balastore
Vrees voor nadelige invloed van
arbeidstijdverkorting op economie
s
Chemische industrie uitgegroeid
tot grote pijler onzer industrie
Ir. Otten bepleit de noodzaak om
veel meer te investeren in mensen
Nieuwe sociale verzekeringen:
niet bij incidentele besluiten
maar volgens vast programma
Steeds hogere cijfers
grote
uitbreidingen en vestigingen
Onderwijs en vorming als grote
bijdragen voor welvaartsgroei
VRIJDAG 26 MEI 1961
Visie Centraal Sociaal Werkgevers Verbond
Het Centraal Sociaal Werkge
vers Verbond vreest, dat de natio
nale economie na verloop van tijd
toch een nadelige invloed van de
arbeidstijdverkorting zal onder
vinden.
Blijkens het jaarverslag 1960
meent het namelijk, dat de vrees
gerechtvaardigd is, dat het effect
van de maatregelen, die werden
getroffen om extra produktiviteits-
stijging te bereiken, slechts tijdelijk
zal zijn.
Voorts verwacht het kostenverhogende
neveneffecten en tenslotte kan het zich
niet aan de indruk onttrekken, dat in
sommige ondernemingen in verband met
de krappe arbeidsmarkt besloten werd
tot korter werken, ook al was dat eco
nomisch niet verantwoord. „Het is zeer
duidelijk, dat de spanningen op de ar
beidsmarkt het tempo van de werktijd
verkorting versneld hebben," merkt het
jaarverslag op, waarin er voorts by de
regering op wordt aangedrongen „op
korte termijn" haar standpunt inzake
verdere huurverhoging te bepalen.
Het C.S.W.V. stelt zich achter het
werkgeversstandpunt, zoals dat in de
S.E.R. naar voren is gebracht: afschaf
fing van de subsidies by de woningbouw
en een huurverhoging van 30 a 40 pro
cent, te verdelen over een verhoging per
april 1962 en de laatste in april 1964.
Wat de lonen betreft, het C.S.W.V.. ver
wacht, dat tegen het einde van dit jaar
de loonsverhoging in vergelijking met
medio 1959 ongeveer 20 procent zal be
dragen. Het ziet dat echter niet als een
gevolg van de gedifferentieerde loonpo
litiek. Bij uniforme loonmaatregelen zou
„de gemiddelde stijging waarschijnlijk
niet veel anders zijn uitgevallen. Wel
heeft zich thans een grotere differen
tiatie voorgedaan en een grotere sprei
ding in tyd."
Ander systeem
Vanzelfsprekend besteedt het Verbond
ook aandacht aan de behoefte aan een
ander systeem van loonpolitiek, dat zich
steeds meer is gaan manifesteren, min
der gecompliceerd van opzet met de
mogelijkheid tot differentiatie en gro
tere vrijheid voor de onderhandelende
partijen.
Het Verbond acht zekere vrijheidsbe
perkingen voor de eerstkomende jaren
aanvaardbaar. Al wordt de realisering
van de bekende doelstellingen van de
nationale, economische en sociale poli
tiek op de eerste plaats met behulp van
monetaire en budgetaire maatregelen
nagestreefd, de ervaring heeft geleerd
aldus het jaarverslag dat deze twee
categorieën globale middelen veelal niet
voldoende zijn voor de beheersing van
de conjunctuurontwikkeling. Het is op
die grond, dat aanvullende globale mid
delen, waarbij met name wordt gedacht
aan maatregelen met betrekking tot het
loonniveau en het prijsbeleid, voorals
nog ook naar de mening van het C.S.W.
V. behoefte blijft bestaan. Het Verbond
doet geen voorstellen over een nadere
uitwerking, maar het neemt als vast
staand aan, dat de ontwikkeling van de
nationale produktiviteit een centrale
plaats ook in het nieuwe systeem moet
innemen.
Sociale verzekering
In zijn beschouwing over de sociale
verzekeringen karakteriseert het Cen
traal Sociaal Werkgevers Verbond de
voorgenomen en inmiddels gerealiseerde
verhoging van de kinderbijslagen met de
daarbij inbegrepen progressie en de ad
viesaanvraag aan de S.EH. over een
verlenging van de uitkeringsduur van
de werkeloosheidswet als „Incidentele
politieke maatregelen, waarvan men de
urgentie en de uiteindelijke consequentie
niet voldoende heeft afgewogen, doch
die slechts zijn genomen uit opportunis
tische overwegingen."
