Pessimistisch geluid: „op korte termijn geen einde aan woningnood*" NEDO-MEX Gemeenten zijn afhankelijk van 's lands woningbeleid Academische filmstudiedagen in Groot-Auditorium geopend Kapitein en mevr. R. J. Schurink verlaten Sleutelstad Opgericht 1 maart 1860 Donderdag 3 november 1960 Tweede blad no. 30193 Uit de Leidse Memorie van Antwoord In Leiden drieduizend slechte woningen (ii) Vandaag eerst iets over de woningbouw, waarover het Leidse College van B. en W. in zijn Memorie van Antwoord nu bepaald geen optimistische klanken kan laten horen. De gemeenten zo schrijven zij zijn ten aanzien van de woningbouw geheel afhankelijk van het woningbeleid van de Regering en kan zelf slechts in beperkte mate de woningbouw ter hand nemen. Het is het College derhalve niet mogelijk plannen te ontwerpen, welke op korte termijn een einde kunnen maken aan de woningnood in Leiden. Voor 1960 zijn slechts 250 woning wetwoningen aan Leiden toegewe zen. Een aantal, dat volgens het Col lege, in geen enkele verhouding staat tot de woningbehoefte. De bespre kingen met de minister en de Ged. Staten van Zuid-Holland hebben niet geleid tot een verhoging van het contingent voor 1960. Ondanks dit teleurstellend resultaat, koeste ren B. en W. de hoop, dat deze be sprekingen van invloed zullen zijn bij het bepalen van het woningcon tingent voor de komende jaren. 752 woningen in aanbouw Zijn het vorig jaar circa 600 woningen en één bejaardentehuis (Huize Groenho ven) gereed gekomen, op 1 september jl. waren in uitvoering 626 woningwetwo ningen; 114 woningen door particulie ren met Rijksbijdrage; 112 woningen door particulieren zonder Rijksbijdrage en één bejaardentehuis. Verzoeken om Rijksbijdrage voor 171 woningen in de particuliere sector zijn ingetrokken, daar de bouw van deze wo ningen zonder Rijksbijdrage zal plaats vinden. Krotopruiming Leiden, afkomstig van niet-ingezetenen, die verbonden zijn aan de Universiteit of andere inrichtingen van onderwijs en af komstig van hen, die in overheidsdienst e.d. zijn aangetrokken - achten B. en W. de industrialisatie in haar huidige zeer beperkte omvang van weinig invloed. Het College blijft overigens van me ning, dat een verdergaande industriali satie, gezien de structuur der gemeente, een gebiedende eis is voor de uitbrei ding en verbetering van de werkgelegen heid. Onhoudbare verkeerssituatie op de Morsweg De verbetering van de onhoudbare verkeerssituatie op de Morsweg tussen de Lopsenstraat en de spoorbaan Leiden -Woerden, zo zeggen B. en W., is voors- Met het oog op saneringsplannen in het oostelijk stadsdeel is het te verwachten, dat ook de Zuidsingel voor demping in aanmerking komt. hands slechts mogelijk door de verbre ding van deze weg. Voor deze verbreding behoeft de gemeente de eigendom van enige percelen. De gemeenteraad heeft in zijn verga dering van 18 januari 1960 besloten de eigenaren voor hun percelen een bod te doen, c.q. hen te doen dagvaarden, ten einde de onteigening van de percelen te bewerkstelligen. Aangezien de eigendom niet langs minnelijke weg was te ver krijgen, is deze aangelegenheid bij de Arrondissementsrechtbank aanhangig gemaakt. De onteigeningsprocedures zijn nog lopende. Met het oog op de te verwachten bouw van een belastingkantoor aan de zuid westzijde van het Stationsplein is door trekking van de Transvaalkade naar dit plein niet mogelijk. Verlichting Witte Singel onvoldoende Met enkele leden zijn ook B. en W. van oordeel, dat de verlichting van de Witte Singel onvoldoende is. Omtrent de verlichting in de omgeving van de Sterrewacht, ten aanzien waar van proeven worden genomen, vindt nog overleg plaats met de hoogleraar-direc teur der Sterrewacht. Een plan tot ver betering van de verlichting op het ove rige deel van de Witte Singel, alsmede op de Zoeterwoudse Singel, is by het College in behandeling. Voorts wordt nagegaan in hoeverre op sommige punten aan de verlichting van de Breestraat verbetering is aan te brengen. J. T. Vos veertig jaar bij 's-Rijks Belastingen Dinsdag was het veertig jaar geleden, dat de heer J. T. Vos, hoofdcommies- chef de bureau ter Inspectie 1ste afde ling, in dienst van 's Rijks Belastingen trad. In de grote personeelskamer van het gebouw aan de Breestraat werd gedu rende de ochtenduren dit feit feestelijk