Eeuwenoude Statenbijbels bij
tientallen in Duits bezit
ZOEKLICHT
INNERLIJKE TRIOMF
Nederlanders hadden vroeger in Bentheimer
Bochtgrote invloed op kerkelijk terrein.
Onthulling in „Jaarboek"
Drukken uit Gouda
en uit Leiden
OP DE BOEKENMARKT
WOORD VAN BEZINNING
Zaterdag 31 maart 1962
Pagina 1
(Van een bijzondere medewerker)
T „Het Nieuwe Testament", ofte alle boecken des Nieuwen
Verbonts onses Heeren Jesu Christi, door last der Hoogh-mog.
Heeren Staten Generaaleen lijvig boek, opengeslagen
bij het titelblad: een echt-ouderwetse statenbijbel, gedrukt in
Leiden „by de weduwe ende erffgenamen van Johan Elsevier,
boeckdruckers van de Academie". Op een jaar na drie eeuwen
oud, rijk geïllustreerd. Wel antiek dus, maar iets bijzonders?
Voor ons niethet kost weinig moeite om honderden der
gelijke bijbels in ons land te vinden.
Maar de hier vermelde bijbel wordt niet in Nederland be
waard. We zagen hem in Duitsland, in het stadje Nordhorn,
niet ver van de Nederlandse grens. Ook dat is niets bijzonders,
want zo'n bijbel kan heel goed in het buitenland terecht komen.
Genoemde „Elsevier-bijbel" echter maakt deel uit van een uit
gebreide collectie soortgelijke en andere antieke Statenbijbels,
in kostbare uitvoering (o.a. met zilveren en zelfs gouden sloten)
en in eenvoudiger edities, zonder uitzondering eeuwen oud.
Die bijbels zijn sedert mensen
heugenis in het bezit van oude
Duitse families, vooral in het ne-
dergraafschap Bentheim, het stuk
je Duitsland, dat tussen Drente en
Overijssel aan drie zijden door Ne
derlands gebied is omgeven, en dat
is wèl iets bijzonders.
Over al die bijbels nu staat veel
te lezen in de laatste uitgave van
het „Bentheimer jaarboek", een
aantrekkelijke bundel, die elk jaar
met een zekere verrassing komt en
waarvoor dit jaar als „hoofdthema"
de verspreding van oude Neder
landse bijbels in het Duitse grens
gebied is gekozen.
Aanleiding daartoe was de aan
koop door de „Heimatverein der
Grafschaft Bentheim" van een in
1649 te Gouda gedrukte bijbel, be
stemd voor haar verzamelingen, die
mettertijd in een plaatselijk mu
seum zullen worden overgebracht.
De voorzitter van de „Heimat
verein" heelt bij deze gelegenheid
een uitgebreid onderzoek ingesteld
naar Nederlandse bijbels, die Duits
familiebezit zijn. Met een oproep
in een plaatselijke krant had hij
veel succes: uit de binnengekomen
opgaven is met zekerheid komen
vast te sfaan, dat ruim 80 van zul
ke boekwerken in dat gebied be-
Uw i
mm sgggggggg Sjgggg** p -l#
V Ü|p
-.1
Gereformeerde kerk in het
Duitse dorpje Emlichheim,
waar nog steeds Nederlandse
diensten worden gehouden.
kend zijn, een aantal dat onge
twijfeld met enkele tientallen kan
worden vermeerderd. Hoe het tot
een dergelijke omvangrijke ver
spreiding van de Statenbijbel bui
ten Nederlands territoir kon komen,
is een interessante geschiedenis.
Grote verandering
„In de eerste jaren van mijn
jeugd", schrijft de 72-jarige samen
steller van het artikel, de heer
Georg Kip te Nordhorn, „werd in
de Hervormde kerken van 't graaf
schap Bentheim nog algemeen in
het Nederlands gepreekt en gezon
gen. Toen het Hoogduits de scholen
geheel had veroverd en de jonge
generatie geleidelijk van de Neder
landse taal vervreemdde, begon
heel langzaam de grote verande
ring. In de kerken werd aanvan
kelijk een regeling getroffen in de
ze zin, dat in de ochtenddiensten
in het Duits, in de middagdiensten
in het Nederlands werd gepreekt.
