Universitaire gemeenschap moet gegrond zijn op kleine eenheden Sociëteit Horns aan Rapenburg officieel in gebruik genomen Symbool van honderd jaren vakmanschap: Leids Jaarboekje in teken van gebeurtenissen in studentenleven 27 en 31 ct 't Huis weer schoon Vondels „Joseph in Dotlian" voor de Leidse schooljeugd Opgericht 1 maart 1860 Donderdag 31 maart 1960 Tweede blad no. 30014 Prof. Groenman tot Catena: Spreiding van het hoger onderwijs biedt aantrekkelijke kansen met betrekking tot de onderwijsfunctie van de universiteit, vooral in de tegenwoordige tijd, nu de universiteit sterk wordt vermaatschappe- lijkt. Over het algemeen dient op het terrein van de studentenorgani saties gestreefd te worden naar niet te grote eenheden, waarbinnen een werkelijk menselijk contact mogelijk blijft. Dit waren de belangrijkste conclusies waartoe prof. dr. Sj. Groen man kwam tijdens een voordracht, welke hij gistermiddag hield in het Groot Auditorium ter gelegenheid van de opening van de nieuwe sociëteit ,,Horus" van de Leidse Studentenvereniging Catena, welke gevestigd is in het pand Rapenburg 127. Daarmee werd de vijfde sociëteit voor Leidse studenten geopend na Minerva, de VVSL, Ons Huis van Augustinus en het centrum van SSR aan de Hoqewoerd. Federatieve structuur Prof. Groenman leidde zijn uitvoerig betoog over nieuwe vormen van Univer sitair leven in met een beschouwing over de vele wetenschappelijke peda gogische. maatschappelijke en organi satorische aspecten van het huidige universitaire bestel. Eerst in het laatste gedeelte van zijn voordracht sprak hij over de meest actuele problemen ten aanzien van spreiding of concentratie van het hoger onderwijs en de univer sitaire wetenschapsbeoefening, waarop zijn uiteenzetting was gericht. Prof. Groenman onderkende in het klimaat van de naoorlogse periode een verlangen naar samenwerking en inte gratie, naar samenbundeling, samenwer king en samenspreking. Dat moet ook op universitair gebied tot vreugde stemmen, maar men moet zich toch af vragen, in hoeverre er in een zo grote gemeenschap als de tegenwoordige uni versitaire ook werkelijk van een ge meenschappelijk beleven sprake kan zijn. Wellicht wordt de beperktheid van de gemeenschappelijke diepgang of diep gang van het gemeenschapsgevoelen het best geïllustreerd door de matige en zelfs problematieke belangstelling voor het overigens zeer toe te juichen stu dium generale. Voor zover een nadere sociologische toetsing niet anders uitwijst kan ge voeglijk worden aangenomen dat men onder druk van de in de oorlog opge bloeide sentimenten na de bevrijding zonder succes gepoogd heeft om een collectieve universitaire gemeenschap op te bouwen. Een dergelijke collec tieve gemeenschap kan slechts groeien op basis van erkenning van de waarde van de kleine eenheid. De hoogge roemde civitas moet het zoeken in kleine groepen en het vinden van een collectieve symboolwaarde, bijvoor beeld belangeloze dienst aan de weien schap. zoeken naar waarheid, scrupu leuze objectiviteit of tolerantie. Maar zulk een centraal stellen van bindende waarden moet gepaard gaan aan een losse federatieve structuur van de ge meenschap, die tezeer gedifferentieerd van aard is, om in een eenheidsstruc tuur gevat te zijn. Prof. Groenman uitte in verband daarmee zijn vertrouwen in de levens kracht van niet te grote studentengroe- peringen. Ook in de jongste tijd hebben kleine studentenverenigingen getoond, tot belangrijke initiatieven in staat te zijn. BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN GEBOREN Petrus Hendrikus, zn. van H. S. Kok en C. C. Blommaert; Antonlus Joseph, zn. van A. J. Kallenberg en J. M. Wisse; André Andries Martinus, zn. van A. J. den Hollander en J. W. Hulsen; Cornells, Ronald, zn. van J, Blansjaar en S. Viele; Martha, dr. van W. F. Stouten en M. Uphoff. OVERLEDEN