EERSTE NEDERLANDSCHE
KATHEDRAAL VAN COVENTRY
WERD IN NORMANDIE GEBOREN
Goede bewaarscholen in
kinderarm Oostenrijk
Vier eeuwen Ned. Geloofsbelijdenis
Symbool van een stad, die niet
wilde sterven
GUIDO DE BRES.... MOEDIG
LEIDSMAN - VURIG PREDIKER
Geboortecijfer stijgt langzaam
WOENSDAG 18 OKTOBER 1961
VOORSCHOTEN
W. L. VAN SCHAICK
Administrateur bij
Ver. Ned. Gemeenten
De heer W. L. van Schaik, referenda
ris ter gemeentesecretarie, chef van de
afdeling financien, onderwijs, perso
neels- en sociale zaken, is in de functie
van administrateur benoemd bij de Ver
eniging van Nederlandse Gemeenten.
Het werk van de heer Van Schaik zal
in zijn nieuwe functie in het bijzonder
in het vlak van de gemeentelijke finan
cien komen te liggen.
In een kuil aan het strand van Normandië nabij de monding van het riviertje
de Vire lagen acht Engelsen. Over hun hoofden heen gierde het vuur van de
landingsvaartuigen, voorzover die nog konden schieten. Vanaf de andere schoten
Duitse machinegeweren, maar gelukkig niet op het strand. Zij waren er blijkbaar
van overtuigd, dat daar niemand leefde. In de kuil zat temidden van zeven sol
daten en een sergeant ook de korporaal Basil Spence. „Wat ga jjj doen na de
oorlog?" wierp iemand op. „Ik ga timmeren" zei er een, „Mijn vader heeft een
eigen timmermansbedrijf!" „Ik ga weer in mijn taxi!" zei een Cockney. „Ik ga
een garage beginnen", zei een andere man ongevraagd, „Na de oorlog zal er heel
wat toekomst in dat vak zitten!" „Ik ga terug naar kantoor" zei een andere sol
daat, „Ik heb nooit geweten hoe benijdenswaardig rustig het kantoorleven kan
zijn!" „En ik ga groene broekjes zoals jullie opleiden voor de volgende oorlog!"
zei de sergeant, „Overigens heeft korporaal Spence nog geen mond opengedaan.
Wat gaat Spence doen na de oorlog?"
Basil Spence zweeg geruime tijd voordat hij antwoord gaf. Een Duits machine
geweer schoot laag over de kuil heen en even verderop was een stuk luchtafweer
bezig met sissende lichtspoormunitie een landingsvaartuig te behandelen. Toen
hij zag dat iedereen hem aankeek, zei hij ernstig „Misschien zullen jullie erom
lachen, maar na de oorlog ga ik een kathedraal bouwen!"
we kerk komt een zuilengalerij, die de
band symboliseert.
Vanaf de eerste dag was dit ontwerp
het gesprek van de dag in en buiten
Engeland. De dag na publikatie van
het ontwerp kwamen er al meer dan
zevenhonderd brieven binnen, die getuig
den van afkeuring zowel als van goed
keuring. Spence won de strijd glorierijk
en wist zich op alle punten te verdedi
gen. Koningin Elizabeth legde in 1956
de eerste steen. Coventry's bisschop, dr.
Cuthbert Bardsley, Engelands jongste
bisschop, zei „Als wij ons geloof niet in
termen van onze eigen tyd tot uit
drukking kunnen brengen, kunnen wij
het Christendom wel liquideren". De
kerk is nog lang niet gereed; het kope
ren dak is nog lang niet klaar en het
zal nog wel enige tijd duren voor een
hefschroefvliegtuig de vierentwintig me
ter hoge aluminium spits op de toren
kan plaatsen. Basil Spence, nu een ge
vierde architect, is er trots op dat wij
len Sir Jacob Epstein, de glasontwer
per Jacob Lee en de kunstenaar John
Piper aan deze kathedraal hebben mee
gewerkt. „Deze kerk vertelt een ver
haal" zegt Spence nu, „Hij kost met zijn
anderhalf miljoen pond minder dan een
zesmotorige straalbommenwerper.
