OUDEJAARSNUMMER LEIDSCH DAGBLAD Het Koninklijk Paar gefotografeerd tijdens het defile op Koninginnedag voor Paleis Soestdijk. Deze foto siert de nieuwste Pro Juventute Oranje kalender, die telkenjare met medewerking van het Koninklijk Gezin wordt uitgegeven, en waarvan de haten ten goede komen aan de jeugd die zozeer steun behoeft. Ook in deze vorm draagt het Koninklijk Gezin veel bij tot het charitatieve werk. gebleven. In een beschouwing naar aanleiding van het zilveren huwelijksfeest mag dit niet onge zegd blijven. Terwijl controversen van deze zo persoonlijke aard zich meestal afspelen binnen de beslotenheid van de eigen kring, heeft het „glazen huis" dat het Konings paar vrijwillig heeft aanvaard, ook deze moeilijkheden in de grotere kring van het Neder landse familieband geplaatst. Wij willen daarover slechts twee dingen zeggen. In de eerste plaats herinneren aan het mede leven en later aan de vreugde toen althans naar buiten (en dat zegt veel wanneer het gaat over wat zich in een glazen huis af speelt) een oplossing gevonden bleek. Ten tweede, dat ook uit de openheid van zelfs dit intiem ste conflict weer bleek, hoe Koningin Juliana en Prins Bern- hard bereid zijn geweest, een offer te brengen aan de hoge en bewonderenswaardige opvat tingen van hun taak, welke zij door deze kwaTt eeuw heen steeds hebben getoond. Misschien nog wel het meest uit deze episode bleek, hoezeer dit Koningspaar niet alleen functioneel in de staat wil staan, maar leven wil en leven kan in een woning diep in het hart van ons volk. HEBBEN wij het, sprekend over dit wonen in het hart, ons Koningspaar wel erg gemak kelijk gemaakt, een zo harmo nische plaats in ons volk te vin- niet wordt aanvaard en wanneer het Nederlandse volk niet door de wanden van het glazen huis een blik naar binnen zou hebben geworpen. Wij Nederlanders hebben om nu eens de andere kant van dit probleem te bekijken van zelfsprekend dit gezin op een voetstuk geplaatst. De monarchie kan ook in deze tijd zulk een voetstuk niet ontberen op straffe van ontwaarding van 't Koning schap. Koningin, Prins en Prin sessen zijn nu eenmaal geen „gewone" mensen. Maar ver wachten wij dan niet te dikwijls dit „gewone" wel? Tonen wij vaak niet te weinig begrip wan neer er iets „ongewoons" is, zon der er aan te denken dat wij juist door het gewone waar wij om Een dergelijk mens-zijn vond onder meer uitdrukking in het geen Prinses Juliana ondernam enkele uren na de inzegening van haar huwelijk: een pelgri mage naar het Haagse gedenk teken voor Prinses Emma, haar grootmoeder, op wier huwelijks datum zijzelve met Prins Bern- hard in de echt werd verbonden, en van wie zij de mildheid tegen over het leven heeft meegekre gen. En óók het besef, dat van haar veel meer dan die mildheid geëist zou worden, en óók het besef dat zij daarvoor offers, heel grote offers zou moeten brengen. WIJ hebben deze offers niet ten volle gehonoreerd. Diep in ons hart, waar de lief de voor het Oranjehuis een vaste vragen het ongewone dat wij evenzeer verlangen ook moeten gunnen? Prinses Juliana met haar drie dochtertjes tijdens haar verblijf in Canada. Dit heeft ook direct, indirect en later een belangrijke invloed gehad op de vorming van de Prinsessen, waardoor zij op haar beurt op welhaast ideale wijze in staat zijn, de functie in onze samenleving te vervullen waar toe zij door haar geboorte ge- roepen zijn en in een geest waar om de tijd vraagt. ANDERZIJDS groeide in het bezette Nederland, gebukt gaande onder een tyranniek be wind dat men in geen enkel op zicht kon hoogachten, integen deel verafschuwde en verwenste, een hunkering naar een over heid waar men oprecht tegenop kon zien, waarin men waarlijke zorg voor de gemeenschap kon onderkennen: een hunkering naar Oranje. Zo was, van twee zijden, in 1945 wel een bijzonder vrucht bare voedingsbodem aanwezig voor een hernieuwd samenleven van Oranje en Nederland. In dit alles hebben wij Koningin Wilhelmina niet genoemd. Het is echter niet in de laatste plaats aan haar te danken geweest, dat deze heroriëntatie van beide zijden tot zo innige samenwer king heeft geleid. Wij willen echter, gezien de aanleiding van deze beschouwing, hier in het bijzonder de rol van het huidig Koninklijk Gezin releveren. PRINSES Juliana en Prins Bernhard waren met twee kinderen uit ons volk verdreven. Zij werden jubelend met drie Prinsesjes binnengehaald. Voor Prinses Irene, die eerst in bal lingschap had leren lopen, en Prinses