QUO VADIS ALGERIA? „Wachten is op opvolger systeem gedifferentieerde loonvorming'' Dwalingen van generaals vlakken prachtig werk van leger niet uit Uw krant mee Ir. F. K. T. Beukema toe Water: nieuw systeem geen ruimte In voor menselijke verhoudingen Woorden en eijters klinken wei j mooi, maar feiten zijn anders MET DE VAKANTIE Help ons in Uw eigen belang door: GAAT U MET VAKANTIE? DINSDAG 27 JUNI 1961 Waardering voor beleid minister de Pons In het Kurhaus te Scheveninqen is vandaag de jaarlijkse algemene ledenvergadering van de „Algemeene Werkgevers-Vereniging" gehouden. In zijn jaarrede vroeg de voorzitter van de A.W.V., ir. F. K. T. Beukema toe Water, zich af waarom het systeem van de gedifferen tieerde loonvorming reeds nu gezien wordt als .overjarig", zoals hij het noemde, en waarom wordt uitgekeken naar een opvolger. Hij stipte in dit verband de bezwaren aan. verbonden aan de eis in de eerste algemene aanwijzinig. dat de kosten voortvloeiende uit loonsverhoging gerechtvaardigd moeten worden door een stijging van de produktiviteit in bedrijfstak en onderneming, hetgeen aannemelijk moet worden ge maakt aan de hand van gegevens omtrent de produktie per werknemer. ,,Daar komt nog bjj". aldus spreker, ..dat in het nieuwe systeem geen „ruimte" is ingeruimd voor de menselijke verhoudingen". „Niemand is blijbaar op het idee gekomen, dat ook de procedure van de loonvaststelling interessant is voor zowel de loonbetalers als de loonontvangers". len spelregels: het ligt immers in de bedoeling, dat hierover binnenkort door de S.E.R. advies wordt uitgebracht. Hij wees er met nadruk op, dat de nieuwe spelregels een globalere toet singsprocedure mogelijk moeten maken. De vraag blyft echter wat er voor de „cyfer-ellende" in de plaats zal komen. Op het stuk van de toeneming van de welvaart opperde de heer Beukema de gedachte, dat men de welvaart veel snel ler kan doen stijgen indien men het criterium van de toegevoegde waarde per man-uur mede zou betrekken in de loonvorming. Hij was van mening dat dit zonder veel moeite zou kunnen ge schieden door bij de loonvorming uit te gaan van een globale indeling in groe pen, waarbij dit criterium als maatstaf zou gelden. Ir. BEUKEMA TOE WATER Een ander bezwaar noemde hij het feit. dat, aangezien de loonvaststelling geschiedt aan de hand van de criteria van produktiviteit en eventueel renta biliteit per onderneming of bedrijfstak, aan vakbondszijde het vermoeden ont staat, dat op dit gebied een groot cijfer materiaal aanwezig is. De inzichten van de ondernemer om trent de loonvorming, tot uiting komen de in een overeenstemming met de vak bonden, is vaak aanleiding tot het be kende prijzengesprek ten departemente. „Dit stelt ons steeds weer opnieuw voor ogen, dat de overheid en met name de bewindsman van Economische Zaken de verlenging van de CAO ziet als het aan gewezen moment om over de prijzen te gaan spreken", aldus ir. Beukema, die erop wees, dat de tendens om te komen tot langere looptijden van de CAO's, door de opvatting van de bewindsman, niet door economische overwegingen mag worden ingegeven of versterkt. De voorzitter van de AWV sprak zijn waar dering uit over het beleid „in de volle zin van het woord", hetwelk door mi nister De Pous wordt gevoerd. Ned. arbeiders in Duitsland Met. betrekking tot de Nederlandse ar beiders in Duitsland vroeg ir. Beukema zich af of het wel in de bedoeling van de Duitse werkgevers zal liggen, dat deze ontwikkeling door de Nederlandse kan tonrechter wordt afgeremd, wanneer deze een werknemer veroordeelt wegens het nemen van ontslag zonder dat het arbeidsbureau een desbetreffende ver gunning heeft uitgereikt. „Bij dit pro bleem dienen wy ons voor ogen te hou den. dat wij naar de letter en de geest van het E.E.G.