1961
Lichte muze op
verkeerde pad
Lieve herstman
KORT INTERVIEW
De camera
gericht op:
Bonne Année
Brigitte
De camera
Brigitte Bardot houdt met
filmen op Het is met haar
populariteit gebeurdZe
zingt haar filmische zwane-
zang Geruchten genoeg
om dit toch al geruchtma
kend persoontje.
Zij waagde het als eerste
een dreigbrief van de ter
reurorganisatie O.A.S. publiek
te maken.
„Een publiciteitsstunt"zei
men. Onzin, want aan pu
bliciteit heeft BB. ondanks
(of juist dank zij?) alle ge
ruchten nog geen gebrek.
Haar films doen het nog
steeds. Er is voor haar nog
genoeg werk aan de film-
winkel.
En nu komt zij ook voor
de televisie.
B.B. zal de Franse kijkers
het nieuwe jaar inleiden. Met
een eigen programmaatje on
der de titel:: „Bonne année,
Brigitte".
Bij wijze van nieuwjaars
wens zal de veelbesproken
actrice vier liedjes zingen,
waarbij zij zichzelf op de gi
taar begeleidt. Onder meer
zal zij de kijkers aanraden
in het komende jaar te wan
delen aan de „Sunny side of
the street". Op de bovenste
foto repeteert zij voor dit
advies.
Ook zal B.B. dansen. O.a.
een charleston, zoals die in de
jaren dertig furore maakte
(foto hiernaast)
De show duurt in totaal
drie kwartier. De VARA heeft
nog getracht het programma
over te nemen, maar kreeg de
kous op de kop. Een clausule
in de contracten van de mor
genavond optredende arties
ten maakt dat jammer ge
noeg onmogelijk.
Ria V alk
topvocaliste van het jaai
OP de grens van Oud en
Nieuw kijkt men niet al
leen achterommen werpt
gewoontegetrouw ook een
schuchtere blik in de toekomst.
Men gistvoorspelt, neemt zich
van alles en nog wat voor en
maakt plannen. We zullen ons
en u niet vermoeien met de
vraag, hoe de wereld er in 1962
uit zal zien: wel willen we iets
vertellen over „Jouw Wereld"
in het komende jaar.
Ook wij hebben ons schuldig
gemaakt aan het maken van plan
nen, een jaarlijks terugkerende
rage die omstreeks Kerstmis be
gint en tegen Driekoningen alweer
afloopt. Plannen zijn er dus. En
ze komen in het kort alle hierop
neer, dat het „jouw'.' van „Jouw
Wereld" nog sterker dan in het
afgelopen jaar benadrukt zal wor
den, zodat ,,JW" nog meer be
halve een pagina vóór een pagina
van jongeren wordt.
Vraag: wat vind je
van het afgelopen
Antwoord
Vraag: wat verwacht i
je van het komende j
jaar J
Antwoord
Zaterdag 30 december 1961
DE overgang van Oud naar
Nieuw gaat niet alleen
gepaard met een voorkeur
voor oliebollen en vuurwerk.
Er is nog een artikel, dat voor
al bij politici, predikanten,
directeuren en voorzitters min
stens even geliefd is, namelijk
De Terugblik. Aan het eind
van elk jaar worden in de
wereld een ontstellend aantal
terugblikken geworpen. Ze
zijn somber of saai en maar
zelden vrolijk. Want wie ver
der terugblikt dan zijn neus
lang is, vindt in de geschiede
nis der mensheid maar weinig
jaren waarop met voldoening
kan worden teruggezien. En
1961 vormt op deze regel geen
uitzondering. Natuurlijk zijn er
in het afgelopen jaar wel blijde
momenten geweest, maar ze
worden overschaduwd door
gebeurtenissen die een loden
last hebben geschoven in de
schoenen waarmee wij straks
het nieuwe jaar in stappen.
