all Street en de Dow-tlieorie
oede tijding van KNMI deed de
)llenkwekers verlicht ademhalen
Bonn bindt de strijd aan tegen de
steeds harder kokende conjunctuur
roei beleggingsfonds betekent
liet alleen maar een voordeel
)e thermometer speelt grote
rol in het bloembollenvak
Maar de Staat zelf vergeet om
te bezuinigen en een reserve
voor de magere jaren te vormen
De Nederlandse visserijvloot
telt ongeveer 725 vaartuigen
„taievwme et ia feu"'
werd voor Chr, Reiver.
eew(sckraie troost
BloedtvansfusWdiewst
was weer wiet sdreuS
deVer.vau Huisvrou
wen iuisterde uaav
leziviq ovev.
•richt 1 maart 1860
Zaterdag 12 maart 1960
Vijfde blad no. 29998
■oot succes lening Bank Ned. Gemeenten
(Van onze financiële medewerker)
dke medaille twee zijden heeft, is ook op de Amsterdamse beurs de laatste
J weer duidelijk gebleken. Het feit, dat Nederlandse aandelen, met name,
on de internationale concerns, ook op buitenlandse beurzen zijn geïntrodu-
j (n enkele daarvan, zoals aandelen Koninklijke en Unilever, daar een vrij
i markt hebben, kan in het raam van het internationaal kapitaalverkeer als
voordeel worden gezien. Maar het nadeel is, dat de koersontwikkeling van
jindelen en dit geldt vooral van de aandelen Koninklijke, waarvan zich
(vn derde in de V.S. bevindt en ook ongeveer een derde in andere landen
wr het buitenland wordt bepaald. Hoewel het belang van de Nederlandse
pr bij Amerikaanswaarden minder groot is dan voor de oorlog, wordt er
vinds voor de radio met spanning naar „stemming en koersen van Wall
d" geluisterd en vormen deze doorgaans de richtlijn voor de avondhandel te
lerdam en de beursstemming van de volgende dag.
is in deze tijd vooral daarom te
ijren omdat, gelijk wij meer dan
nebben uiteengezet, de situatie in
S. in meer dan een opzicht thans
mtiger ligt dan in de meeste lan-
vjh Europa en ook dan die in ons
en ook de technische positie van de
orkse beurs op grond van aandelen-
ment en koers-winstverhouding
kwetsbaarder is dan die te Amster-
Afgezien van een aantal interna
ls en zware aandelen, wordt in ons
van de aandelen nog een redelijk
tnient gemaakt, vooral nu het me
el van de ondernemingen, die hun
ig over 1959 hebben gepubliceerd,
iïidend hebben verhoogd. En ook al
pen in ons land aan de problemen
een scherpere concurrentie, overbe-
il en spanningen tussen lonen en
n niet voorbijgaan, zo worden toch
Komische vooruitzichten door des-
ge waarnemers, o.m. ook door de
«tellers van het Economisch Plan
nog altijd vrij gunstig geacht. Op
van de gegevens, welke er ten
,i van de economische toestand in
ind aanwezig zijn, is er voor de
ïdamse beurs zeker geen reden
oofd te laten hangen, maar het zijn
is weer de teleurstellende koersen
Sew York, die ook hier de stern-
bederven en de beleggers van de
tamarkt terughouden.
(Van een speciale medewerker)
zijn weer heel wat mensen in de Bloembollenstreek, die wat
Ier zorgen aan het hoofd hebben gekregen door dat late wintertje,
[organisatoren van het bloembollencorso reden met de schrik in
art langs de velden hyacinten. Broeiers voor tentoonstellingen
a de koelste plekken in het bedrijf te zoeken om de ontwikkeling
Je hyacinten, tulpen en vooral narcissen maar tegen te houden en
eliiig komen daar dan de berichten van het K.N.M.I. „Het koude
ile weer kan nog een paar dagen aanhouden". Het klonk als
fkin de oren.
bepaalde etappes reden zien om een ver
dere koersdaling te verwachten, kan zij
niet uitblijven. Dat de theorie op zwakke
gronden berust, speelt dan nog nauwe
lijks een rol.
Die zwakke grond kan men o.m. hier
in vinden dat het Dow-Jones indexcijfer,
waarop de Dow-theorie zich baseert, een
uitermate zwakke afspiegeling is van de
koersontwikkeling op de Newyorkse
beurs. Zij is niet alleen het produkt van
een aantal min of meer ingenieuze en
dubieuze berekeningen, maar het Dow-
Jones indexcijfer vertegenwoordigt
slechts 30 aandelen van de meer dan
1000 aandelen, welke op de Newyorkse
beurs worden verhandeld, derhalve niet
meer dan 3%, terwijl vele grote en be
langrijke aandelen niet in de Dow-Jones-
index zijn opgenomen.
