fn
LUCKY...
THE REAL
NT
CIGARE
NATIONAL
E
LUCKYIN NEDERLAND I.25
Techniek, hygiëne, oplettendheid:
heste bescherming landarbeiders
LUCKY
STRIKE
Aantal ongelukken door vergif
slechts fractie van het totaal
Sedert 1945 kwamen er 260.000
gerepatrieerde!! uit Indonesië
VRIJDAG 2 JUNI 1961
Geen angst voor bestrijdingsmiddelen (I)
Advertentie
(Van onze reportageredacteur)
Elk jaar gebeuren er in ons land veel meer dan honderdduizend
verkeersongelukken, waarvan er in 1960 bijna tweeduizend dodelijk
waren. Dertigduizend ongelukken moesten tot de zeer ernstige worden
gerekend. Er is echter geen zinnig mens die daarom niet meer de straat
op gaat.
Het aantal ongevallen door het gebruik van bestrijdingsmiddelen in
de land- en tuinbouw bedroeg in 1959 (over 1960 zijn nog geen cijfers
beschikbaar) nog geen vijftig en daarvan liep er één fataal af. Deze
vergiftigingen kwamen bovendien uitsluitend voor onder degenen die
met dat soort preparaten werken. In Nederland is nog nooit iemand
gestorven door het eten van met chemische bestrijdingsmiddelen be
handelde groenten of vruchten. Maar ook al vormt de dame die aan de
Plantenziektenkundige Dienst schreef: ,,Ik heb geen plezier meer
koken. Mijn zoon en ik eten slechts havermout" een extreme uitzonde
ring, toch leeft de onder het publiek tamelijk verbreide opvatting dat
men eigenlijk z'n spinazie en z'n sla niet meer met een gerust hart kan
nuttigen en dat de jongen die spontaan een appel of een handvol kersen
uit een bongerd plukt voor die onbezonnen daad het risico van de dood
straf loopt.
Niets is minder waar! Doch dat is
dan ook te danken aan het feit dat
de overheid de gevaren van al die pes
ticiden, insecticiden en fungiciden tijdig
heeft onderkend en de toepassing er
van met vele voorzorgen heeft omringd.
Wanneer men weet dat een paar hon
derd Nederlandse firma's bij elkaar
tweeduizend toegelaten middelen en
middeltjes met een totale jaarlijkse om
zet van 25 miljoen gulden op de markt
brengen, kan men uit het betrekkelijk
geringe aantal ongelukken slechts con
cluderen dat het toezicht van hogerhand
effectief werkt en dat zowel de agra
rische als de industriële bedrijven het
belang van een voorzichtig beleid op dit
punt inzien.
Een belangrijk aandeel in de be
scherming van landbouwers en consu
menten heeft de commissie voor fyto-
farmacie, waarin Plantenziektenkundige
Dienst, Arbeidsinspectie, Staatstoezicht
op de volksgezondheid, de Keurings
dienst van Waren en het Rijksinsti
tuut voor de Volksgezondheid samen
werken om de betrokken ministers van
Landbouw en van Sociale Zaken en
Volksgezondheid van advies te dienen
over de toelating van nieuwe bestrij
dingsmiddelen en het gebruik daar
van met veiligheidsvoorschriften te om
ringen.
De wettelijke basis voor deze organen
wordt straks nog hechter. Bij de Tweede
Kamer is immers sinds het vorig jaar
een ontwerp-bestrijdingsmiddelenwet
aanhangig. Aan de memorie van ant
woord op het reeds uitgebrachte en ta
melijk kritische voorlopig verslag wordt
al hard gewerkt. De nieuwe wet zal meer
eenheid brengen in de bepalingen wel
ke thans over een aantal afzonderlijke
wetten en besluiten verspreid zijn. Uiter
aard werd tevens van de gelegenheid
gebruik gemaakt een paar leemten te
vullen.
Dat Jan-en-alleman zware ver
giften kan kopen is een potentieel
gevaar dat in de toekomst nog meer
zal worden ingedamd door een, ook
in België bestaande bepaling dat
men het bewijs zal moeten tonen
dat men het gevraagd middel in
derdaad in zijn bedrijf nodig heeft.
