COCKTAIL TRIO - L Roodharige Sue zingt zich weer naar de top 1 „GOUDEN DEUR" VAN HOLLYWOOD Drie woelige vrijbuiters in gareel van de Sieeswijk Revue DOOR VUUR ACHTERVOLGD op de laatste benen van de vrijheid V.J •richt 1 maart 1860 miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii lllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllCli Vrijdag 13 april 1962 L Vijfde blad no. 30629 IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIW lll!lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll||l||l'i||illllllll||llll|l||||||||l|||||||||||ll||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||i|||||||||||||i||||||||||||ii||||||||||||||i|iiiiiiiiiiii>iiMiiiiiiMiiiiiiiiiiiinMiMiiiiiiMiinii|i!ii iiniiiiiiiiiiiiiii||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||,|,||,|,|„|„,|,|„|„„„„, Het is een illusie te menen, dat een gesprek met de drie artiesten, die met het liedje ..Batje Vier" nationale ver maardheid hebben gegeven aan ,,de man. die het bier uitvond", rustig zou kunnen zijn. In de eerste plaats al niet. omdat het woelige Cocktail Trio daarvoor zelf veel te onrustig is. Maar bovendien: het heeft er geen tijd voor. „Vannacht om vijf uur zyn we thuis gekomen uit Groningen. Vanochtend vroeg uit de veren voor de directe uitzending van het radioziekenprogramma „Pa let". En vanmiddag weer bijtijds op stap (met de caravan) naar de legerplaats 't Harde, waar we vanavond optreden", verontschul digden zij zich. Waarom dan niet een andere dag gekozen? Het maakt toch niet uit. Iedere dag is even druk. Vrijwel elke avond staat dit populaire trio op de planken in een plaats of plaatsje ergens in Nederland. Zy zyn niet te klein voor het Scheve- ningse Kurhaus en niet te groot voor de feestavond van de plaat selijke klaverjasvereniging in een dorpje van duizend zielen. Ze tre den overal op. Graag en met ple zier. En overdag? Dan hebben ze eigenlijk te wei nig tijd om alles te doen. wat ze moeten doen: radio-uitzendingen, Ad van Gein (links) en Carel Alberts zijn een ogenblikje serieus. Maar de „eeuwige" lach wijkt ook nu niet van Tonny More baardig gezicht. J soms televisie, grammofoonpla ten maken en natuurlijk steeds repeteren. In het Amsterdamse Mmerva-Paviljoen, om het reper toire fris te houden. Bassist Carel Alberts de kleinste van het stel zorgt daar tussendoor nog voor de zakelijke belangen. Tenminste als hij niet van de partij moet zijn voor een of andere gekke stunt, die de publiciteitschef van de grammo- foonplatenmaatschppij weer heeft bedacht. Binnenkort is het echter uit met dit vrije free-lance le ventje. Dan stapt dit speelse trio in het strenge gareel van de René Sieeswijk Revue. Op 5 juli is de première. „We werken al hard aan de liedjes, die we daarin zullen brengen. We mogen nog niet zeggen welke. Maar ons radio werk gaat gewoon door. En af en toe mogen we volgens het contract optreden in een beslo ten nachtvoorstelling of zoiets. Maar niet meer voor verenigin gen en dergelijke. Het moet duur en exclusief zijn. Kan ook niet anders, want dan zou men voor wellicht maar een grypstuiver kunnen zien, waar men in de revue guldens voor moet neer tellen". Drie, twee, één Nog enkele maanden reizen» en trekken echter. Daarom zijn we al gelukkig, dat we ze even kunnen treffen. Al is het maar omstreeks het middag uur in de AVRO-kantine te Hil versum. Bepaald geen ideale plaats voor een onderhoud. Een gonzende bijenkorf. En rust is daar het drietal niet beschoren. Zo zitten we met alle drie te pra ten, dan