Hoe dit zij, er werd deze week aan de
val van het Dow-Jonescijfer beneden 600
hier en daar grote waarde gehecht en de
onzekerheid ten aanzien van het toe
komstig koersverloop op de Newyorkse
beurs is er ontegenzeglijk door ver
groot.
Er is nog een andere factor, die bij de
beoordeling van stemming en koersen in
Wall Street in aanmerking moet worden
beleggingsfunds gedurende de laatste
genomen, nl. de geweldige groei van de
twee jaar. Ze vertegenwoordigen een
bedrag van ca. 20 miljard en oefenen
uiteraard op de koersontwikkeling van
de aandelenmarkt een toenemende in
vloed uit. Tot voor kort waren het tel
kens de aankopen voor rekening van de
funds, welke als oorzaak van de koers
stijging werden genoemd, de laatste we
ken wordt de koersdaling voor een deel
aan de verkopen voor rekening van deze
funds toegeschreven en ook hier blijkt
dus dat elke zaak twee kanten heeft.
Beleggingsmaatschappijen en aande-
lendepots kunnen zeer zeker een nuttige
functie vervullen in zoverre zij voor de
kleine belegger een risico-spreiding mo
gelijk maken. Maar het samenbrengen
van steeds grotore bedragen fonsen in
één hand levert ook zijn bezwaren op,
die te groter worden als de funds in
aantal en omvang toenemen. Niet meer
de mening van de individuele fondsen-
bezitter bepaalt dan stemming en koer
sen op de beurzen, maar die van enkele
tweek is men geconfronteerd met
«schijnsel, dat op een deel van het
iaanse publiek grote indruk heeft
ill, namelijk de daling van het
Jones-indexcijfer voor industriële
Heling. Men concludeert dus niet
Ide economische ontwikkeling tot
«deel over de toekomstige bewe-
lop de effectenbeurs, maar omge-
nnuit de koersbeweging op de ef-
beurs tot een oordeel over de toe-
Ije economische ontwikkeling.
Dow-theorie heeft in de V.S. aan-
rs en bestrijders. Maar het is dui-
dat als een groot aantal bij de
geïnteresseerden aan die theorie
hecht ,de koersloop van de fond-
th ernaar zal richten. Als tien
ai op een vlot afspreken bij een
de richting naar één kant te zul-
«n kantelt het vlot onvermijdelijk
een toenemend aantal fondsen-
rs in een koersdaling in tevoren deskundigen, van wie moet worden aan
genomen dat zU uitsluitend de belangen
van de deelnemers in het funds behar
tigen.
In dit verband kunnen wij dan ook niet
zo enthousiast zijn over de ook in ons
land nog steeds voortgaande uitbreiding
van het aantal beleggingsmaatschap
pijen of aandelendepóts, waardoor de
fondsenhandel steeds meer aan de in
vloed van de gemeenschap der particu
liere fondsen bezitters wordt onttrokken.
De onzekere factoren, welke thans de
aandelen beheersen, zijn mede oorzaak
dat de belangstelling voor de obligatie-
markt groter is dan enige tijd geleden, conjunctuur wijzen.
zoals ook wel is gebleken uit het dave
rend succes van de 4%% lening van de
Bank voor Nederlandsche Gemeenten,
groot f. 100 miljoen, waarop weinig min
der dan het tienvoudige is ingeschreven.
Nu is dit in zoverre verklaarbaar dat de
Jongste staatslening reeds ca 1%% bo
ven haar emmissiekoers noteert en dus
wel mag worden verwacht dat ook op de
toegewezen obligaties van de Bank voor
Nederlandsche Gemeenten een koers
winst zal kunnen worden behaald. De
Bank heeft intussen al weer een nieuwe
lening tot hetzelfde bedrag en op de
zelfde voorwaarden aangekondigd, te
recht gebruikmakende van de betrekke
lijk ruime kapitaalmarkt.
Ook op de geldmarkt worden lagere
disconto's genoteerd en bij de banken is
in januari het tegoed van clienten met
ruim f. 100 miljoen toegenomen, symp
tomen, welke niet op een overspannen
Advertentie.