L. F. Flaman, 82 Jr., wed. van P. Pen- nenburg; L. C. van Leeuwen, 82 Jr., wed. van H. C. Kleiweg; W. van Groningen, 77 Jr., man. De nieuwe sociëteit van Catena aan het Rapenburg. (Foto L.D./Holvast) Spreiding Prof. Groenman sprak voorts over de thans actuele problemen van spreiding of concentratie van de universiteiten. Wanneer men de nadruk legt op de wetenschappelijke activiteit van de universiteit, dan lijkt volgens prof. Groenman een versnippering, dus een verdere spreiding, ongewenst. Concen tratie van (beperkte) krachten en mid delen is dan nodig. Geheel anders iigl de zaak echter, wanneer het accent ge legd wordt op de wetenschappelijke vor ming en opleiding. Dan prefereren ook de docenten een beperkt aantal leerlin gen boven massale aantallen. Het is tegenwoordig zo, dat de weten schap b.v. in de beta-riohtingen dikwijls meer bevorderd wordt door instituten, die los van de universiteit staan dan in de universitaire instellingen, waar vooral in deze beta-richtingen het hoofdaccent gaat liggen op het onderwijs. De weten schap vereist ook als consequentie daar van een steeds grotere concentratie van het intellect. Vermaatschappelijking Maar in de spreidingsvoorstellen van vandaag spreekt nog een andere factor mede. De academische instellingen wor den steeds meer vermaatschappelijkt. Dit proces voltrekt zich geleidelijk en is even belangrijk als de veel duidelijker aan de dag tredende pogingen om or ganisatorisch het universitaire leven te structureren in sooiale of ruimtelijke zin. De samenleving dringt steeds meer door in de universitaire sfeer. Zij wil steeds meer de universiteit dienstbaar maken. Zij heeft de universiteit nodig, zij weet dit, geeft er geld en inspaniung voor, maar wil daarvoor ook wat terug zien. Daardoor is de samenleving steeds meer geïnteresseerd in de studieresulta ten, de studieduur, de voeding, huisves ting, lichamelijke en geestelijke gezond heid van de studenten. Beurzen en ren teloze voorschotten worden in steeds ruimer mate verstrekt. Dit betekent echter ook. dat de sa menleving recht heeft op het vragen van rendement op investeringen en ook verantwoording, welke de univer siteiten de plicht oplegt, orde op za ken te stellen. Deze orde betekent ook verdere reglementering, verstrakking in het onderwijs en wellicht inperking van de academische studievrijheid. Dat laatste leidt wel eens tot opper vlaktedeining, maar deze kan een maatschappelijke ontwikkeling niet stuiten. Ook de roep naar steeds meer baeealaureaten doet zien, dat nieuwe vormen zich in de universitaire we reld aan het ontwikkelen zijn. Subjectief oordeel Bij de spreidingsvoorstellen ten aan zien van het hoger onderwijs spelen maatschappelijke en sociale motieven een grote rol. Prof. Groenman ontkende geen gevoeligheid voor argumenten in deze sfeer en moest bovendien erken nen. weinig voordeel te zien in een toe neming van de omvang der universi taire opleidingen, terwijl hij voorts niet overtuigd was van het onverbrekelijk verband overal en altijd tussen we tenschappelijke vorming en weten schapsbeoefening. De ingediende spreidingsvoorstellen moest hij derhalve met sympathieke belangstelling tegemoet treden. Daar bij dient evenwel in het oog gehouden te worden, dat er slechts een subjec tieve rechtvaardiging te vinden is wanneer men sociale klimaatverbete ring en sociale rechtvaardigheid ster ker laat spreken dan de belangen van wetenschappelijke vorming. De uni versitaire wereld als geheel is gerech tigd, het accent anders te leggen. Nieuwe vormen De voorgenomen spreiding van het hoger onderwijs biedt kansen om buiten de nu bestaande instellingen, niet be lemmerd door de starre struotuur van het bestaande, bewust nieuwe vormen te introduceren die afwijken van de gangbare. Nadrukkelijk betrok prof. Groenman dit uitsluitend op de oplei dingsfunctie