-verdrag moeten streven naar een grotere mobiliteit van de ar beid. Hij sprak de wens uit, dat, op het gebied van de aantrekking van Spaanse en Italiaanse arbeiders, de industrie zal kunnen blijven rekenen op de actieve steun van het Rijksarbeidsbureau. Vernieuwing der C.A.O.'s Over de komende vernieuwing van vele CAO's merkte de voorzitter, terug kerende tot het onderwerp: loonpoli tiek, op dat het in mei hierover door de Stichting van de Arbeid uitgebrachte ad vies tot stand is gekomen na langdurig overleg met de regering. Van enige prin cipiële wyziging in het beleid is overi gens geen sprake: maatstaf blijft de pro duktiviteit per werknemer in de onder neming of bedrijfstak. De cijferaars houden dus hun werkterrein iv.cn streeft zelfs naar verdergaande verfij ning. Inmiddels heeft men zich zowel in werkgevers- als in werknemerskringen ernstig beraden over nieuw op te stel- Indonesië tegen handel JapanNieuw-Guinea Tussen Indonesië en Japan is onenig heid ontstaan over de Japanse handel met Ned. Nieuw-Guinea. Het feit, dat Japanse zakenlieden handel dryven met Nederlandse onder nemingen in Hollandia is er de oorzaak van geworden, dat een Japans-Indone sisch handels- en scheepvaartverdrag nog niet is gesloten. De impasse is zo ernstig geworden, dat de Indonesische minister van Bui tenlandse Zaken Soebandrio persoonlijk naar Japan is vertrokken om de Indo nesische zienswijze in deze te gaan ver duidelijken. Voor zijn vertrek zei hij, dat „er een redelijke kans bestaat op het sluiten van het verdrag tijdens de komende bespre kingen in Tokio". „Maar", zo voegde hij er aan toe, „ook indien het verdrag er nog niet mocht komen, dan nog zouden de be trekkingen tussen ons beider landen niet worden geschaad". Kort na het openen van de onder handelingen was onenigheid ontstaan over berichten, dat Japanse visserij- ondernemingen het recht hadden ge kregen om in de wateren rondom Nieuw-Guinea te vissen. Indonesië maakt echter eveneens aan spraak op de wateren rondom westelijk Nieuw-Guinea. Vrouwelijke arbeidskrachten De vraag naar arbeidskrachten is zo groot geworden, dat de industrie bewust een beroep gaat doen op de gehuwde vrouw, om bij haar in dienst te tre den, met speciale regelingen van werk tijden e.d. Er dreigt echter een groot tekort aan vrouwelijke arbeidskraehten. Ir. Beukema wees op de redenen hier van: vrouwenoverschot door dalende zuigelingensterfte verkerend in mannen- overschot waardoor het aantal hu welijken zal stijgen en het aantal onge huwde vrouwen, die in de maatschappij werkzaam zyn, byvoortduring zal da len en bovendien langere opleidings- tyd en lagere huwelijksleeftijd, waar door het aantal voor de arbeidsmarkt beschikbare meisjes steeds kleiner wordt. „De gehuwde vrouw, die bereid is werk buitenshuis te aanvaarden, rekent na „hoeveel zy erop overhoudt", aldus de AWV-voorzitter. „Blijkt dit bedrag tenslotte te liggen ver beneden een kwart van hetgeen zij verdient: wie zal het haar dan kwalijk nemen, dat zij thuis blijft?". De door de regering voorgestelde ver hoging van de verwervingskosten van de gehuwde vrouw van f 300,- tot f 1000.- zou volgens hem tenminste tot resultaat hebben, dat de industrie-arbeidster blijft werken, tot zy de f 1000,- bij elkaar heeft. E.E.G.-politiek Wat de industrie met betrekking tot de Europese landbouwpolitiek vooral in teresseert, is dat als de landbouwpoli tieke EEG-plannen worden uitgevoerd, de kosten van het levensmiddelenpakket belangrijk zullen stijgen. „Het opvallende in deze zaak is", al dus spreker, „dat over zo belangrijke kwesties als de kosten van de primaire levensbehoeften, besprekingen gevoerd worden zonder dat gelijktijdig de con sequenties daarvan op het sociale ter rein onder ogen worden gezien. „Het is echter één van die nogal eens voorkomende gevallen, waarbij men toch met een zekere schroom antwoordt op de ongetwijfeld goed gemeende be togen: dat het bedrijfsleven verantwoor ding moet aanvaarden en dragen. Maar zij weten eigenlyk nooit, welke verantwoordelijkheid nu precies bedoeld wordt en welke rekeningen gepresen teerd zullen worden. Als werkgevers die nen wij derhalve steeds duidelijk te constateren in welke problemen wij niet gekend zijn, opdat ons later terzake geen medeverantwoordelijkheid in de schoenen worden geschoven". blijkt, dat in Nederland werkende vrou wen verhoudingsgewijze evenveel verdie nen als vrouwen in vergelijkbare posi ties in de partnerlanden. Beide oplos singen hebben echter