Mijn kerk is het verhaal van een
stad, gemaakt naar een idee, waarop ik
kwam in een kuil op het strand van Nor
mandië. het verhaal van een stad die
het erg druk heeft met geld verdienen.
Wij van Coventry hebben veel meege
maakt en we hebben veel te vertellen,
maar we zeggen het met onze kathedraal,
die voor altijd het symbool zal zijn van
een stad, die niet wilde sterven, net zoals
In 1962 is hel zo ver
Eerst volgde een diepe stilte, daarna
een homerisch gelach. Hoe kon iemand
zich op dit stukje Normandische strand
voorstellen dat hij een kathedraal zou
gaan bouwen? „Huizen zullen meer no
dig zijn, korporaal" zei de sergeant ,„die
kathedralen komen later nog wel eens"
Toen kwam een stem door de walkie-
talkie, die beval om een Duitse bun
ker het zwijgen op te leggen. De man
nen begonnen hun zware tocht door het
mulle zand om aan dit bevel te voldoen.
De bunker bleek bezet met Russen, die
juichend de handen omhoog staken, toen
ze de Engelsen zagen. Korporaal Spence
kreeg opdracht ze naar een landings
boot te brengen voor ondervraging. Dat
is nu ruim zeventien jaar geleden.
In het voorjaar van 1962 wordt de
nieuwe kathedraal van Coventry in ge
bruik genomen. Dan zal het achttien
jaar geleden zijn, dat architect Basil
Spence zijn gelofte op het Normandi
sche strand aflegde, die hij dan waar
zal hebben gemaakt: hij heeft zijn
kathedraal gebouwd.
De bouw van deze kathedraal zou ook
de aandacht trekken zonder dat deze in
Coventry zou komen te staan. Er wor
den niet zoveel kathedralen meer ge
bouwd tegenwoordig.
Coventry verwoest
Coventry was de eerste stad die door
de Duitsers goeddeels met de grond
gelijk werd gemaakt. De nieuwe kathe
draal moet een 'symbool van wederop
standing zijn. De zandstenen muren van
de vlakbij gelegen Michaels kathedraal
omvatten nu een vreedzame tuin, waar
hier en daar nog muurresten van de
vernielde kerk liggen. Op een geblakerde
muur is een eenvoudig eikehouten kruis
bevestigd met de woorden „Vader, ver
geef ons!" De nieuwe kathedraal, waar
voor de toenmalige Bondspresident Dr.
Heuss destijds vijfduizend pond sterling
schonk, trok tijdens de bouw al inter
nationale belangstelling. De Rusische
ambassadeur schonk een kostbare ikoon.
Voor de driehonderdduizend mensen van
Coventry werd de nieuwe kathedraal een
symbool van herleving. Het wordt de
eerste kathedraal van onze moderne
tijd, een artistiek verantwoord monu
ment. Maar het begon wel tragisch.
Vanaf half elf op die novemberavond
in 1940 tot het aanbreken van de dag
vlogen vijfhonderd Duitse bommenwer
pers boven de stad en verspreidden dood
en verderf. Honderden tonnen bommen
werden afgeworpen op militaire en niet-
militaire doelen. De prachtige veer-
tiende-eeuwse St. Michaels kathedraal
werd al bij de eerste aanvalsgolf in
een puinhoop veranderd. Kerken, zie
kenhuizen, bioscopen, openbare gebou
wen en talloze fabrieken en woonhui
zen werden vernield. Alleen de toren
van de kerk bleef staan als een verma
nend uitroepteken boven deze vlam
mende waanzin.
