O UDEJA A R S NUMMER
LEIDSCH DAGBLAD
D!
1JFENTW1NT1G jaren zijn in historisch
perspectief over het algemeen een tijd,
welke nodig is voor een „momentopname"
van 't wereldbeeld, in tegenstelling met een
kwart eeuw in het mensenleven waarin een
ontwikkeling te zien is. Een kwart eeuw is
historisch meestal een te korte spanne tijds
om er een duidelijke ontwikkeling in te
kunnen bespeuren. Over het algemeen en
meestal. Want er zijn uitzonderingen.
Perioden van enkele decennia waarin het
wereldbeeld van moment tot moment zo
ingrijpend verandert, dat talloze tussen-
beelden nodig zijn om het verband tussen
begin en einde van het tijdvak te kunnen
onderscheiden.
Zulk een kwart eeuw ligt achter ons. In
zo goed als niets is in de wereld van van
daag, op de drempel van 1962, de wereld
van 1937 te herkennen.
Dit is geen overtrokken contemporain
oordeel, maar min of meer verontrustende
realiteit. In technisch, staatkundig, weten-
schappelijk, politiek, economisch, menselijk
en geestelijk opzicht hebben zich in deze
kwart eeuw zo grote veranderingen voltrok
ken, dat zelfs de vraag rijst, of niet alleen
een radicale breuk met de tradities en ver
houdingen van gisteren de mensheid in
staat zal stellen, de wereld van vandaag en
morgen aan te kunnen.
|EZE zelfde bewogen periode omspant
het huwelijk van Koningin Juliana en
Prins Bernhard. De zevende januari zal het
een kwart eeuw geleden zijn dat zij op
de datum van het huwelijk van Koning
Willem III en Prinses Emma het ja
woord gaven in de Grote Kerk te 's-Graven-
hage.
Het behoort ongetwijfeld tot de grote
verdiensten van ons huidig Koningspaar,
dat zij in deze kwart eeuw hun hoge plaats
in de Nederlandse samenleving hebben
weten aan te passen aan dit in menselijke
tijdrekening te snel wijzigende wereld
beeld: ja zelfs deze plaats hebben weten
om te bouwen van één in het staatsbestel tot
één in het hart, daarbij voortbouwend op
hetgeen reeds in de laatste jaren van het
bewind van Koningin Wilhelmina begon
nen was.
1^ R is voor U samen prachtig werk te doen
in Nederland, zo merkte prof. Obbink
op 7 januari 1937 op in zijn toespraak tot
het bruidspaar. Hoe voorbeeldig is dit
werk, in andere geest dan bedoeld, gedaan.
Terwijl tussen 1937 en vandaag vrijwel
geen band in de wereld in stand bleef, is de
band tussen Oranje en Nederland voor een
breuk gespaard gebleven, sterker nog:
hechter geworden. Zonder overdrijving kan
worden gezegd, dat dit in de gehele wereld
een vrijwel uniek verschijnsel is. Wij
hebben dit vooral te danken aan de
wijze, waarop Koningin Juliana en Prins
Bernhard, in het voetspoor van Koningin
Wilhelmina, de tekenen van de snel lopen
de wereld-tijd hebben willen en kunnen
verstaan.
tep m onó
BIJ een regeringsjubileum past
een terugblik op het wereld
gebeuren in de tijd waarin deze
periode viel.Een zoveel persoon
lijker hoogtijdag als een zilveren
huwelijk lijkt oppervlakkig ge
zien het wereldbeeld meer naar
de achtergrond te stellen. Maar
bij dit zilveren huwelijk kunnen
wij er niet aan ontkomen, juist
die heroriëntatie van de wereld
op alle denkbare terreinen als
voortdurend sterk sprekend
decor te zien, waartegen ook het
persoonlijke leven van de leden
van ons Vorstenhuis zich af
speelde.
Zelfs nu de „gouden kooi"
waarin Koningin Wilhelmina
de beklemming van haar taak
onderging, vervangen is door
wat wij het „glazen huis" van
ons huidig Koninklijk Gezin zou
den willen noemen, moet in een
beschouwing naar aanleiding
van het komende jubileum de
wereld buiten dit glazen huis het
meest spreken. Niet alleen van
wege het gewicht van de invloed
van die buitenwereld overigens,
maar ook omdat menselijke ge
voelens verbieden, te onbeschei
den door de glazen wanden heen
te zien, ook wanneer de bewo
ners zelf zelden de gordijnen
sluiten.
