SENSATIONELE
OMMEKEER IN
HET SCHEREN:
Amerikanen: geen tijd om
op zaterdag te luieren
DOOR STRAFFEN VERDWIJNEN
DE PSYCHOPATEN NIET!
Vijfdaagse werkweek
in VS is vermoeiend
Vergelding is geen genezing
het
NIEUWE mesje
dat u niet
voelt!
Blue Gillette EXTRA
Zal oude Brusselse Nassaukapel
naar elders worden verplaatst
De vijfdaagse buiten onze grenzen (2)
Opgericht 1 maart 1860
Vrijdag 21 juli 1961
Vierde blad no. 30405
Mensen die het masker dragen (I)
Gestoorden beïnvloed door maatschappij
(Van een bijzondere medewerker)
MEN was in vroeger eeuwen in onze wereld beslist niet krenterig
met de doodstraf. Moord en diefstal waren beide inbreuken op
de normen van de beschaafde samenleving en werden dienovereen
komstig gelijkelijk zwaar gestraft.
Vooral in het oude Engeland stond men snel met de strop klaar en
onder meer menig zakkenroller eindigde zijn leven in Londen op de
heuvel van Tyburn, waar hij, terwijl de beul vakkundig het hennep
over zijn hoofd liet glijden, voor de laatste maal zijn blikken kon laten
gaan over de mensenmenigte, die zijn afscheid van dit aardse bestaan
aangreep als een prettige afwisseling in de. sleur van alledag. De
autoriteiten waren ervan overtuigd, dat een dergelijk kijkspel een
afschrikwekkende werking zou hebben op toekomsige bedrijvers van
euveldadenzij vergisten zich.
Want Juist in die mensenmenigte kon
den hele horden zakkenrollers hun slag
slaan en juist zij, voor wie dan toch
wel de executie een uitermate afschrik
wekkende zaak zou moeten zijn, bekom
merden zich bitter weinig om het wrede
lot, dat daar een van hun voormalige
gildebroeders onderging. Nu, de doodstraf
op zakkenrollers hebben wij dan als
zijnde middeleeuws, afgeschaft. Maar in
het afschrikwekkend element, de pre
ventieve werking van straf, geloven wij
nog steeds.
„Je moet toch wel psychopaat zijn om
Je daar niets van aan te trekken", zeg
gen we dan.
En, sterker nog, wanneer we met mis
daden bedrijvende psychopaten te ma
ken krijgen, dan worden we op slag
weer middeleeuws.
„Sluit die mensen levenslang op", eisen
we, en de allerkwaadsten roepen weer
„Hang ze op!"
Wat vragen we dan?
Straf of wraak, terechtwijzing of ver
gelding door terechtstelling?
Sluit ze op: géén oplossing
Het begrip „psychopaat" wordt tegen
woordig door elke krantenlezer met vrij
moedigheid en meer zelfverzekerdheid
dan door kennis van zaken wordt ge
rechtvaardigd, gehanteerd.
Die onvoldoende kennis van zaken
wordt evenwel en dat maakt de zaak
bepaald klemmend ontleend aan fei
ten die op zichzelf ernstig genoeg zijn.
Het woord „psychopaat" werd allengs
de soortnaam voor bedrijvers van één
van de afschuwelijkste misdrijven die
we kennen: het zedenmisdrijf, de aan
randing.
Alarmerende krantenberichten over
psycopaten (en ook ogenschijnlijk heel
normale mensen), die een aanranding
plegen, een kind vermoorden, zijn vrijwel
aan de orde van de dag. En het publiek
roept om vergelding, eist: „Sluit ze op,
maak ze ongevaarlijk, verlos ons van
ze!"
En die reactie is begrijpelijk.
Het Is logisch dat het publiek vraagt
om betere opsluiting van „psychopaten",
om strengere veiligheidsmaatregelen om
minder naar zijn oordeel lichtzinnig ge
geven proefverloven. Wij willen iir vrede
en veilig kunnen leven! Wij eisen dat
voor ons zelf, voor onze vrouwen, onze
meisjes, onze kinderen!
En die eis is terecht!
die we ten koste van wie weet hoeveel
inspanning onderdrukten.