ZWARE VERKOUDHEID EN BRONCHITIS
worden afdoende bestreden met de vermaar
de,bacillendodende Potter's Catarrh Pastilles.
Eén pastille jcefc onmiddellijk verlichting!
(Van onze correspondent in Bonn)
Het Westduitse Kabinet heeft besloten tot een reeks maatregelen
ter beïnvloeding van de op een al te hoog aantal toeren draaiende
hoogconjunctuur zoals die thans in de Bondsrepubliek bestaat. Men
wil met deze maatregelen twee dingen bereiken: ten eerste een even
wicht tussen vraag en aanbod, waar thans nog een niet te stuiten golf
van opdrachten over de industrie slaat, die heeft geleid tot een ontstel
lend tekort aan arbeidskrachten en een stijging der prijzen, ten tweede
een wezenlijk effect op de ongunstige kanten van de bouwconjunctuur.
Belastinginkomsten
stijgen maar weinig
De maatregelen ter afremming van de
hoogconjunctuur, die nu reeds ingaan,
pogen onder meer om de degressieve af
schrijving te beperken van 25 tot 20 pro
cent voor het eerste jaar. Voorts wordt
de interest voor pensioenbedragen voor
de bedrijven verhoogd, hetgeen, evenals
de afschrijvingsmaatregel, er toe zal
kunnen leiden dat de ondernemingen
minder geld uit het eigen bedrijf voor
investering ter beschikking zullen krij
gen hetgeen een remmende werking op
de conjunctuur ten gevolge zou kunnen
hebben. Ook controleert Etzel de staats-
premies voor particuliere woningbouwers
in dier voege, dat lieden die wel spaar
den voor een huis om de premie in de
wacht te slepen maar er snel bij waren
om het bouwspaargeld op andere wijze
te beleggen meer gebonden zullen wor
den. Etzel zal voorts een strengere maat
staf aanleggen bij de belasting van de
speculatie in effecten en bij de beoorde
ling van de declaraties in de boeken der
bedrijven.
M het wetenschappelijk onder
innen de mensen, die de bollen
u> om de bloemen vroeger te
bloeien dan normaal, heel wat
flen of tegenhouden. Maar de
kunnen ze toch niet helemaal
de deur houden. Als het, zoals
Efgaande weken, warm en zonnig
igaan de planten door. Koele en
ff ruimten hebben wel enige
toch niet voldoende invloed op
[wikkeling. En er staat zo het
f ander op het programma. Op
«te plaats de grote binnenten-
Mng, die 25 maart op de Flo-
In Rotterdam geopend wordt.
*t weer van de voorgaande we-
'-s dat een angstig eind weg als
:aar de planten keek. Je kunt
opening van zo'n tentoonstelling
tet half uitgebloeide bloemen ko-
*ant ze moeten daar ook nog
«ek mooi blijven.
Helpt niet veel
fe kissen van de Keukenhof moet
SO maart mooi zijn. Als het
lussen de vijftien en twintig gra-
helpt luchten niet veel. Licht
"We jagen de planten en bloe-
W de grond.
ook exporteurs, die zelf ten-
^ngen In het buitenland orga-
Ook daarvoor moeten gelegen-
borden gereserveerd. Zij keken
"•zorgd naar de thermometer,
„shows" worden door vak-
bezocht, die bijzonder kritisch
Jrmale jaren is het broeien voor
'Paalde datum niet zó moeilijk.
•'(gelt dat door middel van de
latuur, waarop de planten vrij
Saam reageren. Komt er, zoals
^een kink in de kabel, dan wordt
uiterste van de broeier ge-
j.Het publiek merkt op een ten
ding niet veel van de moeite.
(r kan tenslotte nog wel het een
Wer geïmproviseerd worden,
"iet eens onaardig, want een
1 Primula's, waar eigenlijk tul-
besten staan kan het ook leuk
01 de kisten en pannen worden
'{rder uit elkaar gezet. De orga
nisatoren hebben dan toch wel een on
bevredigend gevoel.
Weekje achterop
Enfin, gelukkig voor hen zijn de
planten een weekje achterop geraakt.
