Cartouche in KAMER en TUIN I INGMAR BERGMAN in voetsporen van Fanfan la tulipe Doe-het-zelf-cursus ZATERDAGSE BIJLAGE 4 NOVEMBER PAGINA 2 Philippe de Broca's vierde film In één adem La Lollo" Ongeduldig Korrel zout VELE GEGADIGDEN VOOR DE „ERFENIS" VAN B.B. Op laatste benen Feest „DÜIVELSKUNSTENAAR", zegt P. J. van Mullem WAAGT ZICH NOG NIET AAN KLEUREN Druk doende aan een nieuwe film In onze tijd Vier personet Nooit ijskoud (Van een onzer redacteuren) Philippe de Broca is alweer bijna gereed met zijn vierde film. De Broca zal men zich wel licht nog herinneren als de jonge Franse cineast, die met een naam heeft gemaakt door met zijn eerste speelfilm „Les jeux de l'amour" de tot dan toe zo bar bittere ernst van de „nouvelle vague" te doorbre ken. Hij was nog maar nauwelijks volwassen, toen hij met zijn cinematografische eersteling bewees, dat ook in een luchtig, vrolijk, ja zelfs speels filmpje plat getreden paden vermeden kunnen worden. Dat is nog niet zo lang ge leden. Het was immers vorig jaar, dat dit Franse „liefdes spelletje" op het filmfestival in Berlijn zon warm onthaal kreeg. Philippe de Broca heeft zich daarna een produktief filmer ge toond. Na zijn eerste succes maakte hy nog twee biyspelletjes: „Le far ceur' 'en L'amant de cinq jours". Toen stapte hij af van deze fil- mlsohe vrolijkheid, al bleef hij ook ditmaal in het luchtige genre. Want daaronder kunnen wij zijn nieuwe kleurenfilm .waaraan hij thans de laatste hand legt, wel rangschikken. „Cartouche" ls een vlotte geschie denis, geheel ln de sfeer van de film, die tien jaar geleden ln Fran se studio's gereed kwam en daarna een zegetocht door de wereld is be gonnen, die eigenlijk nog niet is afgelopen. Want ook vandaag de dag wordt „Fanfan la tulipe" nog ln vele bioscopen gedraaid. Uiteraard is het nu onmogelijk een vergelijking te maken tussen de artistieke waarde van de beide films, maar oppervlakkig gezien hebben ze veel gemeen. In de eerste plaats de bezetting van de hoofdrollen. „Fanfan la tu lipe" was een onvergetelijke crea tie van de sympathieke, helaas veel te vroeg overleden Gérard Philippe. De titelrol van „Cartouche" heeft De Broca ln handen gelegd van een nieuwe „beau garcon" van het Franse witte doek: Jean-Paul Bel- mondo. De artistieke prestaties van deze laatste blijven voor ons gevoel wel aanzienlijk beneden die van Gérard Philippe, maar toch moeten wfj deze namen nu ln één adem noemen. De populariteit van de belde figuren zal elkaar in de verschillende tijd vakken niet veel ontlopen. 95 Maar nog sterker dringt de gelij kenis zich op in de vrouwelijke hoofdrolbezetting. Tien jaar gele den speelde er een jonge actrice in „Fanfan la tulipe", die maar net enkele schreden was gevorderd op het pad naar roem, dat zij later met enorm succes verder zou be wandelen. De knappe jongedame heette Gina Lollobrlgida .later als „La Lolla" een vastomschreven be grip geworden. Ook ln „Cartouche" staat er een welgeproportioneerde jongedame voor de camera, die jbeslist geen moeite doet om haar aantrekkelijk heden tot topgeheim te maken. In tegendeel, geheel in de lijn van de uiterst dure en grootscheepse cam pagne, die ls ontketend om Claudia Cardinale naar populariteit te ver heffen, koketteert zij ook in deze film met al haar natuurlijke char me. Hetgeen niet weinig blijkt te zijn. het voor de tweemaal gescheiden en de particulier zo puur ongelukki ge Brigitte Bardot wilde opnemen. In Franse filmkringen ziet men dit als een nadrukkelijk teken aan de wand: B.B. heeft afgedaan. Men behoeft zich overigens geen illusies te maken, natuurlijk staan er genoeg gegadigden te trappelen Niet voor niets maakt zij aan spraak op de „erfenis", die Brigitte Bardot volgens alle verwachtingen nu wel heel spoedig zal achterlaten. Niet omdat Brigitte aangekondigd heeft, dat ze nu aan haar laatste film bezig is. Dat heeft