Ons „slechte stuk"
En zo bezien wijkt de seksuele mis
dadiger maar weinig af van de „gewone"
misdadiger. Het is niet eens in eerste
instantie de seksuele drift, die hem
drijft. Het is zijn „anders-zijn", door
aanleg misschien, maar meer nog door
opvoeding en ontwikkeling tot stand ge
komen, dat hem in conflict brengt met
de bestaande normen en dat hem niet
de mogelijkheid geeft een normale men
selijke reactie op te bouwen. Zo belandt
hjj in conflictsituaties en van deze con
flictsituaties uit komen daden die
soms gevaarlijk zijn en die niet zonder
meer getolereerd kunnen worden
maar die in diepste wezen de uiting
zijn van een mens in nood. Dit maakt
hem niet minder gevaarlijk of minder
schuldig.
Wij trachten slechts duidelijk te ma
ken, dat wij, de misdadiger veroorde
lend, dat „slechte stuk van onszelf" ver
oordelen, dat bij ons, omdat we tot dus
ver niet in passende conflictsituatie
raakten, nog niet tot uitbarsting is ge
komen.
En staan we werkelijk zover van die
seksuele misdadiger vandaan? Spelen in
onze samenleving niet allerlei zaken een
Altijd „de ander'
Desondanks wordt het probleem niet
uit de wereld geholpen met strenge
maatregelen, zware straffen, lijf- en
halsstraffen desnoods. Evenmin als op
Tyburn de zakkenrollers definitief uit
stierven, zullen in onze gevangenissen
en inrichtingen, onder de Franse guil
lotine, op de Amerikaanse elektrische
stoel, de zedenmisdadigers, de „psycho
paten" definitief van het aards toneel
verdwijnen!
Waarom?
Omdat ze „psychopaten" zijn!
En laat ons héél voorzichtig zijn
met dat woord, zolang we nog ter
nauwernood weten waarover wij
spreken, zolang talrijke geleerden
nog naar een oplossing zoeken (die
niet gegeven is in de eenvoudige for
mule „hang ze op") en zolang we
niet beseft hebben dat de psychia
trische persoonlijkheid evenzeer
mede gevormd is in en door onze
maatschappij dat is door ons
als dat we zelf vrijwel steeds ba
lanceren op „het scherp van de sne
de", op de rand van goed en kwaad,
met vallen en opstaan, met steeds
weer nieuwe mislukkingen en steeds
weer nieuwe fouten en feilen!
Kwaad maakt bepaalde maatre
gelen noodzakelijk, inderdaad!
De maatschappij moét be
schermd worden, inderdaad!
Maar zullen we toch maar niet
liever eerst eens de hand in eigen
boezem steken, vóór we gaan pra
ten over „psychopaten" en vóór we
tenslotte kunnen gaan praten over
mogelijke oplossingen? De misda
diger is in conflict met de maat
schappij. En het merkwaardige in
conflictsituaties is, dat men geneigd
is de schuld niet bij zichzelf te zoe
ken.
In de doodeenvoudige en vrijwel da
gelijks in vele varianten voorkomende
burenruzie doet zich al hetzelfde voor.
Niemand zal willen beweren dat in een
burenruzie iets crimineels, iets misda
digs zit. Maar de kern van de zaak is
en dat is een beangstigend idee
zelfs bij zoiets simpels, dezelfde. Het is
in een dergelijke conflictsituatie „de an
der", wie wij de schuld geven, het is „de
ander" met wie we in conflict komen,
„de ander" die wij als schuldig aanwij
zen. Het is altijd „dat snert-mens", die
onuitstaanbare kerel", die de schuld is.
Hun gedrag irriteerde ons. Kwam het
ooit bij ons op dat ons gedrag ook „de
ander" irriteerde?
Wij projecteren maar al te graag wat
ons niet bevalt op iemand anders, op
een „zondebok" dat geeft ons de moge
lijkheid eigen schuldgevoelens af te wen
telen en uit de strijd te voorschijn te
komen als degeen „die altijd gelijk
heeft".
Zo heeft de maatschappij ten opzichte
van de misdadiger altijd gelijk. Door
zijn nlet-geconformeerd gedrag geeft hij
de maatschappij de kans hem uit te sto
ten en te bestraffen. Zjjn fouten en
in diepste kern onze eigen fouten,
Er gaat vrijwel géén dag t
voorbij of de dagbladen moeten
weer melding maken van een
aantal meer of minder zware
misdrijven die gepleegd werden.
Tot de ernstigste daarbij be- t
horen de z.g. seksuele misdrij-
ven. Vaak worden dergelijke r
misdrijven gepleegd door men-
sen van wie men dat in het
geheel niet verwacht zou heb
ben. Vaak zijn zij nog nooit met
de justitie in aanraking geweest,
maar niet minder vaak was dat
wel het geval waren het op
proefverlof gezondenen of ont
snapten uit een inrichting.