De stormachtige uitbundig
heid, waarmee Prins Bernhard
begin september 1936 werd be
groet, was een van die schaarse
gelegenheden, waarbij het koele
Nederlandse volk zich volledig
liet gaan. Een uitbundigheid
welke later, in 1945, geëvenaard
werd door de uitgelatenheid bij
de bevrijding.
In zekere zin was ook septem
ber 1936 een bevrijding. Het was
eenzaam geworden rond de troon
in de dertiger jaren. Prins Bern
hard kwam in ons volk als be
vrijder van een misschien niet
volledig bewuste maar toch wel
aanwezige zorg over de besten
digheid van de band tussen
Oranje en Nederland.
De wijze waarop hij zijn
entree maakte, in een open be
roemd geworden autootje, jovi
aal en wars van stijf ceremonieel,
bleek al spoedig typerend te zijn
voor zijn vitaliteit, openheid en
blijmoedigheid.
WAT er aan deze intocht is
voorafgegaan, is over het
algemeen niet bekend geworden
behoudens via enkele op de
grens van het onbescheidene
wankelende publikaties. Het is
ook niet juist, de voorgeschiede
nis van een huwelijk als dit, die
zich ontwikkeld heeft als een
heel gewone romance tussen
twee jonge mensen, tot een
onderwerp van uitvoerige be
schrijvingen te maken.
Wij noemden die voorgeschie
denis alleen, omdat reeds toen
de buitenwereld, de Nederlandse
belangstelling voor het Vorsten
huis in het bijzonder, invloed
bleek uit te oefenen op hetgeen
zich rond Prinses Juliana en
Prins Bernhard afspeelde.
Het heeft aanvankelijk in de
bedoeling gelegen, dat Prins
Bernhard geruime tijd in ons
land zou vertoeven om zich op
de hoogte te stellen van de toe
standen en verhoudingen, alvo
rens de verloving publiek zou
worden. Een toevallige samen
loop van omstandigheden tijdens
een buitenlandse ontmoeting tus
sen Prinses en Prins deed echter
de vrees ontstaan, dat journa
listieke speurzin een niet-officiële
bekendmaking van het komende
huwelijk mogelijk maakte. Der
halve werd begin september
1936 tot een vervroegde bekend
making van de verloving beslo
ten, waardoor Prins Bernhard
niet meer de gelegenheid kreeg
„anoniem" met ons volk kennis
te maken. Slechts door deze
samenloop van omstandigheden
wordt reeds begin januari het
zilveren huwelijk van Koningin
Juliaija en Prins Bernhard her
dacht, aangezien dit huwelijk
volgens de eerste voornemens
geruime tijd later plaats gevon
den zou hebben.
Zelfs voordat ons volk iets van
de romance wist onderging deze
derhalve reeds de invloed van
de plaats, welke Oranje in dit
volk inneemt. Zo zou het blijven,
en zo zal het vermoedelijk blij
ven zolang Oranje en Nederland
verbonden zijn.
TUIST door de aanvaarding
J van de nieuwe verhoudingen,
waarin persoonlijke verdiensten,
persoonlijk contact en persoon
lijk medeleven veel meer dan
vroeger moeten spreken in het
contact tussen Vorstenhuis en
volk, wil de onderlinge band
waarde hebben, heeft 't Konink
lijk Gezin het „glazen huis" be
trokken dat in de plaats kwam
van de „gouden kooi". Het hier
voor gebrachte offer is helaas
niet altijd als zodanig door ons
volk aangevoeld. Wij willen wel
eens tè dicht bij dit gezin, zelfs
in dit gezin staan, op een wijze
welke wij van anderen in ons
eigen gezin eenvoudig niet zou
den dulden.
Vrijwel alles, wat zich na die
gedenkwaardige achtste septem
ber 1936 rond hei Prinselijk,
later Koninklijk Gezin heeft af
gespeeld, werd meegeleefd door
een geheel volk, zowel in vreug
de als in droefenis.
In zijn toespraak tot het bruids
paar tijdens de inzegenings
plechtigheid merkte prof. Ob
bink onder meer het volgende
op: „Waar elk huis het nodig
heeft te leven onder open hemel,
zal Uw huis dat nodig hebben
in dubbele mate. Uw hoge plaats
temidden van het Nederlandse
volk. Uw meer dan gewone
verantwoordelijkheid tegenover
elkander en tegenover ons vader
land en daarmee tegenover God,
stelt U tot plicht met grote wijs
heid te wandelen in Uw per
soonlijk èn in Uw openbaar
leven".
Hoe waar zijn deze woorden
gebleken, vooral in de naoor
logse periode toen zich de grote
veranderingen in de wereld, en
daarmee in de betekenis van de
monarchie hadden voltrokken!