De leden van het corso-comité kunnen
weer met wat meer rust langs de vel
den rijden. Zij hebben wel een bijzon
der zware verantwoording op de schou
ders geladen. Alle toeristische organi
saties willen minstens een of twee
maanden van te voren weten, wanneer
dat corso zal rijden. Zij moeten de bui
tenlanders daarover inlichten, zodat
deze bedden kunnen reserveren. Maar
het eerste corso in 1948 reed al op
17 april en in 1956 en 1957 wisten de
organisatoren veertien dagen van te
voren nog niet of het eind april of be
gin mei zou rijden! De bloemen had
den het te koud en kwamen maar
uiterst traag in bloei. Men houdt het
dus nu maar op 23 april. Bloeien de
hyacinten vroeger, dan zal men ze in
koelcellen moeten opslaan. Men hoeft
zich nu geen zorgen te maken, dat ze
de 23ste niet zullen halen, want dan
wordt alles wel heel moeilijk.
De kwekers van bloemen hebben het
niet zo best begrepen op deze winter.
Er zijn al zeer veel trompetnarcissen,
die ver in knop staan. Met een beetje
goed weer zouden ze aan het eind van
deze week wel opengesprongen zijn.
Men mag, gezien de ervaringen in de
andere jaren nu wel aannemen, dat de
bloemen toch wel van de vorst geleden
zullen hebben.
Winst derven
De bloemtrekkers in de omgeving
van Leiden, waar veel narcissen van
het vrye veld worden gesneden, zullen
dus misschien wat winst derven, door
dat beschadigde bloemen nu eenmaal
wat minder opbrengen.
Er zitten dus heel wat consequenties
aan het weer vast. De ene groep wan
delt verheugd met de jas los in de
milde vroege voorjaarszon, onbewust
van het feit. dat andere mensen grijze
haren lopen op te doen. Er hangt nu
eenmaal veel van het weer af in de
bloembollenstreek.
Er moet heel wat worden gedaan om
een export van meer dan tweehonderd
miljoen gulden te bereiken.
Na de geslaagde atoomproef in
de Sahara zijn verscheidene Franse
medewerkers aan het experiment
onderscheiden met het Legioen van
Eer. Op de foto reikt generaal De
Gaulle de onderscheiding uit aan
generaal Buchalet en prof. Rocard.
Veel kritiek
Het effect vanal deze maatregelen zal
neerkomen op verhoging van de belas
tinginkomsten meteen bedrag van circa
400 miljoen mark per jaar. Het gaat er
hierbij niet om, zo verklaarde de staats
secretaris van Economische Zaken, Wes-
trick om de huidige Westduitse con
junctuur kapot te maken, integendeel,
men wil de conjunctuur zoals zij thans
is wel handhaven, evenwel ervoor zor
gen dat de groei niet al te onstuimig
verder gaat en daardoor gepaard zou
gaan met nog grotere tekorten op de ar
beidsmarkt en nog meer prijsstijgingen.
De huidige golf van orders, vooral voor
de industrie van investeringsgoederen,
lokt prijsstijgingen uit. De orders zijn
vergeleken bij een jaar geleden in aan
tal van 20 tot 40 gestegen!
Op deze maatregelen die in de grond front.
van de zaak zullen neerkomen op lichte
belastingverhogingen is in Bonn felle
kritiek geuit. Zowel van liberale als van
socialistische zijde is erop gewezen, dat
Etzel met geen woord heeft gerept over
vermindering van de staatsuitgaven. En
juist van deze uitgaven zegt men dat zij
in het kader van de politiek van subsi
dies aan de landbouw en andere be
langrijke groepen door Bondskanselier
Adenauer in verband met het naderen
der Bondsdagverkiezingen in 1961 - de
ongewisse situatie van de conjunctuur in
belangrijke mate mede hebben veroor
zaakt. Zo is erop gewezen dat de meer-
inkomsten van 400 miljoen mark bij een
totale begroting van 42 miljard mark en
een nationaal inkomen van 240 miljard
mark weinig kunnen uitrichten.
Blessing: „oppotten"
Ook Blessing, de president van de
Centrale Bank van de Bondsrepubliek,
de Bundesbank, heeft kritiek geuit op
de voortgaande hoge uitgaven van de
staat, provincies en gemeenten. Deze
uitgaven, zei hij in een rede te Zürich,
stoken de conjunctuur maar op. Hij
meende dat de hogere inkomsten van de
staat niet hadden mogen worden ge
bruikt voor meer staatsuitgaven, maar
als een reserve voor slechtere tijden had
den moeten worden opgeborgen bij de
Bundesbank.
