Op de hogehoge daken
GLYCA
KOKEN
ZATERDAG 3 DECEMBER
WEKELIJKS BIJVOEGSEL
PAGINA 3
Kijkjes in de Natuur
Heeft V een speurneus
EEN TWEE-MINUTEN MYSTERIE UIT HET
ARCHIEF VAN INSPECTEUR S. HERLOK
WONDEREN DER NATUUR
ONS MENU VAN DE WEEK
VARIA
MET
JOKE
Hij zat boven op de roe van een
gordijn, bijna met z'n dikke ronde
hoofd tegen het plafond. Een vol
wassen bosuil. Hoog boven de mensen,
die een beetje gespannen, een beetje
angstig (de dames), maar allen met
intense belangstelling de afloop van
het avontuurtje afwachtten. Met recht
een avontuur, voor het dier. Het zal je
als ordentelijke bosuil toch gebeuren,
dat je op de hoge daken neerstrijkt,
in een donker schoorsteengat naar be
neden koekeloert en daar een schuil
plaats tijdens de heldere zonnige dag
meent te vinden, om dan met een
onbehoorlijke plof dwars door het hele
schoorsteenkanaal te duikelen en plot
seling middeen in de ordelijke wereld
van een keurig fabriekskantoor te ver
schijnen.
Stelt u zich dat eens voor, dames
secretaressen van grote bedryven in
Nederland! Zou u koelbloedig de tele
foon opnemen en doodkalm een s.o.s.
de wereld insturen, terwijl een grote
uil, de grootste Nederlandse uil nog
wel, op z'n geweldadige vleugels door
uw kantoor heenmaait en probeert
door de hoge ramen te ontsnappen?
Zou u niet gaan gillen en niet naar
het dier slaan?
Ik weet niet, of de secretaresse van
het bewuste kantoor van dit heroische
formaat was, maar laat ik dit maar
aannemen, dan kan ik m'n verhaal
vervolgen.
Ik vind het altijd' merkwaardig, die
schijnbare rust van een dier, dat in
werkelijkheid in hevige spanning
verkeert. Uilen hebben dat overdag al
thans heel sterk. Ze zitten doodstil in
een hoekje en houden hun ogen ge
sloten. Zo lijkt het tenminste, maar
vergist u niet. Door de dunne spleten
van hun met veren omkranste ogen
hebben zij hun omgeving haarscherp
op de korrel, bereid en in staat, op het
juiste moment bliksemsnel te reageren.
„Een inbreker die zich heeft opgewerkt tot een prima vakman ont
wikkelt op den duur een eigen stijl waaraan hij altijd te herkennen is",
sprak commissaris Berenga op docerende toon en hij overhandigde inspec
teur Herlok de verzamelde gegevens over de inbraak die de afgelopen
nacht was gepleegd.
Hoewel er voor Herlok uit Berenga's betoog over de mentaliteit van de
inbreker volstrekt geen lering te trekken viel, hoorde hij hem met wel
willende aandacht aan. Maar zijn gedachten dwaalden af. Opeens scheen
de commissaris aan het einde van zijn criminologisch latijn te zijn want
er viel een diepe 6tilte. Herlok wilde opstaan om een luchtje te gaan
scheppen, maar Berenga vervolgde: „Kees Dumppal is naar mijn mening
de dader, meneer Herlok0,11 es wijst erop. Ik heb nu het volgende
plan: U gaat toch straks meneer Harjans van de trein halen, nietwaar?
Hoe laat komt de nachttrein uit Parijs aan? Uur of negen?"