is er één weg of zelfs twee. Maar het hindert niets. Ze vullen elkaar wel aan. Ze zijn aan zoiets gewend. „Leeftijden? Laten we die maar onbesproken laten. Met het oog op onze fans „Opleiding? Alle drie conser vatorium". beweren ze met een stalen gezicht. Leider Ad van der Gein wordt het eerst serieus. „Ik heb acht jaar privé- pianoles ge had en vier jaar muziekschool". Maar dan is de ernst alweer verdwenen: „Daar zit onze inge nieur". Hij stoot de lange, baar dige, voortdurend lachende Ton ny More aan. „Dat is een laaghartige toe speling op mijn MTS-verleden". De brede grijns tussen de bruin grijze baard logenstraft de strek king van zijn woorden. „Ik stu deerde elektrotechniek. Dat heeft dus niets te maken met mijn gi taar. Daaraan ben ik al mijn hele leven verslingerd. Ik heb ook kla rinet gespeeld, maar daar doe ik nooit meer iets aan. Nietwaar, kelner?" Tonny More vuurt de vraag af in de richting van Carel Alberts. „Dat is nu mijn zwarte blad zijde", vervolgt deze. „In de oor log zat ik namelijk op de hotel vakschool. Na de oorlog heb ik ook nog in het hotelbedrijf ge pionierd. Maar de bas is steeds myn grote liefde geweest". Bij elkaar „Hoe komt zo'n drietal bij elkaar", vragen wy ons hardop af. „Nogal eenvoudig", vertelt Ad van der Gein. „Ik speelde in een bar in Amsterdam en toen kwamen zij erbij. Het ging samen zo leuk, dat we gewoon zyn door- gehuppeld". „Het publiek vond ons zo aardig ruzie maken". Carel Al berts zet weer een verdacht on schuldig gezicht. „Tonny wilde wel eens weg maar toen hebben wy hem aan de ketting gelegd". Speurneus Jan Koopman „ont dekte" het trio. sleepte het voor de radio in zijn eigen programma, waarna zij vaste medewerkers werden in „Op en om de boule vard" en later „Scherzando". Sinds twee jaar hebben zij een eigen uitzending: „Cocktail-Cor ner". „Maar dat laatste hebben we toch eigenlijk meer te danken aan onze eerste televisie-uitzen ding in 1957", bekent Ad van der Gein. „Een showtje van twintig minuten met de Selvera's. We hebben er maandenlang dag en nacht aan geschaafd. Met succes overigens. Het werd onze grote slag." Ad van der Gein staat op. Hy moet nog wat arrangementen voor de Sieeswijk Revue gaan doorne men. Carel Alberts volgt hem spoedig. „Zakelijke belangen", lacht hij. André Meurs Tonny More vertelt ons, dat de meeste van hun liedjes buiten landse tophits zijn, door André Meurs van een dwaze Nederland se tekst voorzien. Die maakt heel veel liedjes voor hen. Maar niet alles en altyd. Ad van der Gein componeert zelf ook. Hij schreef de muziek voor „Honky-tonk", waar Carel Alberts de tekst by le verde. En Peter Kreuder schreef speciaal voor hen de muziek van „Kom in mijne wigwam". „Als muziek en tekst ons be vallen we worden overgoten met liedjes, maar er is zelden wat bruikbaars by dan gaan we het instuderen. Maar het num mer maken we eigenlijk op de planken. Voor het publiek bou wen we het op. Met een gek- heidje erbij, al naar gelang df mensen. Vergeet niet, we trachten geen cultuur te brengen. Niets daar van. We zijn maar een nummertje in een of ander cabaret en daar bij proberen we en passant het publiek te amuseren met wat kol der en dwaasheid. Daar hebben we zelf ook plezier in". Het is gewoon vreemd Tonny More even zeer serieus te zien, maar het kan niet lang duren. „Kortgeleden stonden we nog in Amsterdam in een warenhuis en een supermarkt. Om nationale tegels te verkopen. Ik deed zaken op de roltrap. Als het niet snel ge noeg ging trok ik maar aan de noodrem. Het