TUNES1E en LIBIË - landen met
aparte charmes voor de toerist
Optimisme in VS over
economische toestand
Het grote probleem: WATER!!
iOSRAM
Geen revolutionaire methoden
om opleving te bereiken
Y riendschapsverdrag
Israël-Dahomey
8750
De Mode van nu is „Longhair"
Opgericht 1 maart 1860
Vrijdag 29 september 1961
Zesde blad no. 30465
Kan ook overlast zijn
In de oases vindt men grote aan
plantingen van dadelpalmen, met daar
tussen wel velden tuinbonen. Op elke
markt ziet men kooplieden, die in grote
pannen gestoomde, gedopte tuinbonen
verkopen; blijkbaar is dit een lekker
nij, waarvan je al boodschappen doen
de eens een handjevol opsnoept. Op
drogere terreinen vindt men ook olijf
gaarden, waarvan sommige keurige irri
gatiesystemen bezitten, terwijl andere
onder het woestijnzand dreigen te ver
dwijnen. De rijen olijfbomen staan wel
20 meter uit elkaar; de grond ertussen
wordt soms benut om er graanakkers
aan te leggen. Tegenwoordig zijn er ook
wijngaarden in Libië. De wijn is voor
namelijk voor export bestemd, want de
rechtgeaarde moslim drinkt geen alco
hol. Er wordt steeds gewerkt aan ver
betering van het produkt en in de
krant werd aangekondigd dat men over
een jaar of twee een mousserende wijn
hoopt te maken. Waar zulks mogelijk is
zaait men tarwe of gerst. Meestal zijn de
akkers vrij Ijl; de lage halmen staan
zo ver uit elkaar, dat men er wel eens
aan twijfelt of het werkelijk een akker
is. Waar zich inzinkingen in het terrein
voordoen en waar de grond vochtiger is,
ook op de hoogvlakte, ziet men midden
in de overigens koele omgeving fris
groene graanvelden. Belangrijk als ex-
portprodukt is het espartogras, dat als
hooi tot balen wordt geperst en dat
o.a. voor papierfabricage wordt gebruikt.
Terwijl wij in Tripoli waren, werd er
veel propaganda gemaakt voor het kwe
ken van Ricinus communis, de struik
waarvan de zaden „wonderolie" leveren.
Op droge, zanderige gronden schijnt
Ricinus goed te gedijen en het wortel
stelsel legt het zand goed vast; dat voor
komt stuiven en het wegspoelen van de
bodem bij plotselinge, hevige regenbui
en. De olie die uit de zaden wordt ge
perst schijnt gebruikt te worden voor
de smering van straalmotoren en de
bevolking werd aangemoedigd dit ge
makkelijke gewas in grote hoeveelheden
te kweken.
Erosie door afstromend water en door
verstuiven van de bovenlaag van de
bodem spelen een belangrijke rol in dit
land en men moet voortdurend vechten
opdat de woestijn niet verder opdringt.
Lang in het verleden moet het in het
binnenland veel vochtiger zijn geweest.
Rotstekeningen in de Fezzan laten zien
hoe men daar in de oudheid met paard
en wagen op reis ging, iets wat nu is
uitgesloten. Op die vroegere, grotere
vochtigheid wijst ook het voorkomen
van padden in oases ver in het binnen
land; oases die nu van elkaar geschei
den zijn door uitgestrekte zandwoestij
nen, die voor de padden onoverkome
lijke hinderpalen vormen. Ten dele
schrijft men het ontstaan van de grote
woestijnen in het binnenland van Li
bië toe aan de invloed van de mens,
die de waterhuishouding heeft verstoord
en de erosie heeft bevorderd. In de Ita
liaanse tijd heeft men getracht om
dicht bij de kust door herbebossing de
woestijn terug te dringen, maar de
tweede wereldoorlog deed veel van de
bereikte resultaten verloren gaan. Een
moeilijkheid bij de strijd tegen de woes
tijn is, dat het land zo dun bevolkt
is. In 1954 telde het gehele koninkrijk
1.088.889 inwoners op een oppervlakte
van 1.754.000 vierkante kilometer. In
Tripolitanië dat het dichtst bevolkt is,
telt men nauwelijks drie inwoners per
vierkante kilometer en in het woestijn
gebied van de Fezzan slechts een in
woner per tien vierkante kilometer. Dat
is heel weinig als men een opdringende
woestijn wil tegenhouden. Herbebossing
van grote gebieden kost veel arbeid,
maar ook veel geld en dat is een tweede
moeilijkheid.
