Jeremy Lloyd
HEIDI ERICH
IN KAMER EN TUIN
DENK NIET ALLEEN AAN DE LENS!
Itisso
ZATERDAG 8 APRIL
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA 2
Ken Annakin hield zich rustig
zelfs zijn vader had bar
iveinig vertrouwen in hem
ONS SMALFILMHOEKJE
VOLOP BLOEMEN
van borden ivassen
naar filmrollen
ONS MENU VAN DE WEEK
In de Londense Pinewoodstu-
dio's hield men aanvankelijk het
hart vast.
Want de lange 46-jarige film
regisseur Ken Annakin had de
reputatie erg opvliegend en kort
aangebonden te zijn.
Het viel enorm mee. Eigenlijk
waren zijn koele rust, beheerste
kalmte en eindeloos geduld op
vallend.
„Ach, ik denk dat het komt om
dat ik bij voorgaande films meer
vertrouwen heb gekregen", vertelde
hij zelf serieus. „De laatste „The
Siviss family Robinson' werd ge
heel in Zwitserland opgenomen.
Door verschillende oorzaken was
het geen gemakkelijke produktie.
Maar je weet, hoe zoiets gaat. Men
improviseert wat. Men moet hier
en daar experimenteren. En je pro
beert wat eigen ideetjes. Als je dan
merkt, dat het goed gaat, dan
geeft dat vertrouwen".
In ieder geval was het rustig op de
set in Pinewood studio's. Annakin
werkte er kennelijk met plezier. „Een
gezellige komedie en een uitstekende
bezetting", bevestigde hij.
In een van de hoofdrollen speelt de
massieve James Robertson Justice. Als
een eminent geleerde wordt hij in de
luchtige geschiedenis welke zich tij
dens de oorlog afspeelt meegezon
den op een verkenningsvlucht boven
Duits grondgebied. Het vliegtuig wordt
echter neergeschoten. De zware baar
dige wetenschapsman maakt een nog
al dwaze noodlanding per parachute en
weinig later is hij een verschrikkelijk
boze en eigenwijze krijgsgevangene.
Zoiets kan men wel aan James Ro
bertson Justice overlaten. Verder komt
men in de lijst van medewerkenden
lips, Stanley Baxter, Jeremy Lloyd en
het charmante Duitse opkomende ster-
o.a. de namen tegen van Leslie Phl-
retje Heidi Erich.
Foute voorspelling
Velen zullen wellicht voor de eerste
maal van Jeremy Lloyd horen. Zijn
geschiedenis is er één, die zijn eigen
familie nauwelijks kan geloven. Vier
jaar geleden voorspelde zijn vader, dat
Jeremy nooit meer dan zo'n zeventig
gulden per week zou verdienen, onge
acht wat hij zou doen waar dan ook.
Vandaag de dag verdient deze tele
visie-auteur, met een snel groeiende
reputatie als een komische acteur, met
drie succesvolle grammofoonplaten op
zijn naam en enkele belangrijke film
rollen op zijn debet, echt wel iets meer
dan zeven tientjes
Wü zijn de vorige week nu wel zo ineens maar begonnen om het wezenlijke
verschil tussen smalfilmen en fotograferen te bespreken en hebben bovendien
al een belangrijk advies over het opnemen van smalfilms gegeven, maar over wat
een filmtoestel nu eigenlijk doet of althans behoort te doen zullen we het
eerst eens moeten hebben, willen we verdere opname-tips kunnen geven.
Niemand hoeft een gediplomeerd technicus te zijn om goed te kunnen filmen
of fotograferen, maar een beetje kennis over het hoe en wat van de werking van
lens en mechanisme, maakt het begrijpen van menig advies veel gemakkelijker.
Elk filmtoestel bestaat ln principe
uit de combinatie van twee delen, die
elk een totaal verschillende functie
hebben.
Het optische deel zorgt voor de vor
ming van de filmbeeldjes, d.w.z. voor
het maken van duizenden heel kleine
fotootjes. Dat optische deel bestaat uit
de lens en de zoeker.
Het mechanische deel heeft als op
dracht voor elk van die millimeters
kleine opnamen het filmmateriaal aan
te voeren. Daarvoor zorgt een trans
portmechanisme. dat bediend wordt
door een veerwerk of een kleine elec-
tro-motor. Want de tijd, dat het film
apparaat met de hand werd gedaaid,
ligt al heel lang achter ons.