hun bezwaren en stuiten op tegenstanden. Het huurvraagstuk Met betrekking lol het huurvraag- Geliike betaünn stuk noemde de voorzitter het „derde" advies van de SER een gezond stand- Het probleem van de „gelijke beta- punt. Dit advies een onderdeel van ling" noemde spreker een uitvloeisel van het drieledige door de SER ultgebrach- onbekendheid met de Nederlandse si- te advies houdt twee huurverhogin- tuatie ten tijde van de onderhandelingen gen in van 15 en 20 elk. waarvan over het verdrag van Rome. de eerste in 1962 en de tweede uiterlijk „Zoals de zaken zich nu ontwikkeld in 1964. hebben komt het", aldus ir. Beukema, I hierop neer, dat of de Nederlandse loon- structuur moet veranderen, of dat ge steld moet worden, dat aan de verplich- j ting tot het geven van gelijke belasting in de praktijk Het regeringsstandpunt ten deze houdt in een huurverhoging van 10 tot 12 door te voeren per 1 april 1962, terwijl Dezer dagen werd op de Ander- senboulevard in Kopenhagen een monument onthuld door minister president Kampmann ter nage dachtenis van de dichter en sprook jesverteller. De premier aan het woord aan de voet van het juist onthulde monument. soortgelijke verhogingen resp. 2 en 4 jaar later ons tot de vrije woningmarkt zouden moeten voeren. WU zijn dan al in 1966". „Is het", zo vroeg de AWV- voorzitter zich af. nu werkerlyk nodig In drie étappes na te streven, hetgeen men ook In twee étappes of misschien wel met één sprong zou kunnen be reiken. Is voldaan, wanneer V (Van onze Parijse correspondent) (i) Dc heer Jean Morin, de huidige 45-jarige alge mene gedelegeerde van de Franse regering in Algerije, een man met een vol maar ietwat pappig gezicht en een droefgeestige oogopslag, geeft een persconferentie in zijn privé-buitenresidentie, een paleisje of namaaktempeltje in koloniaal-oriëntaal se kitschstijl, op een bergtop bij Algiers, aan de poorten waarvan we door twee levensechte, in lange rode mantels gestoken Spahi-strijders met W7 I 1 1* l i' Monsieur Morin, geflankeerd door de nieuwe opperbevelhebber generaal Ailleret, en zijn zeer scherpzinnige, zeer openhartige en vooral zeer onafhankelijke perschef Coup de Fréjac, geeft in wat onbewogen en ambtelyke termen eerst een exposé van de problemen, waarvoor hij zich thans ziet gesteld, en het ziektebeeld van Algerije of het gezondheidsbulletin schijnt er in zijn woorden en cijfers eigenlyk nogal geruststellend uit te zien. Stellig een ietsje tè geruststellend, zoals ten overvloede trouwens het immer ironische lot op slag nog even zal onder strepen. Op slag, of precieser nog: op bom(in)slag! Bomexplosie brak effect van Morins sussende woorden De discipline en de loyaliteit van het Franse leger baarde, zo verklaarde de hoge vertegenwoordiger, hem nu niet meer zo veel zorgen. En die bommen van de „plastiqueurs",, wel dat viel in de praktyk eigenlijk ook nog wel mee. En ziet, dat laatste woord was nog niet koud, of een enorme dreun van een bomexplosie plaatste een machtig en uitroepend vraagteken achter des heren Morins geruststellend-bedoelde volzin. Om echter te bewijzen dat hy over niet minder macabere humor en/of tegenwoordigheid van geest als het iro nische lot (of de plastiqueurs) beschik te, liet de heer Morin toen de klap nog nauwelijks verstorven was, de la- konieke opmerking van zyn lippen glij den, dat 't zijn woorden in elk geval niet aan echo ontbrak Bittere gramschap De propagandistische opzet en inslag van zo n reis onder auspiciën der Fran se autoriteiten, die uiteraard ook het traject met de diverse halteplaatsen hadden vastgesteld, lagen natuurlijk wel voor de hand. Men krijgt te zien wat de Franse regering op dit moment be lieft te tonen, en de Algerijnse Kamer leden, prefecten, burgemeesters en an dere gesprekspartners onder wie een zestal FLN-gevangenen met wie con tacten konden worden gelegd, vertegen woordigden uiteraard nog maar een be perkt deel van de openbare mening. Doch ook wanneer men zich die reser ves voortdurend voor ogen houdt, blijft zo'n reis, die technisch bovendien per fect geregeld was, toch in hoge mate boeiend en instructief, n.l. door de