ze al zo vaak verkondigd. Maar er zijn vele symptomen, die er op wijzen, dat B.B. op haar laatste filmische be nen loopt. Zo was het bijzonder opvallend, dat vele boze briefschrijvers zich aanmelden, toen het Parijse week blad „Paris Match" onlangs enkele foto's van B.B. afdrukte. Men vond het „schande", dat het blad nog plaatjes gaf van „zo'n slechte moe der" en „zo'n verdorven vrouw". En het welsprekendst was het feit, dat er niemand werd gevonden, die van ongeduld om in de voetsporen van B.B. te kunnen treden. De tragische levenswandel van deze jonge vrouw die door de wijze, waarop Roger Vadim en zijn opvolgers haar op het witte doek meenden te moeten bren gen, als een publiek bezit werd beschouwd en nooit meer gelegen heid heeft gekregen er enig pri- véleven op na te houden ver geten de jonge sterretjes maar gemakshalve. Zij bekommeren zich voorlopig niet om de kracht van hun veelal welgeschapen be nen. zy vragen zich niet af of deze de weelde van zulk een ver pletterende faam zullen kunnen dragen, verblind als zy zyn door hun bezetenheid naar roem. Claudia Cardinale wordt door handige publiciteitsmensen reeds nadrukkelijk naar voren geschoven als haar opvolgster, zy wordt reeds Philippe de Broca heeft in de fi guur van Cartouche dan ook geen misdadiger willen zien. Hij stelt hem voor als een avonturier met een groot hart, die zijn vurigheid niet alleen gebruikt om mooie meisjes, zoals Claudia Cardinale, het hof te maken, maar ook om hier en daar een goede zaak te ver- deaigen, waarby uiteraard de wel gesteld het moeten ontgelden. De Broca ziet hem zelfs als een edelmoedig avonturier. Een soort uitgestotene-tegen-wil-en-dank, die slechts te maken wil hebben met wetten, die hij zichzelf stelt. Tegen woordig hebben wc een mooi woord voor zo'n persooniykheid een non- conformist. De Broca heeft de buitenopna men voor zyn kleurenfilm op breed doek gemaakt in de pittoreske stra ten van de oude stad Pézenas en daarna onder de hoge dennenbo men van het bos van Senlis. Pézenas is een stadje met onge veer 10.000 inwoners in de Lan- guedoc, waar Molière enkele van zijn stukken heeft geschreven. Het was feest in dit anders zo mistige plaatsje. De burgery mocht mee doen als figurant, maar voor enkele personen was er zelfs een iets gro tere rol. Zo speelde de koster als medebandiet, de dokter als vogel koopman omdat hy ln het ge wone leven ook verzamelaar van vogels is en de kippeboer mocht zich zelfs in zyn normale gedaante voor de camera vertonen. De plaatseiyke jeugd had Juist vakantie. Wat een heeriyk vertier werd haar geboden door die film ploeg, die alles deed wat men an ders nooit ziet in Pézenas. Hoogte punten van dit filmfestyn waren vanzelfsprekend de bezoeken van een favoriet als Jean-Paul Belmon- do en een Italiaanse ster als Clau dia Cardinale. De jeugd heeft van hun komst dankbaar gebruik ge maakt en in menig boekje in Péze nas prijken nu de handtekeningen van deze filmsterren. Philippe de Broca vierde bijna gereed Tijdens de opnamen voor Cartouche in het bos van Senlis was er wel even tijd voor een wandelingetje met de mee-spelende apen. Links Claudia Cardinalerechts Jean Paul Belmondo. Het is ons niet be kend, wie die stoere kerel in het midden is. „La Cardinale" genoemd natuur- hjk in navolging van „La Lollo" anderen hebben haar als C.C. in de publiciteit gebracht. En de aanleiding daartoe behoeven we waariyk niet ver te zoeken. De tyd slechts zal ons kunnen leren of het de mensen, die Claudia naar voren duwen, zal gelukken haar naam even bekend te maken als die van Brigitte Bardot of Gina Lollobrigida. De „uiteriyke talen ten" heeft Claudia Cardinale zeker wel. Daarover is iedereen het eens. En wp zullen zo vry zyn om de af gezaagde kreet, dat ze alleen maar een goed actrice wil worden en niet om haar maten beroemd wil wor den, maar met een enorme