Reeds is het verboden giftige be
strijdingsmiddelen aan kinderen be
neden 16 jaar mee te geven. De
aibeiders die met dat spul moeten
werken moeten tenminste 18 jaar
zijn. Dergelijke leeftijdsgrenzen
zullen op grond van de nieuwe wet
in de toekomst tevens voor de verko
pers gelden. Belangrijk is voorts de
bepaling dat de toegelaten bestrij
dingsmiddelen en alle andere zijn
automatisch verboden uitsluitend
in de originele verpakking verkocht
mogen worden. Dat is gedaan om
te voorkomen dat de preparaten
worden uitgewogen of uitgemeten
in kleinere hoeveelheden waarvan
de verpakking dan niet meer voor
zien is van duidelijke waarschu
wingstekens, zoals doodskop of An
dreaskruis en van de wettelijk ver
plichte aanwijzingen voor een vei
lig gebruik.
Pas op de kinderen
De meest essentiele beschermings
maatregelen voor de landarbeiders
over de bescherming van de consument
zullen we het nog hebben zijn te
vinden in het Landbouwveiligheidsbe-
sluit en het Arbeidsbesluit, dat nog in
1956 juist voor dit doel werd aange
vuld. Het ontstaan en de verspreiding
van schadelijke dampen, gassen en stof
moet zoveel mogelijk worden tegenge
gaan. Als de arbeiders door de aard
van hun werk daaraan toch bloot staan
moet een doeltreffend ademtoestel ter
beschikking worden gesteld. Een arbei
der die omgaat met giftige sproeistof-
fen e.d. moet wekelijks de beschikking
hebben over gereinigde overkleding.
Een modeluitrusting voor het be
spuiten van velden en boomgaar
den. Door een telescopische buis
wordt verse lucht ingevoerd, welke
aoor middel van een op de motoc
van de spuitinstallatie aangesloten
ventilator via de verseluchtkap
wordt rondgepompt. De spuiter is
op die manier ..air-conditioned"
Daar komt nu nog bij, dat de boerde
rijen en kwekerijen voortaan een was
plaats voor het personeel moeten be
zitten. De bepaling dat alle gevaarlijke
stoffen in een afgesloten met doodskop
gebrandmerkte gifkast dienen te wor
den opgeborgen, heeft vooral ten doel
vergissingen en misbruik door onbevoeg
den te voorkomen.
Dat laatste is van belang met het oog
op het gevaar voor de kleuters. Waren
vroeger infectieziekten als difterie en
mazelen grote kindermoordenaars, te
genwoordig zijn het water en het ver
keer de ergste vijanden der kinderle
vens, gevolgd door allerlei huishoude
lijke risico's als verbranding e.d. Tot
die categorie kan ook het drinken van
een of ander bestrijdingsmiddel worden
toegekend.
De huisvrouwen op de boerderijen en
kwekerijen zijn op dat gevaar zo lang
zamerhand bedacht en hoewel de 18
landbouwtechnische ambtenaren in de
districten der arbeidsinspectie hun con
trole niet tot de keukenkastjes uitstrek
ken, kan men aannemen dat het daar
aan als regel niet schort. Het grote
gevaar schuilt in lege bussen en fles
sen waarin restante D.N.C., parathion,
primin, en hoe al die verbindingen ook
heten mogen, achterblijven. Al het le
ge blik- en buswerk behoort immers
tot het geliefde speelgoed van kinderen!
Het ledigen van het verpakkingsmate
riaal in de sloot heeft uiteraard grote
bezwaren met het oog op de veront
reiniging van het in Nederland overal
doordringende water en zelfs het be
graven is niet altijd afdoende. Verbran
ding kan een goed middel zijn, maar
lang niet alle verpakkingsmateriaal
leent zich daarvoor en bovendien geeft
het overlast voor de buren. Sommige
handelaren werken aan de oplossing van
dit vraagstuk mee door het materiaal
terug te nemen.
Blijft altijd de mogelijkheid over van
vergissingen omdat de flesjes niet goed
gekenmerkt zijn: de spuiter die het
flesje parathion voor z'n koude thee
aanziet komt nog geregeld in de on
gevallenstatistiek voor. Dat is een van
de redenen welke tot het ontworpen ver
bod van uitwegen en uitmeten van be
strijdingsmiddelen hebben geleid.
Het Landbouwveiligheidsbesluit bevat
een aantal globale bepalingen over de
beschermende maatregelen welke de
werkgever voor z'n met bestrijdingsmid
delen werkend personeel moet treffen.
De detaillering van die voorschriften,
bijv. of in een bepaald geval een verse
luchtkap onontbeerlijk is of dat met
filter- of stofmasker volstaan kan
worden, berust bij de districtshoofden
der arbeidsinspectie, die ook de nale
ving zo nodig door probaat werkende
pi ocessen-verbaal in de gaten hou
den.