De Duitse radio vond het woord „co-
ventrieren" uit voor deze aanval JDe
directeur Rootes van de grote automo
bielfabriek, leidde de hele nacht het
bluswerk in zijn fabrieken en kreeg
temidden van de puinhopen een tele
gram van Churchill, die hem tot burge-
De architect Basil Spence is
iemand die zich snel naam heeft
gemaakt in Engeland. Als soldaat
op het invasiestrand van Norman
dië besloot hij na de oorlog een
kathedraal te gaan bouwen. Zijn
ontwerp werd uit 219 inzendingen
gekozen en getuigt van moderne
opvattingen.
meester van Coventry benoemde met als
opdracht de herbouw zo spoedig mogelijk
ter hand te nemen. De eerste avond na
het bombardement had welhaast ieder
een weer elektriciteit en drinkwater en
had Rootes (nu Sir Wiliam Rootes) zijn
eigen fabriekstekenaars aan het werk
gezet voor het ontwerp van een nieuw
stadscentrum van Coventry.
De balans in cijfers van de aanval
bedroeg 568 doden, 865 zwaargewonden,
2294 gebouwen en huizen verwoest, 45704
gebouwen en huizen zwaar beschadigd,
van de 21 grote fabrieken in de stad
twaalf onherstelbaar verwoest. Coventry
is op merkwaardige wijze herrezen uit
deze puinhopen. De stad telt nu bijna
het dubbele aantal mensen van toen en
de lonen zijn er hoger dan elders in
Engeland.
De etalages zijn goed gevuld meit lu
xe artikelen, de mensen zijn goed ge
kleed en het geheel vormt een beeld
van welvaart.
Geboorte van een idee
Het stadscentrum is op moderne wij
ze herbouwd. Rond de stad zijn nieuwe
woonwijken verrezen. In het moderne
stadscentrum staat Lady Godiva weer
met haar paard temidden van een win
kelcentrum van twee verdiepingen met
galerijen rondom, moderne kantoorge
bouwen, parkeergarages en flatgebouwen
van veertien verdiepingen. Lange tijd
wist men niet wat men moest doen met
de puinhopen van de St. Michaels ka
thedraal. Het schip was uitgebrand en
ten dele ingestort; alleen de honderd
meter hoge toren stond er nog. Toen
men deskundigen raadpleegde over her
bouw bleek dat deze veel te omslachtig
zou zijn. Algemeen werd voorgesteld om
een nieuwe kerk te bouwen, die represen
tatief zou zijn voor heel Engeland. De
vraag was alleen maar, wie de kerk
zou bouwen. Men had een miljoen pond
sterling aan oorlogsschadevergoeding in
kas voor dit doel en een comité van voor
aanstaande burgers begon de rest van
het geld bijeen te brengen. Tevens werd
een inschrijving opengesteld voor een
ontwerp. In oktober 1950 had men 219
ontwerpen: Romaans, Gotisch, modern
zelfs Oosters. Het stadsbestuur koos na
lang beraad het ontwerp van een bij
na onbekende architect met de naam
Basil Spence.
Spence koos als grondvorm de oud
christelijke basiliek, een rechthoekige
ruimte zonder transept, ruim honderd
meter lang en dertig meter breed. Wat
deze kathedraal zijn bijzonder karakter
verleent, zijn de muren in zig-zag-vorm.
De kathedraal staat in een rechte hoek
op de puinhopen van de St. Michaels-
kathedraal. Tussen de ruïne en de nieu-
Zweeds vrachtschip
in moeilijkheden
Het 1369 ton metende Zweedse vracht
schip de „Fibeke Kristensen" is om half
vier vanmorgen in een storm met
windkracht 9 tussen Schiermonnikoog
en Rottumeroog op de Rottumerplaat
gelopen.
