RAI - TENTOONSTELLING HEEFT WELVAARTALS SLEUTELWOORD Qeuqgof Belangstelling voor kampeerwagens neemt in ons land gestadig toe AUSTIN Het accent valt op de koperdie zich een duurdere wagen blijkt te kunnen veroorloven Autoindustrie kan vlot aan de vraag van liet publiek voldoen Kopersmarkt 4©3 1961 e u r o c a r Voorkeur fabrikanten gaat uit naar aluminium en masonite MORRIS 1000 MORRIS OXFORD MINI MINOR 850 LEIDSE AUTOBOXEN GARAGE Opgericht 1 maart 1860 Woensdag 1 februari 1961 Derde blad no. 30269 Geen opzienbarende technische ontwikkeling (Van een speciale verslaggever) „Welvaarts-RAI" is het sleutelwoord van de 43-ste tentoonstelling van personenauto's en caravans, die tot en met 12 februari in het nieuwe RAl-gebouw aan het Europaplein in Amsterdam is te bezichtigen. De internationale auto-industrie heeft in het afgelopen jaar in technisch opzicht geen opzienbarende ontwikkeling doorgemaakt (al is lokaal gezien de Amerikaanse compact-car wel belangwekkend) en veel nieuwe modellen zijn er niet op de markt verschenen (die weinige nouveauté's zijn echter wel interessant) het accent valt dit jaar op de koper, die zich een duurdere wagen blijkt te kunnen ver oorloven: hij keek vorige jaren naar de wagen rond vierduizend gulden, en nu, volgens de verkoopcijfers, ook naar wagens tussenvijf- en zesduizend gulden. De verkoopcijfers van het afgelopen jaar spreken een duidelijke taal: 31.3 procent van alle in Nederland in de eerste negen maanden van 1960 verkochte wagens vielen in de prijsklasse van 5.000 tot 6.000 gulden. De verkoop van de wagens, goedkoper dan 4.000 liep met vijf procent terug tot 1.6 procent van het totaal, en dat verlies ging ken nelijk naar de prijsklasse tussen 4.000 en 5.000 gulden, die nu 17.5 procent voor haar rekening neemt. de Europese autoindustrie de neiging, het motorvermogen, zij het binnen re delijke grenzen, te verhogen. De zeshon derd kubieke centimeters van de Fiat 600 zijn er al als 600 D 767 geworden, en ook de DKW Junior beschikt nu over een ruimer bemeten motor. Dat is in het laatste geval te merkwaardiger, omdat men in de Duitse autoindustrie rotsvast pleegde te geloven aan de 600 cc als onderste grens van de „echte auto" in tegenstelling tot wat men daar de „kleinstwagen" pleegt te noemen, en het opschuiven van die onderste grens is stellig niet alleen Wirtschaftswunder, maar ook een verkeersveiligheids feno meen. Dit alles wil zeker niet zeggen, dat de rol van de automobielen met kleinere motorvermogens, zoals Citroen 2 CV, Fiat 500 en onze eigen DAF, zou zijn uitgespeeld. Zij zijn nog steeds met de beperkingen waarover wij hierboven schreven populair, en vooral de DAF blijkt, ook in het buitenland, een aan trekkelijke propositie. Dat is in niet geringe mate te dan ken aan de geniale conceptie van de variabele transmissie, die nu de kin derziekten te boven schijnt, en die ook in technische kringen in het buitenland de aandacht heeft getrokken. De geringe optreksnelheid blijft een handicap, en geruchten willen dat men in Eindho ven intensief doktert aan een forse re medie: een zaak, die onder veel meer ook nieuw investeringskapitaal vordert, en een spoedige aankondiging van een radicale oplossing is niet te verwachten. Het publiek gaat dus eisen stellen aan zijn automobiel: en het kan dit want de automarkt is een kopersmarkt geworden: voor slechts enkele merken bestaat een wachtlijst met maandenlan ge levertijden, maar voor het overige kan de autoindustrie vlot aan de vraag van het publiek voldoen. Dat is niet zozeer een gevolg van een geringere vraag van het Europese publiek dan wel van de klap, die de Europese industrie in de Verenigde Staten heeft gekregen door de komst van de compact-car. Die eisen van het publiek betreffen uiteraard het comfort en de ruimte van de wagen, en het prestige-karakter van merk en uiterlijk, maar daarnaast toch ook de technische kant van hun vervoermiddel: het motorvermogen zoals dit tot uiting komt in snelheid en vooral de accelera tie. Vooral die behoefte aan een grotere „optreksnelheid" kan men alleen maar toejuichen uit een oogpunt van verkeers veiligheid. De gevaarlijkste rij-manoeu- vre blijft nog altijd het inhalen, en hoe sneller dit verloopt doordat men ook bij relatief hoge snelheden nog blijft beschikken over voldoende reserve-mo torvermogen om door snel accelereren de inhaal-manoeuvre in zo kort moge lijke tijd te doen geschieden, hoe vei liger het verkeer vooral op de grote weg wordt. Motorvermogen Die tendens is ook door de fabrikan ten onderkend, en men houdt er dui delijk rekening mee. Er bestaat ook bij met schuifdak, airconditioning, ruitensproeiers f 9180. 