Psychopaat randt meisje
xan", lezen we dan bijvoorbeeld.
En onmiddellijk vaart er een
'creet van verontwaardiging
door het land. Men eist strenge
opsluiting, strenge straffen.
De vraag is maar of daar
mee de zaak gered zou zijn.
De vraag is in het algemeen
hoe wij tegenover dit probleem
moeten staan, hoe wij bedrij
vers van deze en dergelijke mis
drijven moeten benaderen, hoe
wij de maatschappij tegen hen
moeten beschermen. Het blijkt
dat daarover bij velen misver
standen bestaan, alhoewel
nieuwere inzichten hier en daar
langzamerhand doorbreken.
Over dit alles hebben wij uit
voerig gesproken met een in
richtingspsychiater en wij heb
ben literatuur over dit onder
werp geraadpleegd. Op grond
van dit alles hebben wij ge-
k tracht in twee opeenvolgende
J artikelen het probleem van „De
J psychopaat in onze maatschap-
J nu" ie> nnnlusprfitn.
t U+ol i
die „het masker" l
py" te analyseren.
Hiernaast vindt u het eerste
van deze twee artikelen met als
titel:
„Mensen
dragen".
belangrijke rol, accepteren we die niet
rustig, die in feite maar 'n merkwaardig
appèl doen op onze eigen driften? Den-
OVERAL VERKRIJGBAAR 5 stuks O.ÖO - 10 «tuks 1.75
De enige manier om volmaakt geschoren te zijn is
met Blue Gillette EXTRA. Schoon en glad voor de
gehele dag. Dit nieuwe mesje scheert zo heerlijk
zacht en gemakkelijk, dat scheren nu een prettige
bezigheid wordt!
BIJZONDER AANBODI
Probeer dit nieuwe mesje op z'n SAMEN
best: in het nieuwe Glllette-apparaat 50
met 4 Blue Gillette EXTRA mesjes *3 a
Touwtrekken lussen voor- en tegenstanders
(Van onze Brusselse correspondent)
Er is de laatste tijd in
de kringen van steden
bouwers, historici en
kunstliefhebbers nogal
wat te doen over de
Brusselse St.-Joriskapel,
meestal Nassaukapel ge
noemd.
Deze kapel, het enige
monument dat herinnert
aan de grote handelsweg,
die Brugge met Keulen
verbond en waar Willem
de Zwijger vóór zijn be
kering de mis bijwoonde,
bevindt zich op de zoge
naamde Kunstberg. Men
is daar bezig met het vol
tooien van de Albertina,
de grote Nationale Bibli
otheek, opgericht als eer
betoon aan wijlen Ko
ning Albert, de grootva
der van Koning Boude-
wijn. Volgens de oor
spronkelijke plannen zou
de kapel, een van de
merkwaardigste voorbeel
den van wat men „de
Brabantse gotiek" pleegt
te noemen en daarenbo
ven de enige Palatijnse
kapel in België, worden
opgenomen in het com
plex van de Albertina, en
wel het stond indertijd
uitdrukkelijk in de voor
waarde van de prijsvraag
op de plaats waar zij
zich thans bevindt. Daar
tegen is nu van verschei
dene zijden verzet geko
men. In de eerste plaats
is de kapel bouwvallig en
er zijn deskundigen, die
zeggen dat hot beter is
haar steen voor steen af
te breken en elders op te
bouwen. Anderzijds zou
den zowel de architect
van het nieuwe gebouw
als de conservator van de
bibliotheek haar liever el
ders in het complex zien
opgenomen. .Temeer daar
zij dan als aula of als
tentoostellingszaal zou
kunnen worden gebruikt.
In dat geval zou het mo
gelijk zijn de kapel op een
betonnen plaat te zetten
en die te verschuiven naar
de nieuwe opstelling
Rondom de kapel is thans
alles afgebroken en tussen
het puin staat het kleine
bouwwerk er, zo op het
oog, niet al te zeker bij.
Weliswaar heeft men er
een houten dak overheen
"ajonstrueerd en tegen de
zijmuren versterkingen
aangebracht, maar er zijn
deskundigen die beweren
dat er andere lieden zijn
die hopen dat zij nu zul
ke scheuren zal gaan ver
tonen dat zij wel afgebro
ken c.q. verplaatst zal
moeten worden.