Laten wij echter niet verder
zien dan onze neus lang is en U
een somber overzicht besparen,
al is het werpen van terugblik
ken een zo ingeburgde gewoonte
dat zelfs wij er niet aan kunnen
ontkomen. En, eerlijk gezegd, wij
willen er ook niet aan ontkomen
want vandaag vieren we en
nu komt de aap (zie hiernaast)
uit de mouw een bescheiden
dubbel jubileum: dit is namelijk
de vijftigste aflevering van
„Jouw Wereld", die hiermee zijn
eerste jaar vol maakt.
„Jouw Wereld" is gezien zijn
leeftijd nog maar een wereldje.
Ook in ander opzicht trouwens:
we hebben onze onderwerpen al
tijd zo dicht mogelijk bij huis
gezocht, in Leiden en omgeving;
slechts een enkele maal hebben
we een „beroemdheid" van over
de grenzen of de oceaan ge
haald. Er is ons wel eens ge
vraagd, of we niet vaker zouden
kunnen schrijven over populaire
filmsterren en zangers. Wij zijn
daar in principe niet tegen,
maar we menen dat over deze
kortstondige beroemdheden, die
toch al geen gebrek aan publi
citeit hebben, weinig nieuws te
vertellen valt.
Dat er daarentegen in Leiden,
Katwijk, Alphen, Noordwijk, Lis-
Be, Oegstgeest, Bodegraven, Bos
koop, Waddinxveen, Nieuwveen,
voorschoten, Warmond, Hazers-
Woude en noem maar op tal van
jongeren zijn die werkelijk iets
Wat Sint-Nicolaas is voor de Ne
derlanders, is zoals bekend
het kerstmannetje (Santa Claus)
voor de Amerikanen. En de ge
loofsijver van de Amerikaanse
jeugd doet zeker niet onder voor
die van de Nederlandse. Dat is wel
gebleken, toen dezer dagen het
hoofdpostkantoor te New York
meer dan tweeduizend brieven vrij
gaf die gericht waren aan het adres
van de kerstman.
„Lieve Santa", zo schreef een
meisje met zelfkennis, „zoals u weet
is het bijna Kerstmis, zodat u han
denvol werk zal hebben met deze
stomme vakantie. Ik moet beken
nen, dat ik een vrij stout meisje
ben geweest, maar ik beloof een
nieuwe bladzijde om te slaan".
Hierna volgde een gedetailleerde
lijst met verlangens die eindigde
met de woorden: „Als u goederen
over hebt, zal ik die ook aanvaar
den".
Een jongetje was zo onder de in
druk van zijn slechte geweten dat
hij schreef: „Ik ben ontzettend
stout geweest. Geef me alsjeblieft
geen speelgoed. Stop maar wat ko
len in mijn kous".
Een andere jongen wilde de hulp
van de kerstman om zijn persoon
lijke problemen op te kunnen los
sen. Hij vroeg een boksbal „om
snelle handen te krijgen".
Een meisje dacht slim te zijn en
het met Santa Claus op een ak
koordje te kunnen gooien. „Ik wil
een pop met echt haar hebben",
schreef zij, „en die kost twaalf dol
lar. Wilt u de helft betalen?"
Tenslotte deze brief van een ach
terdochtige jongedame: „Lieve San
ta, ik zal eerlijk met u zijn en
waarschuw u, dat ik een kopie be
waar van wat ik u vraag, zodat
ik zal weten of u een werkelijk
iemand bent of maar bedrog".
TyEKROOND met een gouden, ja zelfs met
-U een diamanten plaat, gezongen op feesten
en partijen en zelfs door een propvol
Olympisch Stadion (toen het Nederlands elftal
kansloos tegen de Belgen ten onder ging), de
topsong van 1961. onbetwist en onbereikbaar
bovenaan op alle hitlijsten in Nederland: ..Och
was ik maar"In nauwelijks veertien dagen
knalde de muzikale spritit van de zo omstreden
Johnny Hoess moeiteloos naar de top en bleef
daar vele weken achtereen triomfantelijk staan.