Dit komt volgens het Verbond wel zeer
sterk tot uiting in overweging, dat de
in de betreffende fondsen aanwezige
middelen de voorgestelde uitbreidingen
wel zouden kunnen dragen. Het Verbond
acht het voor ons sociale verzekerings-
bestel dan ook „bepaald ongewenst, in
dien de regering deze ongelukkige ge
dachte van rotverteren" zou blijven vol
gen. Men hoopt, dat de regering terug
zal keren van de ingeslagen weg, waarop
met „premieruimte" wordt gerekend.
Algemeen beleid
Uitbouw van de sociale verzekering
moet niet op Incidentele, veelal uit poli
tieke overwegingen genomen beslissin
gen worden gebaseerd. De regering dient
uit te gaan van een algemeen beleid, dat
zijn uitgangspunt vindt in de omvang
en de kosten van het totaal van de hui
dige voorzieningen en dat voorts is ge
richt op afronding en vereenvoudiging
van het gehele sociale verzekeringsbe-
stel.
Indien „tevoren is aangetoond, dat be
paalde uitbreidingen van sociale voor
zieningen gewenst zijn en de te treffen
maatregelen onderdeel uitmaken van een
weloverwogen programma, waarin ook
de prioriteiten zijn opgenomen", kan de
regering volgens het jaarverslag op „con
structieve steun" van het CB.W.V. re
kenen.
Het Verbond brengt dan een aantal
wensen naar voren, zoals:
Voorshands geen principiële wijzi
gingen in A.O.W. en A.W.W. Alleen
is nader beraad over de hoogte van
,de A.O.W.-uitkering gewenst.
Invoering van de arbeidsongeschikt
heidsverzekering. waarin binnen af
zienbare tijd op te nemen de ziekte
wet.
Ten aanzien van de kinderbijslag
meent het C.S.W.V., dat voorlopig
met de huidige regeling kan worden
volstaan. Het voelt mets voor een
algemene volksverzekering voor kin
derbijslag, zoals die volgens het ver
slag ook door de publieke opinie in
grote meerderheid wordt afgewezen.
Belastingaftrek zou dan de oplos
sing kunnen zijn in gevallen, waarin
het gezinsinkomen te klein is.
Gisteravond arriveerde op Schip
hol de Joegoslavische minister van
Buitenlandse Zaken, Popovitsj, die
een bezoek van vijf dagen aan ons
land brengt. Op de luchthaven werd
hij begroet door de Nederlandse
minister van Buitenlandse Zaken,
mr. Luns.
Afgelopen jaar van grote betekenis
Aardgasvondst vormt belangrijke impuls
(Speciale berichtgeving)
Uit de gegevens, die het jaarverslag 1960 van de Ver. van de Neder
landse chemische industrie bevat, alsmede die welke tijdens een pers
conferentie werden verstrekt, en hetgeen de voorzitter van de vereni
ging heeft gezegd op de vandaag in Maastricht gehouden ledenver
gadering, blijkt, dat voor de Ned. Chemische Industrie 1960 in
nationaal zowel als in internationaal opzicht, een zeer belangrijk jaar
is geweest.
De chemische industrie is tot de be
langrijkste pijler van onze nationale
economie uitgegroeid. De totale omzet
van de bedrijfstak steeg in vergelijking
met het voorafgaande jaar, met 400
miljoen gulden tot 3,4 miljard gulden,
welk bedrag van een totale industriële
omzet van 37,2 miljard ruim 9 uit
maakt. De export vertoonde een stiji-
glng met 164 miljoen gulden tot 1,7 mil
jard gulden op een totale industriële
agrarische uitvoer van 5,3 miljard gul
den. zodat het percentage van de chemi
sche export op bijna 11 kwam en daar
mee voor het eerst de 10 grens over
schreed.
Doch niet alleen lettend op de cijfers
was het verstreken jaar van grote be
tekenis, ook in het licht van de in
1960 gepubliceerde uitbreidingen en ves
tigingen, alsmede op grond van de aard
gasvondst in Groningen, welke nieuwe
grondstof uit eigen bodem in ana
logie met wat er in Lacq in Zuid-
Frankrijk is gebeurd, na het vinden
van aardgas aldaar de mogelijkheid
inhoudt voor grote impulsen voor verdere
ontwikkeling van de chemische indu
strie hier te lande.