De historici wensen, dat
de kapel op zijn oorspron
kelijke plaats, daar waar
dus eens het Nassaupa-
leis, de residentie van de
vader van onze Willem de
Zwijger is geweest, ge
handhaafd wordt. Zij
wijzen er daarbij op dat
ook Koningin Juliana
grote belangstelling voor
het bouwwerk heeft. Zij
bezocht het reeds voor
1940 en ter gelegenheid
van haar jongste bezoek
aan Brussel werd het in
wendig zelfs wat geres
taureerd en opgeknapt.
Naar hier verluidt, zou
ook de Nederlandse vor
stin de kapel graag zien
blijven waar zij zich
thans bevindt.
Dezer dagen zal de be
slissing moeten vallen.
Vooral de Vlaamse dag
bladen hopen dat zij ter
plaatse gehandhaafd zal
blijven,
ken we eens aan de films met veel
„bloot" erin, aan de „schuine bak", aan
de dubieuze boekjes, die maar al te
graag gezien, beluisterd en gelezen wor
den.
Geen mogelijkheden tot
zelfontplooiing
„Nu ja", kan men dan verontwaar
digd tegenwerpen, „maar daarmee zijn
wij toch zeker nog niet „slecht", daar
mee weten wij toch zeker wel weg, dat
maakt ons toch niet tot misdadigers?"
Tot dusver niet misschien, maar wij
ondergaan het gewillig. Wij hebben al
tijd nog „de ander" op wie wjj kunnen
afreageren.
Maar als we die nu eens niet meer
hebben?
Als voor ons het conflict komt?
De mogelijkheden zijn er te over!
Op hoeveel manleren kan er voor een
individu niet een situatie ontstaan waar
in het hem niet meer mogelijk is te rea
geren zoals de maatschappij dat van
hem vraagt. Op hoeveel manieren kan
zijn psychische structuur niet vér- en
misvormd worden? door opvoeding, door
ziekte. door de invloed van het milieu,
in sociaal en economisch opzicht, door
talloze andere oorzaken kan er inge
grepen worden in ons bestaan.
Er kunnen lichamelijke stoornissen uit
voortvloeien maar ook en in wissel
werking daarmee diep ingrijpende
geestelijke stoornissen. Het. kan zover
met ons komen, dat wij ons als individu
geplaatst zien tegenover „de ander" zien,
die kwalijk past in het fijn-uitgestippel
de patroon dat de maatschappij heeft
geschapen. Het kan zover met ons ko
men, dat wij naar de begripsbepaling
van de Duitse hoogleraar Jores, „niet
meer ten volle kunnen beschikken over
alle mogelijkheden tot zelf-ontplooiing".
Dat kan betrekking hebben op onze li
chamelijke, maar ook op onze geestelijke
conditie.
En wanneer wij spreken van asocla-
len, criminelen, psychopaten, dan blijkt
het dat we te maken hebben met ge
stoorde (zieke) mensen. En toch reali
seren we ons dat blijkbaar niet voldoen
de.
Toch beoordelen we deze gestoorden
en zieken naar onze eigen normen, waar
zij per slot van rekening niet meer aan
kunnen voldoen.
„Masker van gezondheid"
Nu wordt de zaak voor ons ook vaak
vertroebeld door het feit, dat wij soms
niet eens beseffen met een zieke van
doen te hebben. Men stelle zich voor dat
een wond, die normaal behoorde te ge
nezen in dat. genezingsproces gehinderd
wordt doordat steeds weer opnieuw be
lemmerende factoren ingrijpen. Inplaats
van een genezen weefsel ontstaat dan
een gemene korst, die we hoogstens wat
kunnen verdoezelen met zalfjes en poe
dertjes.
Nu kan iets dergelijks ook bij de psy
chisch gestoorde optreden. Wij menen
dat zijn geestelijke wonden zich
helen, maar inplaats daarvan ontstaat
door het ingrijpen van belemmerende
factoren emoties en milieu-omstan
digheden een „korst", een „eeltlaag".
De patiënt vormt die „korst" onbewust.
Hij beschermt daarmee het er onder
liggende uitermate kwestbare weefsel te
gen de buitenwereld. En even onbe
wust bedekt hij die „korst" weer met
een masker (gelijk men een wond in
het gezicht kan wegwerken met poeder
en cremei zodat hij uiterlijk volkomen
normaal lijkt. Voor de buitenwereld lijkt
het dan of er niets aan de hand is.