Herlok, die zijn assistent Harjans in Parijs had moeten achterlaten
omdat deze Juist op de dag van vertrek door een lichte griep werd over
vallen, knikte bevestigend. „Welnu", hernam Berenga, „Dumppal woont in
een grachtenhuis, vlakbij het Centraal Station. Hier is het adres. Als U
Harjans opgehaald hebt, rijdt U er dan even langs. Dumppal verhuurt
gestoffeerde flats - voor woekerprijzen natuurlijk. U zegt maar dat U een
advertentie gelezen hebthij biedt regelmatig woonruimte aan in het
dagblad De Loep. Tegenover U zal hij minder gesloten, minder sluw zijn
dan tegen mij, want hij kent U niet, en misschien komt U er ongemerkt
achter waar hij de afgelopen nacht uitgehangen heeft
„Wat voor alibi's dist hij gewoonlijk op?" vroeg Herlok.
„Hij heeft óf een film gezien toen de misdaad gepleegd werd en voert
dan het hele bioscooppersoneel als getuigen aan, óf hij is een dag of wat
met vakantie geweest en brengt dan de vriendin ten tonele die hem, ver
van de plek van de inbraak, liefderijk heeft opgenomen
Inspecteur Hei-lok en dokter Hompink reden naar het Centraal Station
waar ze Harjans bij de uitgang aantroffen, dubbend of hij een taxi zou
nemen. Terwijl hij niezend, want hij had het nu wéér te pakken, verslag
uitbracht van zijn lotgevallen, richtte Herlok zijn schreden naar het dicht
bij gelegen huis van Dumppal.
Op de deur stond: C. Dumppal, Makelaar, en Herlok, inziende dat
Harjans nog niet in vorm was, belde zélf aan. Maar hoe lang hij ook aan
hield, er werd niet opengedaan. „Dan maar even wachten, aan de over
kant", zei Hompink, op een café wijzend. „Kan ik iets voor U doen,
heren?" vroeg plotseling een zware stem. Herlok draaide zich om en zag
een korte, gezette man staan. Hij torste een weekeindtas, die hij met een
overdreven beheerst gebaar op de stoep neerzette. Daarna haalde hij een
sleutelbos te voorschijn en begon, zonder zich te haasten, een sleutel uit
te zoeken. Herlok vertelde dat zijn belangstelling uitging naar een gestof
feerde flat en dat meneer Dumppal hem misschien van dienst zou
kunnen zijn.
„Ik ben Dumppal", sprak de man, de deur openend, „komt U binnen. U
treft hetik ben net terug van een uitstapje naar Bergen aan Zee
bijna een week weggeweesteven zien of er nog wat bij de post is.
Hij bukte zich om een groot aantal reclamefolders en kranten op te
rapen en mompelde: „Niets bijzonders, geloof ikallemaal verouderd
drukwerkhahaWilt U mij maar volgen .heren?" In de woonkamer
ontdeed hij zich van de post en van zijn jas en hoed en liet zich in een
luie stoel vallen. „Deze flat komt binnen afzienbare tijd vrij, ik ga voor
onbepaalde tijd naar het buitenlandals U er iets voor voelt, wel,
dan
De kamer was ruim en bevatte voornamelijk oude meubelen. Herlok
nam de grammofooplaat die op de pick-up lag in ogenschouw. „Filr Elise"
las hij. Hompink trok een krant uit de stapel die Dumppal op een tafel
had gedeponeerd. „Het filmprogramma voor de komende week", prevelde
hij, „maar waar staat het nou?" Harjans die tijdens zijn verblijf in Parijs
inzicht in de problemen van de non-figuratieve kunst had verworven
bezag met begrijpende blikken een introvert doekje aan de muur.
„Deze flat staat mij wel aan", sprak Herlok tenslotte. „U gaat hier tóch
vandaan, binnenkort, nietwaar, meneer Dumppal - hoewel ik vrees dat er
van een buitenlandse reis niet veel zal komen
Vraag: WAT ZAG INSPECTEUR HERLOK IN DE KAMER DAT
BERENGA'S VERMOEDEN BEVESTIGDE?