gevierd. De rij van sprekers werd geopend door de heer B. S. A. Klop, hoofd der Belastingdienst te Leiden, gevolgd door woordvoerders van de personeelsvereni ging „Sleutelring" en de regionale con tactgroep van chefs de bureau bij de Belastingdienst. Tenslotte spraken nog de heer J. Lub bers waam. hoofd der Inspectie, en de heer H. de Koning voor de Bond van Personeel bij 's Rijks belastingen. De heer H. J. Devilee, hoofd van de afd. Inkomstenbelasting, schetste in een geestige toespraak het leven van de jubilaris die niet alleen op ambtelijk gebied, maar ook in sport en culturele kringen destijds een bepaalde faam ge noot. Onder de felicitanten merkten we op de directeur van 's Rijks Belastingen te Utrecht, de heer Cadee met enkele hoofdambtenaren, alsmede de Ontvan gers der directe belastingen en de in voerrechten en accijnzen te Leiden. In zijn dankwoord richtte de heer Vos zich zowel tot de autoriteiten als tot het onder hem ressorterende perso neel, waarbij hij onder meer opmerkte, dat ook in de ambtelijke wereld, met de zich steeds vernieuwende wetgeving en personeelsvoorschriften, de volledige in zet van elk persoonlijk een eerste ver eiste is. Namens het ministerie werd de jubi laris een gratificatie aangeboden, ter wijl de heer Lubbers namens het Per- soneelsfonds enkele fraaie geschenken mocht overhandigen. Voor de jubilaris en zijn echtgenote waren er veel bloemen en schriftelijke gelukwensen. BAZAAR DOOPSGEZINDE GEMEENTE De Zusterkring van de Doopsgezinde Gemeente organiseert een bazaar ten bate van de eigen gemeente in het kerk gebouw Pieterskerkstraat 1. De bazaar zal geopend zijn: dinsdag 8 november 's avonds van 810 uur en woensdag 9 november van 210 uur. Voor de kinderen zijn er aardige at tracties. Bovendien wordt er een verlo ting gehouden, met als hoofdprijs een door één der leden van de Doopsgezin de Gemeente gemaakt poppenhuis met vele vertrekken, die alle gestoffeerd en compleet gemeubileerd zijn. Verder is er nog gelegenheid een kopje koffie of thee te gebruiken. die lekkere shag de handige doos In het Groot Auditorium van de Leidse Universiteit werden de Academische Filmstudiedagen gehouden, welke voor de zevende maal werden georganiseerd door het Nederlands Filminstituut, ditmaal in samenwerking met de Leidse academische filmstudiekring Salon Indien, In de voorgaande zes jaren werden deze dagen in Utrecht gehouden. Het thema voor de lezingen, discussies en vertoningen in de komende dagen is de jonge generatie en de film. De bijeen komsten vinden plaats in de Academie, waar ook met medewerking van het Nederlands Filmmuseum een tentoonstelling van filmaffiches is ingericht. Er zyn meer dan 175 deelnemers, vanwie ongeveer 70 procent studenten. De voorzitter van de raad van beheer van het Nederlands Filminstituut prof. dr. Ph. J. Idenburg legde er in zijn openingswoord de nadruk op, dat het verruilen van Utrecht als min of meer traditionele plaats van samenkomst voor Leiden niet gezien moet worden als een vertraagde correctie van een een- De in onze stad thans zeer populaire bevelvoerend officier van het Leger des Heils, kapitein R. J. Schurink, zal met ingang van 10 november a.s. een nieuwe aanstelling aanvaarden in het korps Rotterdam-Noord. De heer en mevrouw Schurink zullen Kapitein en mevr. R. I. Schurink. worden opgevolgd door de kapiteins C. r J Vermeulen-v.d. Hoek, die vrijdag in een bijzondere avondsamenkomst hun entree maken. In zijn 12-jarige officiersloopbaan heeft kapitein Schurink bijzondere acti viteiten ontplooid; nog kort geleden was hij gedurende drie maanden de leider van het nationale tentteam, dat een groot aantal bijzondere tentsamenkom sten in ons land hield. Gedurende die tijd behield zijn echtgenote, mevr. H. Schurink-Hazeveld, geassisteerd door kapiteine A. C. van Engelen, het bevel over het Leidse korps. Evenals zijn opvolger, ontving ook de scheidende officier aan de International School for Officers in Londen een groot deel van zijn opleiding en was hij gedu rende enige tijd gezagvoerder van het Evangelisatieschip „De Febe". Zondagavond half acht zullen de heer en mevr. Schurink hun vaarwel geven in de zaal aan de Hooigracht. maal gemaakte fout. De samenwerking met Utrechtse instellingen is steeds voortreffelijk geweest, maar de ervaring heeft