En, nog gecompliceerder, ook de patiënt
zelf is zich niet bewust, iets te man
keren!
De Amerikanen, die dit verschijnsel
onderkenden, spraken van een „mask of
sanity" (een masker van gezondheid)
dat de buitenwereld, de behandelende
geneesheer, de psychiater, in de waan
brengt dat de patiënt is genezen, of
dat het hem moeilijk maakt zonder vol
doende observatie het ziektebeeld te on
derkennen. En dus behandelen wij een
dergelijke zieke als normaal. Dus straf
fen wij, dus treden wij hem wrevelig
tegemoet en daarmee maken wij de
wonden steeds dieper, steeds moeilijk te
genezen.
Wij zien dus hoe de gestoorde persoon
lijkheid door telloze factoren beinvloed
in onze maatschappij staat.
Het Afrikaans Dansgezelschap
uit Senegal is voor het eerst in ons
land in de Kurzaal te Scheveningen
opgetreden. Het ensemble brengt
negerdansen uit de dorpen van
Senegal, waarvan het oorspronke
lijke karakter zoveel mogelijk be
waard is gebleven.
De foto geeft een beeld van een
der programmanummers.
Op hem projecteren wij in onze
strafvervolging onze wrevel, in hem von
den wij „de ander" die een stuk van
onze schuld moet boeten. Op zijn beurt
ervoer de zieke in ons „de ander".
Scherp staan dus maatschappij en
„a-maatschappelijke" tegenover elkaar.
Met onze strafrechtspraak trachten
wij de maatschappij te saneren en af
wijkende elementen te corrigeren. Ter
nauwernood kunnen wij soms de waar
lijk gezonden onderscheiden van hen die
slechts een masker van gezondheid dra
gen. Ons ingrijpen is hoogst gebrekkig.
Desondanks oordelen en veroordelen wij.
Stellen wij dan na te hebben gecon
stateerd dat een groot stuk van het
kwaad dat wij bestrijden in onszelf ligt
de vraag: „Of dat dan allemaal zo
moet". Of hierin dan maar een vrij
brief is gelegen voor iedere psychopaat
(en hoe voorzichtig moeten wij met dat
woord zijn) om zijn gang maar te gaan,
dan zal het antwoord natuurlijk „nee"
moeten luiden.
De maatschappij moet beschermd
worden en zolang wij het principe van
vergelding aanvaarden, moet er gestraft
worden, moet er gecorrigeerd worden.
Maar, dit alles beschouwende, zou het
misschien mogelijk zijn een ander ant
woord te formuleren op de verontwaar
digde vraag „moeten we dan maar toe
laten dat onze samenleving dagelijks
bedreigd wordt door loslopende en op
proefverlof gezonden misdadigers?" Mis
schien is het mogelijk de genezing op
andere wijze aan te pakken, misschien
is het mogelijk om meer begrip in ons
standpunt te brengen. Misschien kunnen
wjj een andere weg inslaan.
Daarop zullen we in een volgend ar
tikel terugkomen.
(Van onze correspondent)
De vijfdaagse werkweek werd in Amerika bepaald niet ingevoerd om
redenen, die in ons land opgeld zouden doen. Aldaar zijn het voor het
merendeel praktische motieven, die de doorslag hebben gegeven
zoals ook bijvoorbeeld in een wereldstad als Londen terwijl hier te
lande de motieven, die de vijfdaagse werkweek moeten rechtvaardigen,
weinig met het praktische te maken hebben. Integendeel. Hier spelen
vooral, dunkt ons, in belangrijke mate gevoelsargumenten een rol, die
bovendien nog als gevolg van de geringe oppervlakte van ons land
en de massale bevolkingsdichtheid een soort sneeuwbaleffect ver
tonen. Kortom, zegt in ons land A „A", dan moet B wel „B" zeggen.
Daarnaast speelt de wel zeer krappe
arbeidsmarkt een niet onbetekenende
rol. Ook een praktisch motief, zou men
hier tegenin kunnen brengen. In zekere
i zin is dit natuurlijk wel juist, maar dc
Amerikaanse motieven liggen toch op
j een ander vlak, niet zo direct gekop-
peld aan het industriële klimaat en de
personeelsmoeilijkheden.
De Amerikaanse steden, grote zowel
als vele kleineren, toen een zekere
overeenkomst met grote longen, zoals
onze correspondent in Washington het
I uitdrukte, die overdag de mensen inade-
I men en hen 's avonds weer uitademen
naar de buitenwijken en villadorpen
in de naaste omgeving.