'Sf isddoidöödcn pfij. dBuvi fin
pop udöicidisuda a? ynxpui ap ulo pödidöuddu Itfz noden
uddoidöfv dp uva %sod a?/» uvvqnfiiq ildon \vddmna
■uCiz uvvpoö snq dp ui idftxozoq dp xoop yfijdöouiuo
gz 'uvn luvxy dididuioow dzoa -%lddn pmnoa^uo yuiduiOH
Udwop dip iuvxn dp idiu^dö ojuiU udd s? X3 ipjooA^uy
Alléén
helpt direct
Nu is het bijna zover! Het
avondje van Sinterklaas staat voor
de deur en ondanks alle plannen er
dit jaar maar eens niets aan te doen,
zijn we natuurlijk toch bezig geweest
om grote en kleine verrassingen te
maken en moeten we ons maandag
nog voorbereiden op de verzorging van
de inwendige mens, op het maken van
gezellige dranken en hapjes, die, vooral
als we het verder heel kalm aandoen,
de Sinterklaasavond toch tot een echte
feestavond kunnen maken!
Waarschijnlijk is er wel boterletter,
speculaas of borstplaat! Iets hartigs
bij al dat zoets is dus zeer zeker op
zijn plaats, maar teveel tijd mag zo'n
hartige hap ook- weer niet vragen,
want per slot horen we in de gezellige
kring en niet in de keuken!
Hier is nu bv een kaasslaatje op
z'n plaats! We kunnen het wel even
van te voren bereiden, want het ver
flenst niet, het is fris en voedzaam,
maar ook weer niet té machtig! Als
het zo uitkomt met de feestviering,
kunnen we het zelfs als een volledige
maaltijd geven met een boterham en
een kop bouillon erbij!
ZONDAG:
potage la minute; kalfsfricandeau,
Brusselslof-rolletjes met kaas, aard
appelen: gebakken appelen met
schuimkop.
MAANDAG:
stoofpot spruiten met rest vlees;
yoghurtvlaai.
DINSDAG:
bloemkool, aardappelen, verse worst;
vanillevla met pruimen.
WOENSDAG:
kop bloemkoolsoep; schorseneren,
arabische eieren, paprikaroomsaus,
aardappelpuree.
DONDERDAG:
stoof sla, gehakt, rijst; kamemelkse-
pap.
VRIJDAG:
kaaspannekoek, mosterdsaus, stoof-
sla, aardappelen of hampannekoek,
kerriesaus, stoofsla. aardappelen;
rijstpudding met vruchtensapsaus.
ZATERDAG:
stamppot zuurkool met spek en
uien; chocoladevla met banaan.
VOOR SINTERKLAASAVOND:
Kaassla:
150gr. belegen kaas, lgrote appel, 1
augurk, 100 gr. ham, worst of vlees-
resten, wat bieslook, 100 gr. mayonai
se, paprika, mosterd.
Alle ingrediënten in kleine stukjes
snijden en met de mayonaise, die naar
wens met wat melk of augurkennat
verdund kdn worden, vermengen. De
sla in een kom of op een schaal op-
Nu de appelen in schijven snijden
van 1 cm dikte en zó. dat het gat in
het midden is. Dolf heeft de koekepan
al op het vuur gezet en er een flinke
lepel margarine in laten smelten.
Toen ik dan ook een inderhaast
aangevoerd trapje beklom, was ik me
wel bewust, dat de vogel elk mijner
bewegingen scherp gadesloeg. Nu had
ik ongelukkigerwijs uit het telefoon
gesprek begrepen, dat er sprake was
van een steenuiltje, een betrekkelijk
klein vogeltje, dat men gemakkelijk
kan aanpakken. Het was een beetje
dom van me, want m'n gewone hand
schoenen waren voor een bosuilont
moeting werkelijk onvoldoende.