„De uitdaging onzer economische toekomst"
Adenauer weigert
tv-interview
(Van onze correspondent in Bonn)
Bondskanselier Adenauer heeft afwij
zend geantwoord op een verzoek van de
Beierse omroep om zich in de wekelijk
se televisie-uitzending „Onder ons ge
zegd" door Westduitse journalisten te la
ten interviewen. De kandidaat van de
sociaal-democraten, Willy Brandt, zal op
7 juni op het scherm verschijnen en dr.
Erich Mende van de liberalen is reeds
voor de televisie geweest.
Adenauer heeft voorgesteld om in zfjn
plaats de Westduitse minister van De
fensie Franz Joseph Strauss of die voor
Posterijen Stücklen voor de televisie-ca
mera's te halen.
Ofschoon geen motief voor de weige
ring is opgegeven, is bekend dat de
85-jarige Bondskanselier zich onder de
hitte van de televisielampen waar
hij toch minstens drie kwartier in zou
moeten zitten niet wel voelt.
Een ander motief heeft ongetwijfeld
politieke gronden: het is voor dr. Ade
nauer niet mogelijk om zijn functie
van partij-chef der Christelijk Demo
cratische Unie en lijsttrekker van deze
partij bij de algemene verkiezingen van
september a.s. te scheiden van die als
leider der Westduitse regering. Het ge
vaar is inderdaad niet denkbeeldig, dat
zulk een televisie-vraaggesprek al te veel
zal afglijden in de richting van het
regeringsbeleid, waarvan een deel uiter
aard aan staatsgeheimen is gebonden.
Adenauer heeft al geruime tijd gele
den laten weten, dat hij ook niet voor
nemens is om naar het voorbeeld van
de Amerikaanse KenneayNixon tele
visieontmoetingen met de sociaal-demo
cratische kanselierskandidaat Willy
Brandt voor de Westduitse televisie te
verschijnen.
(Van onze Haagse correspondent)
„Dat wij moeten beschikken over de modernste machines en over de
beste geoutilleerde gebouwen, daaraan twijfelt niemand. Maar is men
evenzeer overtuigd van de noodzaak meer te investeren in mensen?
Toch zijn er aanwijzingen dat deze investering, in de vorm van onder
wijs en vorming, een grotere bijdrage vormt tot de groei der welvaart
dan men vaak vermoedt
Dit zei ir. P. F. S. Otten, president-commissaris van Philips, op het
in Scheveningen gehouden voorjaarscongres van het Nederlands
Instituut voor Effiency, dat gewijd was aan het ..tekort aan arbeids
krachten". De heer Otten gaf zijn inleiding de titel „De uitdaging van
onze economische toekomst". Wanneer men zich de vraag stelt: „waar
zullen we in 1970 belanden?" leek het hem niet juist weer uit te gaan
van een al te voorzichtige prognose. Men zou veeleer een ander uit
gangspunt kunnen kiezen en zich de vraag stellen: „wat willen .we in
1970 bereiken?" Om daaruit dan af te leiden wat er in de komende tien
jaar moet gebeuren.
Taakstelling
Het kwam hem redelijk voor zich als
taak te stellen een herhaling van de
uitermate gunstige ontwikkeling der af
gelopen tien jaar, dat wil zeggen, dat de
Nederlandse volkshuisvesting weer zou
moeten mikken op een jaarlijkse stijging
van het reële inkomen per hoofd met
circa 4 Op die manier zou in 1970 een
verdubbeling van het reële inkomen per
hoofJ ten opzichte van 1950 zijn gerea
liseerd.
Vervolgens ging de heer Otten na aan
welke voorwaarden zou moeten worden
voldaan om deze taakstelling waar te
maken. Hierbij wees hij erop, dat door
de sterke betrokkenheid op het buiten
land van onze economie de welvaart in
Nederland in steeds sterkere mate af
hankelijk is van de ontwikkeling in het
buitenland. Indien de ontwikkeling el
ders dan ook zou stagneren, zou het
bijzonder moeilijk zijn haar in Neder
land te blijven voortzetten. In het ge
ding is derhalve een voorwaarde, die
men niet in de macht heeft.
Hoge investeringen
handhaven
Wat de voorwaarden betreft, waaraan
Nederland zelf zou moeten voldoen om
de taakstelling te realiseren, vond ir.