mocht nog ook. En als ze de kleur van de tegels niet mooi vonden die mensen heb je ook dan hield ik ze maar een Delfts blauwe voor. Op een ge geven moment stonden zo'n twin tig verkoopstertjes de kunst af te kijken. Want we verkochten goed!" „Dit is onze klassieke pose", zegt het Cocktail Trio. Zonder enige make-up. Een sabel-bontmantel haastig over de minieme nachtkleding aangetrok ken. De armen vol kleren. Zó heeft de bekende filmster Kim Novak dezer dagen op haar blote voeten op de veertiende ver dieping van het Newyorkse Plaza Hotel gerend, toen er brand was uitgebroken. Driehonderd gasten werden door het vuur verjaagd. „Ik sliep heerlijk, toen ik door de rook wakker werd", vertelde Kim later. Het Komt óns onwaarschijnlijk voor, dat er net een fotograaf in de buurt was om Kims haastige vlucht op de gevoelige plaat vast te leggen. Maar Kim was vanzelf sprekend wel bereid haar snelle uittocht nog eens te reconstrueren terwille van de publiciteit. Zelfs uit moeilijkheden kan men dank bare reclame putten. Want het lijkt wel of Kim door het vuur wordt achtervolgd. Im mers, in de afgelopen herfst ver loor zij haar huis bij een grote brand in Hollywood, waarby tien tallen dure bungalows in vlam men opgingen. Slechts voor enkele gelukkige vrouwen in filmstad Hollywood wordt ieder jaar de „gouden deur" naar de schoonheid geopend. Zsa Zsa Gabor ook door gouden duer" De „Gouden Deur" is een schoonheidsboerderij. Rijke vrou wen kunnen er voor een bedrag, variërend van 400 tot 450 dollar per week, haar uiterlijk nog meer laten verfraaien. De „Gouden Deur" overlapt veertig hectare grond van de westkust ten zuiden van Holly wood. Tot zijn vaste klanten be horen beroemde sterren als Zsa Zsa Gabor. Rhonda Fleming, Pipe Laurie, Esther Williams. Jeanne Crain, Gale Storm en Claire Tre vor. In het landhuis eten zij een voudige maaltyden. Tussen de be handelingen door nemen zij deel aan filosofische discussies. Zy ma ken lange wandelingen en omhul len zich in oude exotische Ooster se parfums en olieën. „Voor de gezondheid moeten zy betalen," aldus dr. Anne Benn et ron, de blonde Zweedse vrouwe- ijke manager van de „Gouden )eur". „wy zyn niet alleen geinteres- eerd in wat er in de twee weken hier gebeurt, maar wij stellen be lang in wat de vrouwen mee naar huis nemen een gezonde opvat ting en het verlangen de gezond heid in stand te houden". Sue Thompson baard in zyn keel heeft gekregen. Misschien dat we in de toekomst nog eens van Robertino zullen horen, want hij is vastbesloten te zyner tyd zyn zangstudie by Tito Schipa voort te zetten. In tussen kunnen we zyn Jongens sopraan nog wel beluisteren op de grammofoonplaat. Onder an dere in „Jamaica". „Pappagailo" en de typisch Italiaanse liedjes „Anema e core" en „Papaven e papere", die hy met zyn glaszui- vere intonatie en heldere vibrato tot een waar luistergenoegen heeft gemaakt. (CNR FX 7). Een zeer snel opkomende top per is „I know", op pakkende wyze gepresenteerd door Barbara George, die evenals Sue Thomp son in ons land tot voor kort nog een onbekende grootheid was Barbara heeft een nogal rauwe stem die het goed doet in een nummer als „I know". Barbara heeft het lied trouwens zelf ge- Eddie Hodges In biervat „En by onze laatste televisie uitzending moest ik in een rydend biervat opkomen. Ik was er veel te lang voor. In de bocht moest ik even uitstappen, anders kon het stuur niet draaien. By de re petities miste ik eerst een camera op een haar na en reed toen Ad van der Gein zowat van de