Wilt u weten, hoe sterk de klauwen
van zo'n vogel zijn, dan nodig ik u
uit met een buigtang zo hard mogelijk
in uw eigen hand te knijpen. Dat
grapje houdt u maar even vol, mam-
de grijpklauw van een bange vogel
weet niet van ophouden.
door
Sjouke van der Zee
'lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllll
U begrijpt het misschien al? Inder
daad, drie van de vier nagels kwamen
niet op, maar naast de handschoen
terecht, en dat leverde me een paar
venijnige wonden op. Poot nummer
twee echter zat goed klem, dus al pro
testerend en klapwiekend met zijn
donkerbruine en zwaargevlekte vleu
gels kwam onze vrind toch van zijn
verheven zitplaats af. Gelukkig, er was
niets beschadigd, het dier was volko
men gaaf. Het gezelschap herademde,
'twas voorbij: een flinke, kartonnen
doos werd aangevoerd en het tweede
verkennen- Het was een groot en ruim
geplant beukenbos, dat al behoorlijk
op leeftijd moest zijn, getuige de dikke
laag bladeren en de dode takken, over
al rondgestrooid, de oude boomstom
pen, bedekt met mos en overwoekerd
met dat merkwaardige groeisel, dat
mos lijkt, maar geen mos is. U kent
ze wel die takken met een hele vracht
grijsblauwig en groene plaatjes die met
geschulpte randen over elkaar heen
liggen en een mooi decoratief patroon
vormen. Ze heten korstmossen, plan
ten met een heel bijzondere levens
wijze. maar daar wil ik uitvoeriger op
terugkomen. Nu niet, want in dat
prachtige stille bos, waarin alleen onze
doffe voetstappen op het bladeren-
tapijt klonken, vroeg een tweede vogel
onze aandacht. Het was een buizerd,
die hoog in een eik zat te schreeuwen.
De buizergroep lijkt op kattegemauw,
maar toen de vogel met een lage boog
wegvloog, maakte hij een geluid, dat ik
nog nooit van een buizerd had gehoord,
nl. een snel herhaald „kro, kro. kro".
In geen boek heb ik dit buizerdgeluid
nog vermeld gezien.
Volg deze onrust onze vrijgelaten
bosuil, met ander woorden, deed
hij ook al mee aan de s.o.s.-uit-
zending? Want toen we met een grote
boog op ons punt van uitgang uitkwa
men, werden we door een groot spek
takel al voorbereid op moeilijkheden,
die blijkbaar ontstaan waren in de
hogere regionen van een groep donkere
sparrebomen, aan de rand van het
beukenbos.
En weet u, wie de druktemakers wa
ren? Vlaamse gaaien, wel een vijftien
bij elkaar en dat krijste en kraste in
koor en het was me een heen en weer
dienen of stevige, niet te grote toma
ten in de vorm ban hengselmandjes
uitsnijden, deze voorzichtig uithollen,
de binnenzijde licht zouten en de
mandjes met de kaassla vullen; de
hengseltjes kunnen dan eventueel met
wat mayonaise versierd worden.
Kunt U by U ln de buurt gemak
kelijk aan ijs komen? Maak dan eens
een Chocolade ICE-CREAM SODA!
1 lepel cacaopoeder en 1 lepel suiker
in een hoog glas met wat water tot
een dik stroopje aanmengen en met
1 dl melk verdunnen. Hierop 1 lepel
koffie-ijs. Bijvullen met spuitwa
ter. Garneren met slagroom en cho
coladeblaadjes.
ARABISCHE EIEREN:
4 hardgekookte eieren pellen, met
een vork inprikken en in 50 gr. ge
smolten boter langzaam bruin ma
ken.
Met een mengsel van zout, paprika-
oeder, peper, geraspte kaas en kaneel
estrooien en opdienen op een halve
uitgeholde tomaat gegarneerd met een
takje peterselie.