Een waardig of onwaardig bekroning van het
lichte muze-jaar 1961?
Ach. laten we daar niet al te zwaar over dis
cussiëren. Het is nu eenmaal zo dat de meeste
liedjes, die tegenwoordig tot toppers uitgroeien
zijn gemaakt door componisten
en tekstdichters, die resp. met
vreemde ideeën over lichte mu
ziek en merkwaardige opvattin
gen over de Nederlandse taal
rondlopen. Daarmee zijn we er
nog niet. Die liedjes worden in
negen van de tien gevallen ge
bracht door een piepjong zan
geresje (of zangertje), dat niet
zingen kan.
De eisen mogen dus niet al te
hoog gesteld worden. Van de ker-
mishit van Hoess «hij is ook de
maker van het indertijd zo popu
laire „Op een zeemans graf groeien
nooit geen rooie rozen") kan men
alleen zeggen dat het jammer is dat
hij die niet bij moeder Hoess thuis
heeft gelaten. Op een uitbreiding
van het „houd er de moed maar
in" genre zaten we nu niet direct
te springen.
Wat bracht de lichte muziek
eigenlijk nog meer? De tweede ont
dekking van 1961, Ria Valk vol
gens de enquête van Tuney Tunes
de populairste vocaliste van dit
jaar lanceerde drie schlagers, die
uitstekend verkocht werden
„Rocking Billy", „Tommy uit Ten
nessee" en „O.K.ik ga met je
mee". Liedjes, die qua melodie nog
wel gingen, maar waarvan de tekst
wel iets scherpzinniger had kun
nen zijn. („Dan ga ik trouwen, dat
vind ik fijn, want dan kan ik altijd
bij mijn Tommy zijn"). Een beetje
droevig is het ,dat werkelijk goede
zangeressen als Corrie Brokken en
Mieke Telkamp in populariteit
moeten plaatsmaken voor een der
gelijk talent.
Elvis en Ricky
De buitenlandse liedjes, die het
hier commercieel goed deden, kwa
men natuurlijk van de door velen
zo groot geachte Elvis Presley, die
overigens het rock and roll-idoom
Eddie Fisher
vroeger
heeft moeten verlaten om er „in*
te blijven. Met het oude „Muss I
denn" en „Surrender" bleef hij bij
de top. Niet aan de top, die plaats
was gereserveerd voor de „aanbe
den" Ricky Nelson, wiens „Hello,
Mary Lou" een van de weinige songs
was. welke een enigszins redelijk
peil haalde. Meer ook niet! De wer
kelijke songs van klasse vindt men
onderaan de lijst: Edith Piafs fas
cinerende „Non, je ne regrette rien",
„A portrait of my love" en de or
kestrale bewerkingen van „Exodus"
en „Concerto Delicado". Deze num
mers brachten iets terug van het in
de lawaaierige rock and roll-perio-
de volkomen verwaarloosde melo
dieuze element.
Want er is toch niemand, die wer
kelijk denkt dat de hits van heden
kunnen wedijveren met die van
vóór de roek-periode, met songs als
„Nancy", „My funny Valentine",
„AUentown Jail", „Live is a many
splendoured thing", „Unchained
melody", „I'm walking behind you",
„April in Paris". En er zal toch ook
niemand zijn die durft beweren dat
Cliff Richard, Bobby Darin, Ricky
Nelson ook maar in de schaduw
kunnen staan van een Nat Cole,
een Frank Sinatra of een Eddy
Fisher in hun beste tijd; dat bij de
vele vrouwelijke sterretjes ook maar
iemand raakt aan de zuiverheid
en het vakmanschap van een Jo
Stafford of een Patti Page!!
Men kan dat beeld nog verder
doortrekken: is er op het moment
een componist van lichte muziek,
die zich kan meten met een Irving
Berlin, Cole Porter of George
Gershwin? De mannen, die met de
lichte muziek vergroeid zijn, weten
dat zelf ook wel. Hoe is het anders
te verklaren dat dit jaar zo'n uit
zonderlijk groot aantal oude songs
in een nieuw kleedje werd gestoken
en weer daverend succes had
(„La Paloma", Muss I denn", „O
sole mio", „Unchained melody",
„Blue moon" enz.)?