Na de melding van Radio Scheven im-
gen en die van de kustwacht van
Schiermonnikoog zijn de reddingboten
„Insuliinde" van Oostmahorn (Pr.) en
de „Theodoor Heuss" van Borkum uit
gevaren. De „Insulinde" kwam echter
niet ver. Nauwelijks vertrokken, voer
de reddingboot tegen een onverlichte
modderbak van de aannemingsfirma
Zanen en Verstoep uit Zaandam, die
dwars in het vaarwater lag. De „Insu
linde" maakte water in de voorpiek en
moest dientengevolge terugkeren. De
aanvaring gebeurde in een zware regen
bui. Om zes uur is toen de strandred-
dingboot „Willem Horsman" van Schier
monnikoog vertrokken om zonodig bij
stand aan de „Fibeke Kristensen" te
verlenen. Ook de sleepboot „Bugier"
van Borkum was toen reeds naar het
Zweedse schip, dat onderweg was van
Dordrecht naar Zweden, gevaren even
als de sleepboot „Atlas" van Borkum.
De kapitein heeft later echter de hulp
van de sleepboten geweigerd. Waar
schijnlijk wilde men traohten om bij de
hoge waterstand van vanmiddag 3 uur
zelf los te komen. De sleepboten zijn
echter in de buurt van de „Pibeke Kris
tensen" gebleven. De Duitse redding
boot „Theodoor Heuss" is naar Borkum
teruggekeerd. De bemanning van de
„Willem Horsman" daarentegen is naar
óe Plaat gegaan om de situatie in ogen
schouw te nemen.
ik weigerde te sterven toen ik in Nor
mandië besloot een kathedraal te gaan
bouwen!"
(Van onze Weense
correspondent)
Ofschoon het geboortecijfer
langzaam stijgt, is Oostenrijk over
't algemeen nog arm aan kinderen.
Dit geldt vooral voor Wenen,
waar men nog altijd meer voor
keur schijnt t.e geven aan rashon
den. Maar ook in de hoofdstad
valt er een verbetering waar te
nemen. Deze staat ontegenzegge
lijk in verband met de stijgende
welvaart en het hogere levenspeil.
Ondanks het lage geboortecijfer heeft
Oostenrijk echter een uitstekende naam
op het gebied van de kleuterverzorging.
Dit- vindt voor een groot gedeelte zijn
verklaring in het teit dat de Oostenrijk
se vrouw zeer sterk in het arbeidspro
ces is ingeschakeld. Meer dan de helft
van de getrouwde vrouwen heeft een
beroep en werkt in fabrieken, op een
kantoor of als serveerster. De meesten
van hen blijven aan het werk, ook wan
neer zij een kind hebben gekregen. Dit is
geen nieuw verschijnsel, zodat men
reeds vroeger voor do vraag stond wat
er met de kinderen moest gebeuren,
wanneer hun moeders aan het werk
waren.
Reeds jaren lang heeft Oostenrijk
hiervoor een oplossing gezocht en daar
om neemt dit land een van de eerste
Donderdag 2 november zal het 400 jaar geleden
zijn, dat de Nederlandse Geloofsbelijdenis het licht
zag. Alom in den lande zullen de kerken, die deze
confessie als leergrondslag hebben, waaronder de
Ned. Hervormde en Gereformeerde Kerken, dit
feit herdenken. Het hoogtepunt zal gevormd wor
den door de bijeenkomst op 2 november in de
Grote of St.-Jacobskerk te 's-Gravenhage, waar
prof. dr. J. N. Bakhuizen van den Brink, hoog
leraar te Leiden, en prof. dr. A. D. R. Polman,
hoogleraar te Kampen, de godsdienstige en histori-
De ontstaansgeschiedenis der Nederlandse Geloofsbelijdenis heeft zich afge
speeld in de Zuidelijke Nederlanden, het tegenwoordige België, waaraan de
belijdenis ook de naam Confessio Belgica ontleent. Dit gebied gaf in de 16de eeuw
zowel in politiek-economisch als in geestelijk-cultureel opzicht de toon aan. Van
uit het Zuiden was het calvinisme er binnengedrongen. Uit de evangelieverkon.