Otten de belangrijkste de handhaving
van een hoog niveau der investeringen
in ons land. Om een welvaartsvermeer
dering te bereiken zoals door hem ge
dacht, moet rekening houdend met
de bevolkingsgroei minstens 20 van
het nationale inkomen worden geïnves
teerd. Hij onderstreepte dat er een fun
damentele tegenstelling ls tussen de visie
op korte en die op lange termijn. Een
hoog percentage der nationale welvaart
consumeren, leidt op langere termijn tot
een lager nationaal inkomen. De lange
termijn.-visie vraagt een relatief
lage consumptie om echter een snellere
groei van het nationale inkomen, en
daarmee een hogere consumptie en een
garantie voor een blijvende hoge graad
van werkgelegenheid, In de toekomst te
realiseren.
Betekenis van
academisch onderwijs
Op grond van de uitgave per hoofd
van de bevolking voor onderwijs in di
verse landen, maken de Westeuropese
landen tegenover de V.S. en de Sowjet-
Unie bepaald geen florissante indruk.
De onrust, die men in Amerika kan
waarnemen over de dreigende achter
stand, met name met betrekking tot de
opleiding van technici in de Sowjet-
Unie, zou men z.i. ook in Westeuropa
sterker moeten gevoelen.
Ir. Otten noemde het „ontmoedigend
dat, toen men zocht naar sectoren in de
bouwnijverheid die zouden moeten wor
den ingeperkt in verband met de drei
gende overspanning op de bouwmarkt,
de minister uitgerekend bij „gebouwen
voor hoger onderwas" uitkwam. „Dit is
een symptoom van een bedenkelijke on
derschatting van de betekenis der inves
tering in mensen voor een volk".
Hij bracht in herinnering dat een
Amerikaans auteur erop heeft gewezen,
dat de academische vorming steeds meer
een entreebiljet gaat worden voor de ho
gere regionen van het bedrijfsleven.
Wanneer dit zo is, dan „ls het een cis
van rechtvaardigheid, dat men dit en
treebiljet niet reserveert voor hen, die
voldoende koopkracht voor de academi
sche vorming bezitten".
Lange termijnvisie
is nodig
Met betrekking tot de tekorten in de
personeelssector, zei de heer Otten, dat
wij de laatste tien jaar gewend zijn ge
raakt aan het paradoxale verschijnsel
van een snel groeiende beroepsbevolking
gecombineerd met een groeiend tekort
aan arbeidskrachten. Hij vond het ver
standig er van uit te gaan, dat, indien
de wereldconjunctuur zich goed blyft
ontwikkelen, dit tekort aan werkkrach
ten de komende tien jaar blijft. Werk
gevers kunnen daarom z.i. niet volstaan
met maatregelen op korte termijn om
de schaarste aan werkkrachten op elk
niveau te bestrijden. Een lange termijn
visie is nodig.
Zo moet worden bedacht, dat het te
kort aan ongeschoolden meer nog dan
dat aan andere werknemers van struc
turele aard is, in welk verband de werk
gever of zijn produktie sneller moet me
chaniseren en automatiseren, of, indien
zulks niet in het gewenste tempo moge
lijk is, uitwijken naar die delen van ons
land of van de wereld, waar veel onge
schoolden zyn.
De tijd waarin men voor Nederland
vooral de nadruk legde op arbeidsinten
sieve produktie is nu wel definitief voor
bij. Het tekort aan arbeidskrachten
vraagt in toenemende mate diepte-in
vestering. Het tekort aan middelbaar
kader en aan administratief personeel
vraagt om een doelmatige arbeidsverde
ling binnen de bedrijven.
Zuinig zijn op leiders!
De periode van ongekende expansie
herinnert voorts aan een oude waarheid,
dat de geboren leiders schaars zijn. ,.Een
ondernemer behoort daarom", aldus ir.
Otten, bijzonder zuinig te zijn op de
potentiële leiders, die hij by zijn perso
neel ontdekt. „Planning op langere ter
mijn van de opvolging der leiders van
vandaag, mag In geen geval ontbreken.
Jeugd, onafhankelijkheid en oorspron
kelijkheid behoren niet tegen een man
te pleiten, zoals maar al te vaak het ge
val schijnt te zijn. Het milieu binnen de
bedrijven behoort zó te zijn, dat de on
dernemersfiguur, ongeacht zijn voorop
leiding, naar voren kan komen".