van het hoger onderwijs. De wetenschapsbeoefening stoat zijns inziens buiten dit spreidingsprobleem, al wordt dit dikwijls niet voldoende be seft. Ook in superspeci al ismen is vrucht baar werk mogelijk in kleinere centra als Dwingeloo. Petten, Leersum en Krag- genburg. Spreiding van het hoger onderwijs kan zeer belangwekkende en vruchtbare resultaten hebben wanneer inderdaad nieuwe opleidingsvormen kunnen wor den toegepast, wanneer b.v. het op vangen van studenten in een gediffe rentieerd verenigingsleven als probleem op één lijn wordt gesteld met de oouw van laboratoria en collegezalen. Advertentie. Ook plaats voor het nieuwste De jaarboekjes van Oud Leiden vor men een waardevolle bijdrage tot de kennis van de Sleutelstad en omgeving door de eeuwen heen. Aanvankelijk wa ren artikelen en illustraties voorname lijk van retrospectieve aard, doch de laatste jaren is de redactie zich daar naast steeds meer gaan toeleggen op de contemporaine geschiedschrijving. Wel zeer duidelijk treedt dit aan het licht in het Jaarboekje 1960, dat thans in het gebruikelijke gewaad en in de gebruike lijke uitstekende technische verzorging is verschenen bij Sijthoff's Uitgevers maatschappij. Naast het titelblad prijkt een foto van het modernste bouwwerk in Leiden, de in het begin van dit jaar officieel door Prins Bernhard geopende Sterflat aan de Klikspaanweg. Deze illustratie is niet alleen typerend in het reeds genoemde opzicht, maar ook in een ander opzicht. Zelden heeft een Leids jaarboekje zozeer in een be paald teken gestaan als het thans ver schenen twee-en-vijftigste deel. De ge beurtenissen in de Leidse studentenwe reld in het afgelopen jaar hebben hier op namelyk een bijzonder sterk stempel gedrukt. Wij noemden reeds de sterflat. Verder wordt in dit jaarboekje herinnerd aan de brand in Sociëteit Minerva en wor den niet minder dan drie artikelen ge wijd aan het gebouw waar de VVSL ze telt. Deze artikelen werden geschreven naar aanleiding van de restauratie van dit fraaie herenhuis, waarbij bijzondere oudheidkundige vondsten zijn gedaan, en waarbij reeds bekende waardevolle herinneringen aan het verleden op voor treffelijke wijze werden bewaard. Voor het overige zijn de bijdragen als steeds, eveneens aan verschillende on derwerpen betreffende Leiden en om streken gewijd. Mr. S. J. Fockema An- dreae opent na de gebruikelijke versla gen en de zeer uitvoerige kroniek met een studie over de geschiedenis van de Noordeind- en Geerpolder onder Ter Aar en Leimuiden. In een zeer uitvoerig opstel gaat dr. R. van Luttervelt na op welke wijze de haring- en brooduitde ling op 3 oktober 1574 in de loop der eeuwen verteld en afgebeeld werd en wel naar aanleiding van een schilderij, dat het Rijksmuseum te Amsterdam eni ge jaren geleden verwierf en dat grote overeenstemming vertoont met een der gelijk schilderij in de Lakenhal. Na een artikel over een enigszins raadselachtig paneel met het wapen van Leiden, om geven door de wapens der zeventien provinciën, volgt een belangwekkende publikatie van de hond van de gemeen te-archivaris, mejuffrouw mr. A. J. Versprille, over de tinindustrie te Lei den. In de reeds genoemde bijdragen be treffende de geschiedenis van het VVSL pand Rapenburg 65 wordt een bijzonder merkwaardige vondst vermeld van het prachtig gesneden wapen van het echt paar Van SwietenVan Heemstede uit ongeveer 1505, waardoor de lange reeks van eigenaren en bewoners, onder wie burgemeester De Gijselaar, tot het be gin van de 16e-eeuw kon worden terug gevoerd. Royale foto's laten zien welk een prachtig interieur met rijke stuc versiering in dit, thans gerestaureerde, gebouw te vinden zijn. Nadat reeds vroe ger studies over particuliere verzamelin gen, welke in dit huis. dat zich daar blijkbaar goed voor leende, waren bijeen gebracht (Overbeeke en De la Court), vinden