Margriet die in Canada geboren werd en in 1945 voor het eerst op" Nederlande bodem stond, was deze terugkeer een aankomst in een vreemd land. Prinses Beatrix had nog slechts zeer" flauwe herinneringen aan haar prilste jeugd in het vader land. Alleen Prinses Juliana en. Prins Bernhard keerden in het bekende vaderland terug. Nee. niet bekend. Nederland en het Nederlandse volk herinnerden in vrijwel niets meer aan hetgeen zij vijf jaar eerder verlaten moesten om de dynastie veilig te stellen. Het Prinselijk Paar wierp zich met een voorbeeldige ijver (die bepaald niet in de laatste plaats inderdaad als voorbeeld was be doeld) op de enorme problemen van geestelijke en materiële wederopbouw. De laatste jaren hebben wij onder meer ter gelegenheid van de vijftigste verjaardagen van Koningin en Prins, uitvoerig kunnen wijzen op het belangrijke aandeel dat zij hebben gehad in het evenwichtig herstel van een bloeiende samenleving. Prinses, later Koningin Juliana heeft zich daarbij in binnen- en buitenland als het ware het „geweten van ons volk getoond. Prins Bern-i hard heeft in de naoorlogse jaren in het openbaar de grootste naam gemaakt als zakelijk katalysator en gangmaker op zo onnavolg bare wijze dat zijn grote verdien sten ook op ander terrein onver meld moeten blijven wanneer wij ons tot één korte karakteristiek willen beperken. De andere, zeker niet onbe langrijkste taak van het Prinse lijk Paar lag op het meer beslo ten terrein van het gezin, dat tot grote vreugde van ons volk werd uitgebreid door de geboorte van Prinses Marijke. Dat Nederland werkelijk lief èn leed deelt met het Koningshuis bleek op ont roerende wijze toen bekend werd, dat er een schaduw over dit jonge leven zou liggen. DE loop der geschiedenis, de wereld buiten dit gezin, heeft telkens weer een nadruk kelijk stempel gelegd op het ge zinsleven zelf. Wij wezen er reeds op, dat deze beide sferen, waarin mensen van Koninklijke bloede nu eenmaal vrijwel altijd leven zolang de band tussen vorst en volk bestaat, zeker in de laatste kwart eeuw niet te schei den zijn geweest. De oorlogsjaren bleken een zo zware tol geëist te hebben van de krachten van Koningin Wil helmina, dat zij, die het koning schap op te jeugdige leeftijd aan vaardde om het zonder regent schap te kunnen stellen, slechts in een regentschap tot tweemaal toe de mogelijkheid vond, om haar gouden regeringsjubileum tevens tot haar abdicatie te maken. Zeker heeft bij het besluit tot aftreden bij Koningin Wilhel mina tevens meegeteld, dat zij zich door de slopende invloed van de oorlogsjaren niet meer krach tig genoeg voelde om een van de moeilijkste besluiten van haar toch waarlijk niet onbewogen be wind te nemen: een besluit dat geforceerd was door de loop der geschiedenis en op zijn beurt de toekomst van ons volk sterk zou beïnvloeden. Wij doelen hier op de souvereiniteitsoverdracht aan Indonesië, het land met zeven tig miljoen inwoners waarmee Nederland drie eeuwen al of niet hecht verbonden was geweest. Ook nu weer bleek, dat de ontwikkelingen in de wereld in zeer sterke mate mede bepalend zijn geweest voor het gezinsleven van Soestdijk. Prinses Juliana werd mede hierdoor geroepen tot wat zijzelve in een ontroerend woord tijdens de inhuldiging in september 1948 noemde: „Een taak die zo zwaar is, dat nie mand die zich daarin ook maar een ogenblik heeft ingedacht, haar zou begeren, maar ook zó mooi dat ik alleen maar zeggen kan: Wie ben ik, dat ik dit doen mag?" ONDANKS de loodzware taak, welke hierdoor op haar kwam te rusten, en in de vervulling waarvan zij op unieke wijze toonde als mens deel van het volk te kunnen zijn waar zij als Majesteit boven was gesteld, bleef de gezinstaak aandacht vragen. Ja zelfs groeiende aan- dacht bij het ouder worden van de kinderen. De Prinsessen kregen, in har monie met de nieuwe opvattingen en denkbeelden, een nog weer veel gewonere en vrijere opvoe ding dan voorgaande Oranje geslachten hebben kunnen ont vangen. Hiervan getuigden onder meer de schooljaren van de oudste Prinsesjes in de Werkplaats van Kees Boeke, de lyceum-opleiding weliswaar in een aparte dependance maar toch in gewoon klasseverband, en laatstelijk ook de studies van Prinses Beatrix in Leiden, Prin ses Irene in Utrecht en Prinses Margriet in Menton. De Prinsessen konden hier vollediger studente onder de studenten zijn dan Prinses Juliana eertijds ondanks haar voor die tijd betrekkelijke vrij heid ooit is geweest. Kenteke nend voor