Water vormt in dit land een groot
probleem. Dit jaar heeft het op vele
plaatsen flink en lang geregend en een
goede oogst lijkt verzekerd, maar in
andere jaren blijft de regen bijna of
geheel uit. In alle oases heeft men daar
om putten gegraven, waaruit het water
kan worden opgehaald om tuinen of
boomgaarden te bevloeien. Aan weers
zijden van zo'n put is een muurtje van
enkele meters hoog gemetseld; daartus-
nen zit bovenaan een poelie en onder
aan een houten rol. Over elk daarvan
loopt een touw bevestigd aan een van
de uiteinden van de waterzak. Van
oudsher gebruikt men dierehuiden als
waterzakken, maar tegenwoordig im.akt
men ze ook van binnenbanden van
auto's. De waterzak is aan beide einden
open. Laat men hem onder water zakken,
dan loopt hij vol. Dan wordt aan beide
touwen getrokken en wel zo dat de zak
U-vormig wordt gekromd; de beide
openingen liggen dan op gelijke hoogte
en er loopt geen water uit. Pas als de
zak boven de putrand uitkomt, trekt men
het ene einde hoger op en het andere
einde naar voren over de rand van de
put heen. Door het laatstgenoemde ein
de stroomt het water in een vergaar
bak of in een goot. Om zo'n zak vol
water van vrij grote diepte op te hijsen
is een zwaar werk en met handkracht
zou men niet ver komen, zeker niet als
er veel water nodig is. Dit ophijsen ge
beurt dan ook met behulp van een koe,
een ezel, of een dromedaris. Da touwen
worden met een tuig aan het dier vast
gemaakt en men laat het dier over een
langzaam hellend pad (soms wel twin
tig of dertig meter lang» van de put
af lopen. Aan het einde zijn deze paden
dikwijls in de grond ingegraven, zodat
het dier een meter of drie daalt; dat
spaart kracht. Dergelijke putten vindt
men niet alleen in Libië; ook in Tune
sië zijn zij algemeen in gebruik.
Wij maken vele tochten door Tripoli
tanië en als de tijd gekomen is om
weer naar huis te gaan, zijn wij vast
besloten er nog eens terug te keren.
Voor biologen is het een interessant
land, maar ook voor een gewone toe
rist is er veel te zien, mits hij U:-
reid is grote afstanden af te leggen. Wel
zou men enige kennis van het Arabisch
of althans van Italiaans moeten heb
ben, want dat is hier wel nodig. Libië
heeft vele bewogen tijden achter de rug,
dat was al zo in de Romeinse tijd en
dat heeft zich tot kort in het verleden
voortgezet. De verovering door de Ara
bieren, het Turkse gezag (tot 1911, de
Italiaanse overheersing (1911-1943) de
tweede wereldoorlog, die wat Noord-
Af rika betrof voor een belangrijk deel
in Libië werd uitgevochten, en tenslotte
het bestuur van de geallieerden <1943-
1951. In 1951 werd het land zelfstan
dig en kon eigenlijk eerst sedert dat
jaar aan zijn toekomst bouwen; de .in
terne rust die er nu heerst zal daar veel
goed aan doen.
Na drie weken rijden wij Libië weer
uit en Tunesië binnen. Nu wij toch in
Noord-Afrika zijn willen wij de kans
niet laten voorbijgaan, om ook Tunesië
te bekijken. Vlak bij de oostgrens van
Tunesië ligt dicht voor de kust het
eiland Djerba, „het eiland der geluk
zaligen", een oord dat algemeen wordt
geroemd. Over een lange dam die het
met het vaste land verbindt rijden wij
er heen om aan de Noordkust in Hotimt
Souk te overnachten. Ook hier vindt
men uitgestrekte olijfgaarden, maar het
zijn haast alle zeer oude bomen die er
staan, zo oud dat het soms maar halve
bomen zijn, de andere helft is vergaan.