Deze algemene oproep aan regering en
parlement te Bonn om ook van staats
wege te besparen is bepaald niet opge
volgd. De verkiezingen naderen nu een
maal en niemand wil in het aangezicht
daarvan bepaalde kiezersgroepen onaan
genaam zijnInmiddels gaat de
..boom" door (het hoogtepunt is nog niet
bereikt!), wordt het arbeiderstekort gro
ter, dreigt een verdere prijsstijging, als
mede een gToter dan de verantwoorde
loonsverhoging over een zeer breed
Op 1 januari 1960 vond weer de jaar
lijkse inventarisatie plaats van de vis
serijvloot, zoals deze is geregistreerd
overeenkomstig de bepalingen van de
Visserywet.
Ter vergelijking van de uitkomsten
van deze telling geven wjj U ook de
sterkte van de vloot per 1 januari 1959
en 1 januari 1949.
Hierbij zij vermeld dat de inhoud is
opgegeven in bruto-register tonnen (van
2.83 m3).
Bij beschouwing van de verschillende
vaartuigsoorten blijkt, dat in het jaar
1959 geen verandering is gekomen in de
sterkte van de stoomtreilervloot. Hierbij
dient echter te worden opgemerkt, dat
2 van de 3 stoomtreilers in de tweede
helft van het afgelopen jaar definitief
uit de vaart werden genomen en werden
opgelegd. Het andere vaartuig is nog
vrijwel onafgebroken het gehele jaar in
bedrijf geweest. Deze laatste stoomtrei-
ler zal echter binnen afzienbare tijd aan
de Nederlandse visserij onttrokken wor
den. Per 1 januari 1949 waren er nog
63 stoomtreilers in bedrijf.
In het aantal stoomloggers is in de
afgelopen 10 jaren veel veranderd. Per
1949 waren er nog 29 van deze schepen
aanwezig en per 1 januari 1959 en 1960
waren er nog 5 van dit type.
De groep motor-treilers en -loggers
telde per 1 januari 1960 248 eenheden
en per 1 januari 1959 246. Dus een ver
meerdering van 2 schepen. Per 1949 was
dit aantal 221. Wij zien hier dus een
groei in. In 1959 werden 9 vaartuigen
van de vloot afgevoerd terwijl er 11 aan
werden toegevoegd.
De 9 afgevoerde vaartuigen, metende
in totaal 1556 b.r.t. en met een motor
vermogen van 2965 PK, betroffen in 7
gevallen oude schepen, waarvan er 3 de
finitief uit de vaart werden genomen en
opgelegd voor verkoop, 2 voor sloop wer
den verkocht, 1 naar Griekenland werd
verkocht en 1 tijdens de uitoefening van
de haringdrijfnetvisserij na ontploffing
in de motorkamer, lekgeslagen en ge
zonken is. Voorts ging nog 1 motortrei-
ler van het bouwjaar 1952, voorzien van
een motor van 750 PK, na aanvaring
met een vreemde treiler, verloren, terwijl
1 motortreiler van bouwjaar 1956 en
voorzien van een motor van 600 PK,
werd verkocht naar St.-Pierre et Mi-
quelon.
Aan de vloot motorloggers-treilers
werden in de loop van het jaar 1959
toegevoegd 11 vaartuigen, met in totaal
2615 b.r.t. en 7231 PK. Van deze vaar
tuigen werden 10 nieuwbouw, terwijl 1
logger, welke in het jaar 1950 werd af
geleverd, weder in de vaart werd ge
bracht .nadat het vaartuig een grondige
vernieuwing had ondergaan. Van de
nieuwgebouwde vaartuigen behoren 4 tot
de sterkste motorgroep en 3 tot de groep
met een motorvermogen van 500799
PK. De nieuwbouw vond in 4 gevallen
plaats op grond van de Wet op de Ma
teriële Oorlogsschade en in 3 gevallen
met toepassing van de Regeling voor
Bijzondere Visserij Financiering. Van
de na de oorlogsjaren, d.w.z. na 1 janu
ari 1948, hier te lande nieuwgebouwde
motortreilers en- loggers zijn thans nog
65 vaartuigen aanwezig, metende in to
taal 16.270 b.r.t. met een totaal motor
vermogen van 38.246 PK.
Dit betekent dus, dat meer dan 1/4
gedeelte van de tegenwoordige vloot, mo
tortreilers en -loggers, nét de oorlog werd
geboiiwd. De tonnage en het motorver
mogen van deze vaartuigen maken resp.
35 en 45% van het totaal uit. Van ge
noemde nieuwe vaartuigen behoren er
25 thuis te Katwijk, 1 te Rotterdam, 21
te Scheveningen, 6 te Vlaardingen en
12 te IJmuiden.