De invloed van de Europese gemeen
schappelijke markt begint men ook
steeds meer te merken. Zo gaan in
dustrieën van buiten de zes EEG-lan-
den zich vestigen in de Euromarkt. veel
al in Nederland. Vooral Amerikaanse
chemische bedrijven vestigen zich hier
vaak in samenwerking met Nederland
se bedrijven. Het wordt onwaarschijn
lijk geacht, dat de prikkel tot uitbrei
ding reeds zou zijn uitgewerkt.
De vraag wordt zelfs geopperd, of het
gewaagd is te veronderstellen dat zich
hier te landen een concentratie van
chemische fabrieken aan het vormen is.
Enerzijds door de gunstige ligging van
ons land, maar anderzijds ook een be
vordering van de ontwikkeling door de
hier bovengenoemde aardgasvondst. Zo
is het chemisch-industriéle zwaartepunt
in West-Europa aan het verschuiven.
ONSTUITBAAR
Want dacht men vroeger met betrek
king tot chemie alleen aan Duitsland
inmiddels hebben de Franse en vooral
ook de Italiaanse chemische industrieën
zich sterk uitgebreid. Hierby heeft zich
de Nederlandse gevoegd en het ziet er
naar uit dat zij volgend jaar weder
om op een aanzienlijke uitbreiding kan
wijzen.
Weliswaar heeft de revaluatie van de
gulden een „rem" gezet op de verdere
ontwikkeling, doch de vaart in de ont
wikkeling is nu eenmaal zo groot, dat
naar verwachting deze ook by afrem
ming niet is te stuiten.
Het personeelsvraagstuk is onderwerp
van grote zorg. Het is zeer moeilijk
geschikte krachten aan te trekken voor
produktie en laboratoria, „en het ziet
er voorzichtig uitgedrukt niet naar
uit, dat de toekomst veel soelaas zal
bieden".
Geraamd wordt, dat in de periode
1960/'65 het tekort aan fysici 31 en aan
chemi 38 To van de behoefte zal bedra
gen. Voor de daarop volgende jaren
wordt met enige verbetering rekening
gehouden, maar voor het tijdvak 1975/
'80 worden gereleveerde tekorten toch
nog geschat op 22 resp. 9 van de
behoefte.
RANGORDE
De belangrijkheid van de chemische
industrie voor ons land zou zo wordt
gemeend nog duidelyker in het licht
worden gesteld, wanneer de rangorde
niet werd bepaald door de bestaande
(historische) industrie-indeling, volgens
welke de bedryfstak komt op de der
de plaats na de metaalindustrie en die
van de voeding en genotmiddelen, maar
werd gebaseerd op de produktieteeh-
niek.
Zulks zou er tevens toe leiden dat de
proces-industrie, waarvan de chemische
industrie een onderdeel is. duidelijk een
eigen plaats krijgt. In dit verband zy
in herinnering gebracht dat de proces
industrie, qua omzet circa 40 van
onze totale industriële bedrijvigheid om
vat (de chemische industrie een vierde
daarvan, circa 10 %)en dat de tot de
proces-industrie behorende bedrijfstak
ken vanwege de technische verwant
schap veel belangen gemeen hebben,
die tot samenwerking noden, o.a. op het
gebied van de opleiding van technisch
personeel, op dat van het speurwerk
en dat van de apparatenbouw.
Wat de Internationale positie van de
chemische industrie betreft, kan er op
worden gewezen dat wanneer de in 1960
aangekondigde (indrukwekkende) plan
nen omtrent uitbreiding en vestiging
zyn verwezenlijkt, het gevolg zal zijn dat
ons land in chemisch-industrieel op-
zich, qua omzet per hoofd van de be
volking, zich zal scharen in de rij van
grote landen met de oudste chemische
Industrie: Engeland, Duitsland en
Frankryk.
Advertentie
,NU BREDA 1961"
Op 30 juni zal de staatssecretaris van
O.K. en W. mr. Y Scholten de nationale
manifestatie voor vrije-tydsbesteding
„Nu Breda 1961" officieel openen. Aan
deze manifestatie, die anderhalve
maand zal duren, zullen meer dan 100
artisten uit binnen- en buitenland me-
dewereken.
Er zijn 35 speciale dagen in het pro
gramma vastgesteld. Onder meer zullen
door land-, zee- en luchtmacht demon
straties in Breda gegeven worden, aan
verscheidene steden en streken in ons
land zal een speciale dag gewyd wor
den. Bijna alle takken van sport zullen
op bepaalde dagen worden gedemon
streerd.