Soms ook ziet men twee stukken van
een stam naast elkaar staan, de rest is
verdwenen. Dat het een centrum van
toerisme is, blijkt wel uit de talrijke
bordjes die naar de bezienswaardighe
den verwijzen. Men kan er oude potten
bakkerijen en weverijen zien, Moskeeën,
synagoges, enz. Er zijn twee dorpen die
een joodse bevolking hebben, die (naai
de gidsjes zeggen) nog net zo leven als
twee duizend jaar geleden; dat kan ik
nauwelijks geloven als ik er enkele in
colbertjasje zie rondlopen en de kin
deren zijn er modern gekleed. Zonder
twijfel is het een mooi eiland met veel
bezienswaardigs, maar het zo volkomen
ingesteld zijn op toerisme, schrikt mij
wel wat af. Ik ben blij als wij een
stil stuk strand vinden, waar wij kun
nen genieten van het uitzicht op de Mid-
delandse Zee.Op het zand liggen grote
massa's aangespoeld zeegras en daartus
sen kleine en grote ronde, bruine bol
len, die de leek zeker voor iets vies
zou houden. Het zijn de „pilae marinae"
die in vroegere tijden in de apotheek
werden gebruikt; zij bestaan uit stuk
ken van wortelstelsels van zeegras, die
door de golfslag over de bodem van de
zee zijn gerold; steeds meer vezeltjes
hechten er zich aan vast, zodat zij op
den duur bolvormig worden. Ook aan de
Franse Rivièra spoelen deze bollen bij
duizenden aan. Een dag blijven wij op
het eiland en dan rijden wij weer naar
Zo reist men op het Tunesische
eiland Djerba.
het vasteland. Langs de golf van Bou
Grara gaan wij over een verharde,
maar niet geasfalteerde weg westwaarts.
Deze golf is bijzonder rijk aan dierlijk
leven. Daarvan getuigen niet alleen de
vele vissersbootjes die wij aan de zuid
kust van Djerba zien ligeen, maar ook
de miljoenen slakkenhuisjes die het
strand bedekken. Al liggen er hier en
daar wat zandduintjes over de weg, on
ze ervaring in Libië opgedaan, maakt
dat wij daarvan niet veel last hebben.
Het doel van deze dag is Gabés .maar
naar mate wij er dichterbij komen trek
ken zich donkere wolken samen en het
begint te stortregenen. In een minimum
van tijd staat de woestijn blank. Nu
is dat niet zo erg, maar wel dat de
bodem het water niet opneemt. Door
geultjes begint het de hellingen af te
stromen en komt zo in de droge rivier
beddingen. De weg loop dwars door een
aantal van die beddingen heen en dat
kan complicaties geven. De anders droge
wadi's (of Oueds zoals men ze hier
noemt) bevatten nu water; gelukkig is
het nog niet diep en door de eerste
drie komen wij gemakkelijk heen. Bij
de vierde kunnen wij niet verder. Een
grote vrachtwagen staat midden in de
stroom; de uitlaatpijp is volgelopen en
de motor is afgeslagen. Voor deze wadi
staan al enkele auto's te wachten en
het worden er nog meer. Dichter bij
Gabès is blijkbaar ook een wadi volge
lopen want verkeer van de andere kant
komt er niet.
De regen houdt op en langzaam begint
het water te zakken. Zo nu en dan
waadt iemand tot halverwege om te kij
ken hoe hoog het water staat. Op an
dere plaatsen is men zo verstandig ge
weest om naast de weg, midden in de
wadi een peilschaal te zetten, dan kan
je zien hoe erg het is. Er komen grote
vrachtwagens van het leger aan, die na
een uurtje wachten de tocht wagen en
veilig de overkant bereiken. Enkele
auto's laten zich met de motor afgezet
erdoor slepen. Dan komen er auto's van
de andere kant. Een enkeling met een
gewone personenauto probeert het. Met
een flinke vaart duikt hij het water in
met een boeggolf die tot boven zijn kop-
maar een paar meter voor hij op het
lampen komt. Het schijnt te lukken,
droge is, slaat de motor af. De inzitten
den stappen uit en duwen de auto
verder. De broden op de achterbank zijn
nog droog, maar de rest van de lading
dobbert in de vijf centimeter modder
water die in de auto staan. Enkele no
maden drijven twee ezels en een ezel
wagen door de stroom; tot hun buik
gaan de dieren erin. Een fietser met
duopassagier probeert het. maar valt om
tot groot vermaak van hen die droog
op de kant staan. Twee uur wachten
wij en dan gaan ook wij er door; lang
zaam rijden en goed gas geven zodat de
uitlaatpijp niet volloopt, dan lukt het
wel. Nu hebben wij wel alles meege
maakt wat. je hier kunt beleven, stof
stormen en een volkomen verregende
woestijn, hoe kan het mooier.