Ver in het noorden, in één van de koudste landen van
onze aardbol, nog voorbij de boomgrens leeft een klein
knaagdiertje, de gekraagde lemming. Dit neefje van de
gewone lemming houdt er een eigenaardige, haast men
selijke manier van reizen op na. Soms wordt de dagelijkse
sleur van nestje bouwen en voedsel verzamelen voor het
vaak grote gezin, de lemming teveel. Hij wil met vakantie
naar verre landen, waar het niet zo saai is als op Nova
Zembla, waar hij thuis hoort. Maar Nova Zembla is een
eiland en de lemming is niet bepaald een lange-afstand-
zwemmer en dus moet hij omzien naar een vervoers-
mogelijkheid.
Nu is dit in deze koude gebieden niet zo'n probleem,
want er drijven geregeld IJsschotsen rond, die van de wal
zijn losgeraakt. De gekraagde lemming met zijn dikke
bontjas stelt geen hoge eisen aan komfort en vindt zo'n
schots dus precies wat hij zoekt. De familie neemt rustig
op de ijsschots plaats en drijft het ruime sop op. De
stroom zorgt ervoor, dat de schots met de lemmingfamilie
steeds in één richting blijft drijven en wel in de richting
van Spitsbergen. Het blijft echter een enkele reis, want
eenmaal op het nieuwe land aangekomen is er voor de
vakantiegangers geen terug. Zo zijn de gekraagde
lemmingen ware emigranten geworden l
Nu leggen we er allemaal een appel
schijf in, netjes naast elkaar tot de
bodem bedekt is. Aan beide kanten zo
zacht laten bakken, dat je er gemak
kelijk met een vork in kunt prikken.
Dan over de bordjes verdelen. Jan
heeft de suiker met de kaneel ver
mengd en strooit dit met een lepelt^»
op iedere appel. En nu maar gauw op
de boterham doen!
bedrijf, voor mij het belangrijkste, was
aan de beurt. De vraag was namelijk:
„Wat nu?"
De vogel loslaten op het fabrieks
terrein was natuurlijk uitgesloten en
ook van de onmiddellijke omgeving
kon beter worden afgezien. We moes
ten het dus verderop zoeken.
Er was één geluk: we hadden 'n
auto tot onze beschikking en ook wat
vrije tijd. Het was bovendien een
prachtige herfstmiddag, de zwaarste
regenbuien waren afgedreven en de
hemel stond met veel blauw en rossig
wit boven de schoongespoelde lande
rijen.
Het vrijlaten van een dier, waar
van je niet precies v/eet, wat er
mee aan de hand is, is door dat
element van onzekerheid altijd een
onderneming, waaraan een zekere
spanning niet ontbreekt.
Nog niet zo lang geleden heb ik een
uil omhoog gegooid, die na een paar
vleugelslagen al weer op de grond
ging zitten, hetgeen ik vertaalde met:
„Och, neem me maar weer mee, 'tis
niks gedaan met me". En dan moet je
maar weer een andere oplossing zoe
ken.
Deze knaap niet! Niet zodra had ik
de doos geopend of hij sloeg zijn vler
ken uit, gooide zich in de lucht en
koerste met brede slagen tussen de beu-
kebomen door, waarna hij een duik
nam in een bestand van kreupelhout.
En is dat niet merkwaardig, onmiddel
lijk was hij gesignaleerd, want een
merel zette direct in met het bekende
alarmsein, het eindeloos herhaalde
„tsjing tsjing" dat we zo goed kennen
uit onze tuin, als daar een kat in de
vogelwereld verschijnt.
Enfin we lieten de uil, waar hij was
en gingên zijn nieuwe domein eens
gefladder, dat de hele afweerbende ons
zelfs tot vlak onder de boom liet na
derbij sluipen, waar die arme bosuil
in de verdrukking zat. Er was ook
allerlei klein grut, mezen en vinken en
goudhaantjes, die in golvende vlucht
met kleine rukjes van het open veld
kwamen aangesneld, om hun dunnen
stemmetjes te mengen onder het bar
baarse gaaiengeschreeuw.