diging van rondreizende predikers was een krachtige hervormingsbeweging
ontstaan, die een felle tegenbeweging van vervolging en inquisitie opriep. Terwijl
de stad Doornik in de herfst van 1561 het toneel was van demonstraties van
hervormdgezinden en vervolgingswoede vanwege de commissarissen van de land
voogdes Margaretha van Parma, werd in de ochtend van 2 november binnen de
buitenmuur van het kasteel aldaar een verzegeld pakje gevonden, dat een gedrukt
boekje en een geschreven brief bevatte.
gU ons dan tot een steun en toevlucht
tegen het geweld van onze vijanden
moogt zijn".
Geboorte en groei
van ons zelfstandig
volksbestaan
Het boekje, in de Franse taal gesteld,
was getiteld „Belijdenis des geloofs, ge
maakt in een gemeen akkoord door de
gelovigen, die in de Nederlanden ver
strooid zijn en die begeren te leven
naar de zuiverheid van het evangelie
van onze Heer Jezus Christus".
Het stuk, dat op dat moment reeds
in vele exemplaren gedrukt en ver
spreid was en dat een jaar later ook
in Nederlandse vertaling zou verschij
nen, zou als Confessio Belgica of Ne
derlandse Geloofsbelijdenis bekend wor
den en met enkele wijzigingen van on
dergeschikte aard de officiële belijde
nis van de Hervormde Kerk in dit land
worden.
Beroep op Koning Philips II
Uit de bijgevoegde brief, geschreven
met de hand van Guido de Brés, vurig
prediker en moedig leidsman der her
vormden, die in overleg met enkele an
dere predikanten ook de belijdenis zelf
opgesteld had, bleek, wat men met de
ze merkwaardige aanbieding der con
fessie bedoelde.
Het indrukwekkende epistel was ge
richt aan Koning Philips II en begon
aldus: „Indien het ons geoorloofd was,
o genadigste heer, voor uwe majesteit
te verschijnen om ons te verdedigen
tegen de beschuldigingen, waarmede
men ons belast, en de rechtvaardigheid
van onze zaak te bewijzen, dan zouden
wij dit heimelijke middel niet zoeken
om u het bitter zuchten van uw volk
door een stom verzoekschrift of geschre
ven belijdenis te doen kennen. Maar
omdat onze vijanden u de oren met zoveel
valse aanklachten en berichten vervuld
hebben, dat ons niet alleen belet wordt
voor uw aangezicht te verschijnen, maar
wij ook verjaagd worden uit uw lan
den, vermoord en verbrand op elke
plaats, waar men ons vindt verleen
ons tenminste, genadigste heer, in Gods
naam wat geen mens zelfs aan de die
ren kan weigeren, namelijk dat ons kla
gelijk roepen als van verre tot uw oren
komt, opdat, indien uwe majesteit na
ons gehoord te hebben, ons schuldig
oordeelt, de brandstapels dan vermeer-
derd, de pijnigingen vermenigvuldigd
'worden.in uw koninkrijk. En daaren
tegen, indien onze onschuld u blijkt, dat
Guido de Brés
laat leven op schavot
De aanbieding der belijdenis beteken
de dus zoveel ais een publiek appèl op
de vorst, teneinde deze ervan te over
tuigen, dat de beschuldigingen van ket
terij en oproerigheid, die tegen de her
vormden werden ingebracht, ongegrond
en dat de gruwelijke vervolgingen on
rechtvaardig waren. Indien de koning
persoonlijk zou kennis nemen van hun
geloof, dan zou hij, naar zij verwacht
ten, begrijpen, dat zjj geenszins de een
heid der kerk wilden verbreken, doch
dat hun belijdenis een vertroking was
van het geloof der ene katholieke kerk,
gebonden aan de Heilige Schrift en in
gemeenschap met de belijdenissen der
oude kerk. Geen nieuwe doch een ver
nieuwde kerk begeerden zij.