tal rijke aspecten van het gigantische pro bleem waarmee men aldus in levende aanraking wordt gebracht. Neem om te beginnen het Franse leger dat, tenge volge van zijn tortuurmethoden en zyn politiek-amateuristische pretenties en herhaalde „putschen", de laatste Jaren geen al te besté pers heeft gehad. En ook nu hebben we wéér een kolonel zijn bittere gramschap horen uiten over deze zoveelste oorlog, die het leger had ge wonnen en die nu niettemin door een politieke capitulatie dreigde te zullen worden besloten. Kleine correctie nodig Zelfs na de debacle, waarmee Challe voor zyn onvoorstelbare lichtzinnigheid werd gestraft, hoort ge in Algerye door militaire tovernaars-leerlingen de spreu ken, die Frankrijk de totale overwin ning zouden kunnen bezorgen, ofschoon wat meer binnensmonds, toch nog bij herhaling prevelen. In zoverre verdien de die plechtige betrouwbaarheidsver zekering van de heer Morin dan ook zeker wel die lichte correctie, welke door die plasticbom afkomstig immers uit de arsenalen van het leger werd aangebracht. Maar, en ziedaar dan ook een van die positieve ervaringen die door deze tocht werd opgeleverd: het Franse leger bestaat stellig niet u i t- sluitend uit samenzweerders en dis cipelen van de SS. Dat leger heeft, buiten zyn strikt-militaire taken, sinds zes. zeven jaar in Algerije ook een brok werk van administratieve, techni sche, sociale, opvoedkundige en huma nitaire aard verzet, waarvoor men met grote en oprechte eerbied wordt ver vuld. Opvoedkundig werk Zodra men de grote steden heeft ver laten, stuit men in onvoorwaardelijk elke sector van het Algerijnse leven op het leger. Nieuwe bruggen en wegen worden door het leger aangelegd. Be volkingsregisters worden door militairen bijgehouden. Geneeskundige diensten: officieren en lang niet altijd van ge zondheid wyden zich ook aan die taak Het onderwijs: we hebben in de „bleds' ofwel de Algerynse rimboe een banketbakkersknecht uit Marseille op toch wel roerende wijze bezig gezien Algerijnse meisjes vanaf zes jaar, in te wyden in de wonderen en geheimen der Franse grammatica en der algemene rekenkunde. En by het afscheid liet hy zyn Algerynse klas „La claire fontaine", een der beminnelijkste oude en zuiver ste volksliedjes zingen. Goed: het ware misschien nog lof waardiger geweest indien die kindertjes een proeve van eigen folklore ten beste hadden gegeven, maar zover strekten de culturele bemoeienissen van die Mar- seillaanse koekjesbakker zich nu een maal niet uit. Onder onmiddellijke of indirecte mihtare leiding staan ook de centra, waar volwassenen voor diverse beroepen timmerman, elektricien, metselaar, typiste, landbouwer wor den opgeleid, en de eerste en bescheiden verbeteringen op het gebied van de me- getrokken zwaarden ontvangen worden. Een conferentie die speciaal belegd werd voor de ongeveer zeventig Franse en buitenlandse jour nalisten, die waren uitgenodigd een rondreis van een paar dagen te komen maken om hun te tonen, dat de Fransen zich scrupuleus houden aan hun belofte van 20 mei j.l. géén militaire en offensieve operaties meer te ondernemen. En óók om die perslieden de gelegenheid te geven de bevolking in haar verschillende geledingen weer eens de koortsthermometer aan te leggen. fiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim 1 De conferentie van Evian is on- i derbroken. Wat zijn de perspectie- H ven op een hervatting der Frans- n Algerijnse vredesbesprekingen? En H hoe ziet in verder en algemener ver- E band de toekomst van dit geteister- E de land eruit? Ziedaar een paar E §j vragen, die onze Parijse correspon- E dent, Frank Onnen. zich op een E E korte reis door Algerije heeft ge- steld, en waarop hy in een drietal i artikelen een antwoord poogt te 1 E geven. illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiii; rendeels nog erbarmelijke Algerijnse wo ningtoestanden zyn al weer op diezelfde rekening te schrijven. Het Franse leger vervult .n Algerye dus de functie van manusje-van-alles. Geestdrift en dynamiek En die generaal In Palestro, die by de opsomming van zyn tak^n zichzelf het hoofd noemde van de bewaarschool, maar