403 Sept f 7980.— DEVILEE - REIZEYOORT DA COSTASTRAAT 14—16 - LEIDEN TELEFOON 31200 De compacts zijn aanzienlijk een voudiger gehouden dan de normale Amerikaanse wagens: de Oldsmo- bile F 85 is een fraaie automobiel kader van de Amerikaanse auto-indus trie. Jarenlang heeft men aan de an dere zijde van het grote water afgezien van technische experimenten, en men liet dat graag aan Europa over, om zich te verdiepen in de estetische vormge ving: ieder jaar een nieuw model. Van die nieuwheidsrage zal men daar, in de „economie-van-de-verspilling", voorlopig wel niet afraken, maar met de compact, de „kleine grote wagen" deden ook de resultaten van veel Europese experimen ten hun intrede in de Amerikaanse auto- produktie. Wij vinden de zelfdragende carrosserie (daar komt men in Europa weer wat van terug: het dak is een zwak draag-element geworden door de zeer vergrote beglazing van de wagens, en daarom wordt de wagenbodem verstevigd, waardoor het accent weer meer gaat val- De onvolprezen serie voor verovert de Europese wegen - de Europese harten en B IS IN PRIJS VERLAAGD R.S. Stokvis Zonen N V. Gemotoriseerd zigeunerleven (Van een speciale verslaggever) De kampeerwagens zijn dit jaar weer met de auto's verenigd: het nieuwe gebouw maakte het moge lijk, de dependance, waarin vorig jaar de caravans waren onderge bracht, te verlaten. En zo vindt men nu de 83 kampeerwagens in hun 1.7 liter Ford Taunus en hun 1.7 liter Opel Rekord. Men moet er die wagens maar eens op aankijken, als men deze RAI-ten- toonstelling bezoekt. Het zijn in econo misch opzicht gevaarlijke producenten voor de zuiver Europese autoindustrie. Rest ons in dit globale overzicht van deze RAI-expositie de aandacht te ves tigen op nieuwe ontwikkelingen op twee terreinen: de transmissie en de rem- systemen. Wat deze laatste betreft: de schijfrem wint, gelukkig, wel. Vooral in Engeland wordt de schijfrem steeds meer toegepast als voorwielrem, en het is voorlopig voornamelijk de kostenfac tor die de toepassing op ruimere schaal tegen houdt. Dat is jammer, want de voordelen van de schr£jfrem zijn zo dui delijk, dat men mocht wensen dat deze rem als standaarduitrusting op alle wa gens zou worden gemonteerd. Wel vindt men verbeteringen van het hydraulische systeem bij trommelremmen, waarbij voor- en achterremmen worden bediend door gescheiden systemen, en waarbij de remdruk op de achterwielen is be grensd, waardoor ook het slipgevaar bij sterk remmen vermindert. Sportwagens Een tweede aspect van de wereld autowelvaart: het ruime aanbod van sportwagens in de midden-klasse. Daar bij moet de koper geen overdreven eisen stellen. Een „echte" sportwagen (op het niveau van een Mercedes 300SL) kost een klein vermogen, en men krijgt dan waar voor zijn geld. De goedkopere sport wagen of sportieve wagen moet noodge dwongen bepaalde kenmerken van zijn grote broeder missen, en die verschillen liggen veelal bij topsnelheid en comfort. Vooral dat laatste. Men krijgt soms de indruk, dat de fabrikanten van sportieve wagens menen dat ingebouwd ongemak het kenmerk van hun produkt moet zijn, en dat de wagen pas volmaakt is als men er verkreukeld in moet zitten en dan voorts is overgeleverd aan de on genade der elementen (met bijzondere aandacht voor de inregenmogelijkheden) Laten we er niet te ironisch over schrijven: het rijden in de kleine Britse sportwagens, waarvan iedere automobi list de namen kent. is een genoegen. Zij accelereren fel, de besturing is bij zonder direct en de wegligging uitste kend, en wie nog jong genoeg van geest is om voldoende snelle reacties op te brengen beleeft veel plezier aan het rjjden met deze nerveuze raspaardjes. Compact-car Tenslotte: de compact-car, die op de ze RAI-tentoonstelling zeker een groot deel van de belangstelling van het pu bliek zal krijgen. Terecht, want zij zien er aantrekkelijk uit en in technisch opzicht zijn zij vaak opzienbarend. Dat opzienbarende moeten we overigens wel nader preciseren, want dat geldt in het Wanneer mevrouw dit jurkje kan dragen, is het ook aangenaam rij- len op het chassis)de