De landvoogdes zond de confessie wel
naar Madrid, maar of de koning haar
gelezen heeft, moet betwijfeld worden.
De vervolging werd in alle heftigheid
voortgezet. Tenslotte zou ook Guido de
Brés 6 jaar later zijn leven te Valen
ciennes op het schavot laten.
De Nederlandse Geloofsbelijdenis is
een martelarenbelfjdenis. Daarin toont
zij haar authentiek christelijk karak
ter. Als publieke verantwoording van
het geloof, zo men wil: als apologie, als
verdediging, is de echte belijdenis nooit
een vrijblijvend dogmatiseren, doch een
existentieel getuigen in gehoorzaam
heid.
Nadat ln 1559 de Franse Geloofsbe
lijdenis en in 1560 de Schotse Confessie
waren verschenen, was de Confessio
Belgica de derde in deze reeks van cal
vinistische belijdenissen. Dat zij origi
neel is, kan niet gezegd worden. Met
name indien men haar vergelijkt met
de Franse belijdenis, zal men veel over
eenkomsten ontdekken.
Calvinistische inslag
Wie zoekt naar typisch calvinistische
trekken in de Nederlandse belijdenis, zal
wellicht in de eerste plaats wijzen op
het stuk over de uitverkiezing (art. 16).
Opgemerkt dient echter te worden, dat
dit tot de kortste artikelen van de ge
hele confessie behoort en dat het van
een soberheid getuigt, die afsteekt tegen
de wijze, waarop de latere contra re
monstranten over dit onderwerp spra
ken. Eerder dient de aandacht ge-
sche betekenis der belijdenis zullen belichten.
Uiteraard is een herdenking als deze in de
eerste plaats een kerkelijke aangelegenheid. Om
dat echter het ontstaan en de functie der Neder
landse Geloofsbelijdenis ten nauwste samenhangen
met de geboorte en de groei van ons zelfstandig
volksbestaan, verdient het aanbeveling er ook in
bredere kring aandacht aan te wijden. Wij hebben
hier immers te maken met een stukje nationale
historie!
vestigd te worden op de wijze, waarop
de katholiciteit der kerk beleden wordt
(art. 27). Men speurt de oecumenische
dimensies van Calvljns theologie, waar
de belijdenis spreekt over de kerk, die
de tijden omspant „niet gelegen of be
perkt in een bepaalde plaats of gebon
den aan zekere personen, maar verbreid
en verstrooid door de gehele wereld; en
toch met hart en wil tezamengevoegd
en verenigd in éénzelfde Geest, door de
kracht van het geloof". Het was deze
oecumenische gezindheid, die Guido de
Brés 4 jaar na de verschijning der be
lijdenis er toe bracht, te pogen in Ant
werpen een vereniging van Luthersen
en hervormden tot stand te brengen.
Echt calvinistisch zijn ook de artike
len, waarin over de kerkregering en
over de ambten (dienaren des Woords,
ouderlingen en diakenen) gesproken
wordt, en de plaats, waar de tucht
naast de zuivere prediking van het
evangelie en de zuivere bediening der
sacramenten als derde kenmerk der wa
re kerk gesteld wordt (art. 29). Ten
slotte worde gewezen op het veelomstre
den art. 36, dat handelt over de over
heid. Deze is volgens de belijdenis niet
alleen geroepen, de openbare orde te
handhaven en ruimte te geven voor de
prediking der kerk, doch ook om, zoals
het heet, „Alle afgoderij en valse gods
dienst te weren en uit te roeien" en
„het rijk van de antichrist te gronde
te werpen. In deze gedachtengang is voor
een neutrale overheid geen plaats.