geleerd, dat men ondanks de cen trale ligging van Utrecht niet de lan delijk jeugd bereikte. Een van tijd tot tijd wisselen van plaats van samenkomst verdient daarom de voorkeur, wanneer men in de eerste plaats met deze dagen bedoelt, de filmstudie te bevorderen in zo breed mogelijke kring. Prof. Idenburg bracht dank aan de organisatoren en de velen, die daarbij medewerking verleenden, onder meer door het bieden van gastvrijheid. Hy schetste tenslotte het doel en het thema van de studiedagen. De praeses van de Salon Indien, de heer J. Mulder jr., hield daarna een pleidooi voor een landelijke samenwer king tussen filmstudiekringen en soort gelijke discussiegroepen en voor het vormen van een pool voor 16-mm-frag- menten van contemporaine films, waar voor hij financiële steun hoopte te verwerven van overheid en bedryfsleven. De eerste algemeen inleidende voor dracht werd daarna gehouden door prof. dr. P. Smits, buitengewoon hoogleraar in de kerkelijke sociologie aan de Leidse Universiteit, waarin hij een antwoord trachtte te vinden op de vraag, hoe de jonge mens van vandaag staat tegen over de film. In de eerste plaats vroeg prof. Smits zich af, welke rol de film speelt in de vrije tijdsbesteding van de jonge mens. Behoort het bioscoopbezoek der jonge generatie tot de bewuste activiteitsvor men of tot de vanzelfsprekend geworden gewoontevormingen? Draagt dus zyn bioscoopbezoek overwegend een hobby- karakter of weerspiegelt zich hierin veeleer een consumentenhouding. Naar sprekers mening overweegt bij de meer derheid der hedendaagse jongeren het laatste. Voorts verdiepte prof. Smits zich in de verschillen in houding der jongeren tegenover de film, o.m. wat betreft de intensiteitsbeleving en graad van bewust heid. Tenslotte zag prof. Smits de vraag onder ogen in hoeverre er tegen woordig nog sprake is van generatie verschillen ten opzichte van de betekenis die de film praktisch heeft voor de jongeren en de ouderen. Naar zyn mening werkt het huidige maatschap pelijke leven ook in dit opzicht in hoge mate nivellerend. Transparante kleorlak van Ceta-Bever Weefkunst en klediiij Dr. K. Schlabow uit Neumünster sprak in het Ryksmuseum van Oud heden over „Weefkunst en kleding ln de brons- en yzertyd". Toen het Stedelijk Industrie-Museum van Neu- Münster in Sleeswij k-Holstein zich meer dan een dertigtal jaren geleden ten doel stelde in haar textielafdeling de oudste weefkunst ten toon te stellen, deden de originele weefsels uit de Noord-Europese brons- en ijzertijd hun voudige taak een aantal suggesties te doen omtrent de plaats, waar het cen trum eventueel zou kunnen worden ge sticht. Zodra mogelijk zullen B. en W. met het bestuur van het Burgerij fonds daaromtrent in overleg treden. Het Col lege heeft goede hoop, dat dit nog voor het einde van het jaar zal kunnen ge schieden. Overigens houdt dit nog niet in, dat dan reeds met de bouw zou kunnen wor den begonnen, aangezien daarvoor de nodige Ryksgoedkeuring nog moet wor den aangevraagd en verkregen. Demping van grachten Na de demping van de Uiterstegracht is het niet uitgesloten, dat in deze om geving nog meerdere grachten zullen worden gedempt. Op een vraag „of in verband met bepaalde saneringsplannen in het oostelyk stadsdeel nog op dem ping van grachten moet worden gere kend", delen B. en W. mede, dat het te verwachten is, dat in het kader van een toekomstige sanering in dit stadsgedeelte t.z.t. de Waardgracht, de Oranjegracht, de Zuidsingel en de Kyfgracht, voor demping in aanmerking zullen komen. in brons- en ijzertijd intrede in de interesse-sfeer van het museum .aldus spreker. Alle textiel-pro- dukten zyn uiteraard zeer vergankelijke stoffen, die, zonder uitzondering, in de grond na enige decenniën verteerd zijn. Maar dr. Schlabow wist te vertellen van het wonderlyke feit, dat er kle dingstukken zijn. die meer dan 3500 jaar lang bewaard zijn gebleven. De weef- techniek uit die tijd is bestudeerd en de weefstoel is gereconstrueerd. Men heeft geen moeite gespaard om de kleding draad voor draad na te maken om zo aan de mensen van deze tijd een beeld te geven van dit verre verleden. Aan de hand van vele kleurendia's kan een overtuigend beeld van een hoge beschaving worden gegeven. Maar reeds aan het einde van de bronstyd treedt een verandering