die laatste vergelijking is bijvoorbeeld het verschil tus sen de Leidse studiewoning van Prinses Juliana, het „Waelre" te Katwijk, en de ligging van de studentenkamers van Prinses Beatrix aan het Rapenburg in het hart van de Sleutelstad. Het „gewone" leven van de Prinsessen weerhield haar niet van een voorbereiding op repre sentatieve taken. Het is onge twijfeld een grote verlichting voor Koningin Juliana en Prins Bernhard dat een steeds groter deel van deze representatieve Koninklijke taak door de Prin sessen gedragen wordt. Dit geldt niet alleen de „kleinere" plich ten als feestelijke tewaterlatin gen, opening van tentoonstel lingen, bezoeken aan ziekenhui zen en dergelijke (die overigens dikwijls belangrijker en moeilij ker zijn dan men oppervlakkig zou denken), doch ook zeer veel tijd, aandacht, voorbereiding en energie vragende bezoeken als b.v. van Prinses Beatrix aan de West. De grote waardering aller- wege in binnen- en buitenland voor de wijze, waarop de jong ste Oranje-generatie haar repre sentatieve taak vervult, is een ondubbelzinnige hulde aan de ouders, die ondanks de veelheid en zwaarte van plichten buiten het gezin kans hebben gezien en gegrepen om in dit gezin de be langrijkste menselijke taak te vervullen: opvoeding en vorming van de kinderen. IN en door dit alles zijn ook de gewone menselijke proble men, conflicten en teleurstellin gen dit gezin zomin als enig ander gezin bespaard gebleven. Oppervlakkig zou men kunnen denken, dat vele gewone mense lijke problemen en conflicten voorbijgaan aan een gezin, dat materieel en geestelijk met zo veel liefde en zorg van miljoenen wordt omringd. Niets is minder waar. Menselijke conflicten spe len zich op een ander niveau af dan welvaart, liefde van buiten, aanhankelijkheid van miljoenen. Juist in een gezin als dat van Soestdijk is het conflict onver mijdelijk. Omdat het gezin leeft in een glazen huis en omdat de persoonlijke taken buiten het ge zin zo onmenselijk veel eisen is het veel moeilijker een verschil in opvatting niet tot een menings verschil en verder tot een con flict te laten uitgroeien. Zo is het conflict ook voor dit mensenpaar in Soestdijk niet uit den, te veroveren zelfs door het offer van de intimiteit van het gezin? Een eerlijk antwoord kan al leen maar ontkennend luiden. Maar er is ook nog een andere vraag: kon het anders? En ook dan weer is alleen een ontken ning een eerlijk antwoord. Wan neer, uit zuiver begrip voor de nieuw gegroeide verhoudingen, het persoonlijke zozeer met het functionele wordt verweven, zou het ondenkbaar zijn en in strijd met de gevoelens die ons volk voor Oranje en dan nu speciaal voor dit Koningspaar heeft, wanneer een zo duidelijk offer Vragen wij niet dikwijls van de „mensen van Soestdijk" het ook voor hen onmogelijke? Die „mensen van Soestdijk" hebben telkens weer dit onmogelijke opgebracht, vrijwillig levend in een glazen huis. Met een blij moedigheid en openheid waar van de franke entree van Prins Bernhard in zijn open autootje eigenlijk een symbool is gewor den. Wij hebben mens-zijn ge vraagd, maar hebben wij veelal niet het mens-zijn tot een onmo gelijkheid gemaakt? woonplaats heeft gevonden, moet daarnaast het besef leven dat wij veel meer ontvangen hebben dan gegeven. Het zilveren huwelijksfeest zou een mogelijkheid kunnen bieden, deze schuld enigszins onbehol pen materieel te vereffenen. Voor dit min of meer lege ge baar is ons volk gespaard geble ven. Het Koninklijk Paar heeft de wens te kennen gegeven, eerst in het voorjaar festiviteiten aan dit jubileum te willen ver binden en bovendien geen ge schenk van ons volk te willen aanvaarden maar een geschenk te mogen geven. HET zij zo. Dit is slechts een bevesti ging van de opvatting, dat Oranje meer schenkt aan Neder land dan Nederland aan Oranja. Wanneer wij, diep in ons hart. dit ten volle beseffen, en daar bovendien naar handelen, schen ken wij toch iets van wat wij waarlijk wel te geven hebben: dankbaarheid en liefde, twee artikelen die in de wereld van vandaag schaars en kostbaar zijn wanneer zij met bescheiden heid gepaard gaan. P. B. Prinses Juliana en Prins Bernhard bij hun aankomst in Den Haag na het bekend worden van de verloving op 8 september 1986. Zij arriveerden n het beroemd geworden grijze 'iito'tje, waarmee zij zich in dê erste tijd daarna in een gioot deel an ons land vertoonden. Grheél links op de foto Koningin WilhelnriH1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 21