wij thans een beschrijving van de collectie van mr. Karei Heydanus. De geschiedenis van het huis Hoog straat 2, een oordeel over de Gazette de Leyde en een verhaal over de illumina tie van 1788 te Warmond, waarbij de tegenstellingen in het dorp naar voren komen, besluiten de „bijdragen", waar na nog het gebruikelijke verslag over de Leidse monumenten volgt, dit jaar aan gevuld met een verslag over de monu menten uit de omgeving van Jolden# ...alleen om de geur al! Te denken is b.v. aan instellingen voor hoger onderwijs met een verbindende campus zoals in Princeton of Cornell. Deze vergelijking achtte prof. Groen man pikant omdat zij. die concentratie van het hoger onderwijs voorstaan, der gelijke kleine plaatsen zonder twijfel nooit in hun plannen zouden hebben opgenomen! Laat ons. zo besloot prof. Groenman zijn betoog, pogen onszelf de verlan gens bewust te maken die wij koesteren ten aanzien van de eindelijk in bewe ging gekomen universiteit, en bovendien alle initiatief steunen, dat leidt tot een grotere werkelijke kennis van dit objeot, dat alle academici dierbaar behoort te zijn. Prof. Groenman werd ingeleid met enkele woorden door de praeses van Catena de heer H. Muste. Na de bijeenkomst vond een ont vangst plaats m Horus. waar ook een kleine expositie van tekeningen van Fred. Julsing was ingericht. Horus De nieuwe sociëteit, dat het tehuis zal zijn voor de ruim tweehonderd leden die Catena ühans telt. bestaat uit een voorhuis, ten achterhuis, twee tui- nen en een Dinnenplaats. Twaalf van de kamers van het vrij omvangrijke gebouwencomplex worden aan studen ten verhuurd. In de benedenkamers van het voorhuis is de societeitszaal inge richt. Vanzelfsprekend is de aankleding van het gebouw nog enigszins proviso- risoh. maar de vereniging hoopt door eendrachtige samenwerking en door of fers van leden en reünisten geleidelijk aan deze inrichting op te bouwen. Eige naar van de sociëteit is officieel de Stichting Horusfonds. die in 1953 werd opgericht. Het fonds wordt bestuurd door een college van curatoren dat het eigenlijke beheer voert en een bestuurs raad, die een meer controlerende taak heeft. Beide colleges bestaan in meer derheid uit reünisten, in minderheid uit leden van Catena. en dank zij HAMEA-GELEI, handen nog gaaf als bij 't begin Een niet geslaagd experiment De commissie Jeugdvoorstellingen, uitgaande van de Leidse Volksuniversiteit K. en O. en de Stichting Leidse Jeugdactie had gistermiddag in de Schouwburg de leerlingen van de middelbare scholen te gast. De Toneelgroep „Arena" onder leiding van Eric Vos gaf een voorstelling van het treurspel van Joost van den Vondel: „Joseph in Dothan". In zijn toelichting zegt Eric Vos o.a.: „Een toneelstuk opvoeren alleen omdat het klassiek is. is een dwaasheid, want het is slechts dan klassiek te noemen, wanneer het spelen ervan steeds op nieuw zijn levensvatbaarheid voor een modern publiek bewijst". Eric Vos heeft deze „levensvatbaar heid voor het moderne publiek" willen aantonen door volkomen te breken met de totnogtoe gevolgde opvatting, dat aan het woord de belangrijkste plaats moet worden toegekend, zodat deze op voering een uitgesproken experimenteel karakter kreeg. Met alle waardering voor deze proef neming kunnen wij niet vaststellen, dat zij geslaagd i« Hoe vaak ook geïmpo neerd lm ie zeer levendige mise-en- scène en het soms razend snelle tempo, bekroop ons herhaaldelijk het gevoel, dat juist deze factoren hier niet op hun plaats waren en de schoonheid van Vondels verzen eerder van ons verwij derden dan nader brachten. Zij vorm den niet een noodzakelijke ondersteu ning van het woord, doch voerden een eigen bestaan en leidden de aandacht af. Het is mogelijk, dat een dergelijk experiment met spelers van belangrijk groter artistiek formaat, die in staat zijn de schoonheid van de