luchtgekoelde mo tor achterin, onafhankelijk achterwiel vering, combinaties van versnellingsbak en achteras-aandrijving. Maar daarnaast komen in de com pacts eigen Amerikaanse concepties naar voren: motoren grotendeels van alumi nium vervaardigd, een revolutionaire mo dernisering van de ontsteking door de vervanging van de dynamo door de wis selstroomgenerator met ingebouwde tran- sistor-gelijkrichter. Ook het uiterlijk van de compacts is, zoals gezegd, aantrek kelijk en in verhouding tot hun grote broers bescheiden. Maar in Europese ogen zijn de compacts nog altijd in het begrip „grote wagen" onder te bren gen, en als zodanig zijn zij geen con currenten in Europa van de Europese auto-industrie. De uitvoer van compacts uit de V.S. is dan ook minder dan de uitvoer van de oorspronkelijke grote Amerikaanse weg-mastodonten is ge weest. „Under-compacts" Het gevaar dreigt voor de Europese industrie, dat het succes met de com pacts de Amerikanen verder op de weg naar de kleinere wagens zal brengen, en dat men met de z.g. „under-compacts" zal komen: echte kleine automobielen (nog altijd middenklasse wagens voor ons. zo rond de 1.7 liter). En dan kun nen de Amerikanen inderdaad in Euro pa concurreren, »vant Ford en General Motors, de auto-giganten van de Ver enigde Staten, produceren in Europa al den in een open sportwagen T riumph Transmissie Op het punt van automatische trans missie markeert de Europese industrie de pas. De Europeaan is zo gewend „met een pook in de benzine te roeren" dat hij niet beter weet of het hoort zo, en men heeft niet veel geld voor auto maten over. Dat is te betreuren, want afgezien van het meerdere rjj-gemak draagt de automatische transmissie aan zienlijk bij tot het verminderen van motorslijtage door overbelasting. En dat is een factor, die bü de be trekkelijke geringe motorvermogens der Europese wagens aanzienlijk meespreekt. De bezwaren, die aan de olietransmissies der Amerikanen kleven en die hoofdza kelijk bestaan uit vermogensverlies door slip. worden vermeden bij automatische transmissies als die van Jaeger-Smith, die uitstekend voldoen bü middelgrote motoren, en die onder meer als extra verkrijgbaar zijn op de Peugeot 403 en de Hillman Minx. Ook de automatische koppeling, waarvan het nut niet zo dui delijk spreekt als van de automatische transmissie, vindt nog steeds beperkte toepassing. En wie dit tenslotte allemaal niet interessant vindt, kan nog altijd op deze RAI-tentoonstelling eens gaan kijken naar wat men in RAI-kring zelf de spektakeitjes noemt: de Levacar van Ford, een luchtkussenwagen die op rails loopt, en het Ondine-ballet van Renault, waarbij het Franse esprit de ballet tri omfeert over een wereld van staal, glas en rubber. de oost-hal van het R.A.I.-exposi- tiecomplex en een paar plastic boten, die door hun lichte gewicht over de weg op of aan de auto kunnen worden vervoerd. De belangstelling in ons land voor kampeerwagens neemt gesta dig toe, een begrijpelijke tendens als men de voordelen van het ge motoriseerde zigeunerleven in geld en vrijheid in aanmerking neemt. Er moeten volgens deskundige be rekeningen vorig jaar rond 1700 kampeerwagens in Nederland zijn verkocht, en dat betekent, dat evenzoveel gezinnen een vakantie in vrijheid zullen genieten. Toch is het met de caravan als met de auto: er zijn vele modellen, en ieder type is eigenlijk weer geschikt voor een andersoortig gezin, met eigen eisen en mogelijkheden. Het verdient sterk aan beveling zich, alvorens tot de aankoop van een bepaalde kampe»>fVvagen over te gaan, te wenden tot een deskundige van kampeervereniging of verkeersbond. Zy kennen de wagens, en zij kunnen u verstandig en onafhankelijk van ad vies dienen ten aanzien van de vraag, of juist dit type wel aan de speciale eisen van deze koper zal voldoen, en of de auto van de koper de wagen kan trekken. In het algemeen kan men zeggen, dat de tentoongestelde wagens van redelijke tot uitstekende kwaliteit zijn. Daarbij hebben we niet het oog op de prijs, want die varieert van zeer gering tot zeer hoog. en daarbij speelt, vooral bij de dure kampeerwagens, de geboden luxe een grote rol. Van ruim driekwart van de geexposeerde wagens ligt de prijs tussen drieduizend en 7500 gulden, al zijn er uitschieters naar beneden van f 1375.- en naar boven van f 19.000.-, de gemiddelde prijs van een kampeer wagen met vaste wanden ligt rond de f4500.