Nadruk op voorlichting
Zowel de medicus W. B. Gerritsen als
de technicus Ir. P. de Putter van de
Arbeidsinspectie hebben ons aangetoond
dat bgzonder veel werk wordt gemaakt
van de voorlichting. Over het ontwerp
bestrüdingsmiddelen zijn en worden tal
rijke voordrachten gehouden, lessen ge
geven op landbouwscholen en voor le
raren en consulenten, er worden vouw
bladen over verspreid, in de jaarlykse
land- en tuinbouwglds wordt steevast
een hoofdstuk aan de veiligheid ge
wijd en op de meeste tentoonstellingen
en regionale beurzen is de arbeidsin
spectie met een stand present waarin
allerlei beschuttingsmogeiykheden wor
den gepropageerd.
Aan de ontwikkeling van de beschut
tingsmiddelen, zoals „water-dichte" kle
ding en allerlei typen maskers en kap
pen, werkt de arbeidsinspectie actief
mee. Deze beschuttingsmiddelen zyn ge
richt op de drie manieren waarop een
spuiter het gif kan binnen krijgen, na
melijk door de neus, de mond en de
huid. Daarmee wordt de intacte huid
bedoeld, dus ook wanneer geen sprake
is van wonden. Reeds voor de oorlog
had men ontdekt, dat bijv. nicotine zeer
snel via de huid het lichdam binnen
dringt.
Hygiëne belangrijk
Voor spuiters moest er eigenlijk geen
heiliger gebod bestaan dan het douchen
en van kleding verwisselen na gedane
arbeid! De „waterdichte" kleding (zo
als een nylonweefsel met een bescher
mende laag) is weliswaar uiterst licht,
maar verhindert ook de transpiratie:
een „een-richtingsverkeer" (uitwaseming
naar buiten, geen toevoer van lucht naar
binnen) zal voorlopig wel een wens
droom blijven. Absolute ondoordring
baarheid bestaat trouwens evenmin,
maar kleding welke slechts enkele pro-
miles doorlaat van de verspoten hoe
veelheid Destrydingsmiddel draagt de
aanduiding „impermeabel" niet ten on
rechte. Door byvoorbeeid de handschoe
nen dagelijks schoon te maken kan
LUCKY STRIKE ...wordt In practlsch alia landen ter wereld gerookt.
LUCKY STRIKE ...vliegt op haast alle Internationale luchtlijnen mee.
LUCKY STRIKE ...vaart op schier alle passagiersschepen ter wereld mee^
men hier elke bedreiging van de ge
zondheid uitbannen.
Vergiftiging via de mond kan verme
den worden door een goede eethygiëne,
niet roken tijdens het werk en vooral
niet doorblazen van verstopte spuitnip-
pels.
Het gebruik van „waterdichte" kleding,
handschoenen en laarzen ter bescher
ming van de huid kan uitstekend wor
den gecombineerd met dat van allerlei
soorten maskers en kappen .velke de
spuiter behoeden tegen het inademen
van giftige dampen en nevels. Voor lich
ter werk in de open lucht kan wellicht
volstaan worden met het betrekkelijk
eenvoudige filtermasker, maar in kas
sen en boomgaarden verdient de verse
luchtkap meer aanbeveling. Het hoofd
van de spuiter bevindt zich dan m een
ruimte welke „air-conditioned" is, dank
zij een bij het spuitmechanisme inge
bouwde ventilator. Dat voordeel weegt
wel op tegen het nadeel van de be
trekkelijk zware rugspuit die in de kas
sen gebruikt moet worden. Voor het
veldwerk bestaan zeer fraaie combina
ties van rijdende spuitinstallaties annex
verseluchtvoorziening.
Spuit-specialisten
Dergelijke kostbare werktuigen kun
nen natuurlijk alleen door zeer grote
landbouwbedrijven worden aangeschaft.
Aan die economische overweging is me
de de opkomst van de z.g. loonspuiters
te danken, dus bedreven die zien spe
cialiseren op het in opdracht bespui
ten van de gewassen. Die ontwikkeling
valt in allerlei opzichten toe te juichen.
In de eerste plaats zijn de loonspui
ters door hun specialisatie in staat ook
de voor elk gewas meest werkzame mid
delen toe te passen. Voor een kleine
boer of kweker is het financieel vrywel
niet mogelijk een uitgebreid assortiment
van lang niet goedkope bestrijdingsmid
delen aan te houden, gesteld al dat hij
de kennis ervoor had. In de tweede
plaats is het voor de loonspuiters te
vens mogelijk de voor elk werk pas
sende beveiligingsmaatregelen te tref
fen.