op in de wijze van be graven, men gaat over tot lijkverbran ding. Daardoor is natuurlijk ook de kle ding uit de op de bronstyd volgende eeuwen verloren gegaan. Doch ook uit deze langdurige periode zijn belangrijke vondsten van oorspronkelijke weefsels tot ons gekomen. De vindplaatsen zijn thans de venen langs de Noordzee-kust tot Jutland. Het betreft hier niet alleen offers, zoals de beroemde vondsten van Nydam en Thorsberfe. maar ook veen- lijken met hun kleren hebben het ma teriaal voor onderzoek geleverd. Men kan aantonen, dat in deze tijd reeds schapen gefokt werden, die een fijner soort wol leverden. Er werd nu reeds voornamelijk geweven in gekeperd weefsel. Aangezien men ondertussen ook geleerd had om schapewol met plant aardige verfstoffen te kleuren, staat men thans verbaasd over de smaakvolle kleding van onze voorouders in de eeuwen rondom het begin van onze jaar telling. Een en ander werd duidelijk gemaakt door een aantal lichtbeelden. Hoewel door afbraak en verbouwing een aantal woningen in 1960 van de wo ningmarkt is afgevoerd, zyn er in Lei den - globaal gesteld - circa 3000 slechte woningen, waaronder vele krotten, die binnen afzienbare tijd niet meer zullen voldoen aan de huidige eisen van bewo ning. In 1960 werden tot en met de maand jeptember 42 woningen ontruimd, die onbewoonbaar waren verklaard, dan wel met onbewoonbaar verklaarde woningen zyn gelijk te stellen. Het is het streven van het College ook in het komende jaar een zo groot mogelijk aantal krotten te doen ontruimen- De onbewoonbaar ver klaarde woningen, welke eigendom der gemeente zyn, worden na ontruiming onmiddellijk gesloopt, voorzoveel dit met het oog op de belendende percelen mo gelijk is. Welk aantal vermoedelijk in 1961 zal worden gesloopt is thans nog niet te ramen. Van de directeur van Gemeentewer ken hebben B. en W. een rapport ont vangen inzake de algemene problemen van de sanering. Zodra B. en W. him standpunt hebben bepaald, zal de raad worden ingelicht. Voorraad industrieterrein vrijwel uitgeput De voorraad terstond voor uitgifte be schikbare industrieterreinen aan de Trekvlietweg en de Rooseveltstraat is geheel, resp. nagenoeg geheel, uitgeput. De toekomstige industrieterreinen in „De Grote Polder" zullen vermoedeiyk eerst in 1962 voor uitgifte beschikbaar komen. In verband hiermede wordt het aantrekken van industrieën, voor wat betreft de directe vestigingen, voorlopig in mindere mate geactiveerd. In verhou ding tot zoveel andere factoren, welke de woningnood in ongunstige zin beïnvloe den - B. en W. denken hierby o.m. aan de versterkte vraag naar woningen te Ijsbaan aan Voorschoterweg Zoals bekend moest de Leidse ysbaan, in verband met de toekomstige bestem ming van het Schuttersveld, enkele ja ren geleden verdwijnen. Een plan voor de aanleg van een sproeiysbaan met sportvelden, gelegen aan de Voorschoterweg, is thans in voorbereiding. Badhuis in Tuinstadwijk Lag het aanvankeiyk in het voorne men om een nieuw badhuis te bouwen op een terrein tegenover het huidige badhuis in de Van der Werfstraat, om stedebouwkundige overwegingen is hier van af gezien. In beginsel is toen beslo ten om dit nieuwe badhuis op de oude - tegenwoordige - plaats te projecteren. Hiertoe zal echter niet dan na nagenoeg gehele afbraak van de laatstbedoelde badinrichting kunnen worden overge gaan. Aangezien het niet verantwoord is het oude badhuis te sluiten, alvorens daar voor in de plaats een andere openbare badgelegenheid is totstandgekomen, heb ben B. en W. het plan opgevat thans al lereerst de bouw van een badhuis in Tuinstadwijk te bevorderen. B. en VV. verwachten dat de dienst van Gemeen tewerken nog dit jaar zjjn voorberei dende werkzaamheden daartoe zal kun nen beëindigen. Bouw Cultureel Centrum moet nog wachten Op de vraag hoe of het staat met de plannen om met behulp van het kapitaal (f. 500.000) van het Burgeryfonds te ko men tot de stichting van een Cultureel Centrum delen B. en W. mede, dat de directeur van Gemeentewerken zich in middels heeft gekweten van de niet een- Onbewoonbaar verklaarde wonin- .1961 weer een groot aantal krotten gen aan de Waardgracht. Het is het te ontruimen. In dit jaar werden streven van B. en W. om ook in reeds 42 krotten ontruimd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 3