korrel zout te nemen. Maar er is nog een derde reden, waarom „Cartouche" nu reeds ver geleken wordt niet „Fanfan la tuli pe". Cartouche was nameiyk ook een ridder zonder vrees, al was Ihj dan niet zonder blaam. Dat kan ook moeiiyk als hoofdman van een gevreesde bende. Maar een gewone boef was hy toch ook weer niet. Deze romantische figuur uit het be gin van de achttiende eeuw liet zyn heren bendeleden nameiyk le gendarisch gebleven stoute stukjes uithalen onder, de ogen van de lijf wacht van de koning. De stichting voor literaire publi- katies „De Beuk" te Amsterdam is aan de uitgave van een nieuwe serie begonnen: ,,De tiende Muze" waarmede beoogt wordt documen tatie te'verschaffen over de film zowel aan de vakman als aan de geïnteresseerde leek. Aan de directeur van de Stich ting Filmcentrum, de heer P. J. van Mullem te Oegstgeestwas de taak de spits af te bijten en deze heeft dat gedaan na een zeer diep gaande studie van het werk van de veelzijdige Zweedse filmfeno meen Ingmar Bergman. Het vraagt zeer veel concentratie om de heer Van Mullem te kunnen volgen in zyn scherpe analyse van het omvangryke oeuvre van de be zeten cineast, die de auteurs her haalde" malen een „duivelskunste naar" noemt en van wie hij reeds in zyn inleiding zegt, dat hy hem met Federico Gellini tot de groot meesters van de hedendaagse film kunst rekent. De betoogtrant van de auteur van het kleine boekje ls verre van eenvoudig „Toneelmatig is een epitheton, dat al te vaardig als sjibboleth gehanteerd wordt", zegt hij b.v. ergens maar voor de zeer aandachtige lezer bieden zyn inzichten in ieder geval veel stof tot nadenken en vergeiyken al kunnen wy ons voorstellen, dat andere critici tot afwykende con clusies zullen komen. De beoorde ling van films blijft toch ergens al- tyd een kwestie van persooniyke appreciatie. Maar de heer Van Mullem heeft vanzelfsprekend altyd een streepje voor. Niet velen is het immers ge geven het gehele werk van Ingmar Bergman zo compleet te kennen. Helaas niet, want de produktieve Zweed heeft tenminste iets te zegge wat we jammer genoeg van niet to veel cineasten kunnen bewere} Inmiddels is Bergman weer driü doende met een nieuwe film, dj zich bezighoudt met religieuze pro blemen in onze tyd. De film is gesitueerd op het pis' teland; de handeling speelt zich i het tJjdsbestek van twee uren a op Allerheiligen. Bergman denj voor de voltooiing van zyn fili zeventig draaidagen nodig te hel ^!!lllll!llllllllllllllllllllllillllllllllll!llllllllllllllll!ll!lllllllllllllll!ll!ll|||l|||||||||||||||||||||||||||l||||||||||||||||||||||||||||!||||||||||||||||||l|||||||||||||||]|||||||||||||||||||||[|||||||||||!|||]||j|||||l|||||||:|||t|||||||||||||||||||lllinillllllllllllllllllllllll'^ ben, hetgeen aanzienlyk meer I dan voor enige voorafgaande Beit man-Film. De reden daarvan is g legen in de omstandigheid, d alle buitenopnamen worden g maakt in centraal Zweden, wai het om deze tijd van het ja slechts drie uren per dag voldoen! licht is om opnamen te kunn! maken. De handeling in de nieuwste fil van Bergman concentreert zich hoofdzaak om vier personen. Ej visser, welke rol wordt vertolkt do Max van Sydow, leest in de krat dat de Chinezen in het bezit zi van de atoombon en van plan z( daarmede de westerse wereld j vernietigen. Vrees en angst grl pen de visser aan. Op aanrad van zyn zwangere vrouw een J van Gunnel Lindblom brei hij een bezoek aan de dorpsge teiyke (Gunnar Björnstrand). E ze kan de eenvoudige visser echtj geen afdoende raad geven. De pe, soonlyke conflicten, waarmf de visser te worstelen heeft, in 1 bijzonder ten gevolge van zijn vf houding met een onderwyzeres (I grid Thulin), nemen steeds el stiger vormen aan. Ten slotte hij nog slechts één uitweg: ze moord. Ook deze nieuwe film f Ingmar Bergman is in zwart t wit. De Zweedse regisseur hel f zich de laatste jaren