Hoogtijdagen en droe
fenis in het Prinselijk Gezin
werden intens meegeleefd door
miljoenen. Zoals de vreugde bij
de verwachting van de eerste
telg van een nieuwe Oranje-
generatie, de schrik en angst na
het zeer ernstige auto-ongeluk
dat Prins Bernhard trof in
november 1937, het grote ge
schenk van de geboorte van
Prinses Beatrix, „zij die ge
lukkig maakt", de groeiende
bezorgdheid over de dreigen
de internationale toestand, de
vreugde over de geboorte van
Prinses Irene, wier naam „vrede"
korte tijd later een vergeefse
hartekreet bleek te zijn, de be
klemming toen de strijd in
Europa was ontbrand waarmee
het einde gemarkeerd werd van
de betrekkelijk „rustige" eerste
jaren van het Prinselijk Gezin in
ons midden.
En dan, op de tiende mei 1940
de lawine van geweld, tyrannie,
onrecht en verschrikking, ellende
en lijden, die eerst vijf jaar later
tot bedaren zou komen: niet al
leen een ander Nederland in
een veranderde wereld achter
latend, maar ook een veranderd
Koningshuis in een veranderd
volk.
W
PRINSES WILHELMINA
werd indertijd opgevoed en
op haar moeilijke levenstaak
voorbereid onder omstandig
heden, die hemelsbreed verschil
den van de omstandigheden
waaronder Prinses Juliana haar
jeugd doorbracht. Prinses Juliana
kon aanzienlijk meer vrijheid
genieten, meer als „gewoon"
kind worden opgevoed dan haar
moeder, hoewel dat „gewoon"
nog steeds niet al te strikt ge
nomen kon worden. Leden van
een Koningshuis zijn nu eenmaal
door hun overgeërfde positie niet
„gewoon", omdat zij deze positie
in hun gehele leven meedragen.
Hoe betrekkelijk vrij de op
voeding en vorming van Prinses
Juliana dan ook mogen zijn ge
weest (men denke slechts aan
haar Leidse studietijd), toch zou
den de vruchten daarvan na 1945
niet de honger van ons volk naar
geëerbiedigd gezag hebben kun
nen stillen, wanneer deze vruch
ten niet gerijpt waren in de
gedwongen ballingschap in
Canada. Zo men ooit nog een
positief effect zou kunnen be
speuren aan iets zo jammerlijk
een wreed en onmenselijk als de
tweede wereldoorlog, dan moet
het wel de wijze zijn waarop
Nederland en Oranje door ont
wikkeling van beider gevoelens
en opvattingen in deze ellendige
jaren nog dichter naar elkaar zijn
gegroeid.
Prinses Juliana heeft met haar
kinderen in Canada, ondanks
het belangrijke werk dat zij als
Kroonprinses vervulde, een be
trekkelijk „gewoon" leven kun
nen leiden. In dit geval beteke
nen de aanhalingstekens alleen,
dat in die tijd niets ter wereld
meer gewoon was, en zij slaan
in geen enkel opzicht meer op
het feit, dat Prinses Juliana lid
van ons Vorstenhuis, van een
Vorstenhuis was. Zij heeft daar
kunnen leven in een sfeer, waar
in voor de volle honderd procent
persoonlijke verdiensten en per
soonlijke waardering de plaats
waren gaan innemen van krui
perige en onoprechte, op maat
schappelijke afstand gebaseerde
vleierij. Het is nadien gebleken,
dat de afstand tussen volk en
vorstenhuis niet zo groot behoeft
te zijn, als veelal door kringen
rond het hof wordt gesuggereerd.
Prins Bernhard, die zich voor
zijn kennismaking met Prinses
Juliana reeds jaren in het wer
kelijk gewone leven had bewo
gen, heeft veel meer dan welk
ander lid van het Koninklijk Huis
ook de gelegenheid gekregen,
als ieder mens heen te zien door
schone schijn en onoprechtheid,
omdat deze zeker aanvankelijk
voor hem niet zo ondoordring
baar dicht om hem heen waren
geweven. Een dergelijk door
zicht heeft natuurlijk ook Prinses
Juliana wel eerder geleerd, maar
toch hebben de Canadese jaren
haar door afwezigheid van deze
onwaarachtige sfeer dichter bij
de gewone wereld gebracht en
haar de wegen naar die gewone
wereld beter leren kennen, dan
welke periode voordien ook.
Het Koninklijk bruidspaar geeft
het ja-woord in de Grote Kerk te
Den Haag ten overstaan van ds. W.
L. Weiter (links op de voorgrond).
Deze foto geeft een overzicht van
het hoogtepunt van de plechtigheid,
thans bijna een kwart eeuw geleden.