Resumerend kan men zeggen, dat
dc bescherming van de landarbei
der tegen de nadelige effecten der
bestrijdingsmiddelen wel voortdu
rende aandacht vergt gemakzucht
en sleur winnen het vaak van zorg-
Hulpverlening in velerlei vorm verstrekt
(Van onze Haagse correspondent)
Over het onderwerp „Hulpverlening aan gerepatrieerden uit Indonesië" is een
overzicht verschenen, samengesteld door de afdeling voorlichting van het
ministerie van Maatschappeiyk Werk.
Er biykt uit, hoe omvangrük de zorg voor de gerepatrieerden Is geweest en nog
is, maar ook hoe gevarieerd. Daartoe heeft in bUzondere mate bUgedragen het
feit, dat by de Nederlandse bevolkingsgroep in het vjn. Ned. Indië twee
categorieën te onderscheiden waren, n.L de afstammelingen van zuiver Neder
landse ouders en nagenoeg alle in Nederland geborenen, die met de bedoeling zich
er tydeiyk te vestigen, naar Indonesië zyn gegaan en de nakomelingen, geboren
uit gemengde huweiyken van veelal een Nederlandse vader en een Indonesische
moeder. De tweede groep is zeer ruim geschakeerd. Men vindt er mensen onder,
die zich aanvankeiyk op Indonesië oriënteerden als hun vaderland, maar ook
mensen, die zich volkomen westers gevoelen.
Het overzicht geeft een uitvoerig beeld
van het verloop van de repatriëring
sedert 1945 (de capitulatie van Japan).
Op dat tydstip - medio augustus 1945 -
bevonden zich naar schatting 220.000
Nederlanders in Indonesië. Ongeveer
40.000 tot 50.000 Nederlanders verlieten
het land tussen de Japanse capitulatie
en de soevereiniteitsoverdracht. Onge
veer een even groot aantal Nederlanders
werd uit Nederland naar Indonesië uit
gezonden om by te dragen aan de we
deropbouw.
Na de soevereiniteitsoverdracht droeg
de repatriëring een ander karakter. In
1950 en 1951 kwamen er rond 19.000
mensen naar Nederland; in 1952: on
geveer 12.000; in 1953: 8.000; in 1954:
16.000.
In de eerste elf maanden van 1957
kwamen er 12.000 mensen naar Neder
land en in december alleen reeds 4.000.
De Irian-actie drukte haar stempel op
de repatriëring. In 1958 kwamen er dan
ook weer 35.000 mensen naar Nederland.
In 1959 waren het er 3.500 en in 1960
nog weer 3.400. Sedert de soevereiniteits-
overdracht kwamen derhalve 220.000
personen naar Nederland.
Hoeveel Idonesische staatsburgers van
Nederlandse afkomst in de komende
jaren nog naar Nederland zullen komen,
valt niet te zeggen. Tot eind 1960 had-
j den ongeveer 15.000 personen tot deze
i groep behorend een visum aangevraagd
voor toelating in Nederland. Ongeveer
15.000 personen zyn inmiddels toegela
ten. zodat volgens deze schattingscijfers
nog ongeveer 10.000 mensen wachten op
hun visum-aanvrage te nemen beslis
sing.
Zeer uitvoerig wordt ingegaan op de
hulpverlening aan gerepatrieerden waar
bij aandacht wordt geschonken aan het
samenspel van overheid en kerkelijk en
particulier initiatief. De hulpverlening
van de overheid komt van verschillende
departementen. Zo heeft het Ministerie
van Maatschappeiyk Werk de verzor
ging tydens de overtocht, by de eerste
opvang van hen, die niet in eigen huis
vesting kunnen voorzien alsmede hun
latere definitieve huisvesting, de ver
strekking van financiële hulp aan hen.
die (nog) niet in eigen levensonderhoud
kunnen voorzien en de subsidiëring van
de kerkeiyke en particuliere organen
(zoals b.v. het CCKP).
De tewerkstelling ressorteert onder het
Ministerie van Sociale Zaken en Volks
gezondheid. O.K. W. riep om. een
cursus in het leven, waar gerepatrieer
den kunnen worden opgeleid tot leraar
by het technisch onderwys. Lanbouw
en vissery stelde cursussen in, waar
gewezen planters kunnen worden op-
geleld tot leraar by het landbouwonder-
wys.
De verstrekking van bedryfskredieten
aan middenstanders en zelfstandigen is
een aangelegenheid, die in eerste in
stantie het Ministerie van Economische
Zaken aangaat.