zeer intens beziggehouden met de mogét\ j heden van de kleurenfilm, ma i tot toepassing van kleuren in eigen films is hij nog niet ge\ I men. Zijn mening is, dat kieuw film zich zeer goed leent voor J gebruik in een filmkomediemm dat de acteurs te mooi worat voor een ernstige speelfilm. Foef lopig blijft Bergman daarom li zwart en wit filmen. Met de komst van de hooggevoelige en zelfs super-lichtgevoelige films zyn de mogelijkheden tot fotograferen ook voor de bezitters van eenvou dige camera's veel groter geworden. De verontschuldigende uitdrukking, -welke de bezitter van een boxje vaak gebruikte was: „Och, ik heb maar een doodgewoon mooi-weer-toestellctje". Daarmee werd dan aangegeven, dat de hoeveelheid licht zéér groot moest zyn, wilde men met een toestelletje met lichtzwakke lens tot enig resultaat komen. Die uitdrukking is nu echter ouderwets geworden, want bjj regenachtig, of zeer betrokken weer kan dit zelfde simpele toestelletje met hetzelfde gemak opnamen maken als de duurdere camera's vroeger, mits men het apparaatje maar laadt met zo'n hyper-gevoelige film. Wie dan zijn ontwikkeltankje neemt en de film bovendien nog in de reeds de vorige week vermel de „eenmalige" ontwikkelaar gaat ontwikkelen, komt tot een verras sende ontdekking. De beelden zyn uitstekend doortekend. Maar heeft hy oudergewoonte de spoel van zyn tank trouw elke minuut twee- of meerdere malen krachtig rondgedraaid, dan merkt hy tot z'n schrik, dat de film wel zeer ongeiykmatig is ontwikkeld en de negatieven aan de randen ster ker gedekt zyn (d.i. meer zwarting vertonen) dan in het midden. By eenmalige ontwikkelaars, wel ke de gevoeligheid van de film sterk opvoeren, nooit een draaien de beweging aan de spoel geven, maar het tankje schudden of nog heter „kiepen" Telkens dus door kantelen de vloeistof ln beweging houden. Biykbaar worden door de draaiende beweging de ontwikkei- stoffen te sterk naar bulten ge werkt en dat geschiedt niet, wan neer de vloeistof telkens een op en neer-gaande beweging maakt. Er zijn ook speciale ontwikkeltank- jes ,die met een rubberdopje voor afsluiting zyn voorzien, zodat zelfs bij omkeren van de tank de vloei stof er niet uit kan lopen. En zoals u allicht al weet, geeft ontwikkelaar sterk bruine vlekken, die erg moei iyk verwydierd kunnen worden, wanneer ze eenmaal in stoffen doorgedrongen zyn. Mocht u dit een keer toch overkomen en een broekspijp of tafellaken nat gewor den zijn van ontwikkelaar, dan liefst zo snel mogehjk een azyn- badje toepassen, waarna met water nagespoeld moet worden. Laat de zuinigheid u geen par ten spelen door te redeneren: „Het heet nu wel een eenmalige ontwik kelaar, maar zo'n vaart zal dat heus niet lopen. Morgen kan ik er best nog wel een filmpje in ont wikkelen". Want dat kan persé niet. De ontwikkelaar ls na een uurtje al volkomen uitgeput en geeft geen tweede maal goede negatieven, ten- zy u twee films vlak achter elkaar ontwikkelt, met verlenging van de ontwikkeltyd. Wees zeer correct met deze tyd en zet liever een betrouwbare signaalwekker neer. dan de voorgeschreven tien of twaalf minuten op de gis te ne men. Terloops hebben we al eens even opgemerkt, dat een spoelbad na het ontwikkelen zeer gewenst is. De ontwikkelaar afgieten en daarna onmiddeliyk fixeer-vloeistof in de tank gieten zal niet direct aanlei ding tot mislukking geven, maar kleine fouten kunnen ontstaan. En bovendien is de fixeer dan veel sneller uitgeput. Wilt u dus eens verantwoord zuinig zyn, gebruik dan eerst een spoelbad. U kunt dat met gewoon leidingwater toe passen, maar mag ook water met een scheut azijn nemen. De ge wone keukenazyn kan dienst doen, hoewel een flesje azynzuur, dat in de meeste gevallen een sterkte van 30 heeft meer aan te beve len is. Dit bevat n.l. geen enkele toevoeging, wat azijn wel heeft. Verdun dit sterke azynzuur plm. 8 10 