ook van de agrarische diensten, van de bosbouw zogoed als van de werkverschaffing, overdreef dan ook met geen woord. Natuurlyk, en de op merking zal zich bij deze reportage wel meer herhalen: indien Frankrijk zijn zorgen over de Algerynse bevolking een eeuw of minstens enkele tientallen ja ren éérder had uitgestrekt, dan zou de achterstand thans deze proporties niet hebben bereikt en het leger zich nu niet zover van zijn leest hoeven te ver wijderen. Nakaarten is echter een rucht baar spel. Gezegd moet echter nok eens worden, dat die Franse officieren zich van die taken, waarvoor ze tenslotte niet geschapen en nauwelijks waren opgeleid, hebben gekweten met een geestdrift, een improvisatievermogen en een dynamisme die tot vele indrukwek kende prestaties leidden. En. naast andere drijfveren van soms lagere orde, zijn die politieke aspiraties van dat leger zonder twijfel wel goed deels voortgevloeid juist uit het mense lijk mededogen en het geloof waarmee die officieren die prestaties hadden ver richt en die ze. volgens de wat pri maire gedragslijn van een geforceerde integratie, voor ondermijning of ver- dwyning meenden te kunnen behoe den. Wanneer die laatste berekening niet alleen vals maar ook nog levensgevaar lijk voor Algerije, Frankrijk en zelfs de rest van de wereld is gebleken, dan heeft dat Franse leger daarvoor niet temin een beslissend aandeel in de eer ste fase van de emancipatie van het Al gerijnse volk bijgedrage n, een bijdrage, die zelfs door de tragische en misdadige dwalingen van verscheidene hoogste mi litaire leiders en gezagsdragers toch nog niet kan worden uitgevlakt. Hoe de ci viele autoriteiten en de regering op die basis, welke door de militairen werd ge legd, nu het nieuwe „Algerijnse Alge rije" denken op te bouwen, hopen we in een volgend artikel nader toe te lich ten. In heel Nederland zenden wij gratis na, naar het buitenland tegen vergoeding van extra portokosten. a. Onderstaand vakantie-formulier duidelijk en volledig ingevuld uiterlijk 1 week voor de eerste opzendingsdag aan onze afdeling abonnementen in te zenden. (Frankeren als brief). b. Geen vakantieadressen telefonisch door te geven, geen agenten of bezorgers hiermede te belasten. Bezorgers hebben geen admini stratieve verantwoording, zij hebben het reeds moeilijk met het bijhouden van hun eigen wijklijsten tijdens de vakantie. Intussen gaan zij zelf ook met vakantie. c. Ons administratief hulppersoneel, dat wij tijdens de vakantie gebruiken heeft geen langdurige ervaring. Deze mensen kunnen uiteraard alleen van duidelijke en volledige opdrachten foutloos werken. Onvolledige en onduidelijke opgaven worden terzijde gelegd of geretourneerd. Telefonische opgaven worden op vrijdag en zaterdag geweigerd. d. Vakantie-opzendingen van week-abonnees, „tot nader bericht kunnen niet worden uitgevoerd. Uitzonderingen op deze regel alleen na overleg met de administratie. e. Weekabonnees moeten geen abonnementsgeld betalen aan de bezorger over die weken, waarin zij 's maandags met vakantie zijn. Ook als zij na maandag thuiskomen, moeten zij het abon nementsgeld over die week niet aan de bezorger betalen. Na hun thuiskomst wordt per kwitantie over dit weekabonnementsgeld gedisponeerd. KAMPEERCENTRA TE KATWIJK, NOORDWIJK EN NOORDWIJKERHOUT. Voor avondbezorging bij de beheerders van deze terreinen zijn rege lingen getroffen. Niet tijdig afgehaalde kranten worden de volgende morgen geretourneerd. Onze abonnees moeten zich dus direct bij de beheerders op de hoogte stellen van de geldende regel. Wij besteden de uiterste zorg aan de verzending. 5g> doch kunnen aankomst en ontvangst niet garan- <S6> deren. Als brief te verzenden: Het LEIDSCH DAGBLAD gaat met U mee - wanneer U deze bon duidelijk ingevuld aan ons toezendt. HUIS ADRES: Naam: Straat:- No. Woonplaats: Bezorging gewoon onder adresstrook Betaling Kwartaal Maand Week abonnee abonnee abonnee Doorhalen wat niet van toepassing I VAKANTIEADRES p. a. Straat: .No. Te: Eerste dag van toezending: Laatste dag van toezending: ALLE gegevens invullen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 9