Paul Huf, groot Nederlands acteur wordt vrijdag a.s. zeventig jaar Dictator Salazar Beslist Eichmann over het lot van Globke? Zijn meest geliefde rollen: Malvolio en Sinterklaas Geen speciale voorstelling nel een huldeblijk! Naam van Adenauers naaste medewerker weer in opspraak Eerder een geleerde dan een staatsman Milanese uitgever Feltrinelli: Mevr. Olga Iwinskaja is NIET schuldig aan ontvreemding van gelden erfgenamen Pasternak WOENSDAG 1 FEBRUARI 1961 Sinds '18 trouw aan Huis Leidseplein Europese ruimtevaart In het gebouw van de Raad van Europa te Straatsburg heeft de Engelse minister van luchtvaart, Thomeycroft, een conferentie over ruimtevaart ge opend met een oproep, een Engels-Frans project voor het lanceren van een aard- satelliet te steunen. De conferentie, waaraan omstreeks 80 afgevaardigden van zestien landen deel nemen, zal tot donderdag of vrijdag duren. Géén stokvis eten, anders krijg je herrie (Van onze Amsterdamse correspondent) „Nee, ik zou niet jonger willen zijn. Ik heb het voorrecht gehad om met Albert van Dalsum de tachtigers nog te hebben gekend in een tijd, dat ze nog vruchtbaar waren Boutens, Verwey, Frederik van Eeden. Ik heb op de planken gestaan onder Royaards en Verkade. Ik stond in dertien Shakespearerollen, in stukken van Shaw en van Tsjechov. Ik ben dankbaar, dat ik dat alles heb mogen beleven". Paul Huf zit tegenover ons in zijn grote, zonnige kamer aan de Willemsparkweg te Amsterdam. Een kamer vol boeken, schilderijen, kleuren en bloemen. Vrijdag zullen er nog méér bloemen zijn vrijdag zal Paul Huf zijn 70ste verjaardag vieren. Er is alle aanleiding om deze dag op bijzondere wijze te vieren, te meer daar het tevens 45 jaar geleden is, dat hij zijn debuut als declamator maakte. Maar Paul Huf wil geen feest. Hij is een van de weinige acteurs van naam, die geen ruchtbaarheid aan hun jubileum willen geven. Hy heeft daar overigens zijn reden voor. Toen er in 1941 ter gelegenheid van zyn 50ste verjaardag in het Larense hotel Hamdorf een feest zou worden gegeven werd dit door het optreden van de N.S.B. verijdeld. Zyn 60ste verjaardag viel samen met het toneeljubileum van Jo Sternheim. Huf zag dit als een noodlot, dat hij niet kon ontlopen en hij stond er op, dat hij de volgende mijlpaal, vijf jaar later, in huiselijke kring zou gedenken. Nu staat hy voor zyn 70ste en opnieuw heeft hy zich onttrokken aan de publieke belangstelling. Er zal geen speciale voorstelling zijn in de Amsterdamse Stadsschouwburg, vrijdag. Hij zou het angstige voorgevoel, dat er weer een spaak in het wiel kan komen, niet kunnen verdragen. Maar zijn vrienden hebben de koppen bijeengestoken. Er is een huldigingscomité gevormd, dat een geschilderd portret van de voordrachtkunstenaar zal aanbieden. En het spreekt welhaast vanzelf, dat dit portret een plaats krijgt in de Stadsschouwburg. nius en Koning Claudius In „Hamlet", Casca in „Julius Caesar", Jacques in „Naar het u lijkt" en Kalibaan in „De storm". Bij Royaards speelde hij Theseus in „Midzomernachtdroom", Camillo in j „Winteravondsprookje". Bij het A.T.G. was hij Malvolio in i „Driekoningenavond", Hastings in „Ri chard III", Macduff in „Macbeth" en Gloster in „Koning Lear" en bij de Ne derlandse Comedie vertolkte hij Gaunt in „Richard II". Individualist Huf is een individualist en dat is ook altijd tot uitdrukking gekomen in zijn werk als kunstenaar. Hij heeft zichzelf moeten vormen, want een toneelschool heeft hij niet gehad, maar hij heeft zich een groot vakmanschap eigen ge maakt en staat bekend om zijn con sciëntieuze houding ten opzichte van de taak, die de acteur wordt gesteld. Hij maakt het zich daarbij niet gemakkelijk. Iedere rol werkt hij af tot in de finesses. Hij maakt zich de tekst eigen door de rol geheel over te schrijven en dan van rode en blauwe onderstrepingen te voor zien. In 1959 trad