taal onder alle omstandigheden het onmisbaar overwicht te geven, meer succes zou hebben gehad. De voor het merendeel nog jeugdige spelers van .Arena" scho ten in dit opzicht te kort. Zo kon het gebeuren dat de jeugdige toeschouwers zich enkele malen te bui ten gingen aan uitbarstingen van vro lijkheid. die in een blijspel van Shakes peare volkomen op hun plaats zouden zijn. maar die men bij een treurspel van Vondel allerminst verwachten zou. Desondanks toonden de scholieren hun ingenomenheid met deze overigens uit nemend verzorgde voorstelling met een spontaan en langdurig applaus. B.H. Le zers schrijven De praktijk van het examen voor rijvaardigheid Geachte redactie, Ik ben een voorstander van het kwe ken van een behoorlijke routine, voordat men in deze tijd met een motorrijtuig op de weg verschijnt. Ik vraag me echter af. waarom de examinatoren al jaren ang personen zijn, die naast hun werk kring dit „examen-baantje" in dienst van een particuliere instelling als het CBR, als bijverdienste uitoefenen. Een rijexamen kost de kandidaat handenvol geld. namelijk gemiddeld f. 10,— per examen en f. 10,voor de huur van de auto. Het gehele examen-proces ruikt naar winstbejag. Is men bijv. gezakt voor het praktische gedeelte van het eerste exa men en voor het theoretisch gedeelte ge slaagd. dan behoeft men voor de tweede keer gelukkig alleen maar het praktische deel over te doen. Zakt men dan echter weer, dan moet men het gehele examen overdoen, terwijl men toch voor de theo rie is geslaagd. En voor elke nieuwe examen-aanvraag moet weer tien gulden gestort worden. Wfj examen-kandidaten kunnen zo weinig uitrichten, omdat be roep op het gedane examen te enenmale is uitgesloten. Mag men echter iemand voor dergelijke examens, waarvoor be hoorlijke prijzen worden berekend, het recht onthouden over de fouten, die op de antwoordkaart staan aangegeven, in lichtingen te vragen? Dikwijls is men het helemaal niet eens met de volgens de examinator gemaakte fouten. Dit past toch niet in een democratisch land. Ik weet ook wel. dat men. als men niet geslaagd is, altijd de examinator de schuld wil geven. Doch zou het vragen van inlichtingen over bepaalde fouten niet bevorderlijk zijn voor de goede ver standhouding tussen examinator en kan didaat? Leiden, Examen-kandidaat. PROMOTIE Aan de Leidse Universiteit is gepro moveerd tot doctor in de letteren en wijsbegeerte op proefschrift getiteld „Les dialogues antiques de Paul Valery", de heer A. J. A. Fehr, geboren te Alkmaar en thans wonende te Amsterdam. ACADEMISCHE EXAMENS Geklaagd voor het doctoraal examen geschiedenis de 'heer C. G. Schwencke (Den Haag). De heer J. Cornelis, adjunct com mies bij de Nederlandse Spoorwegen, herdenkt woensdag a.s. het feit, dat hij voor 40 jaar bi) deze maatschappij in dienst trad. Gevallen met de fiets Gistermiddag omstreeks twee uur is de 56-jarige J. B. uit de Melchior Treub- laan op de Langebrug gevallen met de fiets toen hij moest uitwijken voor een plotseling overstekende voetganger. Met een gebroken heup werd hü naar het Academisch Ziekenhuis overgebracht. CRICKET Ajax (L.) in de competitie Op grond van het in het vorige sei zoen behaalde kampioenschap van de 2de klasser D, zal het eerste elftal van Ajax <L> dit jaar uitkomen in de 2de klasse C. In deze afdeling komen behalve Ajax uit: CCG, de Krekels, Hermes DVS III, Garrison Hook, HBS II, Sparta II en HCC IV. Het tweede Ajax-team is ingedeeld in de 3de klasse C bij: Haarlem III VCC III, Rood en Wit V, Olympia II en Roggewoning II. Twee jeugdelftallen nemen bovendien deel aan de competitie van de Haagse Cricketbond. Dank zij een regeling met het bestuur der L.H.M.C. zullen verschillende wed strijden op de terreinen nabij de Krogt worden gespeeld. Echtpaar H. v. d. Linden in het goud In deze weken schijnt de gouden huwe- lfjkszon