Heel anders dan bij het fototoestel,
waar de amateur zorgvuldig zijn af
gepaste stukje film voor de volgende
opname kan voordraaien, moet de
smalfilmcamera er voor zorgen, dat in
de tijd van één seconde zestien nieuwe
stukjes film voor de lens komen. Want
de normale opname-snelheid bij een
film zonder geluid de z.g. „stomme"
film bedraagt 16 beeldjes per se
conde. Dit aantal is nodig om van een
opgenomen beweging bij het weerge
ven (projecteren) een goede indruk
van die beweging te maken. Minder
beeldjes per seconde betekent een niet-
vloeiende, maar hortende en stotende,
rukkerige voorstelling ervan.
Men maakt dus met een smalfilm
camera iedere seconde 16 fotootjes die
elk een stukje van de beweging voor
stellen. Doordat ons oog elke indruk
een fractie van een seconde langer
vasthoudt d.w.z. blijft „zien", dan
het beeld werkelijk zichtbaar is zal
wanneer de wisseling maar snel ge
noeg gaat een volgend beeld zijn
indruk kunnen „vastknopen" aan het
restant van het voorgaande beeld. Zo
beschouwd is het bekijken van een
film dus niets anders dan een snel uit
gevoerd „haakwerkje" van beelden.
Er zijn filmcamera's, waarmee men
ook een ander aantal dan 16 beeldjes
per seconde kan opnemen. Variaties
van 8 tot en met 64 beeldjes zijn mo
gelijk. Waarvoor dit dient, zullen we
een volgende keer wel eens bespreken.
Voor het transportmechanisme be
tekenen die 16 beeldjes echter, dat er
een feilloze verdeling van die éne se
conde moet geschieden. De kleinste af
wijking geeft een verschil in belichting,
omdat aan het transportmechanisme
namelijk ook een ronddraaiend of
„knipogend" sluitertje verbonden is,
dat een constante hoeveelheid licht
moet doorlaten. Is die hoeveelheid licht
niet steeds precies dezelfde, dan wor
den de beeldjes verschillend van dek
king d.w.z. dat het ene beeldje dus
lichter of donkerder wordt dan het vol
gende of voorgaande.
Dat daardoor de projectie zeer on
rustig zou worden, behoeft geen be
toog.
Hoe lang wordt zo'n stukje film nu
eigenlijk belicht?
Voor het transporteren van de film
is een fractie van een seconde nodig,
maar daarna moet het stukje film ook
heel even onbeweeglijk stil staan om
de opname te maken. Zou de belich
ting plaats vinden op het ogenblik,
dat de film nog in beweging was, dan
zouden inplaats van scherpe afbeeldin
gen. alleen maar wazige, vertrokken
beelden worden gevormd.
Precies op het ogeblik, dat de film
stilstaat, knipoogt het sluitertje even
en is de opname gemaakt. Onmiddel
lijk daarna pakt de grijper in een van
de gaatjes, die in het filmlintje zitten
en trekt de film één beeldje verder.
Dan is echter de sluiter al weer dicht,
zodat de film in het donker een heel
klein eindje opschuift. U ziet, dat het
mechanisme van zo'n smalfilmcamera
wel heel precies moet werken. Wanneer
we de tijd voor de belichting en voor
het transport in het donker even lang
stellen, dan vinden er dus per secon
de 16 transporten en 16 belichtingen
plaats.
Voor die 16 belichtingen is dus maar
ongeveer seconde beschikbaar. Die
andere halve seconde moet de sluiter
lichtdicht gesloten zijn om het trans
port zonder gevaar te doen verlopen.
Dit betekent, dat de belichtingstijd
voor elk beeldje ongeveer 1/30 seconde
ls. Dit houdt ook in, dat eigenlijk maar
de helft van de beweging, die iemand
maakt, opgenomen wordt. Telkens valt
een heel klein stukje van de in werke
lijkheid vloeiende beweging uit, omdat
de camera gelegenheid moet hebben
materiaal voor een volgende opname
aan te voeren.
Dat aanstonds toch de toeschouwer
de helft van deze bewegingsfasen voor
een complete handeling aanziet, ligt
aan de reeds eerder genoemde traag
heid van het oog, die de beelden in
elkaar doet vloeien, zodat de schijn
van een volledige proces wordt gewekt.
Tegelijkertijd beseffen we echter,
dat waar de beginnende amateur
bU de aanschaffing van een filmtoe
stel hoofdzakelijk geinteresseerd is in
een goede lichtsterke lens en zijn aan
dacht concentreert op de kwaliteiten
daarvan het minstens even belang
rijk is om te zorgen, dat veerwerk en
transport van het toestel zonder ha
peren kunnen functioneren. Een toe
stel, dat „siddert", wanneer het veer
werk langzaam afloopt en daardoor
schokjes veroorzaakt, kan nog zo'n
beste lens bezitten, maar de films wor
den niet zoals het behoort te zijn.