Gabés aan de oostkant van Tune
sië ligt bij een zeer grote oase. De bes
te manier om die te zien is een rijtuigje
te huren met een gids. Die zorgt dat
je alles te zien krijgt en in het rij
tuig zit je zo hoog, dat je gemakkelijk
over de walletjes die de tuinen om
grenzen heenkijkt. Na zoveel droge ter
reinen gezien te hebben is het overwel
digend om in zo'n rijke plantengroei
te komen, om overal het water volop
door kanalen te zien stromen. Aan
Sportief èn modieus f Dan
kiest U deze leuke, jeugdige
driekwart wintermantel in
longhair. Let op de capuchon
en de grote opgestikte zak
ken, die het model extra
modieus maken. De voering
is zuiver wollen plaid in
vrolijke ruit.
de kant van de kanalen zitten op om
gevallen bomen moerasschildpadden te
zonnen, maar zodra je dichtbij komt
duiken zij met een plons het water in
en verschuilen zich in holen in de oever.
Toch lukt. het een van onze begeleiders
er een te vangen. Groene kikkers zitten
overal en op een open stuk lukt het
nog om een hagedis te vangen.
Kameleons die hier vroeger algemeen
moeten zijn geweest, zyn nu schaars
vertelt onze gids en die zien wij dan
ook niet. Naast duizenden dadelpalmen
ziet men hier vry grote velden met ta
bak waarvan de oogst aan de staat ge
leverd moet worden. Hier en daar ziet
men de felrode bloemen van de gra
naatappels. Verrassend is het om aan
de rand van de oase te komen, waar
men een scherpe scheiding heeft tus
sen de dichtbegroeide groene oase en
de volkomen droge, dorre heuvels. Drie
uur worden wij zo rondgeleid. Zonder
moeilijkheden gaat dat niet. Zo nu en
dan heeft het paard er genoeg van en
blijft stokstijf staan. Of de gids of' de
koeteier springt van de bok en zeult het
dier voort, totdat het weer flink op gang
is en dan springt de man weer in. het
rijtuig. Wij worden onthaald op „palm
wijn", die vers voor ons getapt wordt.
Hij smaakt naar klappermelk en men
heeft hem kennelijk niet laten gisten,
van enige opvrolijkende werking is
niets te merken. Het- zal wel een vast
punt in het programma zijn om argelo
ze toeristen naar huis te sturen met het
idee, dat zij echt palmwijn hebben ge
dronken. Wij bekijken een kunstmatige
waterval en een kleine stuwdam, die
volgens de overlevering door de Romei
nen zouden zijn aangelegd; alleen het
ijzeren wiel waarmee de stuw geopend
en gesloten kan worden zal wel uit- la
tere tijd dateren. Aan de rand van de
oase, bij de rivier die het overtollige
water naar zee voert, zijn de vrouwen
met de was bezig. Het zijn Berbervrou
wen, daarop wijzen haar kleurrijke kle
ding en het niet gesluierd zijn.
Dr. L. D. Brongersma.
(Vorige artikelen in deze serie in onze
edities van 14, 19, 23 en 28 september).
Waterput op het eiland Djerba,
eiland der gelukzaligen".
(Van onze Amerikaanse correspondent)
Voordat de zomer begon was het economisch lot van Amerika veel
onzekerder dan thans, bij het begin van de herfst. De politieke spanning
van deze periode geeft aan alle economische voorspellingen iets irreëels,
maar gebeuren er geen schokkende dingen, dan kan Amerika een
stijgende economische bloei tegemoet zien, zonder dat het gevaar voor
inflatie al te groot geacht behoeft te worden.
Voordat de gunstige aspecten nader
genoemd zullen worden, moet er hier
toch eerst op worden gewezen, dat de
werkloosheid nog steeds te groot is en
voorlopig niet voldoende weggewerkt zal
kunnen worden. Half augustus waren
er nog vier en een half miljoen werk
lozen. Wel verwacht men, dat dit aan
tal in oktober tot beneden de vier mil
joen zal dalen, maar een verdere re
ductie zal nodig zijn, voordat men van
een bevredigende toestand kan spreken.
Zuiver menselijk bezien is die werk
loosheid natuurlijk zeer te betreuren,
maar aan de economie geeft het feit, dat
men nog ruim in zijn mensen en in
zijn fabriekscapaciteit zit, een zekere
ontspannenheid. De fabriekscapaciteit is
op het ogenblik nog slechts voor 90 pro
cent in gebruik en een verdere voor
uitgang in de economie behoeft daar
door niet te snel tot spanning, krapheid
en inflatie te leiden. Die verdere voor
uitgang wordt stellig verwacht.