Niet alleen van de overheidspersonen,
doch ook van de overheden ambtelijk
wordt gevraagd, dat zij kiezen voor het
evangelie van Christus. Over de vraag,
of deze opvatting principieel juist en
praktisch realiseerbaar is, lopen de me
ningen nog altijd uiteen. De Gerefor
meerde Kerken hebben in 1905 de ge
wraakte zinsneden uit de confessie ge
schrapt. Een feit is, dat deze ziens
wijze betreffende de verhouding tussen
kerk en overheid een stempel heeft ge
drukt op geschiedenis en cultuur van
de Noordelijke Nederlanden in de 17de
eeuw.
Kerkelijk en nationaal
De stroming, die in de Nederlandse
Geloofsbelijdenis de uitdrukking van
haar geloof vond, was niet de enige
en evenmin de eerste uiting van de
reformatie in ons land. Er bestond een
bescheiden Lutherse invloed. Een tijd
lang vonden de wederdopers een sterke
aanhang onder de bevolking. Een Eras
miaanse stroming is van de aanvang
af van grote betekenis geweest. Bullin-
ger, de opvolger van Zwingli in Zürich.
heeft vooral door zyn in het Neder
lands vertaald „Huisboek", dat door
duizenden gelezen werd, grote invloed
uitgeoefend.
De calvinistische stroming was slechts
een van de vele componenten van de
hervormingsbeweging in de Nederlan
den. Deze stroming is het echter ge
weest, die door de helderheid en wel
omlijndheid van haar overtuiging en
vooral door een bijzonder organisatie
talent zowel bij de inrichting der kerk
als bü de ordening van het gemene
best aangewezen was, de leiding op zich
te nemen in de strijd voor ons zelf
standig volksbestaan. Doordat deze his--
storische rol haar toeviel, heeft de re
ligie van de Nederlandse Geloofsbelij
denis een blijvend stempel gedrukt op I
plaatsen in onder de staten die een
goede kleuterverzorging hebben. Op
't ogenblik beschikt men hier over 1487
bewaarscholen, waar 80.000 kleuters
worden verzorgd. Duizenden moeders
brengen hun kleuters 's morgens naar
een bewaarschool, voordat zij naar hun
werk gaan, en 's avonds halen zij hun
kleintjes weer af.
De verzorging die ce kinderen onder
tussen genieten staat op een hoog peil,
omdat de opleiding van de kleuterver
zorgsters wettelijk geregeld is. Deze ver
zorgsters moeten een leergang van drie
jaar volgen, die theorie er. praktijk om
vat. Het opleidingsonderwijs beslaat 36
uur per week, waarbij voornamelijk
de nadruk wordt gelegd op het „contact
met het concrete leven". Men houdt dus
niet star vast aan een vaststaand sy
steem. ook al draagt dit nog zo n be
roemde naam.
Een van de hierbij gevolgde begin
selen luidt, dat in de bewaarscholen de
gezinsopvoeding moet worden aange
vuld, d.w.z. dat aan de kinderen zoveel
mogelijk alles dient te worden gege
ven, wat zij thuis missen. Overal hl de
steden en op het platteland openbaart
zich het streven om zich in de kleuter
verzorging te onttrekken aan een streng
systeem. De kinderen spelen in kleine
groepen die een ongedwongen gezinska-
rakter vertonen en vooral wordt alles
vermeden wat aan een opdringerige
„pedagogie" herinnert.
Uitgangspunt
Het uitgangspunt Is niet een theore
tisch pedagogisch systeem, maar het
concrete kind. Daarb.j tracht men aan
twee uitersten te ontkomen: aan de ene
kant vermijdt men het zogenaamde
„kuddebedrijf", aan de andere kant „de
innerlijke eenzaamheid temidden van
een grote groep". Deze bewaarscholen
bewijzen opeens weer hoe waardevol de
opvoeding in een gezinsverband is, want
de kinderen voeden elkaar veel beter
op dan volwassenen het ooit kunnen
doen. De verzorgsters dienen alleen voor
toezicht en voor het geven van sugges
ties. Hebben de kleintjes dergelijke wen
ken eenmaal gekregen, dan vinden zij
zelf hun weg en zij slaan die in op de
manier die hen t meeste ligt.