Winstpunten
Na al die negatieve klanken de
winstpunten. Onze eigen Blue Dia
monds ontwikkelden zich in 1961 tot
sterren van internationaal formaat.
Deze jongens kunnen ook zingen en
we hebben het altijd jammer ge
vonden dat zij zo lang een getrouwe
kopie zijn gebleven van The Ever-
ly Brothers. Toen zij eindelijk
onder de druk van de Amerikanen
van richting veranderden, ble
ken zij zonder enige moeite een
eigen stijl te kunnen ontwikkelen.
Vooral van hun nieuwste hit,
„Little ship", mag men nog veel
verwachten.
Willeke Alberti bracht enkele
vlotte, pretentieloze liedjes en de
hardwerkende Fouryo's veroverden
een vaste plaats bij de beste vocal
groups. Het Cocktail-trio was over
al waar het verscheen weer het
succes van de avond.
De vooruitzichten voor 1962?
Niet schitterend. Annelies de
Graaf, de muzikale dubbelgang
ster van Conny Froboess, is te
ruggekeerd met een absoluut
kleurloos versje „Schade, schade,
schade" en Anneke „Slobbertrui"
Grönloh timmert met ,,'t Is weer
goed tussen jou en mij" al even
min hoog. En als klap op de
vuurpijl „De sneeuwwitte boe
zem", een vunzig liedje, dat snel
op de vaderlandse hitparade
stijgt. Als het om een com
mercieel succes gaat, kennen
de grammofoonplaten-maat
schappijen blijkbaar geen prin
cipes. De vrees is dan ook niet
ongegrond, dat er in 1962 maar
heel weinig zal veranderen.
Een gTote hap die uit een gelei-
taart in een beroofde levensmid
delenwinkel in Jeruzalem was ge
nomen heeft tot de arrestatie ge
leid van een jongeman wie een
serie diefstallen uit huizen en
winkels ten laste is gelegd. „Af
drukken" die het gebit van de
snoeper in de taart had achter
gelaten duidden op grote ruimte
tussen de tanden. Van de afdruk
ken in de taart werd een gipsen
afgietsel gemaakt en de politie-
tandarts verrichtte daarmee con
frontaties met een aantal moge
lijk verdachten. Een vijftienjarige
viel daarbij daar de mand en be
kende etenswaren tot een aan
zienlijk bedrag gestolen te hebben.
(interessants) te vertellen heb
ben, is het afgelopen jaar wel
bewezen.
Op de eerste zaterdag in 1961
begonnen wij deze „extra-editie"
voor de jeugd met een reportage
over het Leidse Jeugd Kamer
orkest. Een week later richtten
we de camera op de filmende,
schilderende en dichtende foto
graaf Siert Koning. Daarna heb
ben ettelijke jonge kunstenaars
voor ons „geposeerd": de orga
nist Dick van Rijn, de pianiste
Mariëtte van Wijk, de hoorspel
acteur Donald („Okidoki") de
Marcas, de schilders Bert Jonk
en Krijn Giezen, de beeldhouwer
Piet van Riethoven, de edelsmid
Frans Broer, de leden van het
orkest „Kunst en Genoegen". De
kunst met een kleine k werd
vertegenwoordigd door de caba
retier Albert Winninghoff.
Maar niet alleen kunstenaars
waren welkom in deze kolom
men. De bloemenmeisjes uit
Lisse fleurden deze pagina op.
De VW-informatrice uit Noord-
wijk vertelden over hun zomerse
(enorm drukke) werk, de acro
baten Ingrid en Robert Bolder-
dijk over hun toeren en tournees,
Mapje Berkhof en Huib Bol over
de American Field Service en pi
keur Justus Roovers over paar
den.