Biji een camera, die volledig opge
wonden afloopt met een merkbare
wisseling van het zoemend geluid van
het veerwerk, maakt men grote kans
op een onregelmatige loop. Ook dit ver
betert de beste en lichtsterkste lens
echt niet.
Vandaar dus:
Schenk niet alleen aandacht aan het
optische gedeelte, maar bedenk ook
dat het transportmechanisme even be
langrijk is.
„Mijn goede vader", lacht Jeremy:
„Hij wil nu wel toegeven, dat enkele
facetten van mijn arbeid beter zijn
dan andere. Maar verder wil hU niet
gaan en mijn acteren keurt hij nog
steeds af".
„Overigens, ik ben nooit wat men
noemt een licht geweest. Toen ik der
tien was werd ik op advies van het
hoofd maar van school genomen. Dat
gaf een aanzienlijke deuk in mijn aan
zien thuis. Daarna heb ik drie jaar op
een boerderij gewerkt. Toen allerlei
baantjes. Tenslotte reisde ik met verf.
Maar ik moet altijd wel een sluime
rend talent voor komedie gehad heb
ben, want op feestjes was ik meestal
het middelpunt."
„Tot ik op een dag een film zag en
ik meteen in vuur en vlam stond. Dat
moest ik ook doen. 's Morgens om vijf
uur op en maar schrijven, schrijven
en nog eens schrijven. Er kwam een
verhaal uit over het monster van Loch-
ness. Ik heb het later eens kunnen
verkopen, maar toen was het dusdanig
bewerkt, dat ik mijn eigen penne-
vrucht nauwelijks meer herkende".
„Maar goed, ik had een begin. Ik
mocht voor de televisie wat schrijven.
Via mijn werk als auteur kwam ik
ook voor de camera's. Ik greep die
kans met beide handen. Ik was wel
altijd de dwaze nietsnut, de onbenul
lige domoor, maar ik kon het opbren
gen en als tegenprestatie bracht het
voor mij genoeg op".
Zelfstudie
Om zyn vroegtijdig afgebroken op
leiding toch voort te zetten, heeft hij
drie jaren lang hard gestudeerd op al
les, wat maar met zijn vak te maken
zou kunnen hebben. Hij bekommerde
zich niet over wiskunde en geografie.
Maar hij las en bestudeerde alles, wat
hem eens te pas zou kunnen komen.
Van het een kwam het ander. Van
de televisie naar de film was een niet
al te grote stap. „School for scoun
drels", „Let's get married" en ..Man in
the moon" waren nog slechts kleine
rolletjes. „Very important person" is
totnutoe de grootste.
„Ik heb ook 35 rock'n roll-liedjes ge
componeerd. Ze zyn allemaal gewei
gerd. Op drie na. Marty Wilde zingt
er twee van, Jess Conrad de derde".
Jeremy Lloyd heeft zijn onweerleg
baar succes niet cadeau gekregen.
Soms staat hij zeer vroeg op en werkt
tot middernacht, schrijvend, liedjes
makend en repeterend.
„Mijin liedjes maak ik meestal in
alle eenzaamheid. Dan is tenminste
de mogelijkheid uitgesloten, dat andere
mensen geplaagd zouden worden, wan
neer ik mijn nieuwe liederen luidkeels
ten gehore breng. Of het verstandig
is zoiets te zeggen, weet ik niet, maar
ik moet eerlijk zijn. Ik vind het leuk
als mensen mij leuk vinden, maar ik
heb liever, dat zy een hekel aan mij
hebben dat dat zij mij neutraal zou
den noemen".
en gezonde planten met
Bloemen-mest kegeltjes
MeststoHenmengsel 6-13-18. OntheHing_nrL_513_
llllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Heidi Erich is 22, hoogblond
en aardig om te zien.
Voeg daar nog een leuk fi
guurtje en een pittige persoon
lijkheid aan toe en men heeft
het beeld van een nieuwelin-
getje, waar de Britse filmin
dustrie hoge verwachtingen
van koestert.
Vreemd genoeg eigenlijk,
want zoals de naam al doet
vermoeden Heidi is bepaald
geen Britse. Zij is geboren in
de Duitse havenplaats Ham
burg en slechts vier jaar gele
den kwam zij naar Engeland
om te werken in een meisjes
school te Middlesex.