Uit de gegevens van het eerste kwar
taal van 1961 bleek, dat het totale
jaarlijkse rendement van de Amerikaan
se economie op 500 miljard dollar ge
steld moest worden. Volgens de gege
vens van het derde kwartaal zou dit
gestegen zijn tot 527 miljard. Heller,
Kennedy's economische adviseur, heeft
al voorspeld, dat in het tweede kwar
taal van 1962 dit cijfer gestegen kan
zijn tot 565 of 570 en aan het einde
van 1962 zou men het niveau van 600
miljard bereikt kunnen hebben.
Opgaande lijn
De economie beweegt zich dus beslist
weer in opgaande lijn, maar van een
sensationele hausse kan men daarom
toch niet spreken. Ook zou men ernaast
zijn, wanneer men meende, dat recente
Amerikaanse plannen tot uitbreiding
van de militaire paraatheid de hoofd
oorzaak waren van deze keer ten goede
in de economie. Die xeer ten goede was
reeds vroeger begonnen. Gaandeweg zal
men ook het effect gaan gevoelen van
de uitbreiding van het militaire apparaat,
maar meer dan een extra duw in de
richting van grotere produktie zal men
dat voorlopig niet kunnen noemen.
Het publiek heeft de laatste tijd kun
nen sparen en schijnt thans meer dan
tevoren geneigd om duurzame gebruiks
goederen te kopen, vooral auto's. Van
daar dat de auto-industrie van plan is,
in de laatste vier maanden van 1961
niet minder dan 2.300.000 auto's af te
leveren. En men denkt zelfs aan zes
eneen half of zeven miljoen auto's voor
het volgend jaar.
Helaas maken moeilijkheden tussen
werkgevers en werknemers bij General
Motors die plannen thans wat onze
ker. Een ernstig conflict heeft men
daar na een vermaning van Kenne
dy kunnen vermijden, maar het neemt
zorgwekkend veel tyd om lokale ge
schillen over arbeidscondities in diverse
fabrieken te beslechten. Een gedeeltelij
ke staking heeft men niet kunnen voor
komen.
Ook de bouwnijverheid maakt het vrij
goed. Men schat het aantal nieuwe hui
zen voor dit jaar op 1.300.000 en hoopt
dit getal tot 1965 constant te houden.
Invloed van Dillon
Deze in het algemeen bevredigende
economische opleving is bereikt zonder
kunst- en vliegwerk. Kennedy heeft wet
gevende maatregelen bevorderd ten bate
van de depressie-gebieden, h# heeft het
minimum-loon omhoog gebracht, maar
hij heeft geen belasting-verlaging toege
past teneinde de economie aan te zwen
gelen en ook voor publieke werken is
niet opvallend veel geld uitgetrokken.
Zij, die gemeend hadden, dat een
economisch beleid gevolgd zou worden
zoals Galbraith dat het liefst zou zien,
zyn bedrogen uitgekomen. De Republi
kein Dillon, een bekwaam bankier die
thans minister van Financiën is. heeft
stellig een conservatieve invloed doen
gelden en ook Kennedy zelf is minder
radicaal dan sommigen wellicht hebben
gemeend.
STERKE PIJLERS
De bouwstoffen in
de veelzijdige voeding
blijven de betrouw
baarste basis voor
voorspoedige groei en
ontwikkeling van het
beenderstelsel.
Israël en de Westafrikaanse republiek
Dahomey hebben een vriendschapsver
drag en een akkoord voor wederzijdse
bystand getekend, zo is gisteren in Je
ruzalem bekendgemaakt.
Premier Ben Goerion en president
Hubert Maga verklaarden in een ge
meenschappelijk communiqué, dat zij
zich bewust zijn van de verantwoorde
lijkheid en de bijzondere verplichtingen
ten aanzien van de vrede en de inter
nationale vooruitgang, welke op de klei
ne landen rusten. Zij deden een beroep
op alle leden van de VN om een „ge
schikte en voortreffelijke persoonlijk
heid" te benoemen als opvolger van
Hammarskjold.
Gisteren is in de Dierentuin in Den
Haag de eerste provinciale gezondheids
dag, georganiseerd door de provinciale
raad voor de volksgezondheid in Zuid-
Holland gehouden. Het onderwerp van
deze dag was „Ongevallenpreventie ln en
rondom het hula".
Kyk hoe mooi deze witte
longhairmantel valt... een
chique driekwart winter
mantel met vóór ingezette,
échter aangeknipte mou
wen. Modeaccent: de kraag
van echte mouton. 'n Model
dat bewijst hoe charmant
en ,,vlot" kunnen samen
gaan.