwingen „op te houden met het veranderen Israël en zyn nabuurstaten bezocht j plan, waarover wij in een vorige brief schreven, vafJ van Jor(faan'\ £n hij voegde er en hun een regionaal irrigatieplan heeft de ergernis gaande gemaakt van zijn Ara- s ische regeting bereid was fitot voorstelde, waarvan alle landen ge- L bische buren. Twee maanden geleden verklaar- lijkelijk zouden kunnen profiteren, A de een woordvoerder van het ministerie van Bui- iet Ulterste te 9aan om >rae eri an te weer wag het aljeen israëi, dat het ge- p tenlandse Zaken in Damascus, dat Syrië alle houden „dit gevaarlijke project te verwezen- vaardde. De rest wees het af, om- mogelijke maatregelen had genomen om Israël lijken. dat me* Israël geen belangenge- E meenschap werd gewenst. werd geboren, en daarmee was de nijd gewekt van alle Arabische na- buurstaten. Zy begonnen moord en brand te schreeuwen. Ten onrechte. uitsluitend gebruik van eigen na- Toen dat duidelijk was geworden, sloeg men hier zelf de hand aan de ploeg. Het nationale irrigatieplan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 13