In het afgelopen jaar werden voorts
nog 5 motorloggers van een nieuwe mo
tor voorzien. Tenslotte kan nog worden
vermeld, dat bij de afsluiting van dit
overzicht 17 opdrachten lopende waren
voor de bouw van motortreilers en -log
gers.
Van de groep motorkofcters werden in
het afgelopen jaar 3 vaartuigen, met to
taal 213 b.r.t. en 630 PK, afgevoerd,
waarvan 2 werden verkocht naar Ier
land en 1 werd verkocht voor verbou
wing tot woonschip.
In totaal werden aan de Noordzee-
kottervloot toegevoegd 45 vaartuigen,
met totaal 3035 b.rt.. en 8546 PK.
De kotteivloot onderging een zeer be
langrijke uitbreiding door de nieuwbouw
van niet minder dan 39 vaartuigen. Van
deze nieuw gebouwde kotters behoorden
er o.a. 7 te Katwijk en 14 te Urk thuis.
In het afgelopen jaar werden voorts
nog 20 kotters van een nieuwe en in de
meeste gevallen ook krachtiger motor
voorzien.
Het aantal Noordzee-motorkotters
voorzien van een motor van tenminste
120 PK bedraagt thans 203, tegen 170
per 1 januari 1959 en slechts 32 per
1 januari 1949.
Van de nieuwgebouwde kotters werden
er in het afgelopen jaar 6 gebouwd met
toepassing van de Regeling voor de Bij
zondere Visserij Financiering. Voor zo
ver bekend, waren per 1 januari 1960
bij de verschillende scneepsbouwwerven
37 opdrachten lopende voor de bouw
van Noordzee-motorkotters en garnalen-
kotters.
In de groep botters en dergelijke vindt
sinds jaren geen nieuwbouw meer plaats.
Het verloop in deze groepen heeft hoofd
zakelijk betrekking op vaartuigen uit de
beide lagere PK-groepen, met name dus
de garnalen vissersvaartuigen. Hiervan
werden enkele verkocht voor de sloop
of voor pleziervaarten, dan wel kregen
een bestemming bij andere takken van
visserij in de kustwateren. In totaal be
trof het hier een 13-tal vaartuigen.
Daarentegen werden er weer 10 aan deze
vloot toegevoegd, waarvan 1 in Duits
land werd aangekocht, 1 tevoren als
vrachtvaartuig diende en 8 reeds in ge
bruik waren bij de garnalenvisserij in
de Waddenzee en andere wateren. Ten
minste 13 botters e.d. werden in het
afgelopen jaar van nieuwe motoren
voorzien.
Blijkens de totaalcijfers werd de voor
de uitoefening van de zeevisserij be
stemde vloot gedurende het jaar 1959
uitgebreid met 41 vaartuigen met een
totale inhoud van 3.878 b.r.t. en een
totaal vermogen van 13.542 PK.
Per 1 januari 1960 bestond de vloot
van de zeevisserij uit 724 vaartuigen,
per 1 januari 1959 uit 683 en per 1 ja
nuari 1949 een aantal schepen van 730.
ITALIAANSE ONDERSCHEIDING
VOOR MR F. H. A. DE GRAAFF
De Italiaanse ambassadeur in Neder
land, markies R. Giustiniani, heeft gis
teren aan de voorzitter van het Neder
landsche Roode Kruis. mr. F. H. A. de
Graaff, de versierselen overhandigd
behorende bij diens benoeming tot
Commandeur in de orde van Verdienste
van de Italiaanse Republiek. Deze on
derscheiding is mr. De Graaff verleend
voor zijn algemene verdiensten op cha
ritatief gebied.
Voorts heeft de ambassadeur aan mr.
De Graaff een Grieks-Italiaanse vaas
overhandigd, door de Italiaanse rege
ring aan het Nederlansche Roode Kruis
geschonken ter herinnering aan het be
zoek, dat een delegatie van het Itali
aanse Rode Kruis en de Italiaanse re
gering vorig jaar aan Nederland heeft
gebracht ter bezichtiging van het her
stel van de stormrampschade.
Wet was deze week
wat deSilt noemt„,
eensedtvale week...
wiet üksdeK&cbgidiiQen
U t i
militairen mo^ewvoor
taan vrije artsenkeu
ze doev*
o
OENAy
DE
ALV
VROUW
NVOiS
AIS MENS
mfrn
MiNNAHÊS
EN
fm,
HOEDER*
Ml
\vj de Rijnstreek tagmt
eiwet vavicüt jaar de
scViooltandverzorgiviq„