's Ochtends om zes uur
moest ze uit de veren. En dan
kachels aanmaken, bedden op
maken, vloeren schrobben en
tweemaal per dag driehonderd
borden afwassen(Ze had
den niet eens een bordenwas
machine!).
Zeker geen spectaculair be
gin van een carrière in de
showwereld, zal men zeggen.
Maar dan moet men hierbij
bedenken, dat Heidi al danste,
toen ze vijf jaar was en dat
zij klassiek ballet studeerde tot
haar vader, een Hamburgse
hotelier haar dat verbood:
,JEen net meisje staat niet op
het toneel
Vader Erich zocht voor zijn
dansende dochter een degelijk
baantje in een exportkantoor.
Drie jaar lang nam Heidi ste
nografisch dictaten op en tikte
ze netjes uit. Drie jaar hield
ze het uit. Toen vertelde ze
haar vader, dat ze naar Enge
land wilde. Om daar binnen te
komen had ze werk en een
werkvergunning nodig. Van
daar die borden-wasserij
Vader Erich had niet zo bar
veel vertrouwen in de onder
neming van zijn ondernemen
de dochter. Hij wedde, dat ze
het niet langer dan zes weken
zou uithouden. Dan zou er ivel
een telegram komen met het
verzoek om de terugreis te be
talen. Maar hij onderschatte
zijn blonde dochter. Een jaar
hield ze het in die school uit.
En na vier jaar kon ze haar
vader laten weten, dat ze mee
gewerkt had aan enkele tele
visiefilms, aan speelfilms en
dat ze op het Britse toneel en
voor de televisiecamera's had
gestaan.
Toen ze de school had verla
ten, had Heidi eerst gewerkt
als vertaalster en als secreta
resse. Daarna als mannequin.
Maar ook dat beviel haar niet.
„Ik verveelde mij verschrikke
lijk als klerenhanger"merkte
ze op. Haar entree in de Britse
showbusiness maakte ze door
middel van de televisie. Als een
domme blondine in seriepro
gramma. Wat ze in werkelijk
heid echt niet is.
Het klinkt gek, maar de
jeugdige Heidi was technisch
adviseur bij de film „De brui
den van Dracula". Ze heeft 'n
groot aantal boeken bestu
deerd over folklore en heksen.
,Ik geloof er zelf niet in', voegt
ze eraan toe, maar ze luist zo
veel van heksen af, dat ze het
baantje kreeg als technisch
adviseur bij die griezelfilm.
Af en toe gaat Heidi nog wel
eens naar Duitsland, maar ze
geeft er toch de voorkeur aan
een carrière op te bouwen in
Engeland. In „Very Important
person" haar laatste film
speelt ze de dochter van een
Duitse boer, die de baardige
James Robertson Justice ont
dekt als hij met zijn parachute
ergens in een boom hangt te
bengelen.
De winter is voorbij, echt koude da
gen zullen er nauwelijks meer komen
Het zaaien en opkweken van
éénjarige zomerbloemen in
eigen tuin is een heel prettig
werkje; de kosten zyn niet hoog
en men kan een zee van bloe
men verwachten. Niet alle soor
ten lenen zich er voor zo maar
in de volle grond van de tuin
gezaaid te worden. Soorten, die
veel warmte nodig hebben, kan
men beter in een broeibakje
onder glas zaaien of in een
kistje of in potten binnenshuis.
Zonnebloemen kan men wel di
rect in de volle grond zaaien,
doch ze zullen het prettiger vin
den indien ze eerst in potten
binnenshuis gezaaid kunnen
worden. Vooral de grootbloemi-
ge soorten hebben warmte no
dig en als men die vroeg in
bloei wenst, is het dus nuttig
het op deze manier te doen:
een pot met bloemisten grond
vullen; er moet geen mest in
zitten en wel veel metselzand.
De zaadjes moet men niet te
diep in de grond stoppen; het
is voldoende als ze onder de
oppervlakte zitten. Over de pot
komt een glasruit en een stuk
papier om het uitdrogen van
de grond te voorkomen. De pot
moet in de normaal verwarmde
kamer staan. Zodra de jonge
plantjes te voorschijn komen,
zal men ruit en papier moeten
verwijderen en komen ze in de
volle zon te staan, want zon
nebloemen hebben steeds volle
zon nodig, ook als ze jong zijn.
Dan kan men ze ook beter in
een onverwarmde kamer zetten.