Engeland neemt geen
initiatief inzake
Spanje en NAVO
(Van onze Londense correspondent)
Engeland denkt er niet aan enig ini
tiatief te nemen om de kwestie van
Spanje's toelating tot de NAVO aan de
orde te stellen, zo verluidt in Londen.
De vraag of Spanje moet worden toe
gelaten is reeds vaker opgekomen. Maar
het is in Londen natuurlijk bekend, dat
zekere NAVO-leden destijds tegen toe
lating waren en dat nog zfjn. Speciaal
worden in dit verband Nederland en
Noorwegen genoemd.
Tot op zekere hoogte zijn er ook nog
steeds bezwaren van Frankryk, Dene
marken en België. Dit is dan ook de
reden dat het onderwerp tijdens NAVO-
besprekingen niet meer is aangeroerd.
Uitdrukkelijk wordt thans te kennen
gegeven, dat het verkeerd is te menen,
dat het bezoek van Lord Home aan
Spanje speciaal te maken zou hebben
met Spanje's lidmaatschap van de
NAVO.
Inmiddels heeft minister Butler, die in
Spanje de bal aan het rollen heeft ge
bracht door zijn onfortuinlyke speech,
verklaard dat de hele kwestie schrome
lijk overdreven is. HU zei van mening
te zijn, dat Spanje en het Westen nau
wer zullen moeten samenwerken, het
geen niets bijzonders is. Butler dacht
dat zyn woorden slechts bestemd waren
geweest voor de intieme kring waarvoor
hij sprak. Maar in Londen wordt be
weerd, dat Butler later zijn toestemming
tot publikatie zou hebben gegeven, zon
der echter de tekst van de samenvat
ting te hebben gecontroleerd.
Indien Butler geen proefballon heeft
willen oplaten, heeft hy een blunder
begaan die premier Macmillan moet
trachten goed te maken. Macmillan en
Lord Home zouden hierover gisteren,
voor het vertrek van de laatste naar
Portugal, overleg plegen. Een diploma
tieke correspondent merkt als veelbe
tekenend grapje op. dat Macmillan meer
dan een prentbriefkaart van Butler, die
met vakantie ln Spanje is, verwacht.
UW SLAAPKAMER
BLIJFT FRIS EN KOEL
MET BALASTORE
Met balastore ademt uw slaap
vertrek een sfeer van intimiteit.
Balastore zongordijnen koopt
u bij de woning-inrichter. Pas-
klaar voor elk raam. Zó op
gehangen. Duur Welnee I
Ongestoord
ongestoord kunt U overdag
een uiltje knappen.
Uw balastore beschermt U
tegen inkijk.
2. Filter
Balastore filtert het dag
licht tot rustig licht/ dat
sluimeren mogelijk maakt.
3. Zo aangebracht
Een Balastore hangt in tien
minuten. U heeft er slechts
een schroevendraaier bij
nodig.
Onmisbare luxe voor uw slaapkamer
JONGEN TE SCHEVENINGEN
VERDRONKEN
Gistermiddag heeft zich het eerste
verdrinkingsgeval in zee van het huidige
badseizoen voorgedaan. De tienjarige
jongen A. den Besten, wonende aan de
Parkweg te Voorburg, is omstreeks half
vyf in zee bfj Scheveningen gaan zwem
men. Zonder dat lemend iets gemerkt
heeft ls hy verdronken. Zijn stoffeiyk
overschot spoelde om half zes bij de
Pier aan.
SOEKARNO IN PRAAG
President Soekarno van Indonesië is
gisteren per vliegtuig te Praag aangeko
men voor een staatsbezoek aan Tsjecho-
Slowakye. Hy werd op het vliegveld
welkom geheten door de president en de
leider van de communistische party,
Novotny, en door de minister-president,
Siroky.
De Westduitse correspondent Heinz
Weber heeft opdracht gekregen de Suw-
Jet-Unle te verlaten wegens het „onwettig
vergaren van gegevens over het politieke
en economische leven in de Sowjet-l e
Weber. die vaste correspondent voor eco
nomische zaken ls van het „Handetsblatt"
ln Diisseldorf, is de eerste correspondent
in Moskou die na aanschaffing van de
oensuur ln maart JJ., ls uitgewezen De
Westduitse ambassade beeft een forme*
protest Ingediend.