-. Ervaring Het kwaliteitsniveau en de grotere bruikbaarheid van de wagens hangen nauw samen met de ervaring, die de caravan-pioniers in de afgelopen tien jaar hebben opgedaan, en die in de nieuwere produkten zijn verwerkt. Daar toe behoort in de eerste plaats de keus van het materiaal, dat voor de buiten wand wordt gebruikt. De fabrikanten hebben daarbij, bü de huidige stand van techniek, de keus tussen aluminium masonite, hout, polyester („plastic") en staal: hun voorkeur gaan, naar het blykt, uit naar aluminium en masonite, dat ongetijwfeld licht van gewicht is en het gewicht is nog altüd een be langrijk punt bü een caravan. Het gebruik van polyester staat nog in de kinderschoenen, maar het is niet gewaagd te veronderstellen, dat dit in een niet te verre toekomst wel zal ver anderen: dit materiaal kan daarvoor teveel voordelen bieden. Bij alle kam peerwagens moeten de wanden van een isolerende laag zijn voorzien, en dat geldt natuurlijk in het bijzonder voor de aluminium-wanden. De ervaring heeft ook geleerd, dat de caravan-keuken zich in het middeq van de wagen het best op haar plaat vindt. De afvoer van kookdampen is daar, op het hoogste punt, het een voudigste, en de sta-hoogte zittend koken is niet gemakkelijk! is er het grootst. Bovendien komt het relatief hoge gewicht van de keukenuitrusting dan in het midden van de wagen te liggen, en dat komt de wegligging van de kampeerwagen (die immers op een enkele as balanceert) weer ten goede. De kampeerervaring met caravans heeft ook de doorslag gegeven ten aanzien van het probleem, of er in de wagen toiletaccommodatie moet worden Inge bouwd: op kampeerterreinen vooral in het buitenland is dat voor de reine Hollander een moeilük punt, en de oplossing is „zelf meenemen" hoe wel er eigenlijk in de middenklasse ca ravans geen plaats voor is. Maar hier spreekt de praktijk dan het laatste woord ook zuiver technisch gezien boekt de caravanindustrie vooruitgang, waarvan de gebruiker profiteert. Neuswiel Meer en meer worden oor de klei nere -typen caravans voorzien van een neuswiel, hetgeen de manoeuvreerbaar heid van de wagen ten zeerste bevor dert, vooral bü het aankoppelen (dat is zonder neuswiel een gemartel zonder eind!) Er worden ook steeds meer wagens afgeremd: de wettelüke grens ligt bü een beladen gewicht van 750 kg, maar in de praktük worden nu de wagens met een eigen gewicht van rond de 400 kg. reeds van remmen voorzien. Dat is vooral voor de Nederlandse caravanner, bewoner van het vlakke land, van belang: veel kampeerwagens moeten de bergpassen over, en hun eigenaren zijn geen geroutineerde berg- rijders, die dus wat te royaal met hun autoremmen omspringen, waarbij het gevaar van remfading, ook door de over belasting door de „duwende" caravan, op de loer ligt. Eigen oploopremmen van de caravan ook bij de lichtere typen is hier een belangrijke veiligheids factor. De vering tenslotte, die zoveel bedraagt tot een goede wegligging van de kampeerwagen, wordt ook steeds ver beterd: men ziet veel toepassingen van torsievering, die licht en oersterk is. Vouwwagens, mits met overleg ge bruikt, zijn aanzienlijk goedkoper dan kampeerwagens en zyn een duidelijker vorm van kamperen (want dat vergeet de adspirantcaravanner nog wel eens: het gaat noch bij caravans noch bij vouwwagens om rijdende huisjes, maar om comfortabeler tenten, hoe luxueus de kampeerwagen ook mag zijn). De prijs van de vouwwagen liigt rond de f22550.- en men kan van die construc ties met wat meer moeite even veel gemak hebben als van een kam peerwagen met vaste wanden, al heeft de vouwwagen dan geen comfort. Kampeerauto's zijn natuurlijk in veel opzichten ideaal, maar omdat zü be perkt zijn in het gebruik onevenredig kostbaar, al is een kampeerwagen als de Isar op zichzelf niet overmatig duur. Meer toekomst zien we in kampeer- inbouwsets voor kleine vrachtauto's of bestelwagens, die vooral voor hen, die uit hoofde van hun bedrijf over een dergelijk voertuig beschikken, een rela tief goedkope en gerieflijke mogelijk heid tot caravan-kamperen kan bie den. 'n wonder van ruimte en comfort. 'n Droom die werkelük- heid werd door: Italiaanse stüL Engelse techniek, Nederlandse bouw. 't Laagst in belasting, 't Hoogst in prestaties. Van Oldenbarneveltstraat 37 Telefoon 21583

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 5