in het perceel Oranjegracht 116, waar het echtpaar H. v. d. LindenCer- dijn op 6 april a.s. het feit herdenkt, dat het voor 50 jaar in de echt werd verbon den. De bruidegom, thans 71 jaar, ver diende zjjn eerste weekgeld bij Van Hoe- ken's Houthandel, waar hij circa tien jaar werkzaam is geweest. Hierna kwam hij in de bouwvakken terecht. Diverse aannemers heeft hij ongeveer 35 jaar als opperman gediend. Met zijn thans 70- jarige echtgenote bracht hij vijf kinde ren groot, die op hun beurt dit gouden echtpaar de vreugde van in totaal 18 kleinkinderen verschaften. BENOEMINGEN LEIDSE UNIVERSITEIT Bü onderscheidene beschikkingen van de minister van Onderwijs, Kunsien en Wetenschappen is opdracht verleend: aan de heer C. Kalkman, wetenschappe lijk ambtenaar 1ste klasse aan de Leidse Universiteit om van 1 januari I960 tot wederopzegigens in de faculteit der wis- en natuurkunde aan deze Universiteit onderwijs te geven in de systematische plantkunde. Voorts aan de heer C Voüte te Utrecht, om van 1 februari 1960 tot en met 31 januari 1962 in de faculteit der wis- en natuurkunde aan de Leidse Universiteit onderwijs te geven in de hydrogeologae. Bij beschikking van dezelfde minister is dr. J. Snijder alsnog voor het tijdvak 1 november 1959 tot en met 31 oktober 1960 benoemd tot wetenschappelijk amb tenaar voor de pathologie aan de Leidse Universiteit. WERNINK'S BETON KEERT 9% UIT Commissarissen der N V. Wernink's Beton Maatschappij hebben besloten aan de op 27 april a.s. te houden jaar lijkse algemene vergadering van aan deelhouders voor te stellen over het boekjaar 1959 een dividend uit te keren van 9%, (vorig Jaar 8%). HOLLANTS VISMARKT 1 - TBLBF. 21065 SIMAVI GAAT COLLECTEREN Volgende weök wordt in onze stad de jaarlijkse huis-aan-huis-collecte gehou den van Sima/vi, de Vereniging tot Me dische Hulp aan Tropenland. Simavi werd in 1925 door een aantal artsen op gericht. Gedurende deze 35 jaar was Si mavi voor veel dokters en zusters de bron, wanneer zij bü hun moeizame ar beid hulp nodig hadden, hetaij bij bouw en herbouw van ziekenhuizen en poli klinieken of bil gebrek aan medicamen ten. Die bron wü Simavi blijven, want de medische nood is nog steeds ontstel lend groot. En die bron kan zij blijven, wanneer een ieder bü de komende col lecte een offer brengt. Het bestuur van Simavi hoopt op een jubileumgift. Het medische barmhartigheidswerk in Suri name en Nieuw-Guinea vergt nog vele uitgaven! AFSCHEID BIJ DE SLF In verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd heeft de heer A. Bey gisteren afgescheid genomen van de Stedelijke Fabrieken van Gas en Elektriciteit.. In de directiekamer werd de heer Bey ontvangen en toegesproken door de hoofdingenieur ir. F. J. J. Meu- wese. Deze dankte het scheidende perso neelslid voor de wijze waarop hü steeds zijn werkzaamheden voor de fabrieken had verricht. Bij deze woorden en de wensen voor goede pensioenjaren sloten zijn directe chef en de voorzitter van de personeelsvereniging zich aan. De laatste bood tevens een geschenk aan. In de kantine namen vervolgens de collega's afscheid van de heer Bev. Zij lieten hun woorden van afscheid en waardering vergezeld gaan van een ge schenk. VERHOUDING NEGERS EN BLANKEN Het zondagmorgenprogramma van het bijzonder kerkewerk der Leidse hervorm de gemeente In het Luxortheater Is dit maal gewijd aan de verhouding negers en blanken, met name in Zuid-Afrika. Ds. F. N. J. Ouwehand en mevr. M. Ouwehand-Sevenster, pas met verlof uit Zuid-Afrika in Nederland gearriveerd zullen spreken. Zij zullen vertellen ovei de godsdienst van de negers in verge lijking met het christendom. Kleuren dia's en Afrikaanse negermuziek geven nadere Illustraties. Mevr. Ouwehand- Svenster zal o m. de apartheidspolitiek van Zuid-Afrika belichten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 3