Pas toen de laatste kerkgangers,
die de prediking in de Nederlandse
taal nog geheel konden volgen wa
ren overleden, werd ook in de mid
dagdiensten de Duitse taal inge
voerd. In verschillende kerkelijke
gemeenten was tevens geleide-
Gevelsteen met Nederlands
opschrift in de Gereformeerde
kerk te Emlichheim.
lijk een Duits gezangenboek inge
voerd, en daarmee had zich een
wezenlijke verandering definitief
voltrokken".
Kip vertelt dan, hoe vreemd de
verhoudingen Nederlands-Duits en
omgekeerd in vroeger jaren lagen
in het kleine territorium van het
graafschap Bentheim, het latere
vorstendom en tegenwoordig een
kreits (kring van gemeenten) van
die naam. Tot omstreeks 1800 wer
den in de kerkdiensten van het
graafschap Bentheim alleen psal
men gezongen. Weliswaar probeer
den sommige predikanten de ge
bruikelijke orde van dienst uit te
breiden met nu en dan een geeste
lijk lied, maar de gemeente deed
daaraan niet van ganser harte mee.
Eigenaardige situatie
Om de gezangen ook in het
graafschap ingang te doen vinden,
zoals in andere delen van Duits
land reeds lang gebruikelijk was,
moesten de Duitse gezangboeken in
het Nederlands worden vertaald!
Deze eigenaardige situatie kan wor
den verklaard door de vroegere ver
houdingen op kerkelijk terrein in
dit deel van Duitsland, de „Bent
heimer Bocht", aan drie zijden
omsloten door Nederlands gebied,
namelijk Twente in het zuiden,
Salland en de Vechtstreek in het
westen en Zuid-oost-Drente in het
noorden. Zodat het helemaal niet
verwonderlijk is, dat daar van
oudsher, toen de grenzen een veel
vager begrip waren dan nu, Ne
derlandse invloeden zich hebben
doen gelden, vooral in de kerk en
de school en als gevolg daarvan
ook in het dagelijks leven.
De heer Kip, geboren en getogen
in Neuenhaus, in het hartje van
het Bentheimer land, heeft ons ter
zake uitvoerig ingelicht.
Zijn relaas komt in het kort
hierop neer, dat de bevolking van
het graafschap Bentheim reeds
vroeg tot het Protestantisme over
ging, op een paar tot vandaag de
dag overwegend rooms-katholiek
gebleven kleine gemeenten na. De
hervormde kerk voelde zich be
dreigd, toen een van de latere gra
ven van Bentheim onder de invloed
van een der bisschoppen van Mün-
ster tot het r.-k. geloof terugkeerde.
Als logisch gevolg daarvan genoot
de R.-K. kerk in het gebied van
Bentheim zijn bijzondere zorg en
steun en de Protestantse kerk zocht
en kreeg bescherming van de Hol
landse Staten-Generaal.
Oude rechten hersteld
Hoe bedreigd men zich voelde
blijkt uit een zegelstempel uit deze
tijd (omstreeks 1670) met het op
schrift „Heere, help ons, wij ver
gaan" (Mattheus 8 25). De onrust
duurde tot in Den Haag een over
eenkomst was getekend, waarbij te
vens de erfopvolging van de graaf,
wiens vrouw naar Nederland was
gevlucht omdat zij Protestant wilde
blijven, definitief werd geregeld.
Dat gebeurde in 1701: de
protestanten in het graafschap
werden in al hun rechten hersteld,
en van dat recht werd door de
classis voortaan o.a. gebruik ge
maakt door steeds een vooraan
staand Nederlander als baar prae-
ses te kiezen. Deze had tevens zit
ting en een stem in de Bentheimer
landdag! Uit deze tijd nu dateert
de Nederlandse invloed in kerk en
school van het graafschap. Vacatu
res werden dikwijls door Neder
landse predikanten en leerkrach
ten vervuld. Deze mensen brach
ten natuurlijk hun taal mee. De
schoolmeester was toen ook vaak
meteen gemeenteschrijver en het
Nederlands werd zodoende tevens
voertaal voor officiële akten en be
noemingen.