maal zodat er een 3 k 4% oplossing ontstaat. Heel erg nauw luistert dat niet en u kunt dat z.g. stopbad ook de volgende week nog wel gebruiken. Controleer dan wel even of het nog zuur ruikt. Omdat echter de ontwikkelresten schimmel en neerslag kunnen veroorzaken, moet u terdege opletten, dat u op uw kostbare pas ontwikkelde nega tieven geen troebel spul gaat gie ten, dat zich misschien op de zach te gelatine-laag gaat vastzetten. Spoel een film minstens een half uur. In de wlntertyd kan dat in de koude keuken nog wel eens on aangenaamheden veroorzaken, wanneer u het water uit de kraan zó maar in de tank laten stromen. Immers de normale onitwikkeltem- peratuur is 18 20 graden Celsius. Wanneer dan de film plotseling gespoeld wordit met yskoud leiding water, „schrikt" de emulsie er krimpt als het ware samen. De gelatine-laag gaat dan een heel eigenaardige structuur vertonen. Er komen duizenden kleine barstjes in de laag, zoals men dat ook wel eens ziet op oude schilderyen, waarvan de verflaag, zoals dat heet „gecraqueleerd" is. By een film noemen we dat „reticulatie". Er be staat geen middel om een eenmaal gereticuleerde film tot een gewo ne te maken. Afdrukken en ver grotingen zullen allemaal dat netwerk van zwarte lyntjes ver tonen. Spoel by lage temperaturen dan ook met water, dat minstens een graad of zestien is om die reticulatie te vermyden. En om dat fixeren ook nog enkele eige naardigheden kan hebben, daar over de volgende week enkele bij zonderheden. JAN WOLFSLAG ^llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll'illlllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll^ De toverhazelaar „Hama- melis mollis" mag men on- getwyfeld tot de winterbloeiers I rekenen. Hy kan al in februari bloeien en soms ook wel eerder, doch dan moet men het weer een beetje mee hebben. Deze geel bloeiende heester kan men nu nog bestellen en direct op de voor hem bestemde plaats po ll ten. Bij voorkeur tegen een donkergroene achtergrond; de gele bloempjes zullen dan veel H beter tot hun recht komen. Ze verlangen ook een beschutte standplaats en aan die voor- s waarden moet te voldoen zyn. Men dient voor een ruim plant- H gat te zorgen en op schrale H zandgronden moet men er flink H wat oude mest doorheen spitten; dan zal men over de groei niet te klagen hebben. De eerste paar jaar moet men er toch niet te veel van verwach- s ten. Men moet ook weleens m snoeien, doch de eerste jaren is dat niet nodig. Later wel en dan s moet men niet in de winter vlak s voor de bloei snoeien ,doch di- H reet na die tyd; dus meer in s de voorzomer. Dan kan men 'm ook veel beter zien welke takken H wel en welke niet gemist kun- nen worden. j§ Forsythia's of Cchinese klok- §j jes zyn meer vroege voor- H jaars- dan winterbloeiers, doch H ik zou ze niet graag willen mis- M sen. Als ze een paar jaar staan, jf kunnen ze enorm ryk bloeien; M de fel gele bloemen vallen al van ver op. Er zyn meerdere soorten, doch mooi zyn ze alle- maal. Het doet er niet zo heel veel toe welke aangeplant wordt, §1 doch de oude viridlssima is een van de beste. Men moet voor voldoende ruimte zorgen; want. op den duur kunnen ze tot flin- ke struiken uitgroeien. Omdat men snoeien zo veel mogelijk moet zien te vermijden, moeten ze dus de ruimte hebben. Ze stellen overigens beslist geen ho ge eisen: ze groeien in vrijwel alle grondsoorten. In zeer voed zame en kleiachtige grondsoor ten kan het wel eens enkele ja ren langer duren voordat ze echt ryk gaan bloeien; de sterke groei moet men er dan een beetje uitraken. Na de bloei moet men hier en daar een enkele verkeerd groeiende tak wegnemen, doch veel be hoeft men er niet aan te doen. Laat ze maar groeien. Neem FORSYTHIA'S vooral de overhangende takken niet weg; die bepalen de sier- waarde van de struik. G. Kromdijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 16