Een ander principe dat in Oostenrijk
wordt gevolgd is de opvatting dat de
kinderen niet moeten worden geplaatst
in een wereldje dat de volwassenen
eerst in de dimensies van grote men
sen in elkaar nebben gezet. De kleu
terscholen moeten een kleine wereld
zijn, waar de kinderen zich thuis voe
len en waar zij zoveel mogelijk zonder
herhaaldelijk ingrijpen van volwasse
nen hun eigen weg vinden.
De deurknoppen en de waterkraan
tjes zijti dan ook op kinderhoogte aan
gebracht. De kinderen mogen hier alles
doen wat hun in gezindsverband wordt
toegestaan, dus ook het wassen van
poppenkleertjes, het spelen met minia
tuurkeukentjes en met kleine werkplaat
sen. Bovendien mogen de kleintjes niet
voortdurend worden lastig gevallen
door volwassenen met vermaningen om
toch stil te zijn en geen lawaai te ma
ken.
Drie maandagen geen
broodbakken in Den Haag
De eerstvolgende drie maandagen, 23
en 30 oktober en 6 november, zullen de
broodfabrieken in Den Haag niet wer
ken en de bakkerswinkels gesloten zijn.
Uiteraard zal er ook geen brood worden
bezorgd.
Dit heeft de Haagse Bakkerij Com
missie, een plaatselijke contactorgaan
van werkgevers en werknemers in de
bakkerij, besloten, feitelijk om geen
andere reden dan een knuppel in het
hoenderhok te gooien. Al maanden
sleept namelijk in de Nederlandse Bak-
kerijstichting het officieel overleg over
ae Invoering van de vijfdaagse werk
week. maar steeds als er een akkoord in
uitzicht lijkt, springt het af. Met de
zeer drastische maatregel van drie bak-
loze maandagen hoopt de Haagse bak
kerij commissie „een impasse te door
breken".
Eerste nieuwe legpenning voor
Pcblo Picasso
Dq Koninklijke Begeer te Voorschoten
heeft het initiatief genomen tot het uit
brengen van „een eerste serie legpen
ningen ter ere van personen, die zich op
de gebieden van wetenschap en cultuur
of op andere, ideële wijze in hun werk
voor de mensheid bi bijzondere mate
verdienstelijk hebben gemaakt."
De eerste penning in deze serie is ge
wijd aan de kunstenaar Pablo Picasso,
die op 25 oktober 1961 tachtig jaar zal
worden. Op die dag zal aan Picasso deze
aan hem en zijn werk opgedragen pen
ning worden overhandigd.
De voorzijde van de eerste penning
vertoont de beeldenaar ..Picasso met
duif". Aan de keerzijde is het citaat aan
gebracht: „Cinere relicto renovatus as-
cendit" („terwijl ik mijn as achterlaat,
vernieuw ik mij steeds") met de naam
Pablo Ruiz y Picasso en als relief de le
gendarische vogel Phoenix.
Het ontwerp en model zyn van de
Nederlandse beeldhouwer André Bartels
te Den Haag. De penning heeft een af
meting van 85 mm doorsnede en is in
gepatineerd brons uitgevoerd.
De tweede uitgifte in deze serie, zal
aan de onlangs overleden secretaris
generaal van de Verenigde Naties, Dag
Hammarskjöld, zijn gewijd.
onze cultuur, ook op die groeperingen
in ons volk, die niet tot haar eigen
lijke aanhangers behoren. Daarom is
de herdenking van het 400-jarig be
staan van d-'-> b-l'iden«s niet alleen
een kcrkeljike, doch i een nationale
gebeurtenis.
Dr. W. Nyenhuis