Alles verduitst
Nog steeds wordt in het Neder
lands gepreekt en gezongen in het
graafschap Bentheim, maar al lang
niet meer in de „grote", de Her
vormde Kerk („Reformierte Kir-
che"), die al tientallen jaren vol
komen Duits is. Wel in enkele van
de veel kleinere Gereformeerde
(„Altaeformierte") gemeenten, in
verhouding tot de omvang van an
dere kerkgenootschappen zo klein,
dat de Duitsers ze nu meer als een 1
soort sekte beschouwen. Af en toe
wordt er nog eens een Nederlandse
predikant beroepen.
Deze Gereformeerden hebben het
met hun Nederlands vooral onder
het nazi-bewind heel moeilijk ge
had. In het „Derde Rijk" werd
alles „verduitst", en de Gerefor
meerde gemeenten van Bentheim
moesten zich ook daarin schikken,
maar ze hebben het de nazi's nooit
vergeven. Onmiddellijk na de twee
de wereldoorlog werd 't Nederlands
weer ingevoerd, doch veel is er
uiteraard niet van overgebleven.
Alleen in de kerk van Emlich
heim (ten zuiden van Schoonebeek)
wordt nog uitsluitend Nederlands
gepreekt en gezongen, behalve in
begrafenisdiensten en bij sommige
huwelijksbevestigingen. In het
dorpje Wilsum, waar evenals te
Emlichheim nog een Nederlandse
predikant staat, gaat het „half om
half": daar wordt in de ochtend
dienst in het Nederlands en 's mid
dags in het Duits gepreekt. En in
Laar, even over de grens bij Coe-
vorden, gebeurt het ook „om en
om", maar dan om de zondag in
het Duits en in" het Nederlands.
coevorden
In de overige gemeenten van de
„Altreformierte Kirchen in Nieder-
sachsen", die tot de classis Bent
heim behoren, wordt uitsluitend in
het Duits gepreekt. Wel hebben
ook deze gemeenten met de „Neder
landse" gemeenten in deze classis
en samen met de vijf gemeenten
tellende classis Oost-Friesland een
afvaardiging naar de Generale Sy
node van de Gereformeerde Kerken
in Nederland, waaronder ze in ker
kelijk verband nog steeds ressorte
ren.
Verder herinneren alleen enkele
Nederlandse opschriften in ver
scheidene kerkgebouwen in het
graafschap Bentheim nog aan de
tijd, toen onze taal daar algemeen
werd gesproken. En in menig Duits
gezin daar kan men nog als een
kostbaar erfstuk uit lang vervlogen
en bewogen tijden een echte Hol
landse Statenbijbel laten zien.
i!iihiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiii!iiiiiiiih
Overzichtskaartje van het betrokken gebied.
IEDERE Evangelieschrijver
vertoont eigen karaktertrek
ken. Mogen wij nog even
naast elkaar stellen: Mattheüs,
hij ziet het Oude Testament in
het nieuwe licht, dat voor hem
in Christus is verschenen; Mar
kus geeft een directe en per
soonlijke reportage van Jezus'
woord en werk; Lukas schrijft
een nauwkeurig, goed gedocu
menteerd verslag en Johannes
die wij thans iets nader wil
len beschouwen kunnen wij
typeren, dunkt ons, als de Evan
gelist van de innerlijke triomf.
De sterke innerlijke aandacht
van Johannes is door de glas
kunstenaar R. N. Roland Holst
die hij brengen mag, ook uit
sluitend in zichzelf kunnen
overwegen en koesteren?
Anderzijds, wij die leven in 'n
wereld waarvan bij wijze van
spreken de deuren en de ramen
aan alle kanten openstaan, zo
dat het nauwelijks meer moge
lijk is om ons te concentreren
en te bezinnen, kunnen door de
vierde Evangelieschrijver gesti
muleerd worden om ondanks
onze „open" wereld en levens
ruimte, de beslotenheid te zoe
ken.
u behoeft geen dromer of
kluizenaar te worden. Neen,
Miep Diekman. „Als je het
nog niet wist". (Voorlich
ting en levenskunst voor
teenagers). H. ten Brinks
uitgeversmij Amsterdam/
Meppel. 1961
De boeken, die een mens vertel
len hoe je gelukkig en toch ge
trouwd kunt zijn, gelukkig en niet
getrouwd kunt zijn, gelukkig met
een betrekking, gelukkig zonder be
trekking, gelukkig als je jong bent,
als je oud bent als je kinderen
hebt. als je geen kinderen hebt,
als je rijk bent, als je arm bent,
als je dom bent, als je intelligent
bent enfin laat ik ophouden.