De emigratie van gerepatrieerden valt
weer onder het Ministerie van Sociale
Zaken. By al deze vormen van hulp
verlening treedt het Ministerie van
Maatschappeiyk Werk op voor het ver
lenen van aanvullende steun.
Voor het spuiten in broeikassen,
waar de arbeider weinig bewe
gingsvrijheid .heeft. biedt de rug
spuit samen met de verseluchtkap
en de impermeabele kleding af
doende bescherming.
zaamheid maar dat er zeker geen
I reden is voor een alarmstemming.
Bij de arbeidsinspectie is men van
mening, dat de enige tientallen onge
lukken icelke er jaarlijks door het
toepassen van giftige preparaten
I plaats vinden nog wel voor vermin
dering vatbaar zijn, aan de andere
kont wijst de statistiek uit, dat zij
slechts een fractie vormen van het
jaarlijks ongevallencijfer, dat in de
landbouw om de zestienduizend per
jaar schommelt. Ter illustratie mo
ge dienen, dat in 1959 door ver
keer naar en van de boerderij en
interne transportwerkzaamheden
(trekkers, lossen, laden enz.) bijna
40 doden te betreuren vielen.
Wanneer minder gevaarlijke mid-1 een eenvoudiger en dus niet kost-
delen worden gebruikt, kan met baar filtermasker worden volstaan.
's Nachts is ingebroken ln een foto-
handel aan de Leyweg ln Den Haag. De
Inbrekers kwamen binnen door verbreking
van een ruit aan de achterzijde. Ont
vreemd werden een bandopname-apparaat
met bijbehorende bandjes, een platenspeler
een groot aantal grammofoonplaten en
fototoestellen ter waarde van f 4,000.
De albums met 258 afbeeldingen van
de voornaamste bezienswaardigheden van
Nederland, Suriname, de Ned. Antillen en
Ned. Nleuw-Gulnea, die de stichting Am
sterdams schriftmuseum Jaarlijks beschik
baar stelt voor de bevordering van de In
ternationale samenwerking, zullen dit Jaar
worden aangeboden aan de minister-presi
dent van Israël, de heer Davld Ben Gurlon
en dr. W. A. Visser 't Hooft, secretaris
generaal van de Wereldraad van Kerken.
De 44-Jarlge schipper H. van Bonnet
Is gistermiddag aan boord van zijn schip
de Jacoba in Den Haag door een ongeval
Door tot dusver niet opgehelderde oorzaak
raakte de schipper beklemd tussen een af-
zulglnrlchtlng en een deel van een rijden
de kraan. Hf) was op slag dood.
Met de volgende schepen kan zeepost
worden verzonden De data. waarop de
correspondentie ulteriyk ter post moet zijn
bezorgd, staan, tussen haakjes, achter de
naam van het schip vermeld.
Argentinië: ms Montferland (5/6); ma.
Santa Isabel. (8 6); ms. Cap Frio (8/6);
Australië: ss Lxion (4/6). ms. Streefkerk
I (6 6»; ts Werrasteln (7/6); Brazilië: ms
Montferland (5/6); ms. Cap Frlo (8/6);
Brlts-Oost-Afrlkass. Yang-Tsé (8/6); Ca- 1
nada: ss. Statendam (4/61; ms. Cleopatra
(7/6); ms. Westerdam (8/6); Chili: ms.
Ares (7/6); ms. Worms (8/6); Indonesië:
ss. Ascanlus (7/6); Ned. Antillen: ms. He-
llcon (5/6); Nleuw-Zeeland ms. Gallic (5/
6); ss. Corlnthlc (8 6); Suriname: ms.
Willemstad (7/6); Unie van Zuid-Afrlka
en Z.W -Afrika: ms. Pretoria Castle (4/6);
ss. Aagtekerk (6/6).
Inlichtingen betreffende verzendings
data van postpakketten geven de postkan
toren.
Materialen en Gereedschap
voor
Kunst en Houtnijverheid
BO€tS€€Rkl€l, PIJPAARÖE QCCL
en wit, manÓAAn-, BRunsum-
meRklei, chamotte, kaolme,
qips
SAINT LVCAS SOCIETY
Rapenburg ga
tel: 2 SS U Lelden
Van 9 tot 12 Juni zullen vier Britse
kustmljnenvegers een nlet-offlcleel bezoek
aan Rotterdam brengen. Het betreft hier
de schepen St. David, Thames, Curzon en
Venturer.