En dat alles om die vreemde snoes
haan, onze bosuil, de schoorsteenveger.
Daar kun je nu fijn over gaan fan
taseren over die duidelijke afkeer van
zangvogels ten opzichte van alles, wat
maar uil is.
Je kunt menen, dat ze in hem een
belager herkennen en dat ze hem
daarom uitschelden, maar dat vind ik
flauwe praat. Ik zeg liever, dat ik het
niet weet. Niemand weet. wat die die
ren bezielt, als ze plotseling op een uil
stuiten, maar ze reageren ook zo op
een kat en ook op 'n koekoek. Het
merkwaardige is, dat ook roofvogels,
zelf dus weerbare dieren, op uilen sto
ten. Daarop berust immers de methode
van vogelschutters in landen, waar
geen vogelbescherming bestaat. Zij
plaatsen een oehoe op een paal en
wachten in hinderlaag op de eerste de
beste roofvogel, die a.h.w. wordt aan
getrokken door de bruine vogel met
het kattegezicht, de uil. De heren
schutters hebben dan vrij spel.
En nu zijn er al weer een paar
weken verlopen, sinds we zeer vol
daan en vol vertrouwen wat de
toekomst van onze bosuil betreft, dat
indrukwekkende natuurreservaat ver
lieten. U kunt er zeker van zijn dat
we nog eens poolshoogte zullen gaan
nemen in zijn domein. Want een beetje
verantwoordelijk voor onze schoor
steenacrobaat voelen we ons toch wel!
Vol verwachting klopt ons hart
Twee jaar geleden kwam Ouwehands
Dierenpark in het bezit van een Emu-
echtpaar. Althans moesten de beide
enorme vogels doorgaan voor een man
netje en een vrouwtje.
Maar wie schetst de verbazing van
directie en personeel, toen op zekere
dag de beide „echtlieden" aan de lo
pende band eieren gingen leggen!
Het had slechts één goede kant, na
melijk dat men nu wist dat beide vo
gels wijfjes waren, want het vaststel
len van het geslacht bij volwassen
Emu's schijnt niet mee te vallen.
De 24 eieren werden voor de helft
naar een broedinrichting gestuurd. De
andere 12 stuks kreeg professor Romijn
van de Veeartsenijkundige Hogeschool
te Utrecht. De resultaten waren nihil.
De hoogleraar vertelde later, dat de
eerste tien dagen de eieren tot ontr
wikkeling kwamen, maar dan prompt
afstierven.
Inmiddels was gebleken, dat Artis
twee mannelijke Emu's bezat. Er werd
contact opgenomen en er kwam een
ruiltje tot stand, zodat nu beide dier
gaarden elk een echt Emu-echtpaar be
zitten. De jonggehuwden in Ouwehands
Dierenpark konden het van meet af
aan goed met elkaar vinden en zie
daar, sinds afgelopen week is het vrouw
tje met een nieuwe eierproduktie be
gonnen. De bijzonder grote, donker
groen gekleurde eieren, met een keihar
de schaal, komen nu aan de lopend
band het directiekantoor binnen „rol
len", waar ze zorgvuldig van een datum
worden voorzien en keurig ingepakt op
nieuw bij proffessor Romijn worden af
geleverd, in de hoop dat er binnen
kort een toom Emu-kuikens door de
veeartsenijkundige hogeschool mar
cheert.
I
We gaan weer wat maken, dat vlug
klaar is! Laat eens zien wat er nodig
is: 3 goudreinetten, 1 volle theelepel
kaneel; 3 eetlepels suiker en 2 eet
lepels margarine en tenslotte nog een
appelboor.
Zo, nu boort Kokkie de klokhuizen
uit de appelen. Dab gaat met een mes-
ook wel, eerst aan de onderkant, daji
aan de bovenkant erin snijden, tot het
klokhuis verdwenen is, maar pas op Je
vingers, hoor!
APPELBOTERHAM