Over iedere situatie in ons leven
is langzamerhand wel een boek, al
thans een fiks artikel geschreven.
De narigheid nu in het merendeel
van dit soort boeken is m.i. dat de
auteurs, die zo druk in de weer
zijn voor ons aller heil, gewoonlijk
hun praktische voorbeelden creë
ren aan de hand van wat ze be
wijzen willen. Ik kan daar wel
een voorbeeld van geven. In de
baby-bijbel van het ogenblik, be
schreven door de Amerikaan Spock
staat o.a. precies in gesprekvorm
beschreven wat een Jonge moeder
moet zeggen tegen haar schoon
moeder, resp. moeder, als zij het
gevoel heeft, dat deze laatsten zich
bemoeien met zaken, die hun niet
aangaan, in casu de verzorging
van de jonggeborene. O ja, mijn
heer Spock heeft gelijk, zo zou het
moeten zijn. Maar sedert ik een
fervente aanhangster van Spock
tegen haar totaal niet bemoeizie
ke schoonmoeder in een dergelijke
situatie heb horen zeggen, dat zij
„haar de keel af zou snijden" als
ze veertien dagen met haar in één
huis moest wonen, is mijn vertrou
wen in deze soort heilbrengers diep
geschokt.
Daarom vind ik het zo bemoedl
gend, dat deze Miep Diekman
haar raadgevingen aan bakvisse
van een zo realistische nuchterhe
is. Zij zegt ronduit waar het
staat. Als zij met citaten uit h
dagelijks leven aankomt, dan
die ook uit het dagelijks leven,
het zo te pas komt, laat zij haa
te noemen. Dat lijkt mij ook niet
boek zelf lezen en in de rijkdom
noodzakelijk, want U kunt dit
van gedachten en beelden voor
uzelf vele schatten ontdekken.
Dit lezen op zichzelf is reeds een
oefening in goede concentratie.
Waaraan ik nog wel meen te
moeten herinneren is de
triomfantelijke toon van Johan
nes. Schrijven de andere Evan
gelisten voornamelijk over Jezus
als Profeet en Priester, Johan
nes tekent Hem in Zijn ko
ninklijke verhevenheid. Ma
jesteitelijk zijn Jezus' woorden.
Ook tegenover Hogepriester en
Stadhouder bij zijn veroordeling,
zelfs in zijn laatste uren aan het
in zijn Utrechtse Domraam uit
gebeeld: een in blauw gehulde
figuur, de handen samengevou
wen, het hoofd terzijde gebogen
en de blik in starende bezin
ning; een duidelijk contrast met
de overige drie Evangelisten. Zij
kijken de toeschouwer aan; hun
gehele houding typeert contact
naar buiten.
Niettemin, de vierde Evange
lieschrijver is geen dromer of
kluizenaar. Zijn vroomheid, die
door persoonlijke geaardheid
vooral naar binnen is gericht,
betekent geen isolement. Johan.
nes heeft zich niet afgesloten
van de wereld, waarin Jezus
leefde en werkte. Hoe zou een
Evangelist de Blijde Boodschap,
tracht, zoveel dat mogelijk is,
de diepere zin van uw leven en
werk te ontdekken. Het rumoer
van berichten via krant en
radio, het appèl dat de zorg en
ellende van talloze medemensen
wellicht ook uw eigen zorg
en ellende zo sterk op U doet,
mogen de inkeer, het zich-
rekenschap-geven, niet geheel
verdringen.
Zie daarom deze Johannes, de
Evangelist die zich met alle
beschikbare kracht richt op
Christus. Want in Hem vindt
hij zijn centrum voor geloof, ge
bed en getuigenis.
Het zou thans te ver voeren
om bijzonderheden uit de vierde
Evangeliebeschrijving met name
kruis. Majesteitelijk zijn Jezus'
genezingen en dodenopwekkin.
gen. Hierin getuigt Johannes
van de macht van zijn Koning,
een macht, die boven alles wat
wij mensen kunnen bedenken en
vermogen te presteren, uitgaat.
Innerlijke triomf. Dat is wel
de hoofdtrek van Johannes.