Als men er de ruimte voor heeft
en het geduld, kan men beter
elk plantje afzonderlijk in een
potje met goede bloemistengromd
zetten. Tegen half mei kunnen
zulke plantjes dan in de volle
grond van de tuin gepoot wor
den. Men kan echter ook be
gin mei direct ter plaatse in
de volle grond van de tuin zaai
en; ze zullen dan wat later
in de zomer bloeien. Dan maakt
men drie centimeter diepe put
jes op een onderlinge afstand
van ongeveer zeventig centime
ter. In elk putje kan men drie
zaadjes leggen. Als na opkomst
blijkt dat ze alle drie tot ont
wikkeling zijn gekomen, zal
men er maar één moeten la
ten doorgroeien; de sterkste dus.
De andere kunnen eventueel el
ders gepoot worden, want ze
laten zich als ze zo jong zijn
nog heel gemakkelijk verplan
ten.
Zonnebloemen hebben wel
een zeer voedzame grondsoort
nodig. Men dient dus wel wat
oude mest onder te spitten; ver
se mest kan men veel beter niet
gebruiken.. Indien de grond hu-
musrijk is, kan men ook wel
heel goede resultaten bereiken
met de bekende roze tuin- ein
gazonkorrelmest. Per tien vier
kante meter heeft men aan drie
honderd gram voldoende.
Q. KROMDIJK.
Zonnebloemen
maar een stamppot, ook al is dat in
onze ogen een echt winters gerecht,
zouden we toch nog wel eens af en
toe willen eten! Waarom ook niet!
Er zijn voorjaars- en zomergroen
ten als raapstelen, spinazie, andijvie,
waarmee een heerlijke stamppot ge
maakt kan worden. Vooral wanneer de
groenten er rauw (gemalen of heel
fijn gesneden in verwerkt worden be
tekent dat niet alleen een lekkere
maar ook een goede maaltijd!
MAANDAG:
brussels lof, hardgekookt ei, aard
appelomelet; koffievla.
DINSDAG:.
florentijnse spinazie, ham, aardap
pelen, botersaus; beschuit met besse-
sap.
WOENSDAG:
stamppot rauwe raapstelen met spek
en uien; vruchtenyoghurt.
DONDERDAG:
slavinken, andijvie, aardappelen;
tutti frutti met room.
VRIJDAG:
visragoüt of toipragoüt in rand van
aardappelpuree; sla; zwampudding.
ZATERDAG:
rijstschotel met kaas; fruit.
ZONDAG:
gevulde puntbroodjes; verstopte
knakworstjes, bloemkool, aardappe
len; sinaasappelbakjes.
FLORENTIJNSE SPINAZIE
1 kg spinazie, 50 gr spek, 100 gr ge
raspte kaas, een klontje boter, zout,
nootmuskaat.
De spinazie uitzoeken en enige ma
len goed wassen. Het spek in dobbel
steentjes snijden en even uithakken.
Een klontje boter toevoegen en hierin
de gewassen en uitgelekte spinazie met
zout en wat nootmuskaat op smaak
brengen en in een vuurvaste schotel
overdoen. De groente met geraspte
kaas bestrooien en er in de oven een
lichtbruin korstje op laten komen. Bij
dit gerecht rauwe ham met gekookte
aardappelen en botersaus presenteren.
ZWAMPUDDING
100 gr boter, 100 gr suiker, 100 gr
bloem, 1/4 liter melk, 3 eieren, zout.
De boter in een pan zacht roeren
en mengen met suiker en bloem; hier
de hete melk bygieten en verwarmen
tot de massa dik is, nu iets laten af
koelen en vermengen met de eierdooi
ers en de stijfgekopte eiwitten. De
puddingmassa overdoen in een bebo
terde warme-puddingvorm en au bain
marie koken gedurende 1% tot 2 uur.
Warme vruchten- of bessesapsaus
of warme wijnsaus erbij geven.
RIJSTSCHOTEL MET KAAS
400 gr rijst wassen en gaar koken, 2
uien of 2 preien snipperen en in wat
boter gaar smoren. Van 2 eierdooiers,
60 gr bloem, zout, aroma en liter
melk een glad beslag maken. Het stijf-
geslagen eiwit van de 2 eieren erdoor
scheppen. De rijst, uien en 200 gr
plakjes kaas laag om laag in een vuur
vaste schotel leggen (de bovenste laag
moet uit rijst bestaanhet deeg er
over gieten, was geraspte kaas er over
strooien en het gerecht ongeveer 30
minuten in een matig hete oven gaar
cn goudbruin mai^n.