We skelterden in Bodegraven,
rock 'n roll-den in het 't Leidse
Volkshuis en waren in de wol
ken met drie Warmondse zweef
vliegers van 15 jaar. We waren
met Leidse studenten in Moskou
en Italië, vonden buitenlandse
meisjes aan het werk in Katwijk
en Noordwijk en ontmoetten in
Leiden kwekelingen uit Noor
wegen. We lieten zelfs maar
dat was een aprilgrap Heidl
Brühl naar Alphen komen. Pad
vinderij, kunstschaatsen en
jeugdtoneel waren enkele van
de vele onderwerpen waaraan
wij reportages wijdden.
Op 13 mei deed Argus met zijn
problemen zijn intrede. „Ken
nismaking per advertentie" was
zijn eerste onderwerp. Daarna
volgde „liften naar het buiten
land", waarop drie weken lang
de reacties bleven binnen stro
men. „De 5-daagse schoolweek"
zette vele scholieren en hun
ouders aan het schrijven en
leidde tot een soort enquête met
als uitslag: alsjeblieft geen 5-
daagse! Daarna volgden nog en
kele problemen en de laatste tot
dusver was „Heeft de jeugd ge
brek aan belangstelling en idea
len?", een vraag die nogal wat
boze brieven uitlokte.
ir Ouders en onderwijzers van een
stadje in midden-Israël hebben zo
genoeg gekregen van het katte-
kwaad dat de kinderen in de
avonduren op straat uithaalden,
dat zij een „avondklok" hebben
ingevoerd voor de leerlingen van
negen lagere scholen. De kinderen
mogen 's avonds ook niet meer
naar de bioscoop.
Zo stellen we een nieuwe
rubriek in: ,,Op verzoek", die zal
gaan draaien zodra daartoe het
eerste verzoekje komt. Wie in
„JW" graag iets wil lezen over
een bepaald onderwerp of een
bepaalde persoon, sture slechts 'n
briefje of briefkaart naar de
redactie (Witte Singel 1 te Leiden)
met in de linkerbovenhoek de
woorden ,,op verzoek" en uw ver
zoek wordt ingewilligd (tenzij U
het onmogelijke verlangt).
Er zijn nog andere plannen om
de jongeren wat meer in te scha
kelen bij de bepaling van de in
houd van „JW", plannen die we te
gelegener tijd zullen onthullen.
Ook zullen we op veler verzoek
in het nieuwe jaar wat meer
aandacht gaan besteden aan lichte
muziek en jazz.
We blijven doorgaan met onze
interviews met jongeren uit Leiden
en omgeving, wier doen en laten
een verhaal waard is. Ook Argus,
de man die bij voorkeur actuele
vraagstukken met betrekking tot
de jonge generatie aansnijdt, komt
weer terug. Volgende week reeds
zal hij uw aandacht vragen voor
het probleem: zijn verenigingen
uit de tijd?
Een week later hervatten we
onze serie De Avonden. Na
Alphen, Katwijk, Voorschoten en
Boskoop zullen we nog vijf keer
's avonds „ergens in ons ver-
schijningsgebied" ronddwalen. Het
laatste bezoek brengen we aan
Leiden. Overigens menen wij, dat
het probleem van de vrijetijds
besteding dermate belangrijk is,
dat een nieuwe reportageserie
over dit onderwerp maar dan
geheel anders van opzet moei
lijk kan uitblijven.
En vorige maand zijn we dan
begonnen aan „De avonden",
een serie reportages over de
vrijetijdsbesteding in verschei
dene gemeenten in ons verschij-
ningsgebied. Een serie die tot
dusver als eerste positieve punt
heeft aangetoond, dat niet alle
jongeren hun avonden door
brengen zoals Frit Egters, de
hoofdpersoon uit „De Avonden"
van G. K. van het Reve, een
boek dat wij iedereen die bang is
dat hij zich een avondje zal ver
velen warm aanbevelen