Moge hij ons door zijn Evan
gelie, dat een zo sterk persoon
lijk getuigenis geeft, de weg
wijzen naar eenzelfde, door
Jezus' grote overwinning ook
voor ons bereikbaar geworden,
innerlijke triomf.
Dr. P. L. Schoonheim,
Predikant Open Deur-werk
Herv. Gemeente Leiden
Hoge Rijndijk 14a.
kwaaie meid „stik mens" tegen
haar moeder zeggen, want dat zegt
een boos wezen van veertien. Ook
maakt zij van moeders geen be
krompen egoisten enerzijds of lij
dende slachtoffers anderzijds. Zij
maakt er mensen van met hun
goed en hun kwaad. De tendens
van haar boek komt eigenlijk neer
op leven en vooral laten leven met
een beschaafde levenshouding als
ondergrond.
Miep Diekman vraagt begrip
aan weerskanten. Maar op zo'n za-
kelijke manier, dat je er in het da
gelijks leven baat bij kunt vinden
zonder eerst maandenlang voor Je
eigen psychiater te hoeven spelen.
Bijzonder helder en gezond is de
wijze, waarop de schrijfster het
sexuele probleem in zijn gehele
omvang behandelt. Er behoeft, zich
werkelijk geen ouder, mannelijk of
vrouwelijk, meer zorgen te maken
over deze voorlichting geef de
jongelui „Als je het nog niet wist"
in handen. Maar doe het vooral
niet te laat, want dan is het goe
de effect verdwenen. En lees het
bepaald zelf ook maar.
Nel van Houten. „Bartje,
mijn zoon". Leopold. Den
Haag. 1961.
Het beschrijven van een eigen
ervaring is altijd een hachelijke
zaak. De neiging om kleine veran
deringen aan te brengen ten eigen
bate of ten bate van de leesbaar
heid, ligt dermate voor de hand,
dat welhaast niemand er aan ont
komt. Deze opsmukkerijen behoe
ven niet in .het vlak van de ver
fraaiing te liggen. Zij kunnen
evenzeer liggen op het terrein van
de lelijke, het afkeerwekkende en
daarom interessante.
Nel van Houten moet van aard
een door en door bescheiden mens
zijn. De gelegenheid toch om hoog
op te geven van de moeilijkheden,
die zij beleefd moet hebben met da
opvoeding van haar geestelijk ge
stoorde zoontje moet groot geweest
zijn. Geen spoor echter is daarvan
te vinden in dit oprechte en daar
om belangrijke verhaal van dit
volkomen gezonde kind, dat de
ramp overkomt bij een inenting
een hersenaandoening op te lopen.
Toen dit gebeurde, woonde de
schrijfster in Zuid-Afrika en he
laas is de zelden voorkomende en-
cefalitis niet tijdig herkend. Nol
van Houten beschrijft nu hoe zij
zelf, eigenlijk met een minimum
aan medische hulp die, als zij er
is, nog weinig succes heeft ook
haar Bartje door de jaren heen
weet te vormen tot een bruikbaar
mensenkind. Zij geeft hem onder
wijs, zij weet zijn wilde ongeremd
heid in de banen van huishoudelijk
werk te leiden, hij krijgt muziek-
en tekenlessen tot verbreding van
zijn uitdrukkingsmogelijkheid.
Maar wat het belangrijkste is
door het vertellen van deze een
voudige dingen heen, voelt de le
zer wat zij haar gestoorde kind in
de allereerste plaats heeft gegevenj
vertrouwen in zijn omgeving en
daardoor zelfvertrouwen. En met
welk een succes.
Robert Clarke. „Op het
Kankerfront." (Vertaling
uit het Frans). Zwart Beer
tje. Bruna. Utrecht.
Onder het motief, dat het altijd
beter is zijn vijand te kennen, is
„Op het Kankerfront'' een aanbe
velenswaardig geschrift. Men vindt
er een korte, maar duidelijke sa
menvatting van de oindeloze reeks
onderzoekingen, die gedaan zijn en
nog gaande zijn om deze gevreesde
ziekte uit de wereld te helpen. Te
vens bevat het, duidelijk verklaard
wat een ieder in de praktijk weten
moet, dat hij zich bij het eerste
alarm late onderzoeken Want zo
ver is men op het. ogenblik. In
het eerste stadium heeft men ge
middeld 50 kans op genezing.
CLARA FOOT?