sok ken. Nog erger werd het, toen het ernst was. Myn motor sloeg af. Het gebeurde op het rondje, dat ik moest maken, vlak achter de piano. Ze hadden het niet eens in de gaten. Ze stonden maar te wachten, waar ik bleef. Gelukkig was het Ampex, dus we konden het nog eens over doen". Dat ze plezier hébben, daar van getuigt ook de publiciteits chef van hun grammofoonpla tenmaatschappij. Carel Alberts had hem aangewezen. „Daar zit onze melkkoe. We trekken best van hem: Daarom hebben we hem tot ridder geslagen of misschien beter: geschopt". „Hun plaatjes doen het fan tastisch", vertelt deze ridder". „Tot nu toe hebben ze er zo'n vijftien gemaakt. Ik heb dus al heel wat met ze te maken ge had. Leuke jongens. Maar je moet wel oppassen anders ne men ze je er goed tussen. Ze hebben altijd wat anders. Ook op de planken. Of ze nu optre den voor teenagers in Coevor- den of voor ouden van dagen in Westkapelle, ze toeten de zaal steeds mee te krijgen. Ze zijn populair. Zelfs de kinderen kennen en zingen hun liedjes". In "het gedrang van de naar populariteit hunkerende teenager-vocalisten is de niet meer jzo piepjonge Sue Thompson er in ge slaagd op te vallen. Tot voor een jaar nog gespecialiseerd in hillbilly-liedjes, die haar wel een goed belegde boterham maar niet veel bekendheid opleverden, bereikte zij on langs een vijfde plaats op de Amerikaanse hitparade met de slowsong ,,Sad movies make me cry", een nummer dat ook in ons land opgang maakte. En nu, kort na haar eerste grote succes, is het de 26-jarige roodharige Sue weer gelukt een topper te brengen die zowel in Amerika als in Europa hoog genoteerd staat: Norman", een nummer met een apart ritme, een originele melodie en een frappante begeleiding. Niemand die zal beweren dat Sue Thompson fraai zingt, zy heeft zelfs een ietwat dun bakvis- sestemmetje. Maar Sue heeft wat vele van haar jongere collega's missen: een pittige voordracht en een persoonlyke styl. En het zyn deze beide kwaliteiten die het de moeite waard maken ook Sue te horen in een minder pakkende song als „Never love again". (Funckler HY 45059). De veertienjarige Eddie Hodges heeft geprobeerd het succes dat hy heeft behaald met het grap pige „I'm gonna knock on your door" te prolongeren met wat net zo'n hit moest worden: „Bandit of my dreams", een nummer met, zoals we van de Amerikanen wel gewend zyn, geraffineerde bege leiding. Het zal dan ook wel voor een belangryk deel daaraan te danken zyn, dat Eddie's „Bandit" nog vry gunstig is onthaald. Uit muntend in gebrek aan originali teit wat zowel melodie als tekst betreft is het tweede kantje met „Mugmates". «Cadence CC 26216). Het tweede zingende jongetje in deze rubriek is vandaag de vyf- tienjarige Robertino, die trouwens pas zyn teenager-carrière heeft moeten afbreken omdat hy de componeerd, evenals het in iet wat te straf bleus-tempo uit gevoerde „Love" aan de keerzyde van dit plaatje, dat het vooral, dunkt ons, in de jukeboxes goed zal doen. (Smash SU-23303». De liefhebbers van het country- en western-genre die overigens in Nederland «nog) lang niet zo dik zyn gezaaid als in Amerika kunnen hun hart ophalen aan het Philips-plaatje waarop The Bro thers Four, wier styl doet denken aan het Kingston-trio, „Blue wa ter line" en „Summerdays alone" zingen. Vooral het laatste num mer is door de oorspronkelyke melodie en de verzorgde uitvoe ring het meer dan eens beluiste ren zeker waard. (Philips 322-827 BF).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1962 | | pagina 15