Vooral na de Tweede Wereldoorlog,
toen zowel de auto als het lange week
einde gemeengoed waren geworden, zijn
miljoenen Amerikanen buiten gaan wo
nen.
Generaliseren leidt altijd tot geen
vertekening, maar het buitenwonende
Amerikaanse gezin, waarvan de man en
soms ook de vrouw in de stad hun
werk hebben, kan men thans beschou
wen als de standaard voor het leven j
in Amerika.
Dat heen en weer reizen naar de stad
vergt meestal heel wat tijd. Doorgaans
doet men het ln de eigen auto. Mannen
uit één buurt, die gelijke en regelma
tige werktijden hebben, vormen soms
een „car-pool", dat wil zeggen, dat zij
om de beurt hun auto gebruiken om de
groep van drie of vier naar de stad
te brengen en weer terug te rijden. Het
voordeel is, dat men de auto's minder
doet slijten en dat de vrouwen, die ach
ter blijven in de buitenwijken, nu en
dan ook de auto kunnen gebruiken voor
hun boodschappen of om kinderen naar
school te brengen. Die kinderen lopen
namelijk maar zelden naar school.
Woon. en werkpatroon
Op dit woon- en werkpatroon stoelt
nu in belangrijke mate de vijfdaagse.
Al dat gereis en getrek maakt de werk
week namelijk zo vol en druk, dat men
de zaterdag hard nodig heeft om aller
lei noodzakelijke karweitjes op te knap
pen. waar men op de doordeweekse da
gen niet aan toe komt. Van maandag
tot en met vrijdag staat men vroeg op
De man en soms ook de vrouw
heeft een heel eind te rijden naar het
werk in de stad en het ophalen van
mensen van de „car-pool" vergt nog
extra tijd.
De schoolbus, waarmee het merendeel
van de kinderen meegaat, komt ook al
vroeg langs. Die bus gaat niet recht
streeks naar school, maar langs allerlei
achterweggetjes, waar overal kinderen
opgepikt moeten worden. De kinderen
zijn al vrij vroeg weer terug uit school,
maar de man of de werkende vrouw
komt veel later. ZU zijn dan moe, warm
en soms een beetje prikkelbaar door die
lange dag en dat rijden in een volle
auto. in druk verkeer dat op de spits
uren langzaam opschiet. Daarom doet
men niet veel meer op de avond van
een werkdag. Men kijkt na het eten nog
wat naar de televisie, maar men gaat
vroeg naar bed. omdat men de volgende
dag weer vroeg op moet.
Na vijf dagen: moe
Na vijf dagen is men simpel ge
zegd gewoon moe! Maar toch is het
op vrijdag meestal niet vroeg naar bed.
De volgende ochtend kan men immers
uitslapen! Men geeft dus op die vrij
dagavond (of zaterdagavond) vaak
..parties". Zo'n „party" kan overigens
van alles betekenen. Men kan al van
een „party" spreken, wanneer enkele
echtparen uit ae buurt een drankje ko
men drinken (de mannen trekken hun
jasje uit als het warm is), maar wie het
grootser kan doen, zal een „buffet" ge
ven, een feestje, waar men zich goed
voor kleedt en waar men behalve te
drinken, ook wat te eten krijgt.
Al te VToeg staat men dus meestal
niet op, wanneer eindelijk het lange
weekeinde is aangebroken. Toch is er
veel te doen: het gras moet gemaald
worden, men moet naar de super-mar
ket om voedsel in te slaan voor de hele
week. de kinderen moeten nieuwe kle
ren kopen, de auto moet gewassen wor
den of gerepareerd, de heg moet ge
snoeid. de garagedeur moet geverfd,
enz. enz.
Fas de zondag geeft een rustiger
beeld! Het „doe 't zelf" dwingt vele
Amerikanen dus de zaterdag ook wer
kende door te brengen, al Is het dan
niet achter bureau, tekentafel of machi
ne! Dit beeld Is dus wel heel anders
fdan dat, wat ons land te aden geeft.
Hier is nauwelijks sprake van lange
reistijden tussen huis en arbeidsplaats
jen nauweRjks ook van vele huiselijke
karweitjes, doch van pure vrije tijd,
van „meedelen in de welvaart". Men
congrevseert hier zelfs over het beste-
Iden van de vele vrij* tijd