hij op voor de televisie. „Het heeft mij zeer grote voldoening gegeven. De televisie heeft zoveel moge- Een eigen stempel Want Paul Huf is onverbrekelijk met die Stadsschouwburg verbonden. Sinds 1918 heeft hij deel uitgemaakt van alle gezelschappen, die het „Huis aan het Leidseplein" hebben bespeeld. Op tal van rollen heeft hij met zijn markante per soonlijkheid een eigen stempel weten te drukken. Waarom altijd weer die Stadsschouw burg? Zijn grote, expressieve ogen kij ken verwonderd en zijn donkere stem galmt: „Maar meneer, ik ben toch Am sterdammer! Hij is Amsterdammer in hart en nieren. Paul Huf. Op Nieuw jaarsdag 1946 was hU natuurlijk in de Stadsschouwburg de eerste Tho- masvaer navijf jaren oorlog. En hij was het sindsdien jaar op jaar, zoals hij ook Jaar op Jaar in de Gijsbreght heeft gestaan. Hi) vertolkte Gysbreght, broer Peter, Bisschop Gozewijn en de reien van edelingen Burghzaten. Zijn mooiste rol in de na-oorlogse periode ligt hem voor in de mond: „Malvolio in „Driekoningenavond" bij het A.T.G." Maar onmiddellijk daarop l^at hij volgen: „en die van Sinterklaas Die tocht op de schimmel van de St.- Nicolaaskerk naar het Leidsebosje, toe gejuicht en toegezongen door duizenden en duizenden kinderen, deden hem des tijds de tranen over de wangen lopen. „Dat was een van de meest ontroeren de ogenblikken van m'n leven i" Paul Huf is slechts één jaar Sinter klaas geweest, maar tallozen verkeren nog steeds in de mening, dat hij het is, die steeds eind november als bisschop zyn intocht houdt I Paardemiddel van zijn vader Paul Peter Henrl Huf werd in Am sterdam geboren als zoon van een si- garettenfabrikant. Hij was bestemd voor de handel, maar op het gymnasium trad reeds zijn artistieke aanleg aan de dag. Het was duidelijk, dat hij weinig voelde voor een handelscarrière en vader Huf besloot een paardemiddel toe te passen om zijn zoon voorgoed van diens artis tieke dromen af te helpen. Hij organi seerde een voordrachtavondje in het Al- berdingk Thijmhuis aan de N.Z. Voor burgwal en nodigde ook de pers uit in de overtuiging, dat zijn zoon zou worden gekraakt. Maar de volgende dag bleken de kritieken onverdeeld vol lof over de jonge declamator. Pa Huf gaf zich toen gewonnen en Paul mocht de stem van zijn hart volgen. Paul HUf kreeg al spoedig bekend heid als declamator van Nederlandse, Duitse en Engelse gedichten. In 1917 maakte hij zijn debuut als acteur bij het „Calderon tooneel". Een jaar later werd hij geëngageerd door Verkade voor de Kon. Ver. het Nederlandsch Tooneel, waar hij nadien ook onder Royaards speelde. In 1924 ging hij over naar het Vereenigd Tooneel (Verkade—Verbeek) en was in het seizoen 193031 by het Amsterdamsch Tooneel onder de directie van Verkade—Van Dalsum. Het volgen de seizoen bleef hij bij Verkade als lid van het gezelschap. Verkade, dat het Amsterdamse Rika Hopper-theater be speelde. Huf maakte nog korte tijd deel uit van de leiding van dit gezelschap en trok zich daarna terug om weer als declamator op te treden. Hij werd leraar in de voordrachtskunst aan het Amster damse conservatorium, regisseerde vele grote lekespelen en gaf in 1934 een album grammofoonplaten uit met een bloemlezing der Nederlandse dichtkunst vanaf de middeleeuwen. De platen een primeur in die tyd! werden in 1937 gevolgd door een tweede album. Vooral van de zijde van het onderwijs bestond grote belangstelling voor deze declamaties. In 1935 was Huf te vinden by de Amsterdamse Toneelvereeniging, maar opnieuw keerde hy terug tot het decla meren. Enkele jaren achterelkaar trad hi) op in het kader van de Vondelher denking, zoals hij trouwens ook had meegewerkt aan de Byron en Goethe- herdenkingen (resp. in 1924 en 1929). Veel shakespeare Paul Huf heeft in zyn toneelloop baan onnoemelijk veel rollen gespeeld. Zijn eerste Shakespearerol was de Doge in „De koopman van Venetië" onder Verkade. Bouwmeester speelde toen de terecht staande Shylock en hy deed dat zo fas cinerend. dat ik de nagels in mijn hand palmen moest drukken om me niet te veel te laten meeslepen en myn eigen rol niet te vergeten Onder Verkade was hy verder Polo- (Van onze correspondent in Bonn) Volgens de procureur-generaal van de Westduitse deelstaat Hessen, Bauer, zal de in Israël gevangen, voormalige SS-Obersturmbahnführer Eichmann, een getuigenis kunnen afleggen, dat van beslissende be tekenis zou kunnen zijn voor een eventuele aanklacht tegen dr. Hans Globke, staatssecretaris in Bonn, rechterhand van Bondskanselier Adenauer. De naam van Globke wordt nu al enige jaren genoemd in verband met de nazi-moorden op joden. De 62-jarige Globke staat al weer geruime tijd in het middelpunt van een - vooral door de Oostduitse communisten uitgebuite actie. De staatssecretaris, die de invloedrijkste man op Adenauers Bondskanse- larij wordt genoemd, was in de nazi-tijd een hoge ambtenaar op het Berlijnse departement van Binnenlandse Zaken. vrij gemakkelyk steeds weer zullen kun nen attaqueren. Globke. zo zegt men dan, schijnt nu eenmaal geen vest te hebben dat zo wit ls, als het behoort bij een man van zijn belangrijke poli tieke status. Eén der Westduitse dagbladen schreef voorts: „Vermoed mag worden dat in het proces-Eichmann nog het een en ander over de activiteit van Globke te berde gebracht zal worden, dat niet al leen voor Globke zelf, maar voor de gehele Bondsrepubliek nadelig kan zyn. Het zou onverantwoordelijk zijn dit al les over ons heen te laten gaan lijkheden, die het toneel mist. Het is werkelijk jammer, dat de verbintenissen met toneelgezelschappen, die op hun beurt ook weer verplichtingen hebben het de acteurs vaak onmogelijk maakt om t.v.-rollen te accepteren. Maar je kunt nu eenmaal niet op twee plaatsen tegelijk zijn". Inspecteur Vlijmscherp De radio heeft talloze malen een dankbaar gebruik gemaakt van de stem van Paul Huf. Vlak voor de oorlog speelde hij „Inspecteur Vlijmscherp" in het succesvolle seriehoorspel. In die ka- liteit trad hij zelfs op voor de BBC om de Engelse inspecteur Vlijmscherp bij het oplossen van een misdaad te assis- Paul Huf. de acteur. De premier van Portugal, dr. Antonio de Oliveira Salazar, heeft de bijnaam „de vriendelijkste dicta tor van de wereld". Sommige van zijn vrienden vinden hem eigenlijk ook de meest „kleurloze" In tegenstelling tot de meeste f,sterke mannen" schuwt Salazar publiciteit. Hij draagt geen uni form en geen onderscheidingsteke nen, waar dictators meestal verzot op zijn. Verder houdt hij heel wei nig toespraken. En hij is ver stokt vrijgezel. Dr. Salazar is nu 72 jaar. Hij zou nog steeds economie gedoceerd hebben, als zijn land in 1926 niet voor een faillisse ment stond. Zowel op politiek gebied als in de financiën van het land heerste er in die dagen een ontstellende wan orde. Tussen 1910 en 1926 werd Portugal ge- rogeerd door acht elkaar snel opvolgende, presidenten. De militaire leiders van het land riepen de hulp van Salazar in om de economie van het land te herstellen. Salazar wilde wel, maar hij eiste vrijheid van handelen en dat was teveel voor de militaire chefs. In 1928 echter besloten de militaire bestuurders, Salazar zijn zin te geven. Salazar heeft sindsdien het bewind gevoerd. Niemand begrijpt goed waarom Salazar, die in de grond van z'n hart 'n geleerde is en beslist geen staatsman, zolang ongestoord zijn gang kon gaan. De beste verklaring menen zegslieden in de omgeving van de premier te kun nen vinden in een opmerking die Sala zar eens maakte tegenover generaal Carmona: „Ik weet precies wat ik wil en, hoe ik dat bereiken moet". Salazar heeft eens een korte samen vatting gegeven van zijn politieke filo sofie; „Ons regime is een volksregime, maar het is geen regering van de massa. De regering wordt niet beïnvloed en evenmin bestuurd door de massa. Als ik zou worden beïnvloed door het enthou siasme der duizenden, zou ik mezelf niet meer zijn". De tegenstanders van Salazar zeggen, dat hjj zijn doel, de reorganisatie van de economie, heeft bereikt door de ar moe te bevorderen en door duizenden mensen onderwijs te ontzeggen. Ook zeggen zij, dat Salazar alle politieke te genstanders onderdrukt. Zijn aanhangers echter zeggen, dat onder Salazar de munt van Portugal de escudo aanzienlijk harder is geworden. Voorts zijn er goede wegen aangelegd, zijn de invoerbepalingen vereenvoudigd, werden havens verbeterd en verbindin gen uitgebreid. Zij zeggen voorts, dat Salazar nooit do macht heeft gegrepen, maar verzocht werd de leiding te nemen. Salazar is ook niet belust op macht. Hij heeft dan ook maar een inkomen van 4.000 dollar per jaar. Tot zijn verdiensten rekenen zijn aan hangers ook, dat Salazar Portugal uit de oorlog gehouden heeft, toen het Der de Rijk opkwam. Dat zijn tegenstanders dat allemaal niet voldoende vinden blijkt uit een niet te verwaarlozen aantal moordaanslagen en staatsgrepen, maar Salazar heeft ze alle overleefd. Een opstand van het le ger in 1947 werd ook door hem bedwon gen. De maatregelen die hij heeft ge- I nomen tegen de muiterkapitein van de „Santa Maria", worden in Lissabon ver. rf van kinderachtig genoemd. Salazar is een man die weinig con tact onderhoudt met het volk en die het liefst een geleerde zou willen zijn. steren. Bij die gelegenheid in 1938 werd hy in Londen voor de televisie geïnterviewd. En waarschynlyk is dus Paul Huf de eerste Nederlander, die voor de televisie is opgetreden Huf heeft dankbare herinneringen aan de rol van Vlijmscherp. In de oor logsjaren placht hij namelijk als zovele Nederlanders, per fiets het platteland op te gaan om voedsel te vergaren voor z(jn gezin. Toen hij geen textiel meer had om als ruilmiddel aan te bieden, ontdekte hij plotseling, dat de deuren voor hem opengingen als hij zich ont popte als Inspecteur Vlijmscherp. En niet alleen gingen de deuren open. maar zijn bewonderaars stopten zijn fietstas sen vol aardappelen, meel en spek j Zyn laatste rol was Bisschop Goze wijn in Gysbreght. Het zal niet zyn allerlaatste rol zyn, want Paul Huf wil van geen afscheid weten. Zolang er to neelrollen en verzen zUn zal hy de drang hebben deze te verklanken. Hy heeft nu een paar weken rust geen voorstellingen, geen repetities. „Daarom kunnen we vanavond stokvis eten. Stok vis dat is m'n lievelingsgerecht. Maar zoiets kun je niet eten als je daarna een voorstelling hebt, want dan krUg je onherroepelijk herrie met je collega's. Mede-schuldig aan moord op joden? In die functie schreef hij, met een voorwoord van de door het Neuren- bergse Internationale tribunaal veroor deelde nazi-staatssecretaris Stuckart, een commentaar op de nazistische joden- wetten, de zogenaamde Kommentare zur Deutschen Rassen-gesetzgebung (Ber lijn 1936). In dit werk wordt uitvoerig geschre- 1 ven over „reinheid van het bloed", „de joden wier invloed op de vorming van het Duitse leven voor altijd ten einde is" en dergelijk fraais. Globke zou evenwel volgens vooraan staande en onverdachte Duitsers indivi dueel zeer veel Duitsers, ook joden, uit j de handen der nazi's hebben gered. De bekende vertegenwoordiger van de jo den in Duitsland, Marx. heeft b.v. ge zegd: „Wij moeten Globke geloven, dat hij het commentaar alleen heeft ge schreven omdat anders een ander in zijn plaats het veel scherper zou heb ben geformuleerd. „Globke gaf na de oorlog vrijmoedig toe, eens een zondaar te zijn geweest Maar velen zowel in de Bondsrepu bliek als daarbuiten en het gaat hier waarachtig niet om communistische pro paganda hebben het van Adenauer steeds een onvergetelijke fout geacht, dat hij een man als Globke nu al se dert 1949 handhaaft in een zeer mach tige positie, als staatssecretaris van de Bonner kanselarij. Het was dan ook niet te verwonderen dat de afgelopen week de Oostduitse communisten van Glob- kes kwetsbaarheid ten aanzien van het rassencommentaar, weer eens profiteer den. Tienduizend Griekse joden De Beriynse advocaat Merten, in Griekenland veroordeeld wegens zyn rol tydens de bezetting .beschuldigde dezer dagen Globke ervan, een belang- ryke rol te hebben gespeeld bij de z.g. „Endlösung der Judenfrage" in Grie kenland. waarby Eichmann aan de touwtjes trok. Het ging hier onder meer om 10.000 Griekse Joden, die Eichmann wel had willen laten leven, maar die op tele fonisch bevel van Globke het land niet mochten verlaten en daardoor in aan merking zouden zyn gekomen voor „li quidatie" mag men althans Merten geloven! Eichmann. k&n volgens de procureur- generaal van Hessen, by wie Merten een getuigenverklaring ten deze heeft af gelegd, hierover meer vertellen» Advertentie Politieke strijd De procureur-generaal van Hessen kreeg voorts bezoek van Oostduitse of ficieren van Justitie, die hem nog meer belastend materiaal over Globke over handigde. Hetgeen in Bonn leidde tot tegenspraak, tot een politieke stryd om het feit, dat de procureur-generaal Oost- duitsers had ontvangen, en tot het ln- st^len van een officieel onderzoek naar het verleden van Globke, waar het de Grfpkse affaire betreft. Men acht het in de Bondsrepubliek bulten kyf dat de Oostduitsers Globke (Van onze Romeinse correspondent) Dagenlang hebben Italiaanse journalisten pogingen gedaan om contact te krygen met de Milanese uitgever Feltrinelli, de uitgever van het boek „dr. Zjiwago", de enige persoon die weten kan wat er weer is inzake de beschuldigingen tegen Ólga Iwinskaja, de secretaressse van wyien Pasternak. Feltrinelli was voor zaken in het buitenland en heeft daarna geweigerd de journalisten te ontvangen, maar heeft nu dan toch een verklaring afgelegd. Na te hebben gezegd, dat hij eerst had gezwegen omdat hy op dit ogenblik een polemiek allerminst in het belang acht noch van mevrouw Iwinskaja en haar dochter noch van de bloedverwanten van Pasternak, ging hy door met te verklaren, dat hy nu moest zeggen wat hy weet omdat er teveel onjuistheden over deze zaak zyn gezegd en geschreven. „Ik ben er persoonlijk van op de hoog te, dat de honderdduizend dollar, die in hun geheel of ten dele in roebels werden omgewisseld en daarna naar Moskou overgemaakt, deel uitmaakten van een bedrag dgt voor Boris Paster nak in het Westen op een bankrekening beschikbaar was gesteld. Dat geld werd opgenomen om uitvoering te geven aan een opdracht door Pasternak zelf ge geven in een eigenhandig geschreven brief van 6 december 1959. Die brief kwam in West-Europa aan in maart 1960". „De brief, die ik met eigen ogen heb gezien, werd overgebracht door dezelf de perBoon als die ln de brief door Pasternak als zyn vertrouwensman was gqnoemd en die geautoriseerd was het geld in ontvangst te nemen. Dat be drag werd op 10 maart 1960 te zyner beschikking gesteld. Dat er enige maan den zijn verlopen tussen het opnemen van het bedrag en de uitbetaling in Moskou is begrypeiyk, gezien de grote moeilykheden verbonden aan het vin den van roebels en aan het overmaken van geld naar Rusland". Het is dus myn mening, dat Olga Iwinskaja en haax dochter niet verant woordelijk zyn voor het overmaken van dit bedrag en evenmin voor de be stemming die eraan werd gegeven. Want ten eerste was het Pasternak die de opdracht gaf en ten tweede maakte Pas ternak bekend dat het geld hetzij aan hem persoonlyk, hetzij aan mevrouw Iwinskaja ter hand moest worden ge steld. Wy mogen dus niet uitsluiten, dat het wel degelyk de bedoeling van de schryver is geweest dat mevrouw Iwinskaja zyn erfgename zou worden. Ik hoop dat de Sovjetrussische over heid met myn verklaring rekening zal houden, temeer daar ik alles, wat ik hier heb gezegd, met documenten kan aantonen". Tot zover Feltrinelli. Hy werd op het boek opmerkzaam gemaakt door een aankondiging van de Russische radio, dat het te zyner tyd zou verschynen. Toen daarna het boek niet uitkwam stelde Feltrinelli zich in verbinding met Pasternak en wist het manuscript in handen te krygen. Het boek werd daarna niet alleen in het Italiaans, maar in alle mogelijke talen uitgegeven, zodat de auteursrechten van zelfsprekend een grote som gingen vor men. Verenigd opperbevel Bonn - Kopenhagen West-Duitsland en Denemarken gaan akkoord met het plan van generaal Nor- stad om de NAVO-strydkrachten, die de toegangswegen tot het Oostzeegebied beheersen, onder een verenigd comman do te plaatsen. Dit heeft de Westduitse minister van Defensie, Franz Josef Strauss, verklaard ln een vraaggesprek met een verslag gever van de „Frankfurter Allgemeine Zeltung", dat gisteren ls gepubliceerd. Het opperbevel komt in handen van een Deen. Onder hem komen vier be velhebbers te staan: een voor de land- strydkrachten in Sleeswyk-Holstein, een voor de landstrijdkrachten in Jutland, een voor de landstrydkrachten in het gehele gebied en een voor de zeestryd- krachten in het gehele gebied. Strauss zei, dat een Deen het bevel zal krygen over de marine bestaande uit de Deense vloot en de Westduitse mari ne in het gebied van de Noord- en Oost zee, als een Westduitser het bevel over de landstrydkrachten ln Jutland en Sleeswijk-Holstein krygt. Komen deze laatste strydkrachten echter onder be vel van een Deen, dan zal een West duitser het bevel over de gecombineerde zeestrijdkrachten krygen. Twee ton voor postzegelverzameling Gisteravond om half zeven heeft de Haagse makelaar J. L. van Dieten de laatste hamerslag gegeven op de velling van de postzegelnalatenschap van wy ien ir. D. J. Klink, die een belang wekkend aantal postzegels van de eerste uitgifte in Nederland (1852) bevatte. Twee dagen lang hebben groothande laars en de voornaamste collectioneurs een langdurige bodstryd geleverd op de 1494 kavels van ln totaal ongeveer 25.000 zegels en speciale afstempelingen, het eindbedrag van de veiling brengend op f 202.000. Aanvankehjk was de raming gesteld op f 125.000. De meeste aanbiedingen werden ver boven catalogusprys ver kocht. Het zeldzaamste stuk. een blok van tien 5-centszegels in blauw met de beel denaar van Koning Willem III op een brief uit 1859, werd gelyk gemeld op de eerste veilingdag gekocht voor f 16.500. Gisteren ging het hoogste bod naar een 15-cts luxezegel in donker oranje met het stempel van Kamp by Zeist, het enig bekende exemplaar van dit soort. Dit stuk werd door een Ne derlandse koper verworven voor f 1250. De aankopen van zeldzame en unieke stukken zijn in hoofdzaak gedaan door Nederlanders. Deense. Westduitse en Engelse handelaars hebben felle tegen stand geboden tydens het bieden en konden op die wyze enkele kostehjke stukken verwerven. Tegenspraak Er is dus een tegenspraak tussen wat de Russische radio heeft gezegd, ni. dat Pasternak had afgezien van alle auteurs rechten, en deze verklaring van Feltri nelli. Het is te hopen dat Feltrinelli de eigenhandig geschreven brief van de schryver in druk zal doen verschynen met een foto, zodat zy, die het hand schrift van de schryver kennen, dit kunnen controleren. Op die wyze kan zyn verklaring stellig meer gewicht ln de schaal leg gen cn kunnen bewijzen dat mevrouw Iwinskaja niet schuldig is aan ont heemding van gelden, die toekwamen aan de werkelyke erfgenamen van Pas ternak. Wat de devlezensmokkel betreft, dit is in Rusland een zwaargestraft mis- dryf. Maar ook daarvan zou de schuld Indien de brief waarvan Feltrinelli